KEYS AND CHORDS
  • HOME
  • MUSIC NEWS
  • ALL CONCERT REPORTS
  • CD REVIEWS 2025
  • VINYL REVIEWS 2025
  • BOOK REVIEWS
  • INTERVIEWS / ARTICLES
  • COMING EVENTS
  • CONTACT PAGE
  • DISCLAIMER / COPYRIGHT POLICY

  CD & vinyl   REVIEW BLOG

Lillian Briggs: Diddy Boppers – Juke Box Pearls

7/5/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. I Want You To Be My Baby
  2. Don’t Stay Away Too Long
  3. It Could’ve Been Me
  4. Can’t Stop
  5. Lillian Briggs Orchestra: I Want You To Be My Baby (Instrumental)
  6. Lillian Briggs Orchestra: Delilah (Instrumental)
  7. Follow The Leader
  8. That’s The Only Way
  9. Eddie, My Love
  10. The Teens In Jeans From New Orleans
  11. The Gypsy Goofed
  12. I’ll Be Gone
  13. Mean Words
  14. Sugar Blues
  15. I
  16. She Sells Seashells
  17. Come Here
  18. Will We Meet Again
  19. Hey! Ba-Ba-Re-Bop
  20. I’ve Got Your Heart
  21. Rag Mop
  22. Is There A Man In The House?
  23. Blues In The Night
  24. Diddy Boppers
  25. Hooray Fort He Rock
  26. Not A Soul (Blanket Roll Blues)
  27. Be Mine
  28. I Care For You
  29. I’m Burning For You
  30. I Want You To Be My Baby
​In de ‘Juke Box Pearls’ serie schenkt Bear Family Records deze keer aandacht aan Lillian Briggs. Feit is dat Lillian Briggs eigenlijk niet die grote bekendheid kreeg die ze eigenlijk wel verdiende. De 32 grotendeels uptempo nummers op dit album werden opgenomen tussen 1955 en 1961 en bestrijken de genres van rockende rhythm & blues, rock-‘n-roll tot eerder meer pop gerichte songs. Zoals je al vlug zal horen, beschikte Lillian over een enorm krachtige stem, maar daarnaast kon ze ook aardig overweg met de trombone. In haar jeugd luisterde zij voornamelijk naar jumpblues en jazz en dat hoor je ook terug in haar songs. Opener ‘I Want You To Be My Baby’ ken je ongetwijfeld, maar misschien eerder in de versie van Louis Jordan. Hier krijg je het nummer in Lillians versie uit 1955, maar ook als instrumental door het Lillian Briggs Orchestra en ten slotte in een meer twistversie die Briggs in 1961 opnam. Het Lillian Briggs Orchestra krijg je ook nog een tweede maal met het eveneens instrumentale ‘Delilah’. Op beide instrumentale tracks hoor je Lillian trouwens als lead tromboniste.  Haar jazzy kantje klinkt dan weer door in o.a. ‘It Couldn’t Been Me’. Dat rockende rhythm & blues haar ook goed afgaat, blijkt uit ‘Rock ‘n’ Roll-y Poly Santa Claus’ en in ‘Follow The Leader’. Nog meer rocken doet ze in ‘Come Here’. Wat zachter komt ze uit de hoek in het eerder poppy ‘Eddie My Love’ en schitteren doet ze ook in het emotionele ‘Mean Words’ en ‘Will We Meet Again’. Maar ook haar coverversies van ‘Hey! Ba-Ba-Re-Bop’ en ‘Rag Mop’ weet ze van de nodige dynamiek te voorzien. ‘Bluesy komt Lillian dan weer uit de hoek in ‘Sugar Blues’.
Kortom, Lillian Briggs was niet alleen gezegend met een krachtige, heldere stem, maar kon ook diverse genres aan, of het nu rockende rhythm & blues, blues, rock-‘n-roll, jazz of eerder pop was, ze wist ze allen steeds overtuigend neer te zetten.
In het 36 pagina’s kleurrijk uitgevoerde booklet krijg je een uitgebreide biografie, alsook alle opnamegegevens van de tracks en bovendien knappe foto’s, waarop je Lillian ook aan het werk kan zien als tromboniste.

​Lambert Smits 
Afbeelding
In the 'Juke Box Pearls' series, Bear Family Records pays attention to Lillian Briggs this time. The fact is that Lillian Briggs did not actually get the fame she deserved. The 32 largely uptempo songs on this album were recorded between 1955 and 1961 and cover the genres from rocking rhythm & blues, rock 'n' roll to more pop-oriented songs. As you will soon hear, Lillian had an extremely powerful voice, but she could also handle the trombone quite well. In her youth she mainly listened to jump blues and jazz and you can hear that in her songs. You undoubtedly know opener 'I Want You To Be My Baby', but perhaps in Louis Jordan's version. Here you get the song in Lillian's 1955 version, but also as an instrumental by the Lillian Briggs Orchestra and finally in a more twisted version that Briggs recorded in 1961. You also get the Lillian Briggs Orchestra a second time with the equally instrumental 'Delilah'. On both instrumental tracks you can hear Lillian as lead trombonist. Her jazzy side is reflected in, among others, 'It Couldn't Been Me'. That rocking rhythm & blues also goes well for her is evident from 'Rock 'n' Roll-y Poly Santa Claus' and 'Follow The Leader'. She rocks even more in 'Come Here'. She is a bit softer in the rather poppy 'Eddie My Love' and she also shines in the emotional 'Mean Words' and 'Will We Meet Again'. But also her cover versions of 'Hey! Ba-Ba-Re-Bop' and 'Rag Mop' she knows how to provide them with the necessary dynamics. Bluesy Lillian comes out in 'Sugar Blues'.
In short, Lillian Briggs was not only blessed with a powerful, clear voice, but could also handle various genres, whether it was rocking rhythm & blues, blues, rock 'n' roll, jazz or rather pop, she always knew them all to perform in the right way.
In the 36-page colorful booklet you receive an extensive biography, as well as all recording information for the tracks and beautiful photos, on which you can also see Lillian at work as a trombonist.

0 Opmerkingen

Various Artists: 121 Years Of The Ford Car

22/4/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Curtis Gordon: Draggin
  2. Gene Vincent And The Blue Caps: Pink Thunderbird
  3. Rocky Davis And The Sky Rockets: Hot Rod Baby
  4. Lefty Nicks And His Southern Drifters: Model A-Ford Blues
  5. Betty Rogers: Hey Good Lookin’
  6. The Fairlanes: Johnny Rhythm
  7. James Gallagher: Ford And Shaker
  8. Long John Roller: Long John’s Flagpole Rock
  9. Eddie Cochran: Pink Peg Slacks
  10. K.C. Douglas Trio: Mercury Boogie
  11. Rosco Gordon: T-Model Boogie
  12. Willie Love And His Three Aces: V 8 Ford
  13. The Delicates: Black And White Thunderbird
  14. The Paramounts: Thunderbird Baby
  15. The Edsels: Shake Sherry Shake
  16. The Lincolns: Pleasin’ You – Pleasin’ Me
  17. The Fairlanes: I’m Not The Kind Of Guy That Gives Up Easy
  18. Janis Martin: Let’s Elope Baby
  19. Jackie Gotroe: Lobo Jones
  20. Buddy Knox With The Rhythm Orchids: Maybellene
  21. The Thunderbirds: In My Thunderbird
  22. Charles Perrywell And His Fairlanes: Come Along With Me
  23. Eddie Cochran: Somethin’ Else
  24. The Thunder Rocks: What’s The Word
  25. The Fairlanes: Lonely Weekends
  26. Sunset Dragster’s Orchestra: Boss T Bird
  27. Oscar McLollie And His “Honeyjumpers”: Roll Hot Rod Roll
  28. Chuck Berry: Jaguar And Thunderbird
  29. Eddie Marshall: Mobillin’ Baby Of Mine
  30. Arkie Shibley And The Mountain Dew Boys: Arkie Meets The Judge
​The Ford Motor Company werd op 16.06.1903 gesticht door Henry Ford. In datzelfde jaar boekte Ford zijn eerste succes met de productie van het ‘Model A’. Een model dat eind jaren ’40 enorm populair was als basis voor het ontwerpen en bouwen van Hot Rods. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog waren het ’T model’ (1910-1920), het ‘As model’ (1928-1931) en het ‘Bs model’ (1932-1934) bij de liefhebbers van Hot Rods enorm geliefd. In de fifties waren het de ‘rockers’ die er races voor organiseerden. In het meer luxueuze segment van de autobranche scoorde Ford met de Lincoln, genoemd naar president Abraham Lincoln. Toch waren niet alle modellen die Ford op de markt bracht succesvol. De Fords uit 1949 tot 1951 werden bestempeld als ‘shoe box cars’ en de Ford Edsel, genoemd naar Henrys zoon, was een commerciële flop. De oorzaken van het uitblijven van succes waren het uiterlijk, de economische recessie, het prijsprobleem en de talrijke productieproblemen, zoals defecte lasnaden, lekkende koffers en problemen met de stuurbekrachtiging.
Ford breidde later zijn vestigingen wereldwijd uit, wat het merk heel wat naambekendheid gaf. Door de jaren heen kocht Ford ook Volvo, Land Rover, Jaguar en Aston Martin.
Redenen genoeg om Ford, met zijn 121 jarig jubileum in de spots te plaatsen aan de hand van 30 songs van bekende en minder bekende artiesten. De songs kunnen de naam ‘Ford’ in de lyrics hebben of de bands hebben als naam een Ford model gekozen.
‘Start the engine and let’s go’! Wie meteen door de speakers klinkt is Curtis Gordon, die met ‘Draggin’’ een dijk van een rockabillysong neerzet. Curtis wordt gevolgd door klasbak Gene Vincent die het over zijn ‘Pink Thunderbird’ heeft, ‘with a red fur seat’. Ook Eddie Cochran eerde Ford met  ‘Pink Peg Slacks’ en in ‘Somethin’ Else’.
Meer bekend volk komt er met Janis Martin. Zij transformeerde Buck Griffins ‘Let’s Elope Baby’ in een heuse rock-‘n-roller. ‘She had a high speed motor in a 44 coupe’, daarmee imponeerde de rockende ‘Hot Rod Baby’ Rocky Davis. Lefty Nicks steekt zijn ‘Model A-Ford Blues’ eerder in een authentiek countrybluesjasje. Het T-model inspireerde Rosco Gordon dan weer voor zijn ‘T-Model Boogie’. Willie Love had meer zin in een straffere motor. Hij koos voor ‘V8 Ford’, nummer dat eerder een slowbluessfeer ademt. Een fraai stukje bluesharp zit knap vervat in ‘Mercury Boogie’ van K.C Douglas Trio.
Een heerlijke coverversie van Hank Williams’ ‘Hey Good Lookin’’ presenteert Betty Rogers. Ook Buddy Knox koos voor een cover. Hij nam Chuck Berrys ‘Maybellene’ onder handen en gaf het een prima rockabilly twist.
Voor schitterende doo-wop kan je dan weer terecht bij The Fairlanes en ‘Johnny Rhythm’. The Fairlanes duiken later nog op samen met leadzanger Charles Perrywell in ‘Come Along With Me’, dat toch wel een Chuck Berry kantje heeft. Chuck Berry himself krijg je in ‘Jaguar and Thunderbird’.
Meer doo-wop komt er met de band die als groepsnaam koos voor een Ford model, namelijk The Edsels. Zij gaan uptempo tekeer in ‘Shake Sherry Shake’. Ook The Lincolns kozen op dezelfde manier voor hun groepsnaam. Zij zijn aanwezig met het eveneens uptempo ‘Pleasin’ You – Pleases Me’.
Prachtige samenzang komt er tevens met de vocale damesgroep The Delicates in ‘Black And White Thunderbird’. Een andere vocale groep The Paramounts kozen voor hetzelfde model met ‘Thunderbird Baby’. Instrumentaal rocken kan je zeker op het door sax voortgestuwde ‘What’s The Word’ van The Thunder Rocks. Een andere leuke instrumental serveert Sunset Dragster’s Orchestra . Hoe een Thunderbird hoort te klinken, hoor je in hun ‘Boss T Bird’.
Het album eindigt met het op een hillbilly instrumentale achtergrond ‘spoken’ ‘Arkie Meets The Judge’ van Arkie Shibley and The Mountain Dew Boys.
‘121 Years Of The Ford Car’ is niet alleen een mooie ode aan een automerk dat de mobiliteit voor het grote publiek mogelijk maakte, maar biedt ook een verzameling sublieme songs in genres als blues, rock-‘n-roll, rockabilly en hillbilly. Over het asfalt in de auto, of gewoon thuis in je vertrouwde omgeving is dit album zeker een aanrader.
 
Lambert Smits
Afbeelding
The Ford Motor Company was founded on June 16, 1903 by Henry Ford. That same year, Ford achieved its first success with the production of the 'Model A'. A model that was extremely popular in the late 1940s as a basis for designing and building Hot Rods. After the end of the Second World War, the 'T model' (1910-1920), the 'As model' (1928-1931) and the 'Bs model' (1932-1934) were extremely popular among Hot Rod enthusiasts. In the fifties it were the rockers who organized races for it. In the more luxurious segment of the car industry, Ford scored with the Lincoln, named after President Abraham Lincoln. However, not all models that Ford launched were successful. The 1949 to 1951 Fords were labeled as 'shoe box cars' and the Ford Edsel, named after Henry's son, was a commercial flop. The reasons for the lack of success were the appearance, the economic recession, the price problem and the numerous production problems, such as defective welds, leaking trunks and problems with the power steering.
Ford later expanded its branches worldwide, which gave the brand a lot of name recognition. Over the years, Ford allo bought Volvo, Land Rover, Jaguar and Aston Martin.
Reasons enough to put Ford in the spotlight on its 121st anniversary with 30 songs by well-known and lesser-known artists. The songs may have the name 'Ford' in the lyrics or the bands may have chosen a Ford model as the name.
'Start the engine and let's go'! Who immediately sounds through the speakers is Curtis Gordon, who delivers a hell of a rockabilly song with 'Draggin''. Curtis is followed by class act Gene Vincent who talks about his 'Pink Thunderbird', 'with a red fur seat'. Eddie Cochran also honored Ford with 'Pink Peg Slacks' and in 'Somethin' Else'.
More famous people arrive with Janis Martin. She transformed Buck Griffin's 'Let's Elope Baby' into a real rock 'n' roller. 'She had a high speed motor in a 44 coupe', impressed the rocking 'Hot Rod Baby' Rocky Davis. Lefty Nicks gives his 'Model A-Ford Blues' an authentic country blues jacket. The T-model inspired Rosco Gordon for his 'T-Model Boogie'. Willie Love was more in the mood for a stronger engine. He chose 'V8 Ford', a song that exudes a slow blues atmosphere. A beautiful piece of blues harp is cleverly contained in 'Mercury Boogie' by K.C Douglas Trio.
Betty Rogers presents a wonderful cover version of Hank Williams' 'Hey Good Lookin''. Buddy Knox also opted for a cover. He took Chuck Berry's 'Maybellene' and gave it a great rockabilly twist.
For beautiful doo-wop you can go to The Fairlanes and 'Johnny Rhythm'. The Fairlanes later appear together with lead singer Charles Perrywell in 'Come Along With Me', which has a Chuck Berry edge. You get Chuck Berry himself in 'Jaguar and Thunderbird'.
More doo-wop comes with the band that chose a Ford model as the group name, namely The Edsels. They go up-tempo in 'Shake Sherry Shake'. The Lincolns also chose their group name in the same way. They are present with the also uptempo 'Pleasin' You - Pleases Me'.
There is also beautiful harmony singing with the vocal women's group The Delicates in 'Black And White Thunderbird'. Another vocal group The Paramounts chose the same model with 'Thunderbird Baby'. You can certainly rock on the sax-driven instrumental 'What's The Word' by The Thunder Rocks. Another nice instrumental serves up Sunset Dragster's Orchestra. You can hear what a Thunderbird should sound like in their 'Boss T Bird'.
The album ends with 'Arkie Meets The Judge' by Arkie Shibley and The Mountain Dew Boys, set to a hillbilly instrumental background.
'121 Years Of The Ford Car' is not only a beautiful ode to a car brand that made mobility possible for the general public, but also offers a collection of sublime songs in genres such as blues, rock 'n' roll, rockabilly and hillbilly. This album is definitely recommended on a long car trip, or at home in your familiar surroundings. The choice is yours!

0 Opmerkingen

The Nut Jumpers: Generation Rock n’ Roll

5/4/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Back In Black
  2. Chickies
  3. Miss Pussy
  4. I Ain’t Messin’ Around
  5. Timeless
  6. Generation Rock ‘N’ Roll
  7. How Could You Be So Cruel?
  8. So Good, So Good
  9. Don’t Know Where I’m Goin’
  10. Stop Drinking, Still Play Rock ‘N’ Roll
  11. I’ll Be Just Fine
  12. Pearly Doll Got Married
  13. A Plain Coeur
​In 2018 verraste dit trio ons met hun album ‘Boogie In The Shack’. Alhoewel dat we kwaliteit mochten verwachten, konden we van de line-up afleiden. Immers de leden waren geen onbekenden in de rock-‘n-roll scene. Vooreerst was er de energieke Jake Calypso, ook gekend van de band met His Red Hot, The Corals, Mystery Train en Hot Chickens. Daarnaast was er Helen Shadow, die we ons nog herinnerden van The Blue Ridge Rockets, The Johnson Family, The Queen Bs en The Shooting Stars. En tenslotte was er Ricky Lee Brawn, die zijn adelbrieven verdiende bij The Stargazers, The Big Six, The Space Cadets en Johnny Back And The Moonshine Boozers. Nu pakweg 6 jaren later staat het trio er nog steeds en komen ze op de proppen met het, als Rhythm Bomb Records 20th Anniversary Edition uitgebrachte, ‘Generation Rock n’ Roll’. Jake is nog steeds de man van de bas, harmonica en gitaar. Traditiegetrouw is Helen Shadow bedrijvig op de zes snaren en Ricky Lee Brawn geselt de drumvellen. Voor de zangpartijen tekenen ze alle drie.
Het album telt 13 tracks, waarvan het merendeel uit de pennen van Jake en Helen vloeiden. Met ‘Back In Black’, een Calypso compositie vliegt het drietal er meteen keihard in. Hun vakmanschap uit zich meteen in een retestrak nummer met sublieme gitaarpartij. Helen Shadow tekent meteen voor opvolger ‘Chickies’ dat eveneens uit zijn voegen barst van de energie en kan bogen op Jakes pompende bas. Nog wilder gaat het eraan toe in ‘Miss Pussy’ dat met een eigenzinnige intro op de sporen wordt gezet. Met het instrumentale ‘Timeless’ dat ietwat ruimtelijk klinkt, wordt het gaspedaal eventjes wat rust gegund. Niet voor lang echter want met de naar psychobilly knipogende titeltrack, wordt het weer ‘pedal to the metal’. Een pracht van een authentieke rocksong is zonder twijfel ‘Don’t Know Where I’m Goin’’, een compositie van Helen. Een super mooie track is tevens het rustigere, van countryinvloeden doordrenkte ‘I’ll Be Just Fine’. ‘Party Doll Got Married’ doet dan weer de gedachten afdwalen naar die gast uit Lubbock Texas, Buddy Holly. In het Frans, Jakes moedertaal sluit het album rockend af met ‘A Plein Coeur’.
Met ‘Generation Rock n’ Roll’ van The Nut Jumpers is het partytime geblazen, al is even verpozen aan de bar soms wel broodnodig. Een dijk van een album!
 
Lambert Smits
Afbeelding
In 2018, this trio surprised us with their album 'Boogie In The Shack'. Although we could expect quality, we could deduce from the line-up. After all, the members were no strangers to the rock 'n' roll scene. First there was the energetic Jake Calypso, also known from the band with His Red Hot, The Corals, Mystery Train and Hot Chickens. There was also Helen Shadow, who we remembered from The Blue Ridge Rockets, The Johnson Family, The Queen Bs and The Shooting Stars. And finally there was Ricky Lee Brawn, who earned his nods with The Stargazers, The Big Six, The Space Cadets and Johnny Back And The Moonshine Boozers. Now, roughly 6 years later, the trio is still there and they have come up with 'Generation Rock n' Roll', released as a Rhythm Bomb Records 20th Anniversary Edition. Jake is still the bass, harmonica and guitar man. Traditionally, Helen Shadow is busy on the six strings and Ricky Lee Brawn flogs the drum heads. All three are responsible for the vocal parts.
The album has 13 tracks, the majority of which came from the pens of Jake and Helen. The trio immediately takes off with 'Back In Black', a Calypso composition. Their craftsmanship is immediately reflected in a rock-solid song with a sublime guitar part. Helen Shadow immediately signs for successor 'Chickies', which is also bursting at the seams with energy and can boast of Jake's pumping bass. Things get even wilder in 'Miss Pussy', which gets started with a quirky intro. With the instrumental 'Timeless', which sounds somewhat spacious, the gass pedal is given some rest. Not for long, however, because with the title track, which nods to psychobilly, it becomes 'pedal to the metal' again. A great authentic rock song is without a doubt 'Don't Know Where I'm Goin'', a composition by Helen. A super beautiful track is also the quieter, country-influenced 'I'll Be Just Fine'. 'Party Doll Got Married' makes the thoughts wander to that guy from Lubbock Texas, called Buddy Holly. In French, Jake's native language, the album ends rockingly with 'A Plein Coeur'.
With 'Generation Rock n' Roll' by The Nut Jumpers it's party time, although sometimes a break at the bar is necessary. A hell of an album!

0 Opmerkingen

Max Merritt and The Meteors: Get A Haircut

3/4/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Max Merritt And The Meteors: Get A Haircut
  2. Max Merritt And The Meteors: Dixieland Rock
  3. Max Merritt And The Meteors: Kiss Curl
  4. Max Merritt And The Meteors: You Made Me Love You
  5. Max Merritt And The Meteors: Mr Loneliness
  6. Max Merritt And The Meteors: If You Want My Lovin’
  7. Max Merritt And The Meteors: Weekend
  8. Max Merritt And The Meteors: Easy To Dream
  9. Max Merritt And The Meteors: Sea Cruise
  10. Max Merritt And The Meteors: I Was The One
  11. Max Merritt And The Meteors: I’ll Take You Home Again Kathleen
  12. Max Merritt And The Meteors: The Way I Walk
  13. Max Merritt And The Meteors: Shine That Ring
  14. Max Merritt And The Meteors: Diamond Ring
  15. Max Merritt And The Meteors: Little Angel
  16. Max Merritt And The Meteors: Tennessee Waltz
  17. Max Merritt And The Meteors: Too Much Tequila
  18. Max Merritt And The Meteors: Hallelujah I Love Her So
  19. Max Merritt And The Meteors: C’mon Everybody
  20. Max Merritt And The Meteors: Teen Beat
  21. Max Merritt And The Meteors: Soft Surfie
  22. Max Merritt And The Meteors: She’s Everything I Wanted You To Be
  23. Max Merritt: The Slow One
  24. Max Merritt: Cossack
​De band Max Merritt and The Meteors zal misschien niet dadelijk herinneringen bij je oproepen. In Nieuw-Zeeland is dat wel zo. Immers in de periode 1959 – 1963 waren zij er de ‘hottest’ rock-‘n-rollband die er, alsook in Australië het nieuwe muziekgenre introduceerde. Bovendien draaiden zij een hele tijd mee in de rock-‘n-rollscene.
Maxwell James Merritt werd geboren op 30 april 1941 in Christchurch, Nieuw-Zeeland. Reeds op 12 jarige leeftijd nam hij voor zijn plezier gitaarlessen. Op 15 jarige leeftijd zei hij de school vaarwel en ging hij werken in het bouwbedrijf van zijn vader. Op die leeftijd raakte Max ook in de ban de opkomende energieke rock-‘n-roll en het bouwbedrijf boeide hem niet langer. Van zijn wedde kocht hij zijn eerste elektrische gitaar en maakte hij zich sterk dat hij aan de kost zou komen als een gevierde rock-‘n-rollartiest. In de eerste versie van The Meteors perfectioneerde Max zijn performance. Vanaf 1955 waren Amerikaanse soldaten gestationeerd in Christchurch. Een jaar later waren Max Merritt and The Meteors vaak te gast op de Amerikaanse basis, waar ze voor het personeel de toenmalige Amerikaanse hits speelden. In 1959 tekenden Max en zijn kompanen een contract met His Master’s Voice. Datzelfde jaar maakten zij ook met ‘Get A Haircut / Dixieland Rock’ hun eerste opname. Een originele opname gekoppeld aan een cover die Elvis zong in de film ‘King Creole’. Voor de tweede opname werd hetzelfde patroon gevolgd. De originele rocker ‘Kiss Curl’ kreeg als b kantje de cover ‘You Made Me Love You’. De line-up van The Meteors onderging nogal wat wisselingen en voor de opnames van de langspeler ‘C’mon Let’s Go’ werden naast The Meteors tevens studiomuzikanten ingehuurd. Begin 1962 verkaste de band naar Australië. Daar namen ze voor His Master’s Voice twee singles op met coverversies van nummers van Gene Vincent, Eddie Cochran en de Britse groep Dave Sampson and The Hunters. Nadat His Master’s Voice het contract beëindigde, tekende de band nog bij de Nieuw-Zeelandse Zodiac en Viking labels. Midden jaren ’70 ontstonden de eerste punkbands en alhoewel Max toen bij het Arista label onderdak vond, bleef het verdere succes uit. Desondanks raakten zijn nummers ‘Slippin’ Away’ en ‘Hey, Western Union Man’ wel in de Australische charts. Aan het eind van het decennium trok Merritt naar Los Angeles. Gedurende de laatste zeven jaar van zijn leven werd hij getroffen door een zeldzame auto-immuunziekte waarbij antilichamen worden aangemaakt die de longen en nieren aanvallen. Max Merritt overleed op 24 september 2020 in volle coronaperiode, zodat er geen uitvaartplechtigheid kon plaatsvinden. Datzelfde jaar werd hij opgenomen in de Nieuw-Zeelandse ‘Music Hall Of Fame’.
Op ‘Get A Haircut’ plaatst het Rockstar label aan de hand van 24 tracks Max Merritt and The Meteors in de spots. De tracks bevatten 22 opnames die Max Merritt samen met The Meteors maakte. De overige 2 nummers nam hij als soloartiest op. Alle songs werden ingeblikt tussen 1959 en 1963. De tracks komen van de 45 toertjes en van de lp ‘C’mon Let’s Go’ en bevatten zowel eigen nummers als coverversies. Het wordt al vlug duidelijk dat Max Merritt and The Meteors de vurige rock-‘n-roll in zich hadden. De originelen ‘Get A Haircut’ en ‘Kiss Curl’ moeten zeker niet de duimen leggen voor de Amerikaanse rock-‘n-roll. Merritt zingt overtuigend en The Meteors leggen een uitermate strakke muzikale basis. Daarnaast is ‘Weekend’ een pracht van een song, waarin de meer akoestische zijde van Max aan bod komt.
Merritts vakmanschap komt wel heel indrukwekkend aan de oppervlakte in de traditional ‘I’ll Take You Home Again Kathleen’, een folksong die hij met verve omtovert in een volwaardig rock-‘n-rollnummer. Superieur!
Dat Max zich ook perfect kon vinden in covers laat hij horen in o.a. ‘Sea Cruise’, de van Elvis gekende slow ‘I Was The One’, ‘Tennessee Waltz’, Ray Charles’ soulvolle rhythm & blues ‘Hallelujah I Love Her So’ en Cochrans ‘C’mon Everybody’. Voor leuke instrumentals zorgen het van Sandy Nelson geleende ‘Teen Beat’ en het originele ‘Soft Surfie’, een pracht van een surfnummer. Als soloartiest horen we Max in het door gitaar gestuurde instrumentale ‘The Slow One’ en het eveneens instrumentale rockende ‘Cossack’, waarmee ook het album eindigt.
‘Get A Haircut’ van Max Merritt and The Meteors is een meer dan formidabel album en zeker het ontdekken waard.
 
Lambert Smits
Afbeelding
The band Max Merritt and The Meteors may not immediately bring back memories for you. That is the case in New Zealand. After all, in the period 1959 - 1963 they were the hottest rock 'n' roll band that introduced the new music genre there, as well as in Australia. Moreover, they were involved in the rock 'n' roll scene for a long time.
Maxwell James Merritt was born on April 30, 1941 in Christchurch, New Zealand. Already at the age of 12 he took guitar lessons for fun. At the age of 15, he left school and went to work in his father's construction company. At that age, Max also fell under the spell of the emerging energetic rock 'n' roll and the construction company no longer interested him. He used his wages to buy his first electric guitar and made it a point to make a living as a celebrated rock 'n' roll artist. In the first version of The Meteors, Max perfected his performance. From 1955, American soldiers were stationed in Christchurch. A year later, Max Merritt and The Meteors were often guests at the American base, where they played the American hits of the time for the staff. In 1959, Max and his colleagues signed a contract with His Master's Voice. That same year they also made their first recording with 'Get A Haircut / Dixieland Rock'. An original recording linked to a cover that Elvis sang in the film 'King Creole'. The same pattern was followed for the second recording. The original rocker 'Kiss Curl' was given the cover 'You Made Me Love You' as a b side. The line-up of The Meteors underwent quite a few changes and studio musicians were also hired in addition to The Meteors for the recording of the long player 'C'mon Let's Go'. In early 1962 the band moved to Australia. There they recorded two singles for His Master's Voice with cover versions of songs by Gene Vincent, Eddie Cochran and the British group Dave Sampson and The Hunters. After His Master's Voice terminated the contract, the band signed with the New Zealand Zodiac and Viking labels. The first punk bands emerged in the mid-1970s and although Max then found refuge on the Arista label, further success failed. Nevertheless, his songs 'Slippin' Away' and 'Hey, Western Union Man' did hit the Australian charts. At the end of the decade, Merritt moved to Los Angeles. During the last seven years of his life, he was affected by a rare autoimmune disease that produces antibodies that attack the lungs and kidneys. Max Merritt died on September 24, 2020 in the middle of the corona period, so no funeral ceremony could take place. That same year he was inducted into the New Zealand Music Hall Of Fame.
On 'Get A Haircut' the Rockstar label puts Max Merritt and The Meteors in the spotlight on the basis of 24 tracks. The tracks contain 22 recordings that Max Merritt made together with The Meteors. He recorded the other 2 songs as a solo artist. All songs were recorded between 1959 and 1963. The tracks come from the 45 tours and the LP 'C'mon Let's Go' and contain both original songs and cover versions. It quickly becomes clear that Max Merritt and The Meteors had the fiery rock 'n' roll in temp. The origineels 'Get A Haircut' and 'Kiss Curl' should certainly not turn a blind eye to American rock 'n' roll. Merritt sings convincingly and The Meteors lay an extremely tight musical foundation. In addition, 'Weekend' is a beautiful song, in which the more acoustic side of Max is discussed.
Merritt's craftsmanship comes to the surface very impressively in the traditional 'I'll Take You Home Again Kathleen', a folk song that he transforms with verve into a full-fledged rock 'n' roll song. Superior!
The fact that Max could also relate perfectly to covers is evident in, among others, 'Sea Cruise', the Elvis-known slow 'I Was The One', 'Tennessee Waltz', Ray Charles' soulful rhythm & blues 'Hallelujah I Love Her So' and Cochran's ‘C'mon Everybody’. The 'Teen Beat' borrowed from Sandy Nelson and the original 'Soft Surfie', a beautiful surf song, provide nice instrumentals. As a solo artist we hear Max in the guitar-driven instrumental 'The Slow One' and the equally instrumental rocking 'Cossack', with which the album also ends.
'Get A Haircut' by Max Merritt and The Meteors is a more than formidable album and definitely worth discovering.

0 Opmerkingen

Various Artists: School House Rock, Vol. 1, School Is In!

20/3/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Wilbert Harrison: Little School Girl
  2. Bill Haley And His Comets: A.B.C. Rock
  3. Frankie Lymon: Waitin’ In School
  4. Chuck Berry: School Day (Ring! Ring! Goes The Bell)
  5. Gene Summers: School Of Rock ‘N’ Roll
  6. Bird Rollins: Pretty Little School Girl
  7. Gary U.S. Bonds: School Is In
  8. The Delacardos: Letter To A School Girl
  9. Billy Harian: School House Rock
  10. Don Willis: Boppin’ High School Baby
  11. Joey Dee And The Starliters: The Girl I Walk To School
  12. Chubby Checker: The Class
  13. Tommy Facenda: High School U.S.A.
  14. The Olympics: (I Wanna) Dance With The Teacher
  15. Sonny James With The Eligibles: Talk Of The School
  16. The ‘5’ Royales: School Girl
  17. The Five Chums: High School Affair
  18. Doug Connell & The Hot Rods: On Our Way From School
  19. The Shades: School Bus
  20. Jerry Lee Lewis: High School Confidential
  21. Wynn Stewart: School Bus Love Affair
  22. Don & Bob: Good Morning Little School Girl
  23. Larry Williams: High School Dance
  24. Benny Joy: ‘Hey’…High School Baby!
  25. Larry Birdsong: Little School Girl
  26. The Falcons: The Teacher
  27. The Kalin Twins: School Bell Dream
  28. John D. Loudermilk: Yearbook
  29. Conway Twitty: Platinum High School
  30. Artie Lewis: Hey Little School Girl
  31. The Winstons: School Girl
  32. Ronnie Allen: High School Love
  33. Frankie Avalon: Teacher’s Pet
  34. Jimmy Case: High School Hall Of Fame
​‘School Is In’ is het eerste volume in de tweedelige serie ‘School House Rock’. De school behoorde tot het dagelijkse leven van de tieners die de nieuwe genres rock-‘n-roll en rockabilly omarmden. Naast het bijwonen van de lessen en de ermee verbonden testen en toetsen, ontstonden er op school ook heel wat romances. Romances waarbij vreugde en verdriet vaak dicht bij mekaar lagen. Het is dan ook vanzelfsprekend dat al deze items heel wat inspiratie boden voor de artiesten die vaak pas zelf nog maar net de schooljaren achter zich hadden gelaten. Op het eerste volume ‘School Is In’ krijg je alvast 34 tracks die de school en alles wat ermee te maken heeft als onderwerp hebben. Een aantal van deze opnames ken je ongetwijfeld, zoals Chuck Berry’s ‘School Day (Ring! Ring! Goes The Bell)’ en Jerry Lee Lewis’ ‘High School Confidential’. Deze zijn dan ook op dit album te vinden. Andere zullen je misschien minden bekend of zelfs onbekend in de oren klinken, tijd om ze te ontdekken dus. De woorden ‘Little School Girl’ zullen nog vaak in de titels en lyrics opduiken. Een eerste maal gebeurt dit bij Wilbert Harrison, die zijn ‘Little School Girl’ een poppy exotische sfeer meegeeft. Het alfabet onder de knie krijgen op een rockende manier, dan ben je bij ‘A.B.C. Rock’ van Bill Haley and His Comets aan het juiste adres. En let ook op de schitterende vocals van Billy Williamson. Dorsey en Johnny Burnette schreven dan weer het van Ricky Nelson gekende ‘Waitin’ In School’, hier in de versie van Frankie Lymon. De titeltrack ‘School Is In’ komt van de nog jonge Gary (U.S.) Bonds, die later nog hoge ogen zou gooien. Het nummer heeft heel wat rhythm & blues in de genen, al zullen de teenagers van toen zich niet in de lyrics hebben kunnen vinden. Een uitstekend traag doo-wopnummer leveren The Delacardos met ‘Letter To A School Girl’. Later zouden The Delacardos zich meer op het soulrepertoire toeleggen. Uptempo doo-wop volgt later nog met ‘(I Wanna) Dance With The Teacher’ van The Olympics. Meer kippenvel bezorgende samenzang bezorgen The “5” Roayles je met ‘School Girl’. Zij worden in hetzelfde genre gevolgd door ‘High School Affair’ van The Five Chums. En ook The Falcons zorgen in ‘The Teacher’ voor mooie vocale prestaties, net zoals trouwens The Winstons in ‘School Girl’.  Voor opzwepende in echo gedrenkte rockabilly zorgt Don Willis in ‘Boppin’ High School Baby’. Later zou Chubby Checker met ‘Let’s Twist Again’ een wereldhit op zak hebben. Hier krijg je Chubby met het formidabele, wat hilarisch klinkende ‘The Class’. Helemaal onbekend zijn The Shades. Onbegrijpelijk want ‘School Bus’ is een parel van ‘teenager garage rock’. Indrukwekkend klinkt zeker het met pop overgoten ‘School Bus Love Affair’ van Wynn Stewart. Duetten komen in rock-‘n-roll maar sporadisch voor. Dat het met succes kan, laten Don and Bob horen in ‘Good Morning, Little School Girl’, alsook The Kalin Twins met ‘School Bell Dream’. Voor ‘tearjerkers’ van formaat skip je best naar ‘High School Dance’ van de emotionele Larry Williams en ‘Yearbook’ van John D. Loudermilk. Hoge ogen gooit ook Larry Birdsong met de rockende rhythm & blues ‘Little School Girl’.
Verder nog uitstekend rockend werk van o.a. Gene Summers, Bird Rollins, Billy Harian, Joey Dee and The Starliters, Sonny James, Doug Connell, Benny Joy, Conway Twitty, Ronnie Allen, Frankie Avalon en afsluiter Jimmy Case.
‘School House Rock, Vol. 1, School Is In!’ is de soundtrack van de in de fifties nog als teenagers bestempelde jongeren. Een soundtrack die meer dan een halve eeuw later nog steeds energiek en fris klinkt. Het wordt dus nieuwsgierig uitkijken naar het tweede volume. Het eerste volume is alvast een aanrader van formaat.
 
Lambert Smits
Afbeelding
'School Is In' is the first volume in the two-part series 'School House Rock'. The school was part of the daily lives of the teenagers who embraced the new genres of rock 'n' roll and rockabilly. In addition to attending classes and the associated tests, many romances also developed at school. Romances where joy and sadness were often close together. It is therefore self-evident that all these items provided a lot of inspiration for the artists who had often only just left their school years few behind them. On the first volume 'School Is In' you get 34 tracks that focus on school and everything related to it. You are undoubtedly familiar with some of these recordings, such as Chuck Berry's 'School Day (Ring! Ring! Goes The Bell)' and Jerry Lee Lewis' 'High School Confidential'. These can also be found on this album. Others may sound less familiar or even unknown to you, so time to discover them. The words 'Little School Girl' will often appear in the titles and lyrics. This happens for the first time with Wilbert Harrison, who gives his 'Little School Girl' a poppy exotic atmosphere. Mastering the alphabet in a rocking way, then 'A.B.C. Rock' by Bill Haley and His Comets has come to the right place. And also pay attention to Billy Williamson's beautiful vocals. Dorsey and Johnny Burnette wrote Ricky Nelson's 'Waitin' In School', here in Frankie Lymon's version. The title track 'School Is In' comes from the young Gary (U.S.) Bonds, who would later achieve great acclaim. The song has a lot of rhythm & blues in its genes, although the teenagers of the time would not have been able to identify with the lyrics. The Delacardos deliver an excellent slow doo-wop song with 'Letter To A School Girl'. Later, The Delacardos would later focus more on the soul repertoire. Uptempo doo-wop follows later with '(I Wanna) Dance With The Teacher' by The Olympics. The “5” Roayles give you more goosebumps-inducing harmonies with 'School Girl'. They are followed in the same genre by 'High School Affair' by The Five Chums. And The Falcons also provide beautiful vocal performances in 'The Teacher', just like The Winstons in 'School Girl'. Don Willis provides exciting rockabilly drenched in echo in 'Boppin' High School Baby'. Chubby Checker would later have a world hit with 'Let's Twist Again'. Here you get Chubby with the formidable, somewhat hilarious sounding 'The Class'. The Shades are completely unknown. Incomprehensible because 'School Bus' is a pearl of 'teenager garage rock'. The pop-infused 'School Bus Love Affair' by Wynn Stewart certainly sounds impressive. Duets only occur sporadically in rock 'n' roll. Don and Bob demonstrate that it can be done successfully in 'Good Morning, Little School Girl', as well as The Kalin Twins with 'School Bell Dream'. For major tearjerkers, skip to 'High School Dance' by the emotional Larry Williams and 'Yearbook' by John D. Loudermilk. Larry Birdsong also scores well with the rocking rhythm & blues 'Little School Girl'.
Furthermore, excellent rocking work from Gene Summers, Bird Rollins, Billy Harian, Joey Dee and The Starliters, Sonny James, Doug Connell, Benny Joy, Conway Twitty, Ronnie Allen, Frankie Avalon and closing act Jimmy Case.
'School House Rock, Vol. 1, School Is In!' is the soundtrack of the young people who were still considered teenagers in the fifties. A soundtrack that still sounds energetic and fresh more than half a century later. So we will be curiously looking forward to the second volume. This first volume is highly recommended.

0 Opmerkingen

Various Artists: That’ll Flat…Git It!, Vol. 45

6/3/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Tommy Lomonte: Yeah, Yeah, Yeah
  2. Ricky Nelson: Shirley Lee
  3. Bob Luman: Wild Eyed Woman
  4. Roy Brown: Saturday Night
  5. Gloria Jean Pitts: I Don’t Stand No Quittin’
  6. Merle Kilgore: Everybody Needs A Little Lovin’
  7. Gene Henslee: Rockin’ Baby
  8. The Burnette Brothers: My Honey
  9. Slick Slavin: Speed Crazy
  10. Jackie Walker: Only Teenagers Allowed
  11. Bob Luman: Blue Days, Black Nights
  12. Merle Kilgore: Ernie
  13. Ricky Nelson: One Of These Mornings
  14. Laura Lee Perkins: Kiss Me Baby
  15. The Leen Teens: So Shy
  16. Jay Blue: Get Off My Back
  17. Dennis Herrold: Don’t Push Away
  18. Ronnie Smith: Long Time No Love
  19. Ricky Nelson: Milk Cow Blues
  20. Roy Brown: Slow Down Little Eva
  21. Sonny Anderson: Yes, I’m Gonna Love You
  22. Lee Williams: Don’t Mention My Name
  23. Nick Venet: Love In Be Bop Time
  24. The Sidewinders: Sidewinder
  25. Bob Luman: This Is The Night
  26. Freddie Fender: Mean Woman
  27. Ronnie Diamond: Life Begins At 4 O’clock
  28. Bobby Jay: Sweet Little Stranger
  29. Dennis Herrold: Make With The Lovin’
  30. Jackie Walker: Good Good Feeling
  31. Merle Kilgore: Start All Over Again
  32. Bob Luman: Red Cadillac And A Black Moustache
  33. Gene Henslee: Diggin’ N’ Datin’
  34. Dub Dickerson: Sugar Lips
  35. Jack Tucker: Lonely Man
​Onlangs kreeg je hier de review van volume 43 in de ‘That’ll Flat…Git It! serie, en nu ligt volume 45 in ons afspeelapparaat. Ik hoor je al vragen……en waar blijft volume 44. Wel, dat volume verscheen reeds in augustus 2023 en de review ervan kan je hier nog eens herlezen. Goed, maar nu terug naar volume 45 dat aandacht schenkt aan de uitgaves van Imperial Records. Het label had country, rockabilly en New Orleans rhythm & blues in zijn catalogus zitten. Een catalogus die verder ook aangevuld werd met subgenres. Het label bracht heel wat bekende artiesten voort. Denk maar aan Ricky Nelson, The Burnette Brothers, Merle Kilgore, Lew Williams, Laura Lee Perkins, Dennis Herrold, Jackie Walker en Bob Luman. Andere namen die later nog in de spots zouden komen te staan zijn de toen nog jonge Freddy Fender en de later als bluesshouter naam makende Roy Brown. Deze ronkende namen krijgen het gezelschap van minder bekende en obscure artiesten. Afgetrapt wordt er door Tommy Lomonte. Samen met de bekende Dave Bartholomew schreef hij de super rocker ‘Yeah, Yeah, Yeah’. Tommy wordt gevolgd door Ricky Nelson met ‘Shirley Lee’. Nelson keert nog tweemaal terug met ‘One Of These Mornings’ en ‘Milk Cow Blues’. Een andere grootheid binnen het genre was Bob Luman. Hij is vier keren van de partij, inclusief het vaak gecoverde ‘Red Cadillac And A Black Moustache’ dat Bob als eerste artiest opnam. In ‘Blue Days, Black Nights’ laat hij iets meer zijn countrykantje horen. Ook Merle Kilgore was één van de paradepaardjes van het Imperial label. Hij is op deze compilatie opgenomen met drie songs. Intrigerend is het ietwat trage ‘Start All Over Again’.  Naast uitvoerend artiest, heeft Kilgore ook heel wat hits geschreven, zoals o.a. ‘Ring Of Fire’ van Johnny Cash, met June Carter als co-writer. Een sterke hillbilly ondertoon typeert Gene Henslee’s ‘Rockin’ Baby’ en ‘Diggin’ ‘n’ Datin’’. Met een wel heel rauwe stem werkt Laura Lee Perkins zich dan weer door ‘Kiss Me Baby’. Opmerkelijk is zeker ‘So Shy’ van The Leen Teens. Nummer dat drijft op een leuk clean gitaargeluid. In een echo gedrenkte stem en rock-‘n-roll en rockabilly gaan meer dan eens perfect samen. Een knap voorbeeld hiervan is ‘Get Off My Back’ van Jay Blue. Een hoogtepunt is zeker het van een toffe piano voorziene ‘Long Time No Love’ van Ronnie Smith. Nummer dat geschreven werd door Roy Orbison. Een relaxte bluessfeer etaleert Roy Brown in ‘Slow Down Little Eva’. Dorsey en Johnny Burnette componeerden dan weer ‘Yes, I’m Gonna Love You’, dat je hier krijgt in de versie van Sonny Anderson. Voor een formidabele instrumentale gitaarrocker kan je terecht bij The Sidewinders en hun ‘Sidewinder’. Lang vooraleer hij in de zeventiger jaren als countryartiest naam maakte, was Freddy Fender als rocker actief. Daarvan kan je getuige zijn tijdens het slow rockende ‘Mean Woman’.
Op deze compilatie wordt andermaal duidelijk dat Imperial heel wat bekende artiesten onder haar vleugels nam. Tevens werd er enorm aandacht besteed aan de opnames. Steengoede composities, knappe arrangementen en prachtige vocale prestaties maakten het plaatje compleet. Allemaal zaken die je van een bekend platenlabel mocht verwachten.
 
Lambert Smits
Afbeelding
You recently could read the review of volume 43 in the 'That'll Flat...Git It! series, and now volume 45 is in our playback device. I already hear you asking... and where is volume 44? Well, that volume was already released in August 2023 and you can reread its review here. Okay, but now back to volume 45 which focuses on Imperial Records releases. The label had country, rockabilly and New Orleans rhythm & blues in its catalog. A catalog that was also supplemented with subgenres. The label produced many well-known artists. Just think of Ricky Nelson, The Burnette Brothers, Merle Kilgore, Lew Williams, Laura Lee Perkins, Dennis Herrold, Jackie Walker and Bob Luman. Other names that would later come into the spotlight are the then young Freddy Fender and Roy Brown, who later made a name for himself as a blues shouter. These buzzing names are joined by lesser-known and obscure artists. Tommy Lomonte kicks off. Together with the famous Dave Bartholomew he wrote the super rocker 'Yeah, Yeah, Yeah'. Tommy is followed by Ricky Nelson with 'Shirley Lee'. Nelson returns twice more with 'One Of These Mornings' and 'Milk Cow Blues'. Another great one within the genre was Bob Luman. He appears four times, including the often covered 'Red Cadillac And A Black Moustache', which Bob was the first artist to record. In 'Blue Days, Black Nights' he shows his country side a luttele more. Merle Kilgore was also one of the showpieces of the Imperial label. He is included on this compilation with three songs. The somewhat slow 'Start All Over Again' is intriguing. In addition to being a performing artist, Kilgore has also written many hits, such as 'Ring Of Fire' by Johnny Cash, with June Carter as co-writer. A strong hillbilly undertone characterizes Gene Henslee's 'Rockin' Baby' and 'Diggin' 'n' Datin''. With a very raw voice, Laura Lee Perkins works her way through 'Kiss Me Baby'. Remarkable is certainly 'So Shy' by The Leen Teens. Song that floats on a nice clean guitar sound. Voice drenched in echo and rock 'n' roll and rockabilly go together perfectly more than once. A good example of this is 'Get Off My Back' by Jay Blue. A highlight is certainly Ronnie Smith's 'Long Time No Love', which features a cool piano. Song written by Roy Orbison. Roy Brown showcases a relaxed blues atmosphere in 'Slow Down Little Eva'. Dorsey and Johnny Burnette composed 'Yes, I'm Gonna Love You', which you get here in Sonny Anderson's version. For a formidable instrumental guitar rocker you can go to The Sidewinders and their 'Sidewinder'. Long before he made a name for himself as a country artist in the seventies, Freddy Fender was active as a rocker. You can witness this during the slow rocking 'Mean Woman'.
This compilation once again makes it clear that Imperial took many well-known artists under its wing. A lot of attention was also paid to the recordings. Excellent compositions, clever arrangements and beautiful vocal performances completed the picture. All things you would expect from a well-known record label.
0 Opmerkingen

Various Artists: Whip Masters Instrumentals, Vol. 5

23/2/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Jerry Neal: Scratchin’
  2. Bob  Moore And The Temps: Braggin’
  3. Clifton Chenier: The Big Wheel
  4. Ernie Freeman Combo: Comin’ Home Baby
  5. The Satellites: Ali-Baba
  6. The Pyramids: Penetration
  7. Carl Newman: Tom-Tom
  8. The Starfires: Chartreuse Caboose
  9. Chiyo And The Crescents: Devil Surf
  10. Walkin Charlie Aldrich And The Way Outers: Hot Sake
  11. Commanders: Blackout
  12. Baby Boy Warren: Chicken
  13. The Tarantulas: Tarantula
  14. Manuel And The Renegades: Woody Wagon
  15. The Fifty Milers: The Grunt
  16. Johnnie And Jack And The Tennessee Mountain Boys: Yeah
  17. The Galaxies: Ad Lib
  18. Byron Gosh Group: Disgusting
  19. Dave Hamilton And His Peppers: Cooter Bug
  20. Willis ‘Gator’ Jackson And His Orchestra: Rock! Rock! Rock!
  21. Tiny Lyman And His Jukes: Left Overs
  22. The Brain Twist: Brain Twist
  23. Paul Gayten: Tickle Toe
  24. The Nite Sounds: Cheese Cake
  25. Chantays: Move It
  26. Ernie Freeman: Walking The Beat
  27. Young John Watson: Space Guitar
  28. Tex Carman: Aungalala
  29. The Losers: Snake Eyes
  30. Link Wray And The Wraymen: Slinky

​Dat er binnen de rootsgenres heel wat aantrekkelijke instrumentale nummer werden opgenomen, laat dit vijfde volume in de ‘Whip Masters Instrumentals’ serie nogmaals horen. Het album bevat traditiegetrouw 30 tracks, allen opgenomen tussen 1952 en 1963. Van vele van de hier bijeen gebrachte artiesten zal je weinig of niets vinden. De muziek die ze maakten heeft echter zonder twijfel de tand des tijds moeiteloos doorstaan. Geef die volumeknop een flinke ruk naar rechts en laat zo je buren mee genieten van de alles verschroeiende tracks. Jerry Neal mag van wal steken met het heel apart klinkend, iets Oosters aandoend ‘Scratchin’’.  Heel Oosters klinkt later ook ‘Ali Baba’ van The Satellites. Neal wordt gevold door Bob Moore And The Temps, die het rockende ‘Braggin’’ op smaak brengen met mondharmonica en orgeltje. Zydecoartiest Clifton Chenier is uniek op de accordeon. Een instrument dat in zijn handen rockt als geen ander. Hiervan krijg je een voorsmaakje tijdens ‘The Big Wheel’. Carl Newman schakelt nog een versnelling hoger. Stampende drums vormen de basis voor het opzwepende ‘Tom-Tom’. Het Oosten inspireerde ook Walkin’ Charlie Aldrich and The Way Outers, zoals te horen is in ‘Hot Sake’. In de blues tref je ook heel wat instrumentale nummers aan. Meestal hebben die ofwel de gitaar of de mondharmonica op het voorplan. In ‘Chicken’ doet Baby Boy Warren het met de mondharmonica. En schenk ook aandacht aan de percussie op het washboard. Blues is ook één van de ingrediënten van ‘The Grunt’ door The Fifty Milers.  Het orgel is dan weer, aangevuld met gitaar, het leadinstrument op ‘Tarantula’ van hoe kan het anders, The Tarantulas. Heerlijke instrumentale gitaar rock-‘n-roll komt er nog met ‘Ad Lib’ en The Galaxies. Nummer dat zowel een portie rhythm & blues als rock-‘n-roll bevat, presenteert Byron Gosh Group in ‘Disgusting’. Genres die ook deel uitmaken van ‘Rock! Rock! Rock!’ door Willis ‘Gator’ Jackson en zijn orkest, inclusief razend knappe prestaties van de blazerssectie. Rhythm & blues is tevens de basis voor Dave Hamiltons ‘Cooter Bug’ en ‘Walking The Beat’ van Ernie Freeman. Speels, mede door de piano, klinkt dan weer ‘Tickle Toe’ van Paul Gayten. De race naar de verovering van de ruimte inspireerde vele artiesten. Zo ook Young John Watson die een leuk ruimtegeluid neerzet in ‘Space Guitar’. Een indrukwekkend nummer is het door hillbilly beïnvloedde ‘Aungalala’ van Tex Carman, met een razendsnelle intro op de zes snaren.
Surf is eerder het genre waarin The Pyramids, Chiyo and The Crescents, Manuel and The Renegades, The Nite Sounds en The Losers schitteren.
In zijn, uit duizend herkenbare stijl, sluiten Link Wray en zijn Wraymen af met ‘Slinky’.
Clean klinkende gitaren, verfrissende orgelklanken, een stevige beat aangevende drums en creatieve blazers, je krijgt het allemaal op een bordje aangeboden op het vijfde volume in de ‘Whip Masters Instrumentals’ serie. Aan jullie om het gretig te verorberen.
 
Lambert Smits (5)
Afbeelding
This fifth volume in the 'Whip Masters Instrumentals' series once again shows that many attractive instrumental songs were recorded within the roots genres. The album traditionally contains 30 tracks, all recorded between 1952 and 1963. You will find little or nothing of many of the artists brought together here. However, the music they made has undoubtedly stood the test of time. Give that volume knob a good push to the right and let your neighbors enjoy the scorching tracks. Jerry Neal can start with the very special, slightly Eastern sounding 'Scratchin''. Later, 'Ali Baba' by The Satellites also sounds very Eastern. Neal is followed by Bob Moore And The Temps, who spice up their rocking 'Braggin'' with harmonica and organ. Zydeco artist Clifton Chenier is unique on the accordion. An instrument that rocks in his hands like no other. You will get a taste of this during 'The Big Wheel'. Carl Newman shifts things up a gear. Pounding drums form the basis for the exciting 'Tom-Tom'. The East also inspired Walkin' Charlie Aldrich and The Way Outers, as can be heard in 'Hot Sake'. In the blues you will find many great instrumental songs. Usually they have either the guitar or the harmonica in the front. In 'Chicken' Baby Boy Warren does it with the harmonica. And also pay attention to the percussion on the washboard. Blues is also one of the ingredients of 'The Grunt' by The Fifty Milers. The organ, supplemented with guitar, is the lead instrument on 'Tarantula' by The Tarantulas. Wonderful instrumental guitar rock 'n' roll comes with 'Ad Lib' and The Galaxies. Byron Gosh Group presents a song that contains both a portion of rhythm & blues and rock 'n' roll in 'Disgusting'. Genres that are also part of 'Rock! Rock! Rock!' by Willis 'Gator' Jackson and his orchestra, including a fantastic performance from the horn section. Rhythm & blues is also the basis for Dave Hamilton's 'Cooter Bug' and 'Walking The Beat' by Ernie Freeman. 'Tickle Toe' by Paul Gayten sounds playful, partly due to the piano. The race to conquer space inspired many artists. This includes Young John Watson, who creates a nice space sound in 'Space Guitar'. An impressive song is the hillbilly-influenced 'Aungalala' by Tex Carman, with a lightning-fast intro on the six strings.
Surf is rather the genre in which The Pyramids, Chiyo and The Crescents, Manuel and The Renegades, The Nite Sounds and The Losers shine.
In his uniquely recognizable style, Link Wray and his Wraymen close with 'Slinky'.
Clean sounding guitars, refreshing organ sounds, drums that provide a solid beat and creative horns, you get it all on one plate on the fifth volume in the 'Whip Masters Instrumentals' series. It's up to you to devour it eagerly.

0 Opmerkingen

Benny Joy: Rocks

19/2/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Crash The Party
  2. I’m Gonna Move
  3. Ittie Bittie Everything
  4. Big John Taylor – Money Money
  5. ‘Hey’…High School Baby!
  6. Little Red Book
  7. Gossip Gossip Gossip
  8. Dark Angel
  9. Miss Bobby Sox
  10. I Need A Whole Lotta You
  11. Love Zone
  12. Nosey Nosey Neighbours
  13. Cold Cold Woman
  14. Spin The Bottle
  15. (What’ll I Do) Call The Zoo
  16. Big John Taylor – Rebel Rock
  17. Little Girl, Little Girl
  18. Rollin’ To The Juke Box Rock
  19. Bundle Of Love
  20. Steady With Betty
  21. Indian Giver
  22. Big John Taylor – Talking About You
  23. Touchdown
  24. Crash The Party (Un-Edited Version)
  25. Spin The Bottle (Nashville Demo)
  26. Button Nose
  27. In Study Hall
  28. Wild Wild Lover
  29. I’m Doubtful Of Your Love
  30. Come Back
​Benny Joy kwam hier onlangs reeds aan bod, maar nu brengt ook Bear Family Records een eerbetoon aan deze rocker. Joy werd geboren op 5 november 1935 en overleed aan kanker op 52 jarige leeftijd. Als uitvoerend artiest kon hij jammer genoeg niet het beoogde en vooral verdiende succes bekomen. Dat veranderde echter toen de rock-‘n-roll en rockabilly in de zeventiger en tachtiger jaren van vorige eeuw aan een revival bezig waren. Als songschrijver oogstte hij dat wel met hits die hij schreef voor o.a. Jackie Wilson, Charlie Rich, Johnny Cash en Carl Smith. Bennys composities voor collega-artiesten staan niet op deze compilatie. ‘Rocks’ zet wel Benny Joy als performer in de spots. Met ‘Little Red Book’, ‘Miss Bobby Sox’, ‘Crash The Party’, ‘Spin The Bottle’, ‘Button Nose’ en de ‘Jukebox Rock’ heeft hij fifties klassiekers achter zijn naam staan. Vanzelfsprekend staan deze songs ook allen op dit album. Daarnaast krijg je ook minder bekende, maar daarom niet minder gesmaakte songs te horen. Zo schitteren hier ook ‘Wild Wild Lover’, ‘Gossip, Gossip, Gossip’, ‘I’m Gonna Move’ en ‘Love Zone’. Zijn repertoire nam Benny op voor diverse labels, zoals Tri-Dec, Dixie, Antler, Ram en Decca. Naast zijn opnames uit de fifties bevat ‘Rocks’ ook een aantal van Joys opnames en demos uit de jaren ’70 en ’80. Zoals de uit 1981 stammende ‘Dark Angel’ en ‘Indian Giver’ die duidelijk sporen van country en Cash bevatten.
Dit album bevat in totaal 30 nummers, waarvan Benny Joy op 27 ervan te horen is. De overige 3 worden ingevuld door Big John Taylor, jarenlang Bennys muzikale compagnon. Samen namen ze ook hun allereerste single ‘Hey… High School Baby! / Spin The Bottle’ op voor Tri-Dec in 1957. Big John Taylor laat zijn talent op de zes snaren met verve horen op de instrumentals ‘Money Money’ en ‘Rebel Rock’. Vocaal hoor je hem dan weer aan het werk op ‘Talking About It’.
Deze compilatie bewijst dat Benny Joy een excellente rocker was. Vele van zijn nummers hebben zoveel hit potentieel dat het een raadsel blijft waarom ze geen hits werden. Aan de songkwaliteit en de uitvoering lag het in elk geval niet. Benny is voor velen nog ‘onbekend en onbemind’. Daar brengen compilaties als deze gelukkig verandering in. Meer over Benny alsook over de tracks lees je in het 32 pagina’s tellend keurig uitgevoerd booklet.
 
Lambert Smits
Afbeelding
Benny Joy appeared recently on this site, but now Bear Family Records is also paying tribute to this rocker. Joy was born on November 5, 1935 and died of cancer at the age of 52. Unfortunately, as a performing artist he could not achieve the intended and above all, deserved success. However, that changed when rock 'n' roll and rockabilly were undergoing a revival in the seventies and eighties of the last century. As a songwriter he achieved this with hits he wrote for Jackie Wilson, Charlie Rich, Johnny Cash and Carl Smith, among others. Benny's compositions for fellow artists are not included on this compilation. 'Rocks' puts Benny Joy in the spotlight as a performer. With 'Little Red Book', 'Miss Bobby Sox', 'Crash The Party', 'Spin The Bottle', 'Button Nose' and 'Jukebox Rock' he has fifties classics to his name. Naturally, these songs are all on this album. You will also hear lesser-known, but no less appreciated, songs. 'Wild Wild Lover', 'Gossip, Gossip, Gossip', 'I'm Gonna Move' and 'Love Zone' also shine here. Benny recorded his repertoire for various labels, such as Tri-Dec, Dixie, Antler, Ram and Decca. In addition to his recordings from the fifties, 'Rocks' also contains a number of Joy's recordings and demos from the '70s and '80s. Such as the 1981 'Dark Angel' and 'Indian Giver', which clearly contain traces of country and Cash.
This album contains a total of 30 songs, of which Benny Joy can be heard on 27 of them. The other 3 are filled in by Big John Taylor, Benny's musical partner for many years. Together they also recorded their very first single 'Hey... High School Baby! / Spin The Bottle' for Tri-Dec in 1957. Big John Taylor shows off his talent on the six strings with verve on the instrumentals 'Money Money' and 'Rebel Rock'. Vocally you can hear him at work on 'Talking About It'.
This compilation proves that Benny Joy was an excellent rocker. Many of his songs have so much hit potential that it remains a mystery why they didn't become hits. In any case, it was not due to the song quality and performance. Benny is still 'unknown and unloved' for many. Fortunately, compilations like this change that. You can read more about Benny as well as the tracks in the 32-page awesome executed booklet.

0 Opmerkingen

Joakim Tinderholt and His Band: Deadlines

17/2/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Deadlines
  2. Don’t Look Now
  3. I Ain’t Rich
  4. I Know You Don’t Love Me
  5. Love Is Amazing
  6. Hillbilly Blues
  7. Can I Change My Mind
  8. Too Late
  9. How I Got To Memphis
  10. Love Is A Four Letter Word
 
Website Artiest
Joakim Tinderholt

​Met ‘Deadlines’ is Joakim Tinderholt aan zijn derde album toe. Hierop verkent hij alle hoeken van de rootsgenres, van rhythm & blues tot rock-‘n-roll en soul. ‘Deadlines’ bevat 10 songs, waarvan 5 originele nummers en de rest zijn met zorg uitgekozen covers. Naast zijn vaste band, deed Joakim beroep op een aantal gastmuzikanten. Zo is ‘Sax’ Gordon Beadle te horen op tenorsax, Frederik Mustad zit aan het Hammond B3 orgel, Daniel Eriksen ontfermt zich over de slidegitaar en Christoffer ‘Kid’ Andersen fungeert samen met echtgenote Lisa Leuschner als backing vocals. Kid Andersen bespeelt ook keyboards en Lisa zorgt voor percussie.
Stevig rockend en rollend wordt de spits afgebeten met de titeltrack. Dat genre is later ook nog de basis voor het orignele ‘Too Late’. ‘Don’t Look Now’ is dan weer een meeslepende rhythm & blues, waarna ‘I Ain’t Rich’ meer naar het genre hedendaagse blues neigt en een beetje knipoogt naar Robert Cray. Met ‘Love Is Amazing’, een nummer van Robert Ward trekt Tinderholt resoluut de soulkaart. Soul is ook te vinden in ‘Can I Change My Mind’, ‘How I Got To Memphis’ en afsluiter ‘Love Is A Four Letter Word’.
Eddie Clearwaters ‘Hillbilly Blues’  blijft ook in Tinderholts versie een prachtstaaltje van rockende rhythm & blues, dat net zoals het origineel wat aan Chuck Berry doet denken.
Met ‘Deadlines’ bewijst Joakim Tinderholt dat hij op scherp staat. Of het nu rockende rhythm & blues, rock-‘n-roll of diepe soul betreft, de genres zitten hem als gegoten.
‘Deadlines’ is al één van de eerste hoogvliegers van het nieuwe jaar.
 
Lambert Smits
Afbeelding
With 'Deadlines' Joakim Tinderholt is on his third album. He explores all corners of the roots genres, from rhythm & blues to rock 'n' roll and soul. 'Deadlines' contains 10 songs, 5 of which are original songs and the rest are carefully selected covers. In addition to his regular band, Joakim called on a number of guest musicians. For example, 'Sax' Gordon Beadle can be heard on tenor sax, Frederik Mustad is on the Hammond B3 organ, Daniel Eriksen takes care of the slide guitar and Christoffer 'Kid' Andersen, together with his wife Lisa Leuschner, provides backing vocals. Kid Andersen also plays keyboards and Lisa provides percussion.
Rocking and rolling, the climax kicks off with the title track. That genre later also formed the basis for the original 'Too Late'. 'Don't Look Now' is a compelling rhythm & blues, after which 'I Ain't Rich' leans more towards the contemporary blues genre and gives a little nod to Robert Cray. With 'Love Is Amazing', a song by Robert Ward, Tinderholt resolutely plays the soul card. Soul can also be found in 'Can I Change My Mind', 'How I Got To Memphis' and closing track 'Love Is A Four Letter Word'.
Eddie Clearwater's 'Hillbilly Blues' remains a beautiful example of rocking rhythm & blues in Tinderholt's version, which, Juust like the original, is somewhat reminiscent of Chuck Berry.
With 'Deadlines' Joakim Tinderholt proves that he is on edge. Whether it's rocking rhythm & blues, rock 'n' roll or deep soul, the genres fit him like a glove.
'Deadlines' is already one of the first high-flyers of the new year.

0 Opmerkingen

On The Dancefloor With Dion Di Mucci

13/2/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Drip Drop
  2. Runaround Sue
  3. (I Was) Born To Cry
  4. Queen Of The Hop
  5. Flim Flam
  6. The Wanderer
  7. Little Star
 
Dion And The Belmonts
  1. A Teenager In Love
  2. Donna The Prima Donna
  3. Sandy
  4. This Little Girl Of Mine
  5. Love Came To Me
  6. Can’t We Be Sweethearts
  7. The Majestic
  8. Gonna Make It Alone
  9. Unloved, Unwanted Me
  10. Kansas City
  11. Ruby Baby
  12. Little Diane
  13. Lonely Teenager
  14. Sweet, Sweet Baby
  15. I Got The Blues
  16. I Wonder Why
  17. Fever
  18. This Little Girl
  19. Come Go With Me
  20. Shout
  21. Lovers Who Wander
  22. North East End Of The Corner
​Dion Di Mucci, meestal kortweg Dion genoemd, prijkt op het recente volume van de ‘On The Dancefloor With…’ serie. Dion was de leadzanger van The Belmonts. Samen scoorden ze hits met ‘I Wonder Why’, ‘A Teenager In Love’ en ‘Where Or When’. Ook als soloartiest ging het Dion voor de wind. Daar wist hij de hitlijsten te bestormen met ‘Lonely Teenager’, ‘Runaround Sue’, ‘Ruby Baby’, ‘The Wanderer’ en ‘Donna The Prima Donna’. Geboren in 1939, startte hij in de fifties, de hoogdagen van de doo-wop en rock-‘n-roll met The Belmonts en profileerde hij zich meteen als één van de baanbrekende artiesten van die tijd.  Dions sterkte was dat hij doo-wop, rock-‘n-roll en zelfs rhythm & blues zodanig wist te versmelten dat er een unieke ‘Dion sound’ ontstond. Omstreeks 1960 verliet hij de groep om aan zijn solocarrière te werken. Als soloartiest evolueerde hij zodanig dat hij naast pop, ook nummers in het blues- en folkgenre opnam.
Dit album bevat alle hits die Dion samen met The Belmonts maakte, alsook de hits die hij als soloartiest opnam. Naast de overbekende tracks zijn er songs die misschien niet dadelijk gekend zijn bij het grote publiek. Maar laat ons duidelijk zijn, alle songs zijn kwalitatief even sterk. Net zo interessant zijn de covers van bekende songs. Luister eens hoe hij zich door de Leiber/Stoller compositie ‘Kansas City’ werkt en ook door Little Willie Johns klassieker ‘Fever’. Om van zijn energieke cover van ‘Shout’ nog maar te zwijgen. Later zou Dion bluesssongs opnemen. Een voorsmaakje krijg je hier al met ‘I Got The Blues’, waar hij het heerlijke rauwe randje in zijn stem etaleert. In afsluiter het licht jazzy ‘North East End Of The Corner’, toont hij nogmaals zijn veelzijdigheid.
Dion is niet alleen een schitterende performer, gezegend met een knappe stem, maar ook als songschrijver en co-writer scoort hij moeiteloos.
Bill Dahl baseerde de liner notes op een interview met Dion, waarbij deze laatste zijn carrière beschrijft vanaf de rock-‘n-rolljaren in de fifties tot de jaren ’60, de jaren waar hij in de pop succes oogstte. Een mooie aanvulling op een toffe uitgave.
 
Lambert Smits
Afbeelding
Dion Di Mucci, usually referred as Dion, features on the recent volume of the 'On The Dancefloor With...' series. Dion was the lead singer of The Belmonts. Together they scored hits with 'I Wonder Why', 'A Teenager In Love' and 'Where Or When'. Dion also did well as a solo artist. There he managed to storm the charts with 'Lonely Teenager', 'Runaround Sue', 'Ruby Baby', 'The Wanderer' and 'Donna The Prima Donna'. Born in 1939, he started in the fifties, the heyday of doo-wop and rock 'n' roll, with The Belmonts and immediately profiled himself as one of the pioneering artists of that time. Dion's strength was that he managed to fuse doo-wop, rock 'n' roll and even rhythm & blues in such a way that a unique 'Dion sound' was created. He left the group around 1960 to pursue his solo career. As a solo artist he evolved to such an extent that in addition to pop, he also recorded songs in the blues and folk genre.
This album contains all the hits that Dion made together with The Belmonts, as well as the hits that he recorded as a solo artist. In addition to the well-known tracks, there are songs that may not be immediately known to the general public. But let us be clear, all songs are of equal quality. The covers of well-known songs are just as interesting. Listen to him work his way through the Leiber/Stoller composition 'Kansas City' and also Little Willie John's classic 'Fever'. Not to mention his energetic cover of 'Shout'. Later Dion would record blues songs. You get a taste here with 'I Got The Blues', where he showcases the wonderful raw edge in his voice. In the closing song, the slightly jazzy 'North East End Of The Corner', he once again shows his versatility.
Dion is not only a wonderful performer, blessed with a beautiful voice, but he also scores effortlessly as a songwriter and co-writer.
Bill Dahl based the liner notes on an interview with Dion, in which the latter describes his career from the rock 'n' roll years in the fifties to the 1960s, the years where he achieved success in pop. A nice
addition to a great release.
0 Opmerkingen

Spotlight On Sylvester Bradford: Ific

9/2/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
The Bradford Boys: Little Boy Blue
The Ivories And Steve Pulliam’s Orch.: Alone
The Ivories And Steve Pulliam’s Orch.: Baby Send A Letter
The Suburbans: I Remember
The Suburbans: Leave My Gal Alone
Ann Cole And The Suburbans: Each Day
Jimmy Ricks And The Suburbans: Bad Man Of Missouri
Ann Cole And The Suburbans: Got My Mo-Jo Working
Ann Cole And The Suburbans: I’ve Got A Little Boy
Micky Toliver And The Capitols: Rose-Marie
Sonny James: Uh-Huh-Mm
The El Tones: Lovin’ With A Beat
Sylvester Bradford: I Like Girls
Sylvester Bradford: I Live Just To Love You
Ersel Hickey: You Never Can Tell
Gene Vincent And His Blue Caps: Walkin’ Home From School
The Golden Highlights: Vodka
Fats Domino: I’m Ready
Gene Vincent And His Blue Caps: Right Now
Jack Larson With Luther’s Orch.: Roaches
Jerry Dorn: Rockin’ Chair Rock
Lucy Rivera: Ific
Little Anthony And The Imperials: Wishful Thinking
Bill Haley And His Kometen: Spanish Twist
Chuck Jackson: Tears On My Pillow
The Chantels: IFIC
Mike Rios Con Los Relampagos: Spanish-Twist
Les Chaussettes Noires: Le Temps Est Lent
The Cookies: I Want A Boy For My Birthday
The Permanents: Oh Dear, What Can The Matter Be
​De naam Sylvester Bradford zal u meer dan waarschijnlijk niet dadelijk iets zeggen. Toch was hij als songschrijver of co-songschrijver verantwoordelijk voor heel wat schitterend materiaal en ‘million sellers’. Bradford werd geboren op 7 januari 1942 in Manhattan. Hij was slechtziend en zijn eerste optreden was in 1952 in een ontmoetingsplaats voor blinden en slechtzienden. Hij maakte toen deel uit van The Bradford Boys. Naast hemzelf bestond de vocale groep uit Chris Killer (bas) en Wayne Durham (tenor) die beiden blind waren. Net als Sylvester was het vierde lid, de tenor Gregory Shankowitz ook slechtziend. In 1955 nam de groep twee nummers op. Ondertussen werd ook Sylvesters talent als pianist ontdekt, wat hem een plaats opleverde in een andere band, die zich zou ontpoppen als The Ivories. Voor deze groep schreef Sylvester ‘Alone’ en ‘Baby Send A Letter’ wat The Ivories opnamen voor het Jaguar label. Johnny Earl Jackson, de bezieler van The Ivories verliet de groep en zette met dezelfde naam een nieuwe groep op poten. De originele The Ivories transformeerden in The Love Notes. Sylvester Bradford vormde samen met Chris Killer op zijn beurt The Suburbans. Deze namen onder eigen naam op, maar werden ook gevraagd als backing groep voor studiowerk. In die hoedanigheid waren zij te horen op opnames van Ann Cole en Jimmy Ricks. Midden 1957 gingen de leden van The Suburbans hun eigen weg. In 1957 nam Sylvester met ‘I Like Girls / I Live Just To Love You’ zijn enige single als soloartiest op. Daarna concentreerde Sylvester zich op het songschrijven. ‘Ific’, de titel van deze compilatie, is ontleend aan een song die Sylvester samen met Al Lewis schreef, met wie hij later nog heel wat nummers zou schrijven. Een eerste maal werd ‘Ific’ opgenomen door Lucy Rivera in 1959. Twee jaren later zouden The Chantels het opnemen voor hun LP ‘There’s Our Song Again’. Tussen haakjes ‘Ific’ was een acroniem voor ‘It’s Flavor-Ific’, wat op zijn beurt een naar beukennoot smakende kauwgom was. ‘Ific’ was ook de slogan in Dick Clarks uitzending ‘American Bandstand’.
Tot zover de introductie met betrekking tot Sylvester Bradford. Alle eerder genoemde songs zijn te vinden op deze compilatie, net als nog een serieus aantal andere nummers, 30 in totaal. Starten doet het album met het rockende ‘Little Boy Blue’, de allereerste opname van The Bradford Boys, met Shankowitz en Bradford op leadzang. Bradfords songschrijverstalent en diversiteit komt al dadelijk aan de oppervlakte in ‘Alone’, een formidabele slow die hij opnam met The Ivories. Uptempo scoort de groep dan weer in ‘Baby Send A Letter’. Geëvolueerde en formidabele uptempo doo-wop laat Bradford horen met The Suburbans in ‘Leave My Gal Alone’. Dat zij prima fungeerden al backing vocals bij opnames van andere artiesten in zowel rhythm & blues als rock-‘n-roll,  bewijzen ze op de opnames van Ann Cole en Jimmy Ricks. Een mooi voorbeeld van Bradfords talent als songsmid laat Sonny James horen op ‘Uh-Hum-Mm’, dat zowel rock-‘n-roll als doo-wop in zich heeft. Jammer echter dat Sylvesters solo-opnames beperkt bleven tot die ene single ‘I Like Girls / I Live Just To Love You’. Immers ook solo is hij vocaal enorm sterk in deze uptempo nummers. Zoals reeds eerder vermeld schreef Bradford samen met Lewis nog heel wat schitterende songs, zoals ‘Walkin’ Home From School’ en ‘Right Now’ die Gene Vincent and His Blue Caps opnamen voor Capitol. Het duo Bradford / Lewis was samen met Fats Domino ook verantwoordelijk voor het creëren van Dominos hit ‘Im Ready’. Instrumentaal scoorden Bradford en Lewis dan weer met ‘Vodka’ van The Golden Highlights. Humoristisch komt het duo aan bod in hun compositie ‘Roaches’, uitgevoerd door Jack Larson. Voor Bill Haleys ‘Spanish Twist’ tekende enkel Sylvester. De veelzijdigheid van Bradford /Lewis komt zeker ook aan de oppervlakte in Chuck Jacksons ‘Tears On My Pillow’ een indrukwekkend soulnummer. Ook buiten de USA waren de composities van het duo terug te vinden, o.a. bij de Franse rock-‘n-rollband Les Chaussettes Noires met ‘Le Temps Est Lent’.
Kortom, hou je van sublieme doo-wop, rhythm & blues en rock-‘n-roll dan maak je dat ‘Ific’ van Sylvester Bradford zo vlug mogelijk terug te vinden is in jouw cd-speler.
 
Lambert Smits
Afbeelding
The name Sylvester Bradford will more than likely not mean anything to you. Yet as a songwriter or co-songwriter he was responsible for a lot of wonderful material and million sellers. Bradford was born on January 7, 1942 in Manhattan. He was visually impaired and his first apparente was in 1952 in a meeting place for the blind and partially sighted. He was then part of The Bradford Boys. In addition to himself, the vocal group consisted of Chris Killer (bass) and Wayne Durham (tenor) who were both blind. Like Sylvester, the fourth member, tenor Gregory Shankowitz, was also visually impaired. In 1955 the group recorded two songs. In the meantime, Sylvester's talent as a pianist was also discovered, which earned him a place in another band, which would emerge as The Ivories. For this group, Sylvester wrote 'Alone' and 'Baby Send A Letter', which The Ivories recorded for the Jaguar label. Johnny Earl Jackson, the driving force behind The Ivories, left the group and set up a new group with the same name. The original The Ivories transformed into The Love Notes. Sylvester Bradford, together with Chris Killer, then formed The Suburbans. These recorded under their own name, but were also asked as a backing group for studio worg. In that capacity they could be heard on recordings by Ann Cole and Jimmy Ricks. In mid-1957, the members of The Suburbans went their separate ways. In 1957, Sylvester recorded his only single as a solo artist with 'I Like Girls / I Live Just To Love You'. After that, Sylvester concentrated on songwriting. 'Ific', the title of this compilation, is taken from a song that Sylvester wrote together with Al Lewis, with whom he would later write many songs. 'Ific' was first recorded by Lucy Rivera in 1959. Two years later, The Chantels would record it for their LP 'There's Our Song Again'. By the way 'Ific' was an acronym for 'It's Flavor-Ific', which in turn was a beechnut flavored chewing gum. 'Ific' was also the slogan in Dick Clark's broadcast 'American Bandstand'.
So much for the introduction regarding Sylvester Bradford. All previously mentioned songs can be found on this compilation, as well as a serious number of other songs, 30 in total. The album starts with the rocking 'Little Boy Blue', the very first recording by The Bradford Boys, with Shankowitz and Bradford on lead vocals. Bradford's songwriting talent and diversity immediately come to the surface in 'Alone', a formidable slow that he recorded with The Ivories. The group scores uptempo in 'Baby Send A Letter'. Bradford shows evolved and formidable uptempo doo-wop with The Suburbans in 'Leave My Gal Alone'. The fact that they functioned well as backing vocals on recordings by other artists in both rhythm & blues and rock 'n' roll is proven on the recordings of Ann Cole and Jimmy Ricks. Sonny James provides a good example of Bradford's talent as a songsmith on 'Uh-Hum-Mm', which has both rock 'n' roll and doo-wop in it. It's a shame, however, that Sylvester's solo recordings were limited to that one single 'I Like Girls / I Live Just To Love You'. After all, he is also very strong vocally in these uptempo songs. As mentioned earlier, Bradford wrote many beautiful songs together with Lewis, such as 'Walkin' Home From School' and 'Right Now', which Gene Vincent and His Blue Caps recorded for Capitol. The duo Bradford / Lewis, together with Fats Domino, were also responsible for creating Domino's hit 'Im Ready'. Bradford and Lewis scored instrumentally with 'Vodka' by The Golden Highlights. The duo is featured humorously in their composition 'Roaches', performed by Jack Larson. Only Sylvester signed Bill Haley's 'Spanish Twist'. The versatility of Bradford/Lewis once again comes to the surface in Chuck Jackson's 'Tears On My Pillow', an impressive soul song. The duo's compositions could also be found outside the USA, including with the French rock 'n' roll band Les Chaussettes Noires with 'Le Temps Est Lent'.
In short, if you like sublime doo-wop, rhythm & blues and rock 'n' roll, then make sure that 'Ific' by Sylvester Bradford can be found in your CD player as quickly as possible.

0 Opmerkingen

Various Artists: Mighty Good, Recordings From The Television Series ‘Boy Meets Girls’

18/1/2024

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
 
Disc 1
Episode 1 - 13
Marty Wilde: Hot Time In The Old Town Tonight
Little Tony: She’s Got It
Little Tony: I Can’t Help It
Lyn Cornell: Broken-Hearted Melody
Marty Wilde & Little Tony: I’ll Do The Same For You
The Firing Squad: Forty Miles Of Bad Road
Marty Wilde: So High So Low
Marty Wilde: Here Comes Summer
 
Episode 5
Johnny Cash: Ballade Of A Teenage Queen
Johnny Cash: I Got Stripes
Johnny Cash: Five Feet High And Rising
Marty Wilde: Down By The Riverside
Marty Wilde: I’m Gonna Get Married
 
Episode 1 – 13
Mary Richmond & Ann O’Brien: (Till) I Kissed You
The Vernons Girls: What Is Love
Cherry Wainer: Like Young
Marty Wilde: Just A Little Too Much
Marty Wilde: That Is Rock And Roll
Marty Wilde: When I Fall In Love
Marty Wilde: As Time Goes By
Marty Wilde: Teenage Tears
Marty Wilde: The Three Bells
Marty & Joyce Wilde: April Love
 
Episode 15
The Firing Squad: I Walk The Line
Marty Wilde: Won’t Cha Come Home
Little Tony: Forty Days
Marty Wilde: Hully Gully
The Firing Squad: In The Mood
Marty & Red Price Chat
Little Tony: Too Good
The Firing Squad: I Walk The Line (End Of Part 1)
The Firing Squad: I Walk The Line (Intro Part 2)
Marty Introduces Gene Vincent
Gene Vincent: Rocky Road Blues
Gene Vincent: Frankie And Johnnie
Marty & Gene Chat
Gene Vincent: Wild Cat
Gene Vincent: Right Here On Earth
The Firing Squad: Closing Chat / I Walk The Line
 
Disc 2
Episode 19
Michael Cox: Mighty Good
The Vernons Girls: Black And White Thunderbird
Marty Wilde: Ubangi Stomp
Marty Introduces Johnny Gentle
Johnny Gentle: If I Had A Girl
Johnny Gentle: Be My Girl
Marty Wilde: Way Down Younder In New Orleans
The Firing Squad: Run Red Run
Marty Introduces Eddie Cochran
Eddie Cochran: Hallelujah! I Love Her So
Eddie Cochran: C’mon Everybody
Eddie Cochran: Somethin’ Else
Marty And Eddie Chat
Eddie Cochran: Twenty Flight Rock
Cherry Wainer: Saturday Night In Tia Juana
 
Episode 20
Marty Wilde: Let’s Talk About Us
The Vernons Girls: What About Us
The Firing Squad: Some Kinda Earthquake
Lyn Cornell: Smooth Operator
Marty And Lyn Cornell Chat
Billy Fury: Turn My Back On You
Marty And Billy Fury Chat
Billy Fury & Marty Wilde: Colette
Marty Wilde: I Wanna Be Loved
Marty Introduces Eddie Cochran
Eddie Cochran; Money Honey
Eddie Cochran: Have I Told You Lately That I Love You
Eddie Cochran: Hallelujah! I Love Her So
Closing Announcement
Cherry Wainer: Saturday Night In Tia Juana
 
Episode 21
Michael Cox: Mighty Good
Billy Fury & Marty Wilde: Colette
Lyn Cornell: I Don’t Know
Billy Fury: Baby Let’s Play House
 
Episode 22
Michael Cox: Hound Dog Man
Joe Brown: The Darktown Strutters’ Ball
Marty Wilde: Be Mine
Billy Fury: Mighty Cold
Billy Fury & Marty Wilde: Pretty Blue Eyes
Ronnie Hawkins: Southern Love
 
Episode 24
Eddie Cochran: Summertime Blues
Eddie Cochran: Milk Cow Blues
 
Episode 1 – 13
Cherry Wainer: The Song Of Lotus Lee
 
Disc 3
Episode 14
Gene Vincent: Bluejean Bop / Five Days, Five Days / Say Mama
Gene Vincent: Be-Bop-A-Lula
 
Episode 16
Gene Vincent: Baby Blue
Gene Vincent: I Got A Baby
Gene Vincent: Summertime
Gene Vincent: Right Here On Earth
 
Episode 23
Billy Fury: Too Much
Marty Wilde: Big Time
Jess Conrad: Chicka Chicka Honey / If I Had A Girl
Joe Brown: The Darktown Strutters’ Ball
Fragment Beyond The Sea
 
Episode 24
Introduction By Marty Wilde
Gene Vincent: Say Mama
Joe Brown: The Darktown Strutters’ Ball
Billy Fury: Baby Let’s Play House
Adam Faith: What Do You Want
Jess Conrad: Chicka Chicka Honey
Marty Wilde: Way Down Younder In New Orleans
Eddie Cochran: Hallelujah! I Love Her So
Gene Vincent: Wild Cat
The Firing Squad: Reveille Rock
Billy Fury & Marty Wilde: Colette
Eddie Cochran: Twenty Flight Rock
Gene Vincent: Be-Bop-A-Lula
Marty Wilde: Johnny Rocco
The Vernons Girls: We Like Boys
Adam Faith: Poor Me
Eddie Cochran: Summertime Blues
Eddie Cochran: Milk Cow Blues
Gene Vincent: My Heart
Marty Chats With Gene And Eddie
Gene Vincent: Dance In The Street
Mighty Good Cast: My Babe
 
Episode 25
Billy Fury: Baby How I Cried
Eddie Cochran: I Don’t Like You No More
Eddie Cochran: Sweet Little Sixteen
Marty Wilde: Stood Up
Gene Vincent: My Heart
Gene Vincent: I’ve Got To Get To You
Eddie Cochran & Gene Vincent: White Lightning
 
Episode 26
Marty Wilde: Hard Headed Woman
Marty Wilde: Trouble
 
Episode 1 – 13
The Vernons Girls: A Girl’s Work Is Never Done
Little Tony: I Can’t Help It
The Vernons Girls: Deutscher Rock ‘N’ Roll / Oom Pah Polka
Cherry Wainer: Ciao, Ciao Bambino
 
​Op 12 september 1959 lanceerde ABC TV in Engeland de show ‘Boy Meets Girls’. De show was de opvolger voor de legendarische pop tv serie ‘Oh Boy!’. Deze laatste speelde zich af in een meer hectische stijl, terwijl het er in het nieuwe ‘Boy Meets Girls’ bezadigder aan toeging. Toen ‘Boy Meets Girls ’in maart 1960 van het scherm verdween, hadden wel een aantal grootheden er fantastische performances in geleverd. Zo waren o.a. Eddie Cochran, Gene Vincent, Ronnie Hawkins en Billy Fury er regelmatig van de partij. Tragisch toeval was dat Eddie Cochran zes weken na het eindigen van de serie omkwam in een auto-ongeval. Producer van de serie Jack Good, was van plan om Cochrans verschijningen in de show als eerbetoon opnieuw uit te zenden. Jammer genoeg moest hij vaststellen dat ABC TV alle opnames had gewist.
Later ontdekte geluidstechnicus Ron Parker dat ABC TV wel audio-opnames van Eddie Cochran en Gene Vincent maakte, die wel bewaard waren gebleven. In 2013 bracht Rockstar Records trouwens een cd uit met de door Parker ontdekte opnames.
Presentator van ‘Boy Meets Girls’ was niemand minder dan Marty Wilde. Vanzelfsprekend kwam hij dan ook zelf regelmatig als artiest aan bod. Naast de reeds eerder vernoemde artiesten, waren ook Johnny Cash, Johnny Gentle, Lyn Cornell en The Vernons Girls van de partij. Leuke anekdote is dat Johnny Gentle na zijn optredens in de show in mei 1960, de Liverpoolse The Silver Beatles als backing meenam voor een tournee door Schotland. Gentle kon op dat moment onmogelijk voorzien wat deze jongens nog zouden teweeg brengen. Maar er is meer……je hoort hier ook hoe Johnny Cash het er vanaf bracht tijdens zijn eerste tv optreden, waar hij begeleid werd door Joe Brown en The Firing Squad. Ook krijg je prestaties te horen van Little Tony, die bestempeld werd als de ‘Italiaanse Elvis, Billy Fury, Michael Cox, Adam Faith, Jess Conrad en nog vele anderen. De in totaal 128 tracks bestrijken een breed muzikaal spectrum van rock-‘n-roll tot pop en dit zowel vocaal als instrumentaal. Sporadisch hoor je ook het enthousiasme van het publiek. Laat ons wel duidelijk stellen dat dit helemaal niet storend maar eerder een meerwaarde geeft.
Bovendien, als je bedenkt dat deze live opnames ruim 60 jaren geleden gemaakt werden, dan mag je zeggen dat het geluid wel erg goed is.
Ondertussen zijn we in 2024 en viert Rockstar Records zijn 50ste verjaardag. Een mijlpaal in de geschiedenis van het label die de Rockstar crew niet zomaar wil laten voorbijgaan. Gedurende het hele jaar zal het label nog met indrukwekkende releases dit jubileum vieren, wat ze nu reeds doen met deze driedelige cd-box ‘Mighty Good’. De 3 cd’s bevatten opnames die sinds de uitzendingen in 1959 en 1960 niet meer gehoord werden. Dit zijn sowieso indrukwekkende historische opnames. Wat tevens enorm leuk is, zijn de aankondigingen en de korte gesprekjes die Marty Wilde met sommige van die artiesten had. En alsof dit nog niet genoeg is, hoort er bij deze box een maar liefst 64 pagina’s tellend booklet, waar je de ontwikkelingen van de tv show prima kan volgen door middel van gedetailleerde gegevens van verschillende tv episodes.  Een booklet dat bovendien prachtige foto’s en illustraties bevat van de aan de shows deelnemende artiesten. Als je weet dat de scripts van de tv uitzendingen hetzelfde lot ondergingen als de tv opnames, dan presteert Rockstar Records een waar huzarenstuk met de uitgave van deze box. Al koop je momenteel maar één album, laat het dan ‘Mighty Good’ zijn. Je zult er geen spijt van krijgen.
 
Lambert Smits
Afbeelding
On September 12, 1959, ABC TV launched the show 'Boy Meets Girls' in England. The show was the successor to the legendary pop TV series 'Oh Boy!'. The latter took place in a more hectic style, while the new 'Boy Meets Girls' was more sedate. When 'Boy Meets Girls' disappeared from the screen in March 1960, a number of great stars had delivered fantastic performances in it. Eddie Cochran, Gene Vincent, Ronnie Hawkins and Billy Fury, among others, were regularly present. In a tragic coincidence, Eddie Cochran died in a car accident six weeks after the series ended. Series producer Jack Good, planned to rebroadcast Cochran's appearances on the show as a tribute. Unfortunately, he had to find that ABC TV had deleted all recordings.
Later, sound engineer Ron Parker discovered that ABC TV did make audio recordings of Eddie Cochran and Gene Vincent, which had been preserved. In 2013, Rockstar Records released a CD with the recordings discovered by Parker.
The MC of 'Boy Meets Girls' was none other than Marty Wilde. Naturally, he was regularly featured as an artist himself. In addition to the previously mentioned artists, Johnny Cash, Johnny Gentle, Lyn Cornell and The Vernons Girls were also present. A nice anecdote is that after his performances in the show in May 1960, Johnny Gentle took Liverpool's The Silver Beatles with him as backing for a tour of Scotland. Gentle could not  have foreseen at that moment what these boys would do in the near future. But there's more... you'll also hear how Johnny Cash performed during his first TV appearance, where he was accompanied by Joe Brown and The Firing Squad. You will also hear performances from Little Tony, who has been labeled as the 'Italian Elvis, Billy Fury, Michael Cox, Adam Faith, Jess Conrad and many others. The total of 128 tracks cover a broad musical spectrum from rock 'n' roll to pop, both vocally and instrumentally. Sporadically you also hear the enthusiasm of the audience. Let us make it clear that this is not disruptive at all, but rather provides added value.
Moreover, if you consider that these live recordings were made over 60 years ago, you can say that the sound is very good.
Meanwhile, we are in 2024 and Rockstar Records is celebrating its 50th anniversary. A milestone in the label's history that the Rockstar crew does not want to let pass by. The label will celebrate this anniversary with impressive releases throughout the year, which they are already doing with this three-part CD box 'Mighty Good'. The 3 CDs contain recordings that have not been heard since the broadcasts in 1959 and 1960. These are certainly impressive historical recordings. What is also very nice are the announcements and the short conversations that Marty Wilde had with some of those artists. And as if this were not enough, this box comes with a booklet of no less than 64 pages, where you can follow the developments of the TV show through detailed data from various TV episodes. A booklet that also contains beautiful photos and illustrations of the artists participating in the shows. If you know that the scripts of the TV broadcasts suffered the same fate as the TV recordings, then Rockstar Records has achieved a real feat with the release of this box. Even if you only buy one album at the moment, let it be 'Mighty Good'. You won’t regret it!
0 Opmerkingen

The Blue Velvets: Waiting For A Sign

20/12/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Waiting For A Sign
  2. Ordinary Man
  3. I’m Her Man
  4. Troubles Ahead
  5. Joe Jobs
  6. Last Chance Saloon
  7. A Girl I Used To Know
  8. From Now On
  9. Long For The Wild
  10. Amelia
  11. Little Jan May
 
Website Artiest
The Blue Velvets

​The Blue Velvets is een Duits / Canadees trio dat bestaat uit gitarist en singer/songwriter Alistair Christl, drummer Mario Wachsmann en Ralph Sommer op staande bas. De uit Canada komende Alistair is niet alleen een begenadigd gitarist maar ook een meer dan voortreffelijke songschrijver. Mario en Ralph daarentegen deden hun ervaring bij Spo-Dee-O-Dee, The Rob Ryan Roadshow, The Lazy Boys, Rosis Rockets, Johnny Falstaff en John Lewis. Een trio dat dus zeker niet aan zijn proefstuk is. De release van dit album werd voorafgegaan door de vinyl single ‘Waiting For A Sign / I’m Her Man’. Een single die ons razend benieuwd maakte naar het full album. Dankzij Patrik Staffansson, hoofd van Enviken Records, belandde de cd met 11 nummers in onze brievenbus. Alle songs zijn van de hand van Alistair Christl en dat is meteen al het eerste pluspunt. De twee songs van de single staan ook op dit album, dat meteen opent met de titeltrack. Dat zijn echter niet de enige pluspunten. Vooreerst zijn de 11 originele nummers, die zowel invloeden uit de country, rockabilly en rock-‘n-roll bevatten van een uitermate hoog niveau. Het trio bewandelt geen platgetreden paden, maar zoekt bewust verder, met een compleet en vooral unieke eigen sound als gevolg. Die unieke sound is voor een groot deel toe te schrijven aan het meesterlijke snarenspel van Alistair. Ralph en Mario rollen op bas en drums een zodanig klokvast ritmetapijt uit, waarop Alistair naar hartenlust loos kan gaan op zijn snarenplank. En dat doet hij met verve. Zijn clean en twang geluid raakt je meteen. Daarenboven zorgt zijn talent en creativiteit ervoor dat zijn spel bol staat van verrassende wendingen. Daar krijg je meteen al een voorsmaakje van op de intro van ‘Waiting For A Sign’, een hoogvlieger in het rockabillygenre. In datzelfde genre kan je ook ‘I’m Her Man’ onderbrengen. Voor een mooie intro door de ritmesectie kan je terecht op ‘Troubles Ahead’, waar het trio met kennis van zaken wat gas terugneemt. Alle 11 nummers zijn toppers zonder meer, al kunnen wij onze voorliefde voor het op een heerlijke groove drijvende ‘Joe Jobs’ niet verbergen. Country is dan weer de ondertoon voor ‘Last Chance Saloon’, waarna creativiteit hoogtij viert in het super melodieuze ‘A Girl I Used To Know’. Heerlijke song, met een gitaarsolo waar Brian Setzer best jaloers op mag zijn. De intro van ‘Long For The Wild’ zorgt voor een Oosters sfeertje, maar niets is minder waar, want de song ontpopt zich als een rocker ‘pur sang’ met een vocaal in topvorm verkerende Alistair. Dat hij vocaal hoog kan gaan, bewijst hij nogmaals in ‘Amelia’. Afsluiten doen The Blue Velvets rockabillygewijs met ‘Little Jane May’.
Besluiten kunnen we zeker met te zeggen dat The Blue Velvets met dit debuutalbum een formidabel en voor de toekomst veelbelovend naamkaartje afleveren. Hou je van torenhoge kwaliteit, zowel wat het songschrijven als de uitvoering betreft, dan ben je bij The Blue Velvets aan het enige juiste adres. Een aanrader!
 
Lambert Smits
Afbeelding
The Blue Velvets is a German/Canadian trio consisting of guitarist and singer/songwriter Alistair Christl, Mario Wachsmann on drums and Ralph Sommer on upright bass. Alistair, who comes from Canada, is not only a gifted guitarist but also a more than excellent songwriter. Mario and Ralph, on the other hand, gained their experience in bands like Spo-Dee-O-Dee, The Rob Ryan Roadshow, The Lazy Boys, Rosis Rockets, Johnny Falstaff and John Lewis. A trio that is certainly not up to his test piece. The release of this album was preceded by the vinyl single 'Waiting For A Sign / I'm Her Man'. A single that made us very curious about the full album. Thanks to Patrik Staffansson, head of Enviken Records, the 11-track CD arrived in our mailbox. All songs are by Alistair Christl and that is the first plus. The two songs from the single are also on this album, which opens immediately with the title track. However, those are not the only advantages. First of all, the 11 original songs, which contain influences from country, rockabilly and rock 'n' roll, are of an extremely high level. The trio does not follow well-trodden paths, but consciously explores further, resulting in a complete and, above all, unique sound of its own. This unique sound can largely be attributed to Alistair's masterful string playing. Ralph and Mario roll out such a tight rhythm carpet on bass and drums, on which Alistair can play to his heart's content on his string board. And he does that with verve. His clean and twang sound immediately hits you. In addition, his talent and creativity ensure that his game is full of surprising twists. You immediately get a taste of this on the intro of 'Waiting For A Sign', a high-flyer in the rockabilly genre. You can also place 'I'm Her Man' in the same genre. For a nice intro by the rhythm section, go to 'Troubles Ahead', where the knowledgeable trio slows down a bit. All 11 songs are absolute hits, although we cannot hide our love for the wonderful groove-driven 'Joe Jobs'. Country is the undertone for 'Last Chance Saloon', after which creativity reigns supreme in the super melodic 'A Girl I Used To Know'. Wonderful song, with a guitar solo that Brian Setzer should be jealous of. The intro of 'Long For The Wild' creates an Eastern atmosphere, but nothing could be further from the truth, because the song turns out to be a pure rocker with Alistair in top vocal form. He proves once again that he can go high vocally in 'Amelia'. The Blue Velvets conclude in a rockabilly style with 'Little Jane May'.
We can certainly conclude by saying that The Blue Velvets have delivered a formidable and promising name tag for the future with this debut album. If you like sky-high quality, both in terms of songwriting and performance, then The Blue Velvets is your band. Recommended!

0 Opmerkingen

Various Artists: Black Pearls, Vol. 5, Let’s Rock And Roll!

15/12/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Little Shy Guy: Let’s Rock N Roll
  2. Little Cameron: Kansas City Dog
  3. Tony Middleton: Lover
  4. Joe Hudson: Oooh Wee Pretty Baby
  5. McKinley Mitchell: Lazy Dizzy Daisy
  6. V & BB: They Just Rocking And Rollin’
  7. Blue Dots: Saturday Night Fish Fry
  8. Big Mama Thornton And The Hi Tones: Don’t Talk Back
  9. H-Bomb Ferguson: No Sackie Sack
  10. Willie Egan: Wow Wow
  11. Jesse Belvin: Deacon Dan Tucker
  12. Marvin & Johnny: Ain’t That Right
  13. Willie West: A Man Like Me
  14. Little Miss Jessie W/ Benny Sharp And His Orchestra: My Baby Has Gone
  15. Big T-Tyler: Sadie Green
  16. Little Ernest Tucker: Too Small To Dance
  17. Ray Snead: I’m A Good Rockin’ Baby
  18. Jay Nelson & His Jumpers: Raise Some San
  19. Jimmy Lewis: Last Night (I Was In Heaven)
  20. Modest Showstopper Clifton: Reelin’ & Rockin’
  21. Jo Jo Williams And His Band: Rock ’N Roll Boogie
  22. Mel Smith: Pretty Plaid Skirt
  23. Frank Motley: New Hound Dog
  24. The Royal Demons: What’s The Matter Baby
  25. Eugene Isom & His Van Glorians Featuring William French: Hey, Hey Baby
  26. Mercy Baby: Rock N Roll Baby
  27. Willie King With The Ike Tuner Band: Peg Leg Woman
  28. Phillip Walker: Louisiana Walk
​Met ‘Let’s Rock And Roll’, het vijfde volume in de ‘Black Pearls’ serie laat samensteller Ronni Boysen ons opnieuw genieten van 28 pareltjes van songs die de zwarte artiesten omstreeks het midden van de vorige eeuw opnamen. Ook nu weer zullen de namen van sommige artiesten je niet onbekend zijn, maar daarnaast bevat deze compilatie artiesten waarvan je misschien zelfs nog nooit van gehoord zal hebben. Met Little Shy Ghy starten we meteen met de titeltrack, een heerlijke blues met een indrukwekkend staaltje op de bluesharp. Met opvolger ‘Kansas City Dog’ van Little Cameron schuiven we een beetje op richting Little Richard. Diezelfde Richard was duidelijk ook een bron van inspiratie voor Willie West in ‘A Man Like Me’. Joe Hudson & His Rockin’ Dukes kwamen uit Baton Rouge, Louisiana, een regio die een typisch bluesy rockend geluid voortbracht. Dat ervaar je ook in ‘Oooh Wee Pretty Baby’. Fraai gitaarwerk van Willie Johnson kan je daarna beluisteren op ‘Lazy Dizzy Daisy’ van Mc Kinley Mitchell. Een heerlijk rockend duet serveren V & BB op ‘They Just Rockin’ and Rollin’’. ‘Saturday Night Fish Fry’ is een klassieker van Louis Jordan. Maar zoals je het nummer hier hoort in een doo-wop rockende versie van Blue Dots heb je de song waarschijnlijk nog nooit gehoord. Bekend volk komt er zeker met Big Mama Thornton. Een aantal van haar nummers uit haar indrukwekkend repertoire ken je ongetwijfeld. Maar ken je het hier opgenomen de ‘call and response’ ‘Don’t Talk Back’ ook? De naam H-Bomb Ferguson zal zeker een belletje doen rinkelen. Een mooie song in het ‘blues shout’ genre krijg je met het rauwe ‘No Sackie Sack’. Net zo rauw klinkt Little Miss Jessie in de rhythm & bluessong ‘My Baby Has Gone’. Zo klinkt ook Frank Motley in ‘New Hound Dog’, dat duidelijk in de voetsporen van ‘Hound Dog’ loopt. Etta James noemde Jesse Belvin de beste zanger van haar generatie. Hier levert Jesse met ‘Deacon Dan Tucker’ een parel van een jumprocker. Het daarop volgende ‘Ain’t That Right’ van Marvin & Johnny drijft overduidelijk op een Diddleybeat. Die beat is ook ietwat de ondertoon in Mel Smiths ‘’Pretty Plaid Skirt’ en let hier vooral ook op de niet onaardige percussie. Soms kan je niet begrijpen waarom een artiest maar één single opnam. Dat geldt zeker voor Big T-Tyler die hier een perfect rockend ‘Sadie Green’ neerzet. Voor subliem werk op de zes snaren kan je rekenen op Jimmy Lewis. Luister hiervoor maar shufflegewijs naar ‘Last Night (I Was In Heaven)’. Rhythm & blues op topniveau brengt even later Modest Showstopper Clifton met ‘Reelin’ & Rockin’’, net zoals overigens Eugene Isom & His Van Glorians Featuring William French in ‘Hey, Hey Baby’. De Ike Turner Band is ondertussen wel synoniem voor kwaliteit. Daarvoor zorgen Ike en zijn kompanen ook op Willie King’s ‘Peg Leg Woman’. Klasbak Phillip Walker nam reeds op 16 jarige leeftijd op met Clifton Chenier voor Specialty. De lijst artiesten met wie Walker werkte, is indrukwekkend. Enkele voorbeelden zijn Rosco Gordon, George Harmonica Smith en Eddie Taylor. Op gitaar zet Walker hier met ‘Louisiana Walk’ een aanstekelijk instrumentaal nummer neer.
Net als de vorige volumes in de ‘Black Pearls’ serie is ook volume 5 weer een hoogvlieger. Wij kijken alvast uit naar wat de nog op stapel staande volumes in deze serie ons gaan bieden.
 
Lambert Smits
Afbeelding
With 'Let's Rock And Roll', the fifth volume in the 'Black Pearls' series, compiler Ronni Boysen lets us once again enjoy 28 gems of songs that black artists recorded around the middle of the last century. Once again, the names of some artists will not be unknown to you, but this compilation also contains artists you may have never even heard of. With Little Shy Ghy we immediately start with the title track, a wonderful blues with an impressive performance on the blues harp. With successor 'Kansas City Dog' by Little Cameron we move a bit towards Little Richard. The same Richard was clearly also a source of inspiration for Willie West in 'A Man Like Me'. Joe Hudson & His Rockin' Dukes came from Baton Rouge, Louisiana, a region that produced a typical bluesy rocking sound. You also experience this in 'Oooh Wee Pretty Baby'. You can then listen to beautiful guitar work by Willie Johnson on 'Lazy Dizzy Daisy' by Mc Kinley Mitchell. V & BB serve up a wonderfully rocking duet on 'They Just Rockin' and Rollin''. 'Saturday Night Fish Fry' is a Louis Jordan classic. But as you hear the song here in a doo-wop rocking version of Blue Dots, you've probably never heard the song before. Well-known people will certainly come with Big Mama Thornton. You undoubtedly know some of her songs from her impressive repertoire. But are you also familiar with the 'call and response' 'Don't Talk Back'? The name H-Bomb Ferguson will certainly also ring a bell. You get a beautiful song in the 'blues shout' genre with the raw 'No Sackie Sack'. Little Miss Jessie sounds just as raw in the rhythm & blues song 'My Baby Has Gone'. This is also the sound of Frank Motley’s 'New Hound Dog', which clearly follows in the footsteps of 'Hound Dog'. Etta James called Jesse Belvin the best singer of her generation. Here Jesse delivers a pearl of a jump rocker with 'Deacon Dan Tucker'. The following 'Ain't That Right' by Marvin & Johnny clearly floats on a Diddley beat. That beat is also somewhat the undertone in Mel Smith's 'Pretty Plaid Skirt' and pay particular attention to the not bad percussion here. Sometimes you can't understand why an artist only recorded one single. This certainly applies to Big T-Tyler who delivers a perfectly rocking 'Sadie Green' here. You can count on Jimmy Lewis for sublime work on the six strings. Just listen to 'Last Night (I Was In Heaven)'. A little later, Rhythm & blues at top level brings Modest Showstopper Clifton with 'Reelin' & Rockin'', just like Eugene Isom & His Van Glorians Featuring William French in 'Hey, Hey Baby'. The Ike Turner Band has become synonymous with quality. Ike and his companions also ensure this on Willie King's 'Peg Leg Woman'. Classy Phillip Walker recorded with Clifton Chenier for Specialty at the age of 16. The list of artists Walker worked with is impressive. Some examples are Rosco Gordon, George Harmonica Smith and Eddie Taylor. On guitar, Walker creates a catchy instrumental song with 'Louisiana Walk'.
Just like the previous volumes in the 'Black Pearls' series, volume 5 is also a high-flyer. We are already looking forward to what the upcoming volumes in this series will offer us.

0 Opmerkingen

Wayne Cochran: The Bigger The Pompadour…

7/12/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
Disc 1
The Great Sebastian: The Naughty Coo
My Little Girl
The Coo
Last Kiss (Gala 117)
Funny Feeling
Liza Jane
No Return
The Rocking Capris: Money
The Rocking Capris: Lights Out
The Rocking Capris: A-OK
Dreams
Linda Lu
Cindy Marie (Aire 1230)
Edge Of The Sea (Aire 1230)
Last Kiss (Aire 150)
Edge Of The Sea (Aire 150)
Monkey Monkey (You Do It Like This)
Little Orphan Annie
Last Kiss (King 45-5856)
Last Kiss (Galico 105)
I Dreamed, I Gambled, I Lost
 
Disc 2
The Coo (King 45-5874)
Cindy Marie (King 45-5874)
Mr. Lonely
Wrong Number-Wrong Gal
Think
You Left The Water Running
Harlem Shuffle
Somebody Please
Get Down With It (Unedited Version)
No Rest For The Wicked
To Make Me A Man
I’m In Trouble
Goin’ Back To Miami
Last Kiss (Bobo 101)
 
Bonus tracks:
Bobby Lee Smith: I’m Gonna Put You Down
Alice Rozier: My Candy Man
Richie kall; come on let’s sing
Otis redding and the pinetoppers: fat gal
Otis redding and the pinetoppers: shout bamalama
Buddy leach: these arms of mine
Otis redding: these arms of mine
​Wayne Cochran werd geboren op 10 mei 1939 geboren in Georgia en overleed op 21 november 2017 in Florida. Wayne raakte bekend door zijn immens wit pompadourkapsel en door de song ‘Last Kiss’, het laatste nummer dat hij schreef. Begon hij als een jonge rocker, dan evolueerde hij later tot een indrukwekkende soulartiest. Beïnvloed werd hij door o.a. Otis Redding en James Brown. Twee artiesten die hij ook tot zijn vriendenkring mocht rekenen. Op deze compilatie vind je tevens de allereerste opname van ‘These Arms Of Mine’, geschreven door Otis Redding . Cochran werd algemeen beschouwd als de beste blanke soul- en rhythm & bluesartiest, wat hem de titel ‘The White King Of Soul’ opleverde. Op deze, door Bear Family Records uitgebrachte dubbel-cd, krijg je alle opnames die Wayne maakte in de periode 1959 – 1966. Naast de zeldzame opnames bij lokale labels bevat dit dubbelalbum ook alle opnames die hij maakte voor Chess, Mercury en King. Bovendien krijg je drie uitzonderlijke zeldzame instrumentale songs die hij opnam van zijn band The Rocking Capris. Inclusief de bonustracks bevat deze uitgave 42 tracks. Op de eerste cd presenteert Wayne zich als een rocker van zijn tijd, waar hij zowel in de tragere als in de uptempo songs moeiteloos overtuigt. Wayne zit volledig in zijn songs en wanneer hij vocaal rauw uit de hoek komt, gaan je nekharen recht overeind staan. Wayne Cochran verdiende gewoonweg wereldwijde erkenning.
De tweede cd start met een soulvolle rhythm & bluesversie van ‘The Coo’, nummer dat op de eerste cd in een rock-‘n-rollversie te horen is. Op deze cd wordt de sound door de blazerssectie ook voller wat beter aansluit bij het soulvolle. De invloed van James Brown is duidelijk te horen in Wayne’s performance van ‘Think’. Enorm soulvol, zelfs met wat gospelinvloeden klinkt ‘You Let The Water Running’. De dynamiek en intensiteit die Wayne in de Bob & Earl klassieker ‘Harlem Shuffle’, ‘Somebody Please’ en ‘Get Down With It’ steekt, is ronduit hemels, wat zijn titel ‘The White King Of Soul’ zonder meer rechtvaardigt. In ‘No Rest For The Wicked’ knikt Otis Redding dan weer goedkeurend van achter de hoek.
De bonustracks bestaan uit 3 Cochran composities, uitgevoerd door Bobby Lee Smith, Alice Rozier en Richie Kall en 4 songs van Otis Redding’s hand. Drie daarvan, waaronder ‘These Arms Of Mine’ door hem gezongen, aangevuld met Buddy Leach’s versie van dit nummer.
Duidelijk wordt ook dat Wayne Cochran naast een uitstekende performer ook een neus had voor het schrijven van formidabele songs.
In het 35 pagina’s tellend booklet, van de hand van Bill Dahl, krijg je naast knappe foto’s en illustraties, een uitgebreide biografie. ‘The Bigger The Pompadour…’ is een mooi eerbetoon aan een artiest die meer erkenning verdiende dan hij kreeg.
 
Lambert Smits
Afbeelding
Wayne Cochran was born on May 10, 1939 in Georgia and died on November 21, 2017 in Florida. Wayne became known for his immense white pompadour hairstyle and for the song 'Last Kiss', the last song he wrote. He started as a young rocker, but later evolved into an impressive soul artist. He was influenced by Otis Redding and James Brown, among others. Two artists he could also count among his circle of friends. On this compilation you will also find the very first recording of 'These Arms Of Mine', written by Otis Redding. Cochran was widely regarded as the best white soul and rhythm & blues artist, earning him the title 'The White King Of Soul'. On this double CD, released by Bear Family Records, you get all the recordings that Wayne made in the period 1959 - 1966. In addition to the rare recordings on local labels, this double album also contains all the recordings he made for Chess, Mercury and King. Plus you get three exceptionally rare instrumental songs recorded by his band The Rocking Capris. Including the bonus tracks, this release contains 42 tracks. On the first CD, Wayne presents himself as a rocker of his time, where he effortlessly convinces in both the slower and uptempo songs. Wayne is completely immersed in his songs and when he comes out vocally raw, the hairs on the back of your neck stand up. Wayne Cochran simply deserved worldwide recognition.
The second CD starts with a soulful rhythm & blues version of 'The Coo', a song that can be heard in a rock 'n' roll version on the first CD. On this CD the sound becomes fuller due to the horn section, which fits better with the soulful. The influence of James Brown is clearly heard in Wayne's performance of 'Think'. 'You Let The Water Running' sounds extremely soulful, even with some gospel influences. The dynamics and intensity that Wayne puts into the Bob & Earl classic 'Harlem Shuffle', 'Somebody Please' and 'Get Down With It' is heavenly, which justifies his title 'The White King Of Soul'. In 'No Rest For The Wicked' Otis Redding nods approvingly from behind the corner.
The bonus tracks consist of 3 Cochran compositions, performed by Bobby Lee Smith, Alice Rozier and Richie Kall and 4 songs by Otis Redding. Three of them, including 'These Arms Of Mine' sung by him, supplemented with Buddy Leach's version of this song.
It also becomes clear that Wayne Cochran, in addition to being an excellent performer, also had a knack for writing formidable songs.
In the 35-page booklet, written by Bill Dahl, you receive an extensive biography in addition to beautiful photos and illustrations. 'The Bigger The Pompadour...' is a beautiful tribute to an artist who deserved more recognition than he received.

0 Opmerkingen

Leroy Kirkland: Good Gracious

27/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Chuck Willis: I Feel So Bad
  2. The Barons: My Baby’s Gone
  3. George Benson: It Should Have Been Me #2
  4. Wilbert Harrison: Don’t Drop It
  5. Varetta Dillard: Promise Mr. Thomas
  6. The Dreams: My Little Honeybun
  7. The Carnations: Night Time Is The Right Time
  8. The Roamers: Chop Chop Ching A Ling
  9. Barbie Gaye: My Boy Lollipop
  10. Jaycee Hill: Bump!
  11. Dave Burton: Rock ‘N’ Roll Ruby
  12. Little David: You’ll Pray
  13. Hurricane Harry: Last Meal
  14. Nappy Brown: Pleasing You
  15. The Keystoners: The Magic Kiss
  16. The Schoolboys: Mary
  17. Lloyd ‘Fatman’: Miss Mushmouth
  18. Lloyd ‘Fatman’: Good Gracious
  19. Screamin’ Jay Hawkins: Frenzy
  20. Little Terry: See See Boo Hoo
  21. The Fi-Dells: No Other Love (Like Yours)
  22. Larry Hart: A Looka-A Looka
  23. Leroy Kirkland’s Rock-Chas: The Walk
  24. Big Bee Kornegay: The Fiesta Rock ‘N’ Roll
  25. Eddie Singleton: Kiss-A-Kiss, Hug-A-Hug
  26. Clyde Stacy: Baby Shame
  27. Billy Lamont: Tom Cat
  28. Rose Marie McCoy: Joy And Jubilation
Het aangename aan releases in de ‘Spotlight Series’, zoals dit album rond Leroy Kirkland, is dat artiesten die ondanks hun waardevolle bijdrage aan de ontwikkeling van bepaalde muziekgenres bij het grote publiek toch niet bekend zijn. En Kirkland behoorde hier zeker toe. Over zijn geboortedatum bestaat enige verwarring. Sommige bronnen vermelden 1904 terwijl andere het op 1906 houden. Zijn naam als componist en arrangeur staat achter meer dan 700 nummers vermeld. Leroy Kirkland, ook bekend als Claude Cloud was aanvankelijk gitarist binnen de jazz en rhythm & blues. Maar net zo goed werkte hij achter de schermen als componist, orkestleider, sessiemuzikant en arrangeur. In de media wordt Leroy vaak als voetnoot vermeld en wordt zijn inbreng niet altijd ten volle erkend. Daar hoopt deze compilatie verandering in te brengen. De 28 tracks op dit album focussen op Kirklands talent als orkestleider en arrangeur. De muziekgenres zijn heel divers en gaan van opnames in de rhythm & blues, doo-wop tot rock-‘n-roll. Een eerste track waarop Leroy als orkestleider en arrangeur van de partij is, is meteen opener ‘I Feel So Bad’ van Chuck Willis. Nummer dat met quasi hetzelfde arrangement in 1961 door Elvis werd overgedaan. Wat volgt is een uitermate smaakvolle mix van rhythm & blues en doo-wop in ‘My Baby’s Gone’ van The Barons. Heerlijke doo-wop komt later nog aan bod met The Dreams en hun ‘My Little Honeybun’, The Carnations en ‘Night Time Is The Right Time’, The Roamers in ‘Chop Chop Ching A Ling’ en The Keystones met ‘The Magic Kiss’. Leuke samenzang is ook terug te vinden in ‘No Other Love (Like Yours)’ van The Fi-Dells. Een meer dan prachtige opname is ‘It Should Have Been Me’, een vroege opname van George Benson. Benson was pas 11 jaar oud toen hij deze King Curtis song opnam. Recht voor de raap rhythm & blues mag je dan weer verwachten van Varetta Dillard die een aanstekelijke ‘Promise Mr. Thomas’ neerzet. In 1964 had de Jamaicaanse Millie Small een hit met ‘My Boy Lollipop’. Het origineel krijg je hier van Barbie Gaye die het reeds in 1956 opnam en dat duidelijk veel meer body heeft dan Smalls versie. Voor een portie rauwe rock-‘n-roll zorgt Jaycee Hill met ‘Bump!’. Rock-‘n-roll is tevens het fundament voor Dave Burtons ‘Rock ‘n’ Roll Ruby’. Dat voormalige leden van The Drifters ook solo wel scoorden, hebben we vaker gezien. Zo ook David Baugham die hier als Little David samen met His Harps de fraaie rocker ‘You’ll Pay’ presenteert. Vooraleer hij wereldwijd naam zou maken in de blues en rhythm en blues was Nappy Brown reeds in de studio te vinden. Dat hij reeds in 1956 puik werk leverde, laat hij horen in ‘Pleasing You’. Een persoonlijke manager die zelf ging opnemen was Lloyd ‘Fatman’, die deze functie voor Louis Jordan ter harte nam. Dat hij de knepen van de rhythm & blues tot in de details beheerste, hoor je in het formidabele ‘Miss Mushmouth’ en het aansluitende, tevens titeltrack ‘Good Gracious’. Het rauwe en wilde zijn we van Screamin’ Jay Hawkins gewoon. Deze handelsmerken komen andermaal tot uiting in ‘Frenzy’ uit 1957. Als Leroy Kirkland’s Rock-Chas nam Leroy een instrumentale cover van Jimmy McCracklins ‘The Walk’ op. Rose Marie McCoy mag het rijtje sluiten met ‘Joy and Jubilation’, titel die het werk van Kirkland prima beschrijft.
Leroy Kirkland overleed op 6 april 1988.
Eerder dit jaar verscheen in de ‘Koko Mojo Songwriter Series’ eveneens een album rond Leroy Kirkland. De review kan je hier nogmaals lezen . Samen met de nu op de markt gebrachte release in de ‘Koko Mojo Sportlight Series’ haal je met beide uitgaves een prachtig beeld in huis van de vaak ondergewaardeerde Leroy Kirkland.
 
Lambert Smits
Afbeelding
The pleasant thing about releases in the 'Spotlight Series', such as this album around Leroy Kirkland, is that despite their valuable contribution to the development of certain music genres, artists are not known to the general public. And Kirkland was certainly one of them. There is some confusion about his date of birth. Some sources mention 1904 while others keep it as 1906. His name as a composer and arranger is listed behind more than 700 songs. Leroy Kirkland, also known as Claude Cloud, was initially a guitarist in jazz and rhythm & blues. But he also worked behind the scenes as a composer, orchestra leader, session musician and arranger. In the media, Leroy is often mentioned as a footnote and his contribution is not always fully recognized. This compilation hopes to change that. The 28 tracks on this album focus on Kirkland's talent as an orchestra leader and arranger. The music genres are very diverse and range from recordings in rhythm & blues, doo-wop to rock 'n' roll. The first track on which Leroy is present as orchestra leader and arranger is opener 'I Feel So Bad' by Chuck Willis. Song that was redone by Elvis in 1961 with almost the same arrangement. What follows is an extremely tasteful mix of rhythm & blues and doo-wop in 'My Baby's Gone' by The Barons. Delicious doo-wop is discussed later with The Dreams and their 'My Little Honeybun', The Carnations and 'Night Time Is The Right Time', The Roamers in 'Chop Chop Ching A Ling' and The Keystones with 'The Magic Kiss '. Nice harmony vocals can also be found in 'No Other Love (Like Yours)' by The Fi-Dells. A more than beautiful recording is 'It Should Have Been Me', an early recording by George Benson. Benson was only 11 years old when he recorded this King Curtis song. You can expect straightforward rhythm & blues from Varetta Dillard who delivers a catchy 'Promise Mr. Thomas’. In 1964, Jamaican Millie Small had a hit with 'My Boy Lollipop'. You get the original here from Barbie Gaye who recorded it in 1956 and which clearly has much more body than Small's version. Jaycee Hill provides a dose of raw rock 'n' roll with 'Bump!'. Rock 'n' roll is also the foundation for Dave Burton's 'Rock 'n' Roll Ruby'. We have often seen that former members of The Drifters also scored solo. This includes David Baugham, who presents the beautiful rocker 'You'll Pay' here as Little David together with His Harps. Before he would make a worldwide name for himself in blues and rhythm and blues, Nappy Brown could already be found in the studio. He shows that he already delivered excellent work in 1956 in 'Pleasing You'. A personal manager who started recording himself was Lloyd 'Fatman', who took on this position for Louis Jordan. You can hear that he mastered the tricks of rhythm & blues down to the last detail in the formidable 'Miss Mushmouth' and the subsequent title track 'Good Gracious'. We are used to the raw and wild of Screamin' Jay Hawkins. These trademarks are once again reflected in 'Frenzy' from 1957. As Leroy Kirkland's Rock-Chas, Leroy recorded an instrumental cover of Jimmy McCracklin's 'The Walk'. Rose Marie McCoy can close the list with 'Joy and Jubilation', a title that perfectly describes Kirkland's work.
Leroy Kirkland died on April 6, 1988.
Earlier this year, an album about Leroy Kirkland was also released in the 'Koko Mojo Songwriter Series'. You can read the review again here . Together with the now marketed release in the 'Koko Mojo Sportlight Series' Both editions give you a beautiful image of the usually underrated musician, Leroy Kirkland.
0 Opmerkingen

Cliff Richard: Dynamite

25/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Nine Times Out Of Ten
  2. Never Mind
  3. My Feet Hit The Ground
  4. Pointed Toe Shoes
  5. Don’t Bug Me Baby
  6. Blue Suede Shoes
  7. Mumblin’ Mosie
  8. I Cannot Find A True Love
  9. Move It
  10. Tough Enough
  11. Got A Funny Feeling
  12. High Class Baby
  13. Gee Whiz It’s You
  14. Choppin’ ‘N’ Changin’
  15. Livin Lovin’ Doll
  16. Ready Teddy
  17. Mean Streak
  18. She’s Gone
  19. What’d I Say
  20. Apron Strings
  21. Down The Line
  22. Twenty Flight Rock
  23. Dynamite
  24. Baby I Don’t Care
  25. Mad About You
  26. We Say Yeah
  27. Please Don’t Tease
  28. Whole Lotta Shaking Goin’ On
  29. The Snake And The Bookworm
  30. Forty Days
  31. Do You Want To Dance
  32. My Babe
  33. No Turning Back
​Het tiende volume in ‘The Brits Are Rocking’ serie schenkt terecht aandacht aan Cliff Richard. Immers vooraleer John, Paul, George en Ringo in 1963 de muziekwereld deden daveren met de Beatlemania, waren Cliff Richard and The Shadows de succesvolste rock-‘n-rollband in Engeland. Met The Shadows en hun schitterende gitarist Hank B. Marvin, had Cliff een zeer bekwame en getalenteerde band, die hem perfect naar de top stuwde. Zijn platendebuut ‘Move It’ was duidelijk één van de beste maar ook één van de belangrijkste Britse popsingles van de vorige eeuw. Het nummer zette de deur wagenwijd open voor andere getalenteerde gasten als Billy Fury en Johnny Kidd. ‘Move It’ bewees ook dat de Britten in staat waren om stijlvolle rock-‘n-roll te produceren, zonder dat ze hun toevlucht moesten nemen tot covers van hun Amerikaanse collega’s. Met opvolger ‘High Class Baby’, werd Cliff in een pop poll van het muziekblad New Musical Express meteen verkozen tot de beste nieuwkomer.
Naast ‘Move It’ bevat deze compilatie nog 33 tracks die Cliff opnam in de periode 1958-1962. Zo vinden we hier ook het reeds eerder genoemde ‘High Class Baby’, ‘Dynamite’, ‘Choppin’ ‘n’ Changin’’ en ‘Livin’ Lovin’ Doll’ terug, aangevuld met covers van songs die in de USA enorme hits waren. Tot deze laatste categorie behoren o.a. ‘Blue Suede Shoes’, ‘What’d I Say’, Twenty Flight Rock’ en ‘Whole Lotta Shaking Goin’ On’. Het bijgevoegde booklet bevat uitgebreide info van de hand van Ashley Wood, expert in Britse beat en rock-‘n-roll, aangevuld met leuke foto’s en alle gegevens betreffende de tracks.
Een verzamelaar met Cliffs latere hits zoals ‘Bachelor Boy’, ‘Summer Holiday’, ‘Lucky Lips’ of ‘On The Beach’ heeft iedere Richard fan reeds in zijn bezit. Hoe het allemaal begon voor hem, daarvan geeft deze compilatie een fraai beeld van de uitstekende rockende Cliff Richard. En zeg nu zelf, hadden Cliff Richard and The Shadows niet reeds lang moeten zijn opgenomen in ‘The Rock ‘n’ Roll Hall Of Fame’?
 
Lambert Smits
Afbeelding
The tenth volume in 'The Brits Are Rocking' series rightly pays attention to Cliff Richard. After all, before John, Paul, George and Ringo shocked the music world with Beatlemania in 1963, Cliff Richard and The Shadows were the most successful rock 'n' roll band in England. With The Shadows featuring the brilliant guitarist Hank B. Marvin, Cliff had a very skilled and talented band, which perfectly propelled him to the top. His record debut 'Move It' was clearly one of the best but also one of the most important British pop singles of the last century. The song opened the door wide for other talented guys like Billy Fury and Johnny Kidd. 'Move It' also proved that the British were capable of producing stylish rock 'n' roll without having to resort to covers of their American colleagues. With successor 'High Class Baby', Cliff was immediately voted the best new artist in a readers pop poll by the music magazine New Musical Express.
In addition to 'Move It', this compilation contains 33 tracks that Cliff recorded in the period 1958-1962. We also find the aforementioned 'High Class Baby', 'Dynamite', 'Choppin' 'n' Changin'' and 'Livin' Lovin' Doll', supplemented with covers of songs that were huge hits in the USA. . The latter category includes 'Blue Suede Shoes', 'What'd I Say', Twenty Flight Rock' and 'Whole Lotta Shaking Goin' On'. The attached booklet contains extensive information from Ashley Wood, expert in British beat and rock 'n' roll, supplemented with nice photos and all information about the tracks.
Every Richard fan already owns a collector with Cliff's later hits such as 'Bachelor Boy', 'Summer Holiday', 'Lucky Lips' or 'On The Beach'. This compilation gives a nice impression of how it all started for the excellent rocking Cliff Richard. And honestly, shouldn't Cliff Richard and The Shadows have been inducted into 'The Rock 'n' Roll Hall Of Fame' a long time ago?

0 Opmerkingen

Jesse Stone: The Stomp

23/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Odelle Turner With Jesse Stone: Alarm Clock Boogie
  2. Jesse Stone And His Band: Runaway
  3. Charlie Calhoun: (I Don’t Know) Why The Car Won’t Go
  4. Joe Turner And His Blues Kings: Hide And Seek
  5. Bill Haley And His Comets: Razzle Dazzle
  6. The Jodimars: Rattle My Bones
  7. Alan Freed Big Band: Right Now, Right Now
  8. Charles Calhoun: My Pidgeon’s Gone
  9. Big Joe Turner: Well All Right
  10. Chuck Willis With Jesse Stone: Ease The Pain
  11. Frankie Brunson: Ward 13
  12. Joe Turner With Jesse Stone: Teen Age Letter
  13. The Metronomes With Jesse Stone: I’m Gonna Get Me A Girl Somehow
  14. Candy Reed With Jesse Stone: Give Me Love
  15. Carl Perkins: Shake, Rattle ‘N’ Roll
  16. Janis Martin: Good Love
  17. Jimmy Breedlove With Jesse Stone: Oo-Whee, Good Gosh A-Mighty
  18. Roy Hamilton With Jesse Stone: Crazy Feelin’
  19. Roberta Sherwood: Love Is A-Breakin’ Out
  20. The Stone Crushers Leader Jesse Stone: Crawfish
  21. Walter Spriggs With Jesse Stone: Rock ‘Em Back
  22. Roy Hamilton With Jesse Stone: A Great Romance
  23. The Clovers With Jesse Stone: Old Black Magic
  24. Al Gardner With Jesse Stone: The Stomp
  25. LaVern Baker With Jesse Stone: Bumble Bee
  26. Frank Deaton And The Mad-Lads: Don’t Let Go
  27. Bill Haley And His Comets: Flip, Flop And Fly
  28. Dale Hawkins: Money Honey
  29. LaVern Baker With Jesse Stone: You Said
  30. The Four Sounds: Mama Ubangi Bangi
Onlangs kon je op deze site de review lezen van het album dat Jesse Stone in de ‘Koko Mojo Songwriter Series’ in de spots plaatste. In die review kondigden wij ook reeds aan dat Jesse Stone spoedig nogmaals aan bod zou komen, maar dan in de ‘Koko Mojo Spotlight Series’. Wel dat album is er nu. Voor een korte bio rond Jesse Stone verwijzen wij je graag naar de review in de ‘Koko Mojo Songwriter Series’ die je hier nog eens kan herlezen. Als Jesse Stone of Charles Calhoun schitterde hij zowel als muzikant, arrangeur, producer en songschrijver. Een aantal van de songs waaraan hij in één of meerdere van deze gedaantes meewerkte, zijn ondertussen ‘all-time classics’ geworden. Denk bijvoorbeeld maar aan ‘Shake, Rattle And Roll’ dat hij voor Big Joe Turner schreef, maar de eeuwigheid in werd gezongen door Bill Haley. Zoals blijkt op deze compilatie heeft Haley nog wel meer van zijn succesnummers aan Stone te danken met de door hem geschreven ‘Razzle Dazzle’ en ‘Flip, Flop And Fly’. ‘Shake, Rattle ‘n’ Roll’ krijg je hier overigens in de aanstekelijke en pure Carl Perkins’ versie. Maar er is meer. Zo starten we meteen met ‘Alarm Clock Boogie’ van Odelle Turner, een dijk van een rockende rhythm & blues waar Jesse fungeerde bandleader. Jesse Stone zelf horen we op gitaar op het daarop volgende en instrumentale ‘Runaway’. Achter de microfoon staat hij als Charles Calhoun dan weer op ‘My Pidgeon’s Gone’. Joe Turner mag driemaal aantreden. Een eerste maal met ‘Hide And Seek’ en later nog met ‘Well All Right’ en ‘Teen Age Letter’. Op de eerste twee hoor je Jesse aan de piano en voor ‘Teen Age Letter’ was hij arrangeur. Meer knap instrumentaal werk komt er met het door ‘handclaps’ van een livesfeer voorziene ‘Right Now, Right Now’ van de Alan Freed Big Band. Met ‘Ward 13’ van Frankie Brunson ben je getuige van een formidabele jazzy soulblues. Janis Martin was één van de eerste vrouwelijke artiesten in de rock-‘n-roll en werd aanzien als de ‘female Elvis’. Dat dit niet onterecht was, bewijst ze in het door Stone geschreven ‘Good Love’. Voluit rockend vervolgt ook Jimmy Breedlove met ‘Oo-Whee, Good Gosh A-Mighty’. Dat Grady Martin een klasbak van een gitarist was, kwam hier al vaker aan bod. Hem hoor je nogmaals op ‘Love Is A-Breakin’ Out’ van Roberta Sherwood. Eén van mijn persoonlijke favorieten op de saxofoon is King Curtis. Hier schittert hij opnieuw op het instrumentale ‘Crawfish’ van The Stone Crushers. Curtis is ook van de partij op ‘Rack ‘Em Back’ van Walter Spriggs, die ooit nog deel uitmaakte van de doo-wopgroep The Five Echoes. Voor de noodzakelijke doo-wop zorgen hier The Clovers in het sublieme ‘Old Black Magic’. Knap werk komt er ook met ‘Don’t Let Go’ van de vocale groep Frank Deaton and The Mad-Lads. Gekend is Dale Hawkins door zijn ‘Susie Q’. Hij tekent hier present met het door Stone gecomponeerde ‘Money Honey’.
‘The Stomp’ maakt andermaal duidelijk dat Jesse Stone als zanger, gitarist, songschrijver, arrangeur en orkestleider met een enorm vakmanschap zijn stempel drukte op heel wat songs in de fifties en vroege zestiger jaren. Dit album is dan ook de ideale aanvulling op het eerder in de ‘Koko Mojo Songwriter Series’ verschenen ‘Crazy, Crazy Party’.  
 
Lambert Smits
Afbeelding
You could recently read the review of the album that Jesse Stone featured in the 'Koko Mojo Songwriter Series' on this site. In that review we also announced that Jesse Stone would soon be featured again, but in the 'Koko Mojo Spotlight Series'. Well that album is out now. For a short bio about Jesse Stone, we would like to refer you to the review in the 'Koko Mojo Songwriter Series' that you can find here https://www.keysandchords.com/album-review-blog/jesse-stone-crazy-crazy-party. Like Jesse Stone or Charles Calhoun, he shone as a musician, arranger, producer and songwriter. A number of the songs on which he contributed in one or more of these guises have now become 'all-time classics'. Consider, for example, 'Shake, Rattle And Roll', which he wrote for Big Joe Turner, but was sung into eternity by Bill Haley. As this compilation shows, Haley owes even more of his success songs to Stone, with 'Razzle Dazzle' and 'Flip, Flop And Fly' written by him. You get 'Shake, Rattle 'n' Roll' here in the catchy and pure Carl Perkins' version. But there's more. We immediately start with an 'Alarm Clock Boogie' by Odelle Turner, a rocking rhythm & blues where Jesse acted as bandleader. We hear Jesse Stone himself on guitar on the subsequent instrumental 'Runaway'. Behind the microphone he appears as Charles Calhoun on 'My Pidgeon's Gone'. Joe Turner may take office three times. First with 'Hide And Seek' and later with 'Well All Right' and 'Teen Age Letter'. On the first two you hear Jesse at the piano and for 'Teen Age Letter' he was the arranger. More fine instrumental work comes with 'Right Now, Right Now' by the Alan Freed Big Band, which provides a live atmosphere with handclaps. With 'Ward 13' by Frankie Brunson you witness a formidable jazzy soul blues. Janis Martin was one of the first female artists in rock 'n' roll and was regarded as the 'female Elvis'. She proves that this was not unjustified in 'Good Love', written by Stone. Jimmy Breedlove also continues with 'Oo-Whee, Good Gosh A-Mighty', fully rocking. The fact that Grady Martin was a top guitarist has been discussed here before. You can hear him again on 'Love Is A-Breakin' Out' by Roberta Sherwood. One of my personal favorites on the saxophone is King Curtis. Here he shines again on the instrumental 'Crawfish' by The Stone Crushers. Curtis is also present on 'Rack 'Em Back' by Walter Spriggs, who was once part of the doo-wop group The Five Echoes. The Clovers provide the necessary doo-wop in the sublime 'Old Black Magic'. There is also some great work with 'Don't Let Go' by the vocal group Frank Deaton and The Mad-Lads. Dale Hawkins is known for his 'Susie Q'. He is present here with the 'Money Honey', composed by Stone.
'The Stomp' once again makes it clear that Jesse Stone, as a singer, guitarist, songwriter, arranger and orchestra leader, left his mark with enormous craftsmanship on many songs in the fifties and early sixties. This album is the ideal addition to 'Crazy, Crazy Party', previously released in the 'Koko Mojo Songwriter Series'.

0 Opmerkingen

Huelyn Duvall: You Knock Me Out

20/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Huelyn Duvall: Teen Queen
  2. Huelyn Duvall: Comin’ Or Goin’
  3. Huelyn Duvall: You Knock Me Out
  4. Huelyn Duvall: Hum-Dinger
  5. Huelyn Duvall: Little Boy Blue
  6. Huelyn Duvall: Three Months To Kill
  7. Huelyn Duvall: Juliet
  8. Huelyn Duvall: Friday Night On A Dollar Bill
  9. Huelyn Duvall: Tear Stained Letters
  10. Huelyn Duvall: Beautiful Dreamer
  11. Huelyn Duvall: Across The Aisle
  12. Huelyn Duvall: It’s No Wonder
  13. Huelyn Duvall: Boom Boom Baby
  14. Huelyn Duvall: Pucker Paint
  15. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: Stina Lee
  16. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: My Girl (Wears Long Hair)
  17. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: Dizzy
  18. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: Baby Make A Move
  19. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: Blue Eyed Sally
  20. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: Tell Me Why Baby
  21. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: They Ain’t Close To You (Brown Eyes)
  22. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: High-Class Baby
  23. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: So Help Me God
  24. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: It All Depends
  25. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: What In The World
  26. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: My Destiny
  27. Huelyn Duvall & The Lightning Recordings Boys: Drive In Movie
  28. Huelyn Duvall & Wildfire Willie: Daddy’s Little Baby
  29. Huelyn Duvall & Long John And The Ballroom Kings: Pucker Paint
  30. Huelyn Duvall & The Troublesome Three: (Let Me Be Your) Teddy Bear
​Op 18 augustus 1939 zag Huelyn Duvall in het landelijke Garner, Parker County, Texas het levenslicht. Als opgroeiende jongen had Huelyn enkel interesse in de sport. Omdat hij een tijdje moest wachten alvorens hij werd opgenomen in sportteam van de school, zocht Huelyn naar iets om die tijd te overbruggen. Net als veel van zijn tijdgenoten begon hij naar muziek te luisteren en meer bepaald naar country. Toen hij voor het eerst op de radio geconfronteerd werd met rhythm & blues en even later diezelfde radio hem ook in contact bracht met rockabilly en rock-‘n-roll, veranderde dit zijn leven. Vanaf dan verlegde Huelyn zijn interesse van de sport naar de muziek. Op school raakte hij in 1956 bevriend met gitarist Lonnie Thompson, waarmee hij al spoedig een band vormde. Ze rekruteerden Lonnnies tweelingbroer Johnnie op ritmegitaar en zang en Ralph Clark op bas en werden Huelyn Duvall and The Troublesome Three. In 1957 gingen ze in zee met Danny Wolfe die een tuinbouwbedrijf runde. Als hun manager regelde Danny hun eerste opnamesessie. Danny was ongeveer tien jaar ouder dan de gasten, schreef songs en nam deze op in zijn eigen opnamestudio. Wolfe werkte samen met songschrijver en producer Major Bill Smith en samen vormden ze het Twinkle label, waarvoor Duvall later ook zou opnemen.  Zijn eerste opname maakte Huelyn in 1957. Zijn tweede sessie vond plaats in de Gold Star Recording Studios in Hollywood, waar hij als studiomuzikanten kon rekenen op de instrumentale groep The Champs. Na zijn huwelijk in 1961 verkaste Huelyn voor een negental jaren naar Houston, Texas waar hij vice president werd van Brazos Valley Computer Center. Het bloed kroop echter waar het niet kan gaan en in 1985 trad hij in Nederland op tijdens de Rockhouse Rock ‘n’ Roll Meeting. Daarna volgde shows in heel Europa. In 2002 nam Duvall samen met Wildfire Willie and The Ramblers het album ‘She’s My Baby’ op. Een jaar later dook hij opnieuw de studio in, ditmaal met de herenigde The Troublesome Three. Toepasselijk kreeg het album de titel ‘The Reunion’ mee. Voor Rhythm Bomb Records nam Huelyn in 2003 in Zweden, opnieuw samen met Wildfire Willie and The Ramblers het album ‘Ramblin’ + Boppin’’ op. Vijf jaren later keerde hij terug naar Zweden om met dezelfde band voor Goofin’ Records het album ‘Get Carried Away’ in te blikken.
Deze compilatie start met ‘Teen Queen’, dat meteen Huelyns krachtige stem in de spots plaatst. Op deze song, net als trouwens op andere tracks hoor je de sublieme Grady Martin op gitaar. Dat Huelyn kon rocken staat vast, maar ook in het tragere ‘Little Boy Blue’ schittert hij. Dat ballades hem net zo goed liggen als uptempo songs laat hij nogmaals horen in ‘Tear Stained Letters’ en ‘Across The Aisle’.
Samen met de onnavolgbare The Jordanaires zet hij tevens een fantastisch ‘Boom Boom Baby’ neer.
Naast de songs uit de fifties bevat deze compilatie ook de opnames die Duvall in 2014 in Duitsland maakte met The Lightning Recordings Boys, beter gekend als Cherry Casino and The Gamblers en  in Zweden met Wildfire Willie and The Ramblers. Tevens krijg je hier de in 2017 met de Berlijnse Long John and The Ballroom Kings gemaakte remake van ‘Pucker Paint’. En al spoedig blijkt dat alhoewel de tijd misschien een beetje, maar dan ook maar een heel klein beetje grip heeft gekregen heeft op Huelyns stem, dit zeker geen afbreuk doet aan zijn rockgehalte. Luister daarvoor maar eens naar ‘Stina Lee’, waarna in ‘Dizzy’, ‘Blue Eyed Sally’, ‘High-Class Baby’ en zeker op ‘Daddy’s Little Baby’ Huelyns stem zelfs rijper klinkt.
Afsluiten doen we met een liveopname uit 1957 van ‘(Let Me Be Your) Teddy Bear’.
Huelyn Duvall overleed op 15 mei 2019 op 79 jarige leeftijd in Colleyville, Tarrant County, Texas.
‘You Knock Me Out’ is een album dat zowel rock-‘n-roll als ballades op topniveau laat horen. Moest je niet vertrouwd zijn met het werk van Huelyn Duvall, dan zal deze compilatie zeker je oren openen voor de opmerkelijke rock-‘n-roller die Huelyn Duvall heette.
 
Lambert Smits
Afbeelding
On August 18, 1939, Huelyn Duvall was born in rural Garner, Parker County, Texas. As a growing boy, Huelyn was only interested in sports. Because he had to wait a while before being accepted into the school's sports team, Huelyn looked for something to bridge the time. Like many of his contemporaries, he started listening to music, specifically country. When he was confronted with rhythm & blues for the first time on the radio and a little later the same radio also brought him into contact with rockabilly and rock 'n' roll, it changed his life. From then on, Huelyn shifted his interest from sports to music. While at school in 1956, he befriended guitarist Lonnie Thompson, with whom he soon formed a band. They recruited Lonnie's twin brother Johnnie on rhythm guitar and vocals and Ralph Clark on bass and became Huelyn Duvall and The Troublesome Three. In 1957 they joined forces with Danny Wolfe who ran a gardening company. As their manager, Danny arranged their first recording session. Danny was about ten years older than the guys, wrote songs and recorded them in his own recording studio. Wolfe teamed up with songwriter and producer Major Bill Smith and together they formed the Twinkle label, for which Duvall would later also record. Huelyn made his first recording in 1957. His second session took place at the Gold Star Recording Studios in Hollywood, where he could count on the instrumental group The Champs as studio musicians. After his marriage in 1961, Huelyn moved to Houston, Texas for nine years where he became vice president of Brazos Valley Computer Center. However, the blood ran deep and in 1985 he performed in the Netherlands during the Rockhouse Rock 'n' Roll Meeting. This was followed by shows throughout Europe. In 2002, Duvall recorded the album 'She's My Baby' with Wildfire Willie and The Ramblers. A year later he went back into the studio, this time with the reunited The Troublesome Three. Appropriately, the album was titled 'The Reunion'. Huelyn recorded the album 'Ramblin' + Boppin'' again with Wildfire Willie and The Ramblers in 2003 in Sweden for Rhythm Bomb Records. Five years later he returned to Sweden to record the album 'Get Carried Away' with the same band for Goofin' Records.
This compilation starts with 'Teen Queen', which immediately puts Huelyn's powerful voice in the spotlight. On this song, just like on other tracks, you can hear the sublime Grady Martin on guitar. It is certain that Huelyn could rock, but he also shines in the slower 'Little Boy Blue'. He shows once again that ballads suit him just as much as uptempo songs in 'Tear Stained Letters' and 'Across The Aisle'.
Together with the inimitable The Jordanaires he also performs a fantastic 'Boom Boom Baby'.
In addition to the songs from the fifties, this compilation also contains the recordings that Duvall made in Germany in 2014 with The Lightning Recordings Boys, better known as Cherry Casino and The Gamblers, and in Sweden with Wildfire Willie and The Ramblers. You also get the remake of 'Pucker Paint' made in 2017 with Berlin's Long John and The Ballroom Kings. And it soon turns out that although time may have had a little bit of a grip on Huelyn's voice, this certainly does not detract from his rock quality. Just listen to 'Stina Lee', after which Huelyn's voice sounds even more mature in 'Dizzy', 'Blue Eyed Sally', 'High-Class Baby' and certainly on 'Daddy's Little Baby'.
We end with a live recording from 1957 of '(Let Me Be Your) Teddy Bear'.
Huelyn Duvall passed away on May 15, 2019 at the age of 79 in Colleyville, Tarrant County, Texas.
'You Knock Me Out' is an album that showcases both rock 'n' roll and ballads at top levels. If you are unfamiliar with the work of Huelyn Duvall, this compilation will certainly open your ears to the remarkable rock 'n' roller that was Huelyn Duvall.

0 Opmerkingen

Jesse Stone: Crazy, Crazy Party

11/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Jesse Stone: Get It While You Can
  2. Lucky Millinder And His Orch. Vocal John Greer: The Jumpin’ Jack
  3. Joe Turner And His Blues Kings: Shake, Rattle And Roll
  4. The Clovers: You Cash Ain’t Nothin’ But Trash
  5. The Drifters Featuring Clyde McPhatter: Bip Bam
  6. The Du Droppers: Dead Broke
  7. The Eagle-Aires: Money Honey
  8. Ruth Brown: As Long As I’m Moving
  9. Charlie Calhoun: Smack Dab In The Middle
  10. Charles Calhoun With The Four Students: Jamboree
  11. Joe Turner And His All Stars: Lipstick, Powder And Paint
  12. LaVern Baker: You Better Stop
  13. Ruth Brown: Too Many Men
  14. The Cues: Why
  15. The Cookies: My Lover
  16. The Drifters: I Gotta Get Myself A Woman
  17. Al Jones: Mad, Mad World
  18. Walter Spriggs: I Pawned Everything
  19. Joe Turner And His Blues Kings: Flip, Flop And Fly
  20. Jimmy Witherspoon: All Right Miss Moore
  21. Billy Williams: Lucy Lou
  22. The Cues: Crazy, Crazy Party
  23. The Flyers: On Bended Knee
  24. Jesse Stone: Tall And Short
  25. Al Jones: Why Can’t We Get Along
  26. Billy Williams: Red Hot Love
  27. Buddy Wilkins: Private Eye
  28. Ray Scott And His Combo: Silk Satin And Lace
  29. Ray Scott And His Combo: We Need Love
  30. Jo Barbara: Doot’n Dot’n Deet’n Button
​Jesse Stone, ook gekend onder het pseudoniem Charles Calhoun deed meer voor de muziek dan algemeen geweten. Als enige zwarte artiest stond hij een tijdje op de loonlijst van de door Ahmet Ertugun geleide Atlantic Record Company. Omwille hiervan verliet hij vermoedelijk dat label. Niet alleen modelleerde Stone voor een groot deel de rhythm & blues, maar ook was hij een belangrijk persoon die nauw betrokken was bij de ontwikkeling en evolutie van de rock-‘n-roll. Als zijn grootste wapenfeit wordt steeds ‘Shake, Rattle And Roll’ dat hij als Charles Calhoun schreef voor Big Joe Turner vernoemd. Als je bedenkt dat Bill Haley het nummer wereldwijd bekend maakte, klopt dit commercieel gezien zeker. Maar zoals blijkt uit deze compilatie in de ‘Koko Mojo Songwriter Series’, prijken er nog een aanzienlijk aantal rockende rhythm & blues kleppers op Stones of Calhouns palmares. Naast een aantal nummers die hijzelf onder deze twee namen opnam, geeft dit album ook een mooie inkijk in de songs die hij voor grote namen in de rhythm & blues schreef. Daarvan vinden we er een aantal terug op deze compilatie, zoals Lucky Millinder, Joe Turner, Ruth Brown, LaVern Baker, The Drifters en Jimmy Witherspoon. Met het onder eigen naam opgenomen ‘Get It While You Can’ is de eerste track voor Stone voorbehouden. Nummer dat de strikte rhythm & blues zijde van Stone in de spots plaatst. Later komt hij nogmaals aan bod met het enige instrumentale nummer op dit album, namelijk ‘Tall And Short’. Dat zijn songs zonder probleem door een volwaardig orkest konden uitgevoerd worden, hoor je in ‘The Jumpin’ Jack’ van Lucky Millinder met John Greer als vocalist. Big Joe Turner scoorde bij het grote publiek met natuurlijk ‘Shake, Rattle And Roll’, maar ook met ‘Lipstick, Powder And Paint’ en ‘Flip, Flop and Fly’. Deze drie songs tref je hier aan en op het laatstgenoemde hoor je Jesse zelfs aan de piano. Van The Drifters bevat dit album ‘Bip Bam’ en ‘Gotta Get Myself A Woman’. Op het eerste neemt Johnny Moore de tenor lead vocalen voor zijn rekening. Op het tweede nummer doet Clyde McPhatter dat. ‘Dead Broke’ van The Du Droppers zet dan weer de deur op een kier voor rock-‘n-roll, net als trouwens Ruth Browns ‘As Long As I’m Moving’. Een heerlijke rockende rhythm & blues serveert later de van een krachtige stem voorziene LaVern Baker met ‘You Better Stop’. Al Jones, de broer van Billie Jean Jones, op haar beurt de ex van Hank Williams en de weduwe van Johnny Horton, verrast tweemaal. Een eerste maal met het indringende ‘Mad, Mad World’ en een tweede keer met ‘Why Can’t We Get Along’ dat duidelijk de sporen van rock-‘n-roll draagt. Jimmy Witherspoon was een bekend artiest in het jump- en bluesgenre. Overtuig jezelf hiervan tijdens het rockende ‘All Right Miss Moore’ dat hij in 1957 met het orkest van Stone opnam. Pure rock-‘n-roll krijg je even later aangereikt door Billy Williams met ‘Red Hot Love’, alsook door Ray Scott met ‘Silk Satin And Lace’ en ‘We Need Love’. Ray Nam ook op als Walter Spriggs. In die gedaante is hij tevens te horen met ‘I Pawned Everything’. Hij maakte ook deel uit van de doo-wopgroep The Five Echoes. Zijn voorliefde voor het genre is nog steeds duidelijk te horen.
Mooie samenzang krijg je nog van The Eagle-Aires en het a capella gebrachte ‘Money Honey’. Vocaal schitteren ook The Cues in het uptempo ‘Why’ en ‘Crazy, Crazy Party’, The Cookies met ‘My Lover’ en The Flyers, eentje van de vele Drifters line-ups met ‘On Bended Knee’ alsook door Buddy Wilkins in ‘Private Eye’.
Jesse Stone overleed op 97 jarige leeftijd op de 1ste april 1999 in Altamonte Springs, Florida.
Naast alle mogelijke info rond de tracks, bevatten de liner notes ook de muzikale bio van Jesse Stone, zijn relatie met Atlantic Records en info rond zijn ‘cross over’ opnames. 
Deze compilatie maakt zonder meer duidelijk wat een begenadigd singer/songwriter Jesse Stone wel was. Niet alleen had hij een neus voor kwaliteit maar ook wist hij een aantal ‘all time hits’ uit zijn pen te laten vloeien. En nog steeds heb je niet alles gehoord, want in de ‘Koko Mojo Spotlight Series’ heeft het label ook een ‘Spotlight On Jesse Stone’ in de planning staan. Wordt vervolgd!
 
Lambert Smits
Afbeelding
Jesse Stone, also known under the pseudonym Charles Calhoun, did more for music than is generally known. As the only black artist, he was for a while on the payroll of the Ahmet Ertugun-led Atlantic Record Company. Because of this he probably left that label. Not only did Stone largely model rhythm & blues, but he was also an important person who was closely involved in the development and evolution of rock 'n' roll. His greatest achievement is always mentioned as 'Shake, Rattle And Roll', which he wrote as Charles Calhoun for Big Joe Turner. Considering that Bill Haley made the song famous worldwide, this certainly makes sense commercially. But as this compilation in the 'Koko Mojo Songwriter Series' shows, there are still a considerable number of rocking rhythm & blues hits on Stone’s of Calhoun's list of achievements. In addition to a number of songs that he recorded under these two names, this album also provides a nice insight into the songs he wrote for big names in rhythm & blues. We find a number of them on this compilation, such as Lucky Millinder, Joe Turner, Ruth Brown, LaVern Baker, The Drifters and Jimmy Witherspoon. 'Get It While You Can', recorded under his own name, is the first track reserved for Stone. Song that puts Stone's strict rhythm & blues side in the spotlight. Later he appears again with the only instrumental song on this album, namely 'Tall And Short'. You can hear that his songs could be performed by a full orchestra without any problem in 'The Jumpin' Jack' by Lucky Millinder with John Greer as vocalist. Big Joe Turner scored with the general public with of course 'Shake, Rattle And Roll', but also with 'Lipstick, Powder And Paint' and 'Flip, Flop and Fly'. You will find these three songs here and on the latter you can even hear Jesse at the piano. From The Drifters this album contains 'Bip Bam' and 'Gotta Get Myself A Woman'. On the first, Johnny Moore takes care of the tenor lead vocals. On the second song, Clyde McPhatter does that. 'Dead Broke' by The Du Droppers opens the door for rock 'n' roll, just like Ruth Brown's 'As Long As I'm Moving'. LaVern Baker, with her powerful voice, later serves up a wonderful rocking rhythm & blues with 'You Better Stop'. Al Jones, the brother of Billie Jean Jones, in turn the ex of Hank Williams and the widow of Johnny Horton, surprises twice. The first time with the penetrating 'Mad, Mad World' and the second time with 'Why Can't We Get Along', which clearly bears the traces of rock 'n' roll. Jimmy Witherspoon was a well-known artist in the jump and blues genre. Convince yourself of this during the rocking 'All Right Miss Moore' that he recorded with Stone's orchestra in 1957. A little later you get pure rock 'n' roll from Billy Williams with 'Red Hot Love', as well as from Ray Scott with 'Silk Satin And Lace' and 'We Need Love'. Ray also recorded as Walter Spriggs. He can also be heard in that guise with 'I Pawned Everything'. He was also part of the doo-wop group The Five Echoes. His love for the genre is still clearly evident.
You get beautiful harmony vocals from The Eagle-Aires and the a cappella 'Money Honey'. Vocally, The Cues also shine in the uptempo 'Why' and 'Crazy, Crazy Party', The Cookies with 'My Lover' and The Flyers, one of the many Drifters line-ups with 'On Bended Knee' as well as Buddy Wilkins in ' Private Eye'.
Jesse Stone died at the age of 97 on April 1, 1999 in Altamonte Springs, Florida.
In addition to all possible information about the tracks, the liner notes also contain Jesse Stone's musical bio, his relationship with Atlantic Records and information about his 'cross over' recordings.
This compilation makes it clear what a gifted singer/songwriter Jesse Stone was. Not only did he have a nose for quality, but he also managed to produce a number of 'all-time hits'. And you still haven't heard everything, because in the 'Koko Mojo Spotlight Series' the label also has a 'Spotlight On Jesse Stone' planned. To be continued!

0 Opmerkingen

Various Artists: Horror Show, A Koko Mojo Halloween

4/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. The Ernie Freeman Combo: Theme Form Igor
  2. Betty Lavett: Witchcraft In The Air
  3. The Del Vikings: Voodoo Man
  4. Louis Armstrong: Spooks
  5. The Emersons: Dr. Jekyll And Mr. Hyde
  6. John Zacherle: Dinner With Drac Pt.1
  7. The Tip Tops: Jack The Ripper
  8. Bobby Garrett: Vampire
  9. Bent Forcep & The Patients: I Know What Happened To Baby Jane
  10. Big Boy Groves: Bucket O Blood
  11. The Bees: Terror
  12. Faye Adams: The Hammer (Keeps A Knockin’)
  13. Lightnin’ Hopkins: Cemetery Blues
  14. Johnny Thunder: Horror Show
  15. Georgia White: Dean Man’s Blues
  16. Billy Ward And His Dominoes: The Bells
  17. Bob Wagner: Annie Don’t Work No More
  18. Tony And The Monstrosities: Igor’s Lament
  19. Bob McFadden And Dor: The Mummy
  20. Mr. Undertaker: Here Lies My Love
  21. Gatemouth Moore: Graveyard Blues
  22. The Calvanes: Horror Pictures
  23. John Lee Hooker: Graveyard Blues
  24. Leonard Johnson: The Bug
  25. The Moroccos: The Hex
  26. The Elites: Jack The Ripper
  27. Edwin And Alvin: Shiverin’ & Shakin’
  28. Luke Jones: Graveyard Blues
​Dat Halloween voor platenlabels de tijd is om hiervoor aangepaste muziek uit te brengen, is een feit. Onlangs kon je trouwens op deze site de review lezen van het door het Atomicat label voor deze gelegenheid uitgebrachte album, ‘Hallowscream!3’. Het Koko Mojo label laat zich ook niet onbetuigd en serveert met ‘Horror Show’ op zijn beurt een Halloween soundtrack. Samensteller Little Victor, aka The ‘Mojo’ Man zocht 28 tracks bij elkaar die je doen huiveren en sidderen. Instrumentaal steken we meteen van wal met The Ernie Freeman Combo en het ‘Theme From Igor’. Wat volgt is een super soulvolle rhythm & bluessong van Betty Lavett en ‘Witchcraft In The Air’.  Opzwepende rockende rhythm & blues mag je ook verwachten van ‘Dr. Jekyll And Mr. Hyde’, door The Emersons. Je zou het misschien niet dadelijk verwachten van Louis Armstrong, maar ook hij geniet van Halloween met ‘Spooks’. Wie ‘horror’ paste als een goed zittend pak is John Zacherle. Als TV presentator van horrorfilms genoot hij in de fifties en sixties succes in Amerika. Hier doet hij het zingend in ‘Dinner With Drac Pt.1’. Een indringende bluesharp zet de rhythm & blues ‘Vampire’ van Bobby Garrett op de sporen. Mondharmonica is trouwens ook het hoofdinstrument in het instrumentale ‘Terror’ van The Bees. Eerder tot de popcorn mag je ‘I Know What Happened To Baby Jane’ van Bent Forcep & The Patients dan weer rekenen. Faye Adams had in de vijftiger jaren een megahit met ‘Shake A Hand’, maar ook het hier opgenomen ‘The Hammer (Keeps A Knockin’) is een dijk van een rhythm & bluessong. Een bluesartiest in hart en nieren was Lightnin’ Hopkins. Het bluesgenre, en let ook op het fantastische gitaarwerk, blijft hij trouw in het getormenteerde ‘Cemetery Blues’. Een andere blueslegende is John Lee Hooker. In zijn overbekende persoonlijke stijl, enkel zichzelf begeleidend op gitaar, zet hij ook ‘Graveyard Blues’ neer. Luke Jones zal later het album afsluiten met een song die dezelfde titel draagt, maar een compleet ander nummer is. Meer de rock-‘n-rolltoer gaat Johnny Thunder op in ‘Horror Show’. Ingetogen bluesy met een ietwat jazzy touch vervolgt Georgia White in ‘Dean Man’s Blues’. Die stijl zit ook vervat in ‘Graveyard Disposition’ van Gatemouth Moore. Voor een slowsoul van formaat zorgen later Billy Ward and His Dominoes in ‘The Bells’, inclusief subliem werk op de saxofoon. Speciaal en tevens humoristisch is dan weer het ‘spoken’ ‘The Mummy’ van Bob McFadden and Dor.
Voor schitterende samenzang kan je terecht bij The DelVikings en The Moroccos, respectievelijk met ‘Voodoo Man’ en ‘The Hex’. En ook The Elites leveren prachtige vocale prestaties in ‘Jack The Ripper’, net als Edwin And Alvin in ‘Shiverin’ & Shakin’’.
Zoals je ziet biedt ‘Horror Show’ weer heerlijke rhythm & blues, blues, soul en rock-‘n-roll om de Halloweenperiode op te smukken.
 
Lambert Smits
Afbeelding
It is a fact that Halloween is the time for record labels to release music adapted for this purpose. You could recently read the review of the album 'Hallowscream!3' released by the Atomicat label for this occasion on this site. The Koko Mojo label also makes a point of serving up a Halloween soundtrack with 'Horror Show'. Compiler Little Victor, aka The 'Mojo' Man, has put together 28 tracks that will make you shudder and tremble. Instrumentally we start straight away with The Ernie Freeman Combo and the 'Theme From Igor'. What follows is a super soulful rhythm & blues song by Betty Lavett and 'Witchcraft In The Air'. You can also expect exciting rocking rhythm & blues from 'Dr. Jekyll And Mr. Hyde', by The Emersons. You might not immediately expect it from Louis Armstrong, but he also enjoys Halloween with 'Spooks'. Who fitted 'horror' like a well-fitting suit is John Zacherle. As a TV presenter of horror films, he enjoyed success in America in the fifties and sixties. Here he does it singing in 'Dinner With Drac Pt.1'. A penetrating blues harp sets off Bobby Garrett's rhythm & blues 'Vampire'. Harmonica is also the main instrument in the instrumental 'Terror' by The Bees. You can count 'I Know What Happened To Baby Jane' by Bent Forcep & The Patients as more of a popcorn item. Faye Adams had a mega hit in the fifties with 'Shake A Hand', but 'The Hammer (Keeps A Knockin')’ is also a great rhythm & blues song. A blues artist through and through was Lightnin' Hopkins. He remains faithful to the blues genre, and also note the fantastic guitar work, in the tormented 'Cemetery Blues'. Another blues legend is John Lee Hooker. In his well-known personal style, only accompanying himself on guitar, he also performs 'Graveyard Blues'. Luke Jones will later close the album with a song that has the same title, but is a completely different one. Johnny Thunder goes on a more rock 'n' roll tour in 'Horror Show'. Subdued bluesy with a somewhat jazzy touch, Georgia White continues in 'Dean Man's Blues'. That style is also contained in 'Graveyard Disposition' by Gatemouth Moore. Billy Ward and His Dominoes later provide a major slow soul in 'The Bells', including sublime work on the saxophone. Special and also humorous is the spoken 'The Mummy' by Bob McFadden and Dor.
For beautiful harmony singing you can go to The DelVikings and The Moroccos, with 'Voodoo Man' and 'The Hex' respectively. And The Elites also deliver beautiful vocal performances in 'Jack The Ripper', just like Edwin And Alvin in 'Shiverin' & Shakin''.
As you can see, 'Horror Show' again offers wonderful rhythm & blues, blues, soul and rock 'n' roll to spice up your Halloween period. Enjoy!

0 Opmerkingen

Various Artists: Hallowscream!, Vol. 3

1/10/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Eddie Cletro And His Round Up Boys: Flyin’ Saucer Boogie
  2. Billy Hogan And The Twilighters: Shake It Over Sputnik
  3. Jan Amber: The Little Martian
  4. The Jokers: The Daughter Of The Moon
  5. Joe Montgomery: Planetary Run
  6. E ‘Tiny’ Watkins: Rockin’ Satellite
  7. Bonnie Lou: Friction Heat
  8. Bill Riley: Rockin’ On The Moon
  9. Bill Carlisle: Tiny Space Man
  10. The Chaperones: The Man From The Moon
  11. Lenny Welch: Rocket To The Moon
  12. The Rebelaires Featuring Sammy Smith: Satellite Rock
  13. Ferrell Brothers With Terry And Ann: Oh! Moon
  14. Rayburn Anthony: Rocketship To Mars
  15. Jerry Engler And The Four Ekkos: Sputnik
  16. Joe Bennett And The Sparkletones: Rocket
  17. Lil Randolph (Madame Queen): Satellite Love
  18. Georgia Jim: Flyin’ Saucer Baby
  19. Joe Tate And The Hi Fives: Satellite Rock
  20. Riki And The Rikatones: T.N.T.
  21. Rayburn Anthony: Mr Moon
  22. Ron Halls With Donna Reid And The Pic-Tones: Satellite
  23. Gary (U.S.) Bonds: Trip To The Moon
  24. Buck Trail: Knocked Out Joint On Mars
  25. The Busters: Astronaut’s
  26. Helen Warren: Rocket And Roll (Space Boy)
  27. The Vigilantes: Man In Space
  28. Jeff Hughes: Our Spaceman Did Come Back
​Halloween is weer in aantocht. Tijd voor de labels om ons nogmaals te verrassen met songs die het onbekende, niet vertrouwde en daardoor wat angstige bevatten. De subtitel van dit volume is ‘Planetary Run’, wat betekent dat je een keurkorps van intergalactische rocksongs mag verwachten. Wie het eerst in hun vliegende schotel stappen zijn Eddie Cletro and His Round Up Boys met het toepasselijke ‘Flyin’ Saucer Boogie’, een heerlijke boogie uit 1952 die door het gebruik van de steelgitaar ook wat countryinvloeden bevat. Jan Amber mag dan wel maar twee singles voor het Cleff-Tone label op haar palmares hebben staan, het door een saxsolo op de sporen gezette ‘The Little Martian’ is zeker niet onaardig. Meer vrouwelijke rock-‘n-roll op topniveau komt later nog met Bonnie Lou en ‘Friction Heat’. Onze eigenste The Jokers sieren ook deze compilatie. The Jokers stonden voor sublieme spacy gitaarpartijen. Daarmee omkaderen ze hier ook ‘The Daughter Of The Moon’, dat op de keerzijde stond van hun surfversie van Duke Ellingtons ‘Caravan’. E ‘Tiny’ Watkins nam gospel, blues en soul op gedurende zijn carrière. Zijn ‘Rockin’ Satellite’ heeft een hoog rhythm & blues gehalte. Bill Carlisle, broer van Cliff Carlisle, neemt eerder wat gas terug in het van een prima gitaartje voorziene ‘Tiny Space Man’, dat tevens wat poppy klinkt. Voor wat mooie doo-wop zorgen daarna The Chaperones met ‘The Man From The Moon’. Samenzang van hetzelfde kaliber tref je aan in het tevens rockende ‘Oh! Moon’ van Ferrell Brothers with Terry and Ann. Een fraaie dosis blues, inclusief een knappe gitaarsolo, bevat dan weer ‘Satellite Rock’ van The Rebelaires featuring Sammy Smith. Een niet eerder gepubliceerde song krijg je van Rayburn Anthony en ‘Rocketship To Mars’. Later keert Rayburn nog terug met ‘Mr. Moon’, dat je hier hoort zonder overdubs. Dat rechttoe rechtaan rocken hen goed afgaat, laten Joe Bennett and The Sparkletones horen in ‘Rocket’.  Georgia Jim bewijst dan weer dat country en hillbilly perfect matchen in ‘Flyin Saucer Baby’ uit 1957. Een enorm leuke rocker is zeker ‘Satellite Rock’ van Joe Tate and The Hi Five, die inspiratie voor de song zochten bij de lancering van de Sputnik door de Russen in 1957. Niew Zeeland produceerde zeker geen minderwaardige rocksongs. Daarvan getuigen Ron Halls with Donna Reid and The Pic-Tones met ‘Satellite’, dat ook als duet scoort. Gary (U.S.) Bonds zou nog een geslaagde muzikale carrière opbouwen. Dat hij talent had, hoor je in ‘Trip To The Moon’ dat hij in 1961 op 22 jarige leeftijd voor het Legrand label opnam. Als je weet dat Buck Trail meeschreef aan Moon Mullicans ‘Seven Nights To Rock’, dan weet je dat je kwaliteit mag verwachten. Daarvan kan je jezelf overtuigen met ‘Knocked Out Joint On Mars’ dat ook uit zijn pen vloeide. Hoog tijd voor een instrumental. Die serveren The Busters met ‘Astronaut’s’, waarin sax en gitaar afwisselend het voortouw nemen. Meer interessant instrumentaal werk komt er met ‘Man In Space’ van The Vigliantes. Zij brachten het nummer uit kort nadat de Russische kosmonaut Yuri Gagarin de eerste man in de ruimte werd.
In de fifties en de begin zestiger jaren was de wedloop naar de ontdekking van de ruimte in volle bloei. Dit inspireerde dan ook heel wat artiesten. Voor een formidabele selectie uit dit aanbod zorgde samensteller Mark Armstrong voor deze ‘Hallowscream! 3’. En let ook op de andermaal schitterende cover van de hand van de meesterlijke illustrator Henrique San. Heerlijke compilatie!
 
Lambert Smits
Afbeelding
​Halloween is approaching again. Time for the labels to surprise us once again with songs that contain the unknown, unfamiliar and therefore somewhat fearful. The subtitle of this volume is 'Planetary Run', which means you can expect a selection of intergalactic rock songs. The first to get into their flying saucer are Eddie Cletro and His Round Up Boys with the appropriate 'Flyin' Saucer Boogie', a delicious boogie from 1952 that also contains some country influences due to the use of steel guitar. Jan Amber may only have two singles for the Cleff-Tone label to her name, but 'The Little Martian', set off by a sax solo, is certainly not bad. More top-level female rock 'n' roll will come later with Bonnie Lou and 'Friction Heat'. The Belgian The Jokers also grace this compilation. The Jokers stood for sublime spacy guitar parts. With this they also frame 'The Daughter Of The Moon', which was on the flip side of their surf version of Duke Ellington's 'Caravan'. E 'Tiny' Watkins recorded gospel, blues and soul throughout his career. His 'Rockin' Satellite' has a high rhythm & blues content. Bill Carlisle, brother of Cliff Carlisle, slows down a bit in the 'Tiny Space Man', which features excellent guitar, and also sounds a bit poppy. The Chaperones then provide some nice doo-wop with 'The Man From The Moon'. You will find harmony vocals of the same caliber in the also rocking 'Oh! Moon' by Ferrell Brothers with Terry and Ann. A nice dose of blues, including a beautiful guitar solo, contains 'Satellite Rock' by The Rebelaires featuring Sammy Smith. You get a previously unpublished song from Rayburn Anthony and 'Rocketship To Mars'. Later Rayburn returns with 'Mr. Moon', which you hear here without overdubs. Joe Bennett and The Sparkletones show that straight-ahead rocking works well for them in 'Rocket'. On the other side Georgia Jim proves that country and hillbilly match perfectly in 'Flyin Saucer Baby' from 1957. A very nice rocker is certainly 'Satellite Rock' by Joe Tate and The Hi Five, who sought inspiration for the song at the launch of Sputnik by the Russians in 1957. New Zealand certainly did not produce inferior rock songs. Ron Halls with Donna Reid and The Pic-Tones testify to this with 'Satellite', which also scores as a duet. Gary (U.S.) Bonds would go on to build a successful musical career. You can hear that he had talent in 'Trip To The Moon', which he recorded for the Legrand label in 1961 at the age of 22. If you know that Buck Trail co-wrote Moon Mullican's 'Seven Nights To Rock', then you know you can expect quality. You can convince yourself of this with 'Knocked Out Joint On Mars', which also came from his pen. High time for an instrumental. The Busters serve this up with 'Astronaut's', in which sax and guitar alternately take the lead. More interesting instrumental work comes with 'Man In Space' by The Vigliantes. They released the song shortly after Russian cosmonaut Yuri Gagarin became the first man in space.
In the fifties and early sixties the race to discover space was in full bloom. This inspired many artists. Composer Mark Armstrong provided a formidable selection from this range for this 'Hallowscream! 3'. And also note the once again beautiful cover by the master illustrator Henrique San. Wonderful compilation!
0 Opmerkingen

Various Artists: Destination Desert

7/9/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Jerry Reed: Rockin’ In Bagdad
  2. The Champs: Ali Baby
  3. The Polk Brothers: Caravan Rock
  4. The Ramrocks: Pasha
  5. Eddie ‘The Sheik’ Kochak: Shish Ka Bob Rock
  6. The Majestics: Oasis-Part 1
  7. Big Maybelle: That’s A Pretty Good Love
  8. Jack Hammer: Ali Ben Ghazi
  9. The Latins: Habibi Twist
  10. The Slaves (Cymbals By Pido): Hari’s Harem
  11. The Saxons: Camel Walk – Part 1
  12. Jo Ann Campbell: Ahab The Arab
  13. Peston Love: Ali Baba’s Boogie
  14. The Colts: Sheik Of Araby
  15. Dinah Washington: One Arabian Night
  16. The Fendermen: Caravan
  17. Ferlin Husky: Aladdin’s Lamp
  18. Leroy Holmes: In A Persian Market
  19. Bill Haley And His Comets: Oriental Rock
  20. Bobby Freeman: Sinbad
  21. The Teentones: Sands Of Arabia
  22. Ganimian And His Orientals: Come With Me To Casbah
  23. Dave & The Customs: Ali Baba
  24. Art Neville: Arabian Love Call
  25. The Socialites: King Tut Rock
  26. The Big Sound Of Don Ralke: Zoobai
  27. Billy Grammer: Princess Of Persia
  28. Johnny And The Hurricanes: Sheba
  29. Kent Westberry: Turkish Doghouse Rock
  30. The Renegades: Istanbul
  31. The Sandpipers: Ali Baba
  32. Bobby Christian: Caravan
​Voor de nieuwe release in de ‘Destination’ serie verplaatsen we ons naar Bagdad en Istanbul en de wereld van de sjeiks, harems, oases, gloeiheet Saharazand en Ali Baba. Dat deze items muzikaal perfect uit te voeren zijn, laten de 32 tracks op dit album duidelijk horen. Titels als o.a. ‘Ali Baba’, ‘Pasha’, ‘Shish Ka Bob Rock’, ‘Ali Ben Ghazi’, ‘Hari’s Harem’ en Sands Of Arabia’ spreken voor zichzelf.
Met Bill Haley, Art Neville, Dinah Washington, The Fendermen, Preston Love, Johnny and The Hurricanes en Jerry Reed krijg je al een aantal klinkende namen. Die laatstgenoemde steekt meteen van wal met ‘Rockin In Bagdad’. Het nummer doet je meteen in de juiste mood belanden en laat de broeiende hitte reeds op je inwerken. Nummer dat trouwens een mooie Oosters aanvoelende intro heeft.
Zorg dus wel dat je alvast een ijskoude drank binnen handbereik hebt, want verkoeling moet je van deze compilatie niet verwachten. Reed wordt gevolgd door The Champs. ‘Tequila’ is zonder twijfel hun ‘signature song’, maar het instrumentale ‘Ali Baba’ moet daar zeker niet voor onderdoen. En ook The Polk Brothers doen het instrumentaal met messcherpe leadgitaar op ‘Caravan Rock’. Later hoor je ook nog de versies van deze Duke Ellington klassieker door The Fendermen en Bobby Christian. Sax is dan weer ‘the leading instrument’ op het eveneens instrumentale ‘Oasis – Part 1’ van The Majestics. Meer schitterende sfeervolle instrumentals volgen nog met o.a. ‘Hari’s Harem’ van The Slaves, ‘Camel Walk – Part 1’ van The Saxons, ‘Ali Baba’s Boogie’ door altsaxofonist Preston Love en zijn orkest, Leroy Holmes met ‘In A Persian Market’, ‘Sands Of Arabia’ van The Teentones, Ganimian and His Orientals met ‘Come With Me To The Casbah’ ook gekend in de versie van Los Straitjackets, ‘Ali Baba’ door Dave & The Customs, The Big Sound Of Don Ralke in ‘Zooba!’, Johnny and The Hurricanes en ‘Sheba’, alsook ‘Istanbul’ van The Renegades.
Heel veel instrumentaal werk op dit album. Niet verwonderlijk want hoe kan je beter de Oosterse sfeer weergeven. Maar ook vocaal wordt hier gescoord.
Zoals door de grote rhythm & blues artieste Big Maybelle. Haar zou je misschien niet dadelijk hier verwachten, maar ‘That’s A Pretty Good Love’ past hier perfect in het rijtje. Een andere grote dame is Dinah Washington. Zij doet het leuk swingend op ‘One Arabian Night’. ‘Twistin’ Jack Hammer, die ooit nog opnam voor het Belgische Ronnex label, tekent present met ‘Ali Ben Ghazi’. Dat Ferlin’ Husky van vele markten thuis was, laat hij horen in ‘Aladdin’s Lamp’, dat zowel rockabilly als country & western in de genen heeft. In 1958 nam Bobby Freeman het originele ‘Do You Want To Dance’ op. Nummer dat bij ons een hoge score haalde in de versie van Cliff Richard. Freeman is op deze compilatie aanwezig met het rockende ‘Sinbad’. Voor een beetje New Orleans rhythm & blues zorgt Art Neville met ‘Arabian Love Call’. Formidabele doo-wop komt dan weer aan bod in ‘Ali Baba’ van The Sandpipers.
Traditiegetrouw leidt ‘Sjeik’ Bill Dahl je via de uitgebreide liner notes door alle tracks.
‘Destination Desert’ is een mooi vervolg in de ‘Destination’ serie. Een album dat je heerlijk doet wegdromen.
 
Lambert Smits 
Afbeelding
​For the new release in the 'Destination' series, we move to Baghdad and Istanbul and the world of sheiks, harems, oases, red-hot Sahara sand and Ali Baba. The 32 tracks on this album clearly show that these items can be performed perfectly musically. Titles such as 'Ali Baba', 'Pasha', 'Shish Ka Bob Rock', 'Ali Ben Ghazi', 'Hari's Harem' and Sands Of Arabia' speak for themselves.
With Bill Haley, Art Neville, Dinah Washington, The Fendermen, Preston Love, Johnny and The Hurricanes and Jerry Reed you already get a number of resounding names. The latter immediately kicks off with 'Rockin In Bagdad'. The song immediately puts you in the right mood and already lets the sweltering heat work on you. Song that also has a nice Eastern feeling intro.
So make sure you already have an ice-cold drink within reach, because you shouldn't expect cooling from this compilation. Reed is followed by The Champs. 'Tequila' is without a doubt their 'signature song', but the instrumental 'Ali Baba' is certainly not inferior to that. And The Polk Brothers also do it instrumentaal with razor-sharp lead guitar on 'Caravan Rock'. Later you will also hear the versions of this Duke Ellington classic by The Fendermen and Bobby Christian. Sax is 'the leading instrument' on the also instrumental 'Oasis - Part 1' by The Majestics. More beautiful atmospheric instrumentals follow with, among others, 'Hari's Harem' by The Slaves, 'Camel Walk – Part 1' by The Saxons, 'Ali Baba's Boogie' by alto saxophonist Preston Love and his orchestra, Leroy Holmes with 'In A Persian Market', 'Sands Of Arabia' by The Teentones, Ganimian and His Orientals featuring 'Come With Me To The Casbah' also known by Los Straitjackets' version, 'Ali Baba' by Dave & The Customs, The Big Sound Of Don Ralke in 'Zooba !', Johnny and The Hurricanes and 'Sheba', as well as 'Istanbul' by The Renegades.
Lots of instrumental work on this album. Not surprising because how can you better represent the Eastern atmosphere. But vocals are also scored here.
Like by the great rhythm & blues artist Big Maybelle. You might not immediately expect her here, but 'That's A Pretty Good Love' fits in perfectly. Another great lady is Dinah Washington. She does it nice swinging on 'One Arabian Night'. 'Twistin' Jack Hammer, who once recorded for the Belgian Ronnex label, is present with 'Ali Ben Ghazi'. That Ferlin 'Husky was at home in many markets, he shows in 'Aladdin's Lamp', which has both rockabilly and country & western in its genes. In 1958, Bobby Freeman recorded the original ‘Do You Want To Dance’. Song that got a high score in Cliff Richard's version. Freeman is present on this compilation with the rocking 'Sinbad'. Art Neville provides a bit of New Orleans rhythm & blues with 'Arabian Love Call'. Formidable doo-wop is featured in 'Ali Baba' by The Sandpipers.
True to tradition, Sheik Bill Dahl guides you through all tracks through the extensive liner notes.
'Destination Desert' is a nice sequel in the 'Destination' series. An album that makes you dream away.
0 Opmerkingen

Various Artists: Rockin’ Rollin’ USA, Visit 05, Juke Box

9/8/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM

 
Tracks:
Five Stars: Pickin’ On The Wrong Chicken
Boyd Bennett: Click Clack
Bob Crewe: Penny Nickel Dime Quarter
Cliffy And Jerry: Go To Sleep Little Suzie
Jerry Palmer: Come Along With Me
Phil Gary: Bobby Layne
Johnny And The Hurricanes: Traffic Jam
Nappy Brown: Am I
The Titans: No Time
The Diamonds: High Sign
Johnnie Strickland: She’s Mine
Rudy Hayden: Want Me A Woman
Joe Kozak: Hillbilly Rock
Jeani Mack: Dirty Dishes
The Midnighters: Slow Walk
Tico And The Triumphs: Motorcycle
Tommy Danton: Oh Yeah
Mel Shaw: Mean Lover
Ray St. Germain: She’s A Square
Al Gardner: Little Reuben
Joe South: Juke Box
Ted Daigle: Mary Lou
Tommy Danton: Rocket To The Moon
The Velveteens: Baby Baby
The Rhythm Jesters: Ooh Sha-La
Hank Smith: Snake Bite
The Blue Tones: Shake Shake
Alan Freed’s Big Band: Campus Rumpus
​Ook op dit volume blijven we nog in Canada, voor de songs die er van 1956 tot 1962 tot het muzikale landschap behoorden. Naast geïmporteerd werk focust deze release traditiegetrouw zich op de lokale labels als Delta, Gaiety, Reo, Sotan en Sparton. 28 tracks waarvan je zeker een aantal artiesten en hun songs zal herkennen, maar net zo goed zal je ook verrast worden door minder bekende en misschien zelfs totaal onbekende namen. Swingend starten we meteen met ‘Pickin’ On The Wrong Chicken’ van Five Stars. Een eerste geïmporteerde single die we tegenkomen, is het opbeurende ‘Click Clack’ van Boyd Bennett. Samen met zijn Rockets behoorde Boyd tot de huisband van het King label. Voor een portie knappe samenzang zorgen even later Cliffy and Jerry in ‘Go To Sleep Little Suzie’.  Meer prachtige vocaal werk volgt later met ‘No Time’ van The Titans en zeker ook door The Velveteens in ‘Baby Baby’. Aanstekelijk drumwerk en handclaps introduceren dan weer het vrolijk rockend ‘Bobby Layne’ van Phil Gary and The Catalinas. Gekend bij het grote publiek zijn zeker Johnny and The Hurricanes. Geen ‘Red River Rock’, maar wel het even schitterende en tevens instrumentale ‘Traffic Jam’. Een andere indrukwekkende instrumental komt er nog met het ruimtelijk klinkende ‘Slow Walk’ van The Midnighters en zeker ook met ‘Snake Bite’ van de Canadese Hank Smith and The Maddisons. Ook van de partij is Nappy Brown, die later in de blues nog naam zou maken. Hier krijg je de rockende rhythm & blues ‘Am I’ dat hij in 1956 opnam. De kunst van rechttoe rechtaan rocken kent Johnnie Strickland als geen ander. Overtuig jezelf hiervan tijdens ‘She’s Mine’. Die typische rock-‘n-roll in echo gedrenkte knik in de stem laat Rudy Hayden nog eens horen in ‘Want Me A Woman’. Fraaie hillbilly en heerlijke fiddleklanken zijn onderdeel van ‘Hillbilly Rock’ van de Canadese Joe Kozak. Een andere Canadees die het klappen van de rock-‘n-rollzweep kende, was Mel Shaw. Zijn hoofdzakelijk ‘spoken’ Mean Lover’ is zeker het beluisteren waard.  Voor vrouwelijke rock-‘n-roll zorgt deze keer Jeani Mack met ‘Dirty Dishes’, een niet voor de hand liggende titel overigens. Voor doo-wop op topniveau kan je terecht bij Tico and The Triumphs en hun ‘Motorcycle’. Leuk weetje is overigens dat Paul Simon, die later internationaal succes zou oogsten met Art Garfunkel, het nummer schreef als Jerry Landis. In dat genre catalogeert zich ook ‘Ooh Sha-La’ van The Rhythm Jesters. Ietwat naar de pop knipoogt Al Gardner in ‘Little Reuben’, de keerzijde van de instrumentale surfsong ‘Theme For The Lonely’. In 1969 had Joe South met ‘Games People Play’ een wereldhit te pakken. Acht jaren eerder nam hij het niet onaardige ‘Juke Box’ op, wat tevens de titeltrack van deze compilatie is. Meisjesnamen werden vaak gebruikt als songtitel in de rock-‘n-roll. Dat deed ook Ted Daigle met ‘Mary Lou’ en let vooral op de vakkundige gitaarsolo. Alan Freed was niet enkel een invloedrijke d.j. maar ook activist tegen rassendiscriminatie. Samen met zijn Rock ’n Roll Big Band sluit hij passend af met ‘Campus Rumpus’.
‘Rockin’ Rollin’ USA’ is een serie om te koesteren, dat is ondertussen meer dan duidelijk. Kijk alvast uit naar de reeds op stapel staande volumes 6 en 7, die respectievelijk als titel ‘Rough And Bold’ en ‘Woman Fever’ hebben.
 
Lambert Smits
Afbeelding
​Even at this volume we remain in Canada, for the songs that were part of the musical landscape from 1956 to 1962. In addition to imported work, this release traditionally focuses on local labels such as Delta, Gaiety, Reo, Sotan and Sparton. 28 tracks of which you will certainly recognize a number of artists and their songs, but you will also be surprised by lesser known and maybe even completely unknown names. Swinging we immediately start with 'Pickin' On The Wrong Chicken' by Five Stars. A first imported single we encounter is Boyd Bennett's uplifting 'Click Clack'. Together with his Rockets, Boyd was part of the house band of the King label. Cliffy and Jerry provide a portion of beautiful harmony vocals a little later in 'Go To Sleep Little Suzie'. More beautiful vocal work follows later with 'No Time' by The Titans and certainly also by The Velveteens in 'Baby Baby'. Infectious drumming and handclaps introduce the cheerfully rocking 'Bobby Layne' by Phil Gary and The Catalinas. Known to the general public are certainly Johnny and The Hurricanes. No 'Red River Rock', but the equally beautiful and also instrumental 'Traffic Jam'. Another impressive instrumental comes with the spatial sounding 'Slow Walk' by The Midnighters and certainly also 'Snake Bite' by the Canadian Hank Smith and The Maddisons. Also present is Nappy Brown, who would later make name in the blues. Here you get the rocking rhythm & blues ‘Am I’ that he recorded in 1956. Johnnie Strickland knows the art of straightforward rocking like no other. Convince yourself of this during 'She's Mine'. That typical rock 'n' roll echo-drenched hiccuping voice is heard again by Rudy Hayden in 'Want Me A Woman'. Beautiful hillbilly and wonderful fiddle sounds are part of 'Hillbilly Rock' by Canadian Joe Kozak. Another Canadian who knew the ropes of rock 'n' roll was Mel Shaw. His mainly 'spoken' Mean Lover' is definitely worth listening to. This time Jeani Mack provides female rock 'n' roll with 'Dirty Dishes', a not obvious title by the way. For top level doo-wop you can go to Tico and The Triumphs and their 'Motorcycle'. Fun fact is that Paul Simon, who would later achieve international success with Art Garfunkel, wrote the song as Jerry Landis. 'Ooh Sha-La' by The Rhythm Jesters is also cataloged in that genre. Al Gardner winks somewhat to pop in 'Little Reuben', the flip side of the instrumental surf song 'Theme For The Lonely'. In 1969 Joe South had a world hit with 'Games People Play'. Eight years earlier he recorded the not bad 'Juke Box', which is also the title track of this compilation. Girl names were often used as song titles in rock and roll. Ted Daigle did the same with 'Mary Lou' and pay particular attention to the skilled guitar solo. Alan Freed was not only an influential DJ. but also an activist against racial discrimination. Together with his Rock 'n Roll Big Band, he closes fittingly with 'Campus Rumpus'.
'Rockin' Rollin' USA' is a series to cherish, that is now more than clear. Look forward to the upcoming volumes 6 and 7, titled 'Rough And Bold' and 'Woman Fever' respectively.
0 Opmerkingen

Various Artists: That’ll Flat…Git it!, Vol.44

2/8/2023

0 Opmerkingen

 
Afbeelding
​DETAIL ALBUM
Tracks:
  1. Boyd Bennett And His Rockets: Move
  2. Ronny Wade: Gotta Make Her Mine
  3. Mac Curtis: Granddaddy’s Rockin’
  4. Bill Beach: Peg Pants
  5. Teddy Humphries: Guitar Pickin’ Fool
  6. Ronnie Speeks And His Elrods: What Is Your Technique
  7. The Blue Tones Feat. Fred Coupland: Shake, Shake
  8. Charlie Feathers: Bottle To The Baby
  9. Gene Stewart: Oh Baby Dance With Me
  10. Rusty York: Goodnight Cincinnati, Good Morning Tennessee
  11. Wes Voight & The Town Three: I Want A Lover
  12. Bobby Grove: Whistle Of The Gravy Train
  13. Delbert Barker: Jug Band Jump
  14. Al Henderson: All Star Boy
  15. Big Moe And The Panics: Sharpest Guy In Town
  16. Joe Penny: Mercy, Mercy, Percy
  17. Bobby Cash: Run Fool Run
  18. Bing Day: Pony Tail Partner
  19. Charlie Feathers: Everybody’s Loving My Baby
  20. Booker Lee, Jr. : Rockin’ Blues
  21. Moon Mullican: Seven Nights To Rock
  22. The Blue Tones Feat. Fred Coupland: Oh Yeah!
  23. Ray Starr: Donna Lou
  24. Mac Curtis: You Ain’t Treatin’ Me Right
  25. Rusty York: Sweet Love
  26. Wes Voight: I’m Ready To Go Steady
  27. Ronnie Molleen: Rockyn’ Up
  28. Wayne Carroll: Rockin’ Chair Mama
  29. Zeb Turner: Jersey Rock
  30. Mac Curtis: That Ain’t Nothing But Right
  31. Cecil McNabb Jr.: Nothing Like This
​Op volume 42 van ‘That’ll Flat…Git it!’ serie kon je reeds kennismaken met het eerste deel gevuld met de rock-‘n-roll en rockabilly van het King Label. Een label dat, zoals we reeds vaststelden op het eerste volume heel wat grote namen heeft voortgebracht. Omwille van de vele hits die deze artiesten realiseerden, is het ook vanzelfsprekend dat een aantal van hen ook op dit tweede volume rond de erfenis van King aanwezig zijn. Zo keren o.a. Charlie Feathers, Mac Curtis, Moon Mullican terug, naast minder bekende en soms volslagen onbekende artiesten.  De 31 tracks op deze compilatie laten nogmaals horen dat de muzikale erfenis die Syd Nathan naliet, niet mag onderschat worden. Authentiek rockend geven Boyd Bennett and His Rockets het startschot met ‘Move’. Arthur ‘Big Boy’ Crudup’s ‘That’s All Right’ maakte de artiest in Elvis Presley wakker. Op zijn beurt zorgde Presley’s versie ervoor dat Mac Curtis de countrymuziek achter zich liet en zich op de rockabilly stortte. Mac komt driemaal aan de bak op deze verzamelaar. Ook op Ronnie Speeks had Elvis een grote invloed. Dat komt duidelijk tot uiting in ‘What Is Your Technique’. Elvis hoor je trouwens ook terug in ‘Run Fool Run’ van orgelist Bobby Cash, die een leuke solo erop geeft. De familie Humphries was actief in de jazz scene. Teddy Humphries voer een andere koers. Met succes als je ‘Guitar Pickin’ Fool’ beluistert. Een vermelding verdient zeker ook Rusty York voor zijn ‘Goodnight Cincinnati, Good Morning Tennessee’, een knappe trainrocker. Op het eerste volume in deze miniserie schitterde Delbert Barker met ‘No Good – Robin Hood’. Hier krijg je uit diezelfde sessie het al even formidabele ‘Jug Band Jump’. Leuke vocale backings geven Al Henderson’s ‘All Star Boy’ dan weer wat extra glans. Een ‘earcatcher’ is ook het met wat blues doorweven ‘Mercy, Mercy, Percy’ van Joe Penny. Schitterend nummer! Een tikkeltje rhythm & blues bevat dan weer Ray Starr’s ‘Donna Lou’. Gebrek aan enthousiasme kan je Booker Lee Jr. niet aanwrijven. Luister maar eens naar ‘Rockin’ Blues’. Dat Ronnie Molleen dan weer verslingerd was aan het werk van Little Richard, merk je ongetwijfeld in zijn ‘Rockyn’ Up’. Een mix van stijlen tref je aan in Zeb Turner’s ‘Jersey Rock’, waarin de sax voor een jazzy tintje zorgt en de steelgitaar het nummer dan weer een countryfeel geeft.
Volume 42 en 44 in de ‘That’ll Flat…Git it!, Vol.44’ geven een mooi beeld van al het fraaie werk dat in de tweede helft van de fifties en begin zestiger jaren door King werd uitgebracht. Met beide volumes haal je maar liefst 61 rockabilly- en rock-‘n-rolltoppers in huis.
 
Lambert Smits 
Afbeelding
​On volume 42 of the 'That'll Flat...Git it!' series you could already get acquainted with the first volume filled with the rock 'n' roll and rockabilly of the King Label. A label that, as we already established on the first volume, has produced quite a few big names. Because of the many hits these artists have achieved, it is only natural that some of them are also present on this second volume about King's legacy. Charlie Feathers, Mac Curtis, Moon Mullican, among others, return, in addition to lesser-known and sometimes completely unknown artists. The 31 tracks on this compilation once again show that the musical legacy Syd Nathan left behind should not be underestimated. Authentically rocking, Boyd Bennett and His Rockets kick off with 'Move'. Arthur ‘Big Boy’ Crudup's ‘That's All Right’ awakened the artist in Elvis Presley. In turn, Presley's version caused Mac Curtis to leave country music behind and turn to rockabilly. Mac comes three times on this collector. Elvis also had a major influence on Ronnie Speeks. This is clearly expressed in 'What Is Your Technique'. You can also hear Elvis in 'Run Fool Run' by organist Bobby Cash, who gives a nice solo on the organ. The Humphries family was active in the jazz scene. Teddy Humphries took a different course. With success if you listen to 'Guitar Pickin' Fool'. Rusty York certainly also deserves a mention for his 'Goodnight Cincinnati, Good Morning Tennessee', a handsome train rocker. On the first volume in this miniseries, Delbert Barker starred with 'No Good - Robin Hood'. Here you get the equally formidable 'Jug Band Jump' from that same session. Nice vocal backings give Al Henderson's 'All Star Boy' some extra shine. An 'earcatcher' is also the 'Mercy, Mercy, Percy' by Joe Penny interwoven with some blues. Superb number! A touch of rhythm & blues contains Ray Starr's 'Donna Lou'. Lack of enthusiasm is not Booker Lee Jr.’s kind. Just listen to 'Rockin' Blues'. You will undoubtedly notice that Ronnie Molleen was addicted to the work of Little Richard in his 'Rockyn' Up'. A mix of styles can be found in Zeb Turner's 'Jersey Rock', in which the sax provides a jazzy touch and the steel guitar gives the song a country feel.
Volumes 42 and 44 in the 'That'll Flat...Git it!, Vol.44' give a nice picture of all the fine work released by King in the second half of the fifties and early sixties. With both volumes you get no less than 61 rockabilly and rock 'n' roll toppers. 
0 Opmerkingen
<<Vorige
Volgende>>

    Archives

    Mei 2025
    April 2025
    Maart 2025
    Februari 2025
    Januari 2025
    December 2024
    November 2024
    Oktober 2024
    September 2024
    Augustus 2024
    Juli 2024
    Juni 2024
    Mei 2024
    April 2024
    Maart 2024
    Februari 2024
    Januari 2024
    December 2023
    November 2023
    Oktober 2023
    September 2023
    Augustus 2023
    Juli 2023
    Juni 2023
    Mei 2023
    April 2023
    Maart 2023
    Februari 2023
    Januari 2023
    December 2022
    November 2022
    Oktober 2022
    September 2022
    Augustus 2022
    Juli 2022
    Juni 2022
    Mei 2022
    April 2022
    Maart 2022
    Februari 2022
    Januari 2022
    December 2021
    November 2021
    Oktober 2021
    September 2021
    Augustus 2021
    Juli 2021
    Juni 2021
    Mei 2021
    April 2021
    Maart 2021
    Februari 2021
    Januari 2021
    December 2020
    November 2020
    Oktober 2020
    September 2020
    Augustus 2020
    Juli 2020
    Juni 2020
    Mei 2020
    April 2020
    Maart 2020
    Februari 2020
    Januari 2020
    December 2019
    November 2019
    Oktober 2019
    September 2019
    Augustus 2019
    Juli 2019
    Juni 2019
    Mei 2019
    April 2019
    Maart 2019
    Februari 2019
    Januari 2019
    December 2018
    November 2018
    Oktober 2018
    September 2018
    Augustus 2018
    Juli 2018
    Juni 2018
    Mei 2018
    April 2018
    Maart 2018
    Februari 2018
    Januari 2018
    December 2017
    November 2017
    Oktober 2017
    September 2017
    Augustus 2017
    Juli 2017
    Juni 2017
    Mei 2017
    April 2017
    Maart 2017
    Februari 2017
    Januari 2017
    December 2016
    November 2016
    Oktober 2016
    September 2016
    Augustus 2016
    Juli 2016
    Juni 2016
    Mei 2016
    April 2016
    Maart 2016
    Februari 2016
    Januari 2016
    December 2015
    November 2015
    Oktober 2015
    September 2015
    Augustus 2015
    Juli 2015
    Juni 2015
    Mei 2015
    April 2015
    Maart 2015
    Februari 2015
    Januari 2015
    December 2014
    November 2014
    Oktober 2014
    September 2014
    Augustus 2014
    Juli 2014
    Juni 2014
    Mei 2014
    April 2014


    Categories

    Alles
    ?
    50's Ballades
    70's Rock
    80’s En 90’s Rock
    80’s En 90’s Rock
    80's Pop
    Acid Folk
    Acid Jazz
    Acid Rock
    Acoustic Blues
    Acoustic Folk
    Acoustic Guitar
    African Blues
    Afro
    Afro Beat
    Afrobilly
    Afro Blues
    Afro-Colombiaans
    Afro Funk
    Afrojazz
    Afro Rock
    Akoestisch
    Akoestische Folk
    Alt. Country
    Alternatieve Pop
    Alternative
    Alternative Folk
    Alternative Pop
    Alternative Rock
    Alternative Softrock
    Ambient
    Ambiente Jazz
    Americana
    Americana & Blues
    American Cowboy Music
    American Desert Music
    American Folk
    American Rock
    American Roots
    American Standards
    Amusement Music
    Arabic Jazz
    Artificial World Music
    Art Pop
    Art Rock
    Astral Dub
    Atmospheric Music
    Avant Garde
    Avant-garde
    Avant Garde Folk
    Avant Garde Jazz
    Avant-garde Jazz
    Aziatische Fusion
    Balkan
    Baroque Folk
    Beat
    Beatpop
    Bebop
    Belgische Hiphop
    Big Band
    Big Band Music
    Blanke Soul
    Blue Eyed Soul
    Bluegrass
    Blues
    Blues & Jazz
    Blues & Pop
    Blues Rock
    Blues Rock & Country Soul
    Boogie
    Boogie Punk
    Boogie Woogie
    Bop
    Bop ’n Roll.
    Boppin' Blues
    Bossa Jazz
    Bossa Nova
    Brasband Muziek
    Brazilectro
    Braziliaans
    Braziliaanse Jazz
    Brit Pop
    Cabaret
    Cajun
    Calypso
    Cash Tribute
    Celtic Folk
    Celtic Music
    Chanson
    Chicano Rock
    Chillout
    Christmas
    Christmas Music
    Christmas Rock & Roll
    Christmas Songs
    Cinematic
    Cinématic
    Classic
    Classic Progrock
    Classic Rock
    Classic Symphonic Rock
    Club Music
    Coldwave
    Comedy
    Comtemporary Jazz
    Contamporary Folk
    Contamporary Irish Folk
    Contemporary Blues
    Contemporary Country
    Contemporary Folk
    Contemporary Jazz
    Contemporary Pop
    Contemporary R&B
    Contemporary Rock
    Cool Jazz
    Counrry
    Country
    Country Blues
    Country Folk
    Country Jazz
    Country Noir
    Country Pop
    Country Rock
    Countryrock
    Countryrockabilly
    Country Soul
    Country & Western
    Cowpunk
    Crooner
    Crooners
    Crosover World Music
    Crossover
    Crossover Jazz
    Cumbia Beat
    Dance
    Dark Electronics
    Dark Wave
    Deep Funk
    Dessert Blues
    Deutsch-Rock
    Dialectische Rock
    Disco
    Dixieland
    Dixiemusic
    DIY
    Doo Wop
    Doo-wop
    Droompop
    Dub
    Dubstep
    Duitse Rock 'n Roll
    Early Rock 'n Roll
    Easy Listening
    Electro
    Electro African Folk
    Electro Jazz
    Electronica
    Electronic Chill-out
    Electronic Cinématic Pop
    Electronic Etnic World
    Electronic Music
    Electronic Pop
    Electro Pop
    Electro Punk
    Electrorock
    Elektronisch
    Elektro-swing
    Eperimental Music
    Ethno
    Exotica
    Experimental Jazz
    Experimental Music
    Experimentele Chanson
    Fifties Pop
    Fiftys Rock & Roll
    FILM MUSIC
    Filmmuziek
    Folk
    Folk/Americana
    Folk Blues
    Folk Pop
    Folkpop
    Folkpoptronica
    Folk Rock
    Folky Pop
    Franse Chanson
    Franse Chanson/singer Songwriter
    Franse Chanson/singer-songwriter
    Free Jazz
    Free Jazz
    Funk
    Funk & Soul
    Funky Blues
    Fusion
    Fusion Rock
    Fuzrock
    Garage Psych
    Garage Punk
    Garage Rock
    Gesproken Woord
    Glamrock
    Gospel
    Gospel Jazz
    Gothic
    Griekse Folk
    Grunge
    Guitar Music
    Gurls: Run Boy Run
    Gypsy
    Gypsybilly
    Gypsy Folkfolly
    Gypsy Jazz
    Hardcore Rap
    Hard Rock
    Hard Rock Blues
    Heavy Rock
    Hedendaagse Kleinkunst
    Highlife
    Hillbilly
    Hillbilly Rootsblues
    Hip Hop
    Honkabilly Blues
    Honky Tonk
    House
    House & Chill Out
    House & Chill-out
    House & Lounge
    Indie Folk
    Indie Pop
    Indie R&B
    Indie Rock
    Industrial
    Industrial Pop
    Instrumental
    Instrumentale Jazz
    Instrumental Folk
    Instrumental Surf
    Irish Folk
    Jazz
    Jazz Funk
    Jazzfunk
    Jazz Fusion
    Jazz Rock
    Jazzrock
    Jazz & Soul
    Jazz/Soul/Rock
    Jazzy Blues
    Jazzy Dub
    Jazzy Pop
    Jiddisch Blues
    Jive
    Jugband
    Jump
    Jump Blues
    Kazz
    Keltische Folk
    Kerstmis
    Kinderliedjes
    Klassiek
    Klassiek/jazz
    Kleinkunst
    Krautrock
    Latin
    Latin American Rock
    Latin Jazz
    Latin Pop
    Latin-soul
    Levenslied
    Licht Klassieke Pop
    Listening Songs
    Lo Fi Pop
    Lo-fi Pop
    Lounge
    Lounge & Chill-out
    Mathrock
    Medieval Rock
    Minimalistische Pop
    Mod
    Modern Country
    Modern Folk
    Modern Jazz
    Motown
    Musical Storytelling
    Nederlandstalig
    Nederlandtalige Blues
    Neo Funk
    Neoklassiek
    Neo Progrock
    Neo-Progrock
    Neo Soul
    New Age
    New Age & Solo Piano
    New Country
    New Orleans
    New Orleans R&B
    New Soul
    New Wave
    Noise
    Nordic Folk
    Northern Soul
    Nuevo Flamenco
    Nu Jazz
    Nu-Jazz
    Oldies
    Old School Country
    Old School Psychobilly
    Old School Rhythm And Blues
    Old School Soul
    Old Time Fiddle Music
    Opera
    Outlaw Country
    Percussion
    Philly Soul
    Piano Music
    Piano Solo
    Poetic Pop
    Poëzie
    Pop
    Popcorn
    Pop Punk
    Poprock
    Post Industrial
    Post Jazz
    Post Punk
    Post Rock
    Post Soul
    Power Blues
    Power Pop
    Power Rock
    Presley Ballades
    Prog
    Prog Folk
    Progressieve Muziek
    Progressive Jazz
    Progressive Pop
    Progressive Rock
    Prog Rock
    Protest Songs
    Psychadilic Electro
    Psychedelic
    Psychedelic Rock
    Psychobilly
    Psych Rock
    Psych-Rock
    Punk
    Punk-a-billy
    Punk Rock
    Punkrock
    RaB
    Radio Play
    Ragtime
    Rap
    R&B
    Rebekah Eden
    Reggae
    Retro Pop
    Rhythm And Blues
    Rhythm & Blues
    Rhythm ‘n’ Blues
    Rhythm ‘n’ Blues
    Riock
    Roch Lockyer: When Frank Met Django
    Rock
    Rockabilly
    Rock And Roll
    Rocking Southern Soul
    Rockin' Soul
    Rock 'n Roll
    Rock Opera
    Rock & Roll
    Roots
    Rootspop
    Roots Rock
    Rootsrock/bluesrock
    Rustieke Rockabilly
    Sacrale Muziek
    Samba Jazz
    Scandicana
    Seventies West Coast Pop
    Shuffles
    Singer Songwriter
    Singer-songwriter
    Sixties Beat
    Sixties Girls
    Sixties Pop
    Sixties Sound
    Ska
    Skiffle
    Smooth Jazz
    Smooth Soul
    Soft Pop
    Soft Rock
    Solo Piano
    Soul
    Soul & Blues
    Soul & Blues
    Soul Blues
    Soulful House
    Soul & Funk
    Soul & Jazz
    Soul Jazz
    Souljazz
    Soul Pop
    Soulrock
    Soundtracks
    Southern Folkrock
    Southern R&B
    Southern Rock
    Southern Soul
    Space Rock
    Spaghetti Rock
    Spoken Word
    Spych Rock
    Stoner
    Stories
    String Pop
    Sunshine Pop
    Surf
    Surf Punk
    Swamp
    Swamp Blues
    Swanabilly
    Swing
    Swingende Rhythm & Blues
    Swingende Rock
    Swing Jazz
    Symphonic Pop
    Symphonic Rock
    Synthesizer
    Synth Pop
    Synth-Pop
    Synth Prog
    Synth Rock
    Synth Wave
    Tango
    Taraab
    Techno
    Texas Country
    Texas Honky Tonk
    Tex Mex
    Tex-Mex
    Traditional
    Traditional Country
    Traditional Folk
    TRANCE
    Tribal
    Triphop
    Tropische Funk
    Twist
    Uke-Billy
    Underground
    Urban Folk
    Urban Jazz
    Urban Pop
    Vaudeville
    Vietnamese Folk
    Vintage Country
    Vintage Jazz
    Vocals
    Voodoo Blues
    Wereldmuziek
    West Coast Blues
    West Coast Pop
    West Coast Rock
    Western Swing
    Witch House Electronics
    Woestijn Blues
    World Bluesrock
    World Country
    World Mus
    World Music
    Worldmusic
    World Pop
    Yacht Soul
    Zydeco


A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION  I  KEYS AND CHORDS 2001 - 2025

  • HOME
  • MUSIC NEWS
  • ALL CONCERT REPORTS
  • CD REVIEWS 2025
  • VINYL REVIEWS 2025
  • BOOK REVIEWS
  • INTERVIEWS / ARTICLES
  • COMING EVENTS
  • CONTACT PAGE
  • DISCLAIMER / COPYRIGHT POLICY