cd reviews
'Dynamite' is het debuutalbum van het Belgische viertal ScaRveD. Een nieuwe band maar met leden die toch al heel wat ervaring in de muziekwereld achter de rug hebben. Oprichter Luc Van Dessel (gitaar en voornaamste songschrijver) en Wim Wouters (bass) zijn je misschien bekend van Tails Blue, waarmee prog rock werd gebracht, drummer Geert Mariën is een gerespecteerde sessie drummer die zowel in rock als jazz en blues zijn mannetje kan staan en Caroline “Caro” Verboven scoorde als jonge zangeres een bescheiden danssucces onder de naam K-Line met 'Groove Is In The Heart' (2003). Maar met ScaRveD gaat het viertal een andere weg op. Ze kiezen voor melodieuze hard rock met wat invloeden uit de pure heavy metal. Op hun debuutalbum vind je elf tracks. Opener 'Masquerade' zet meteen de toon: een stevige basis van drums en mooi in het gehoor springende basslijnen, stevige gitaarriffs, een melodieuze mooie gitaarsolo, en vooral de krachtige, soulvolle cleane vocalen van Caro. 'Devil In Disguise' opent snedig en krachtig, maar wordt dan toch aan een medium tempo gebracht met wat sporadische versnellingen. Een heel stuk vlotter klinkt 'Army On Wheels', terwijl 'Valley Of Gloom' mysteries klinkt door zijn eerder log ritme die de track een doom sfeer bezorgt, al wint het nummer gaandeweg wel een beetje aan tempo. Het aanstekelijke 'A Vampire's Tale' drijft op een mooie bass structuur. Heel mysterieus wordt het dan met 'Eastern Treasure', een track waar invloeden uit de muziek van het Midden-Oosten zwaar de bovenhand halen tijdens de intro om dan opnieuw eerder log en zwaar beukend het einde te halen. Meteen duidelijk de beste track, voor mij althans, op dit album. Voor 'Eternal Rush' wordt het tempo weer wat de hoogte ingejaagd, terwijl de gevoelige ballade 'Silence' akoestisch opent maar later wat aan tempo en zeker aan kracht wint. 'Payback Time' is misschien de minst opvallende track op dit album, maar dat wordt zeker goedgemaakt door het titelnummer waar je een knappe break krijgt waarin bass en gitaar een mooi duel aangaan en dat wordt afgesloten met een fraaie drumstructuur. Het krachtige en stevige 'Brainfog' sluit het album af zoals het opende: een krachtige rocksong waarin de soulvolle vocalen van Caro in de spotlight staan. 'Dynamite' is een aangename kennismaking geworden met een Belgische female fronted hard rock band die beslist nog kan groeien. Luc Ghyselen (3½)
0 Opmerkingen
Het vierde studio-album van de Zweedse melodic hard rock/heavy metal band H.E.A.T. werd begin vorig jaar op het publiek losgelaten. Zelf vond ik 'Tearing Down The Walls' een uitstekend album in het genre die me deed denken aan de hoogdagen van o.a. Europe, Def Leppard, Bon Jovi, … Je kent het wel die aanstekelijke melodieuze hard rock, arena rock, AOR of hoe moet ik het gaan noemen. Wel, na dat knappe album trok het vijftal als headliner op tournee om dat album extra te ondersteunen. En hier krijg je nu een live registratie van wat het kwintet zoal in zijn mars heeft. De meeste van de tracks hier werden opgenomen tijdens hun concert op zestien mei 2014 in “The Garage” in het Engelse London. Vijftien nummers lang geven de heren het beste van zichzelf en een vrij uitzinnige menigte schreeuwt zich de ziel uit het lijf om zichzelf ook te laten horen tijdens deze live opnames. Vanaf de eerste noot van het eerste nummer, 'Point Of No Return', tot de laatste noot van het laatste nummer, 'Living On The Run', krijg je hier een heel intense show die zowel knap rockend als uiterst melodieus mag genoemd worden. Dat ook hun grootste succesnummers als '1000 Miles', 'It's All About Tonight', 'Breaking The Silence', 'A Shot At Redemption', 'Mannequin Show' en 'Tearing Down The Walls' niet vergeten worden spreekt voor zich. Als fan van het genre, van de band zelf of van live-registraties valt er hier enorm veel te genieten. En misschien mogen we vanaf nu de band H.E.A.T. op dezelfde hoogte plaatsen als eerder vernoemde bands. Luc Ghyselen (4) Harvest is een Spaans-Nederlandse band, die met Northern Wind hun derde cd uitbrengt. De sterkte van deze groep is de zeer mooie stem van zangeres Monique van der Kolk, die zowel in de meer steviger als rustiger en meer ingetogen nummers, feilloos blijft en met veel gevoel zingt. Hiermee wil ik de rest van de band geen oneer aan doen want het zijn stuk voor stuk goede muzikanten die hun instrument perfect beheersen en alles doen samenvloeien in een harmonieus geheel. Het genre definiëren: tja, niet simpel. Laat het me houden bij rustige, melodieuze prog met hier en daar een “pop” kantje maar wel van het hoogste niveau. Weerom een schijf die beter wordt telkenmale je ze draait. Telkens weer genieten van de schoonheid van de nummers, het vakmanschap waarmee alles uitgevoerd wordt. Zeker geen voer voor pure metalfans maar wel voor elke muziekliefhebber die kwaliteitsvolle harmonieuze prog, een zang die je raakt, schitterend gitaarwerk en technisch perfect uitgevoerd drumwerk kan appreciëren. De betere nummers van dit schijfje zijn 'It All Becomes Clearer', het wondermooie 'Northern Wind', 'Under The April Sky' (doet me wat aan een lichtere versie van The Gathering met Anneke Van Giersbergen denken) en 'Rush'. Maar in feite staat hier geen enkel slecht nummer op en dat is het kenmerk van een goede band en een goede cd. 'Northern Wind' zal veel gedraaid worden tijdens mijn lange autoritten. Bart Verlinde (4) 'Wonder Days' is het tiende studio-album van het Britse Thunder. De band ontstond in 1989 uit de as van rockband Terraplane die toen door hun platenmaatschappij meer richting soul werden geduwd, iets waarvan vocalist Danny Bowes en gitarist Luke Morley niets hoefden te horen. Het gevolg is dus een mooi uitgebouwde carrière onder de naam Thunder waarmee de heren een mix brengen van classic rock en blues rock. En ook nu weer, zeven jaar na hun laatste album 'Bang!', brengen de heren nog steeds die onvervalste classic bluesy hard rock. 'Wonder Days' telt elf nummers en opent meteen vrij snedig met het titelnummer, waar de band al meteen bewijst dat ze nog niets verleerd zijn van hun kunnen. De krachtige melodieuze bluesy hard rock stroomt gewillig door de speakers. Vocaal blijkt Danny Bowes nog steeds meer dan zijn mannetje te staan en doet hij me nog steeds nu en dan denken aan Paul Rodgers. Het energieke 'The Thing I Want' bijvoorbeeld of het gedreven 'Black Water' kunnen zo in de songbook van ofwel The Free of Bad Company, maar zo zijn er eigenlijk nog wel een aantal. Verder volgen nog het energieke 'The Prophet', het stevig van leer trekkende 'I Love The Weekend' en het iets langzamer gebrachte 'Resurrection Day'. Ook 'When The Music Played' gaat wat langzamer van start maar komt echt onder stoom na de mooie gitaarbreak. In 'Chasing Shadows' zijn het de baslijnen die op de voorgrond komen zodat dit nummer een knipoogje maakt naar Black Sabbath, terwijl het akoestisch openende 'Serpentine' een schitterende gedreven boogie song wordt. Tussen al dat rockend geweld door bewijzen de herendat ze ook gevoelig uit de hoek kunnen komen met twee ballades: 'The Rain' en het gevoelige 'Broken' waar een piano het voortouw neemt. Thunder is terug van weggeweest te zijn en ze laten meteen vele jongere bands horen hoe een sterk album classic bluesy hard rock hoort te klinken. Luc Ghyselen (4) Alhoewel 'The Hutch' van het West-Vlaamse Steak Number Eight het levenslicht zag in 2013 komt hier toch nog een korte bespreking van dit album. De aanleiding daarvoor is het feit dat het viertal in april en mei van dit jaar op tournee is met Hark en Prong en daarbij op negentien april te zien is in de Kreun te Kortrijk. Ook het feit dat het album, toen het werd uitgebracht, niet werd besproken door omstandigheden, willen we dit dus nu zeker gaan goed maken. Het viertal won in 2007 het provinciaal rockconcours Westtalent om enkele maanden later de jongste winnaars te worden van Humo's Rock rally (2008). Vanaf dat moment ging het superhard voor het viertal met o.a. een plaatsje op de affiche van Graspop Metal Meeting en natuurlijk hun zeven tracks tellende demo. Later volgde met 'All Is Chaos' (2011) een eerste full-album en dus in 2013 werd dan 'The Hutch' op het publiek losgelaten. En het mag gezegd worden dat alle lovende kritieken die toen in de pers verschenen na dit album echt wel terecht zijn. Hun verwoestende gitaarriffs waar razernij en agressie worden gekoppeld aan melodieuze ideeën zorgen voor elf knap gearrangeerde nummers. Het enige puntje van kritiek die ik kan maken over 'The Hutch', is het feit dat sommige nummers iets te lang zijn uitgevallen. En dan kunnen de uitgesponnen instrumentale riffs me net iets minder bekoren. Wat niet wegneemt dat het viertal toch wel overtuigend overkomt. De nummers die me toen het meest bevielen, bevallen me ook nu nog steeds het meest. Het energieke 'Black Eyed' met de agressief overkomende vocalen, het gedreven en op podium tempo gebrachte 'Pilgrimage Of A Blackheart' en het zware en log overkomende 'Slumber'. Luc Ghyselen (4) Met 'Live Withe The Curse' is de melodic hard rock/heavy metal band Eden's Curse toe aan zijn eerste live album. En ze maakten er meteen grondig werk van door ons te trakteren op een dubbel-album (twintig tracks) en dat de registratie is van hun concert dat ze op 28 november 2014 weggaven in de Classic Grand in het Schotse Glasgow. De band werd opgericht in 2006 door bassist Paul Logue en vocalist Michael Eden. Gitarist Thorsten Koehne, toetsenist Ferdy Doernberg en drummer Pete Newdeck waren de anderen in de eerste line-up. Vier studio-albums volgende ondertussen, maar het was vooral de laatste, 'Symphony Of Sin' (2013), die ons een nieuwe line-up voorstelde. Een nieuwe vocalist (Nikola Mijic) en een nieuwe toetsenist (Steve Williams) zorgden voor nieuw leven. Op dit live album hoor je ook de nieuwe drummer (John Clelland). Het live album is er vooral gekomen om te bewijzen dat vocalist Nikola wel degelijk de “oudere” songs van Eden's Curse, toen originele vocalist Michael Eden er nog bij was, tot in de puntjes beheerst. En ja, hij slaagt met verve want geen enkel van de twintig tracks op dit dubbel-album valt uit de toon. Eigenlijk ben ik niet zo'n fan van live registraties, omdat dit meestal uitmondt in een soort van “best of” (dit is hier ook wel het geval) en omdat ik vind dat je er zelf beter live was bij geweest. Je gaat immers nooit zo erg uit de bol als tijdens een concert zelf. Maar goed, dat valt hier allemaal bijzonder mee, omdat je ook al een beetje de vocalen kan gaan vergelijken en omdat de muziek mooi op de voorgrond is gemixt zonder al te veel “storende” intermezzo's van het uitbundige publiek. En vooral die uitstekende gitaarsolo's zorgen ervoor dat ik dit album dus toch nog een hoog waarderingscijfer meegeef. Fans van live opnames, van het genre en zeker van de band zelf zullen hier echter van smullen. Het is hen van harte gegund. Luc Ghyselen (4) Magic Kingdom is een band die neo-classical power metal brengt. De band werd in 1998 opgericht door onze landgenoot Dushan Petrossi die hier ook instaat van alle gitaarpartijen, de orkestrale arrangementen en voor de teksten. Het absoluut fabuleuze drumwerk is hier in de bekwame handen van Michael Brush, terwijl de solide basslijnen worden uitgezet door Vassili Moltchanov, die samen met Dushan ook al in de line-up van Iron Mask terug te vinden is. Voor dit vierde full-album werd nu voor het eerst beroep gedaan op de vocalen van Christian Palin (ex-Adagio). Tien nummers vind je terug op deze 'Savage Requiem' die zo'n vijf jaar op zich liet wachten. Openen gebeurt zoals bij heel wat van die neo-classical power metal albums met een instrumentale intro, hier 'In Umbra Mae' getiteld. Maar vanaf het eerste nummer, 'Guardian Angels', bewijst het viertal hun klasse. Een stevig structuur van baslijnen aangevuld met denderende ritmes op de drums zorgen voor het fundament. De orkestratie zorgt dat de minieme gaatjes in deze structuur mooi worden opgevuld en de krachtige vocalen van Christian zijn enerzijds hoopgevend, maar anderzijds ook agressief genoeg om je aan je stoel te kluisteren. Maar de échte blikvanger zijn de wervelende en uiterst geraffineerde gitaarsolo's die Dushan telkenmale opnieuw uit zijn instrument tovert in die in elke track voorkomen! Het viertal gaat mooi en duidelijk op de ingeslagen weg verder met het vlotte 'Rivals Forever'. In het begin van het machtige 'Full Moon Sacrifice' is het net of ik Blind Guardian hoor langskomen, maar dat doet helemaal niets af van Magic Kingdom, integendeel. In 'Ship Of Ghost' hoor je een flard van het beroemde “negende symfonie in d mineur” van Beethoven langskomen (je misschien beter bekend als het 'Vredeslied'), terwijl de intro en zeker de eerste vocale lijnen van het titelnummer me dan weer doet denken aan Dio terwijl verderop koorgezang voor een wijd en episch spectrum zorgen. Een uiterst rustig en ingetogen moment wordt aan flarden gebeukt tijdens het stevige en gedreven 'Four Demon Kings Of Shadowlands'. Vingervlug, maar uitstekend gitaarwerk opent het furieuze en aan een grote snelheid gebrachte 'With Fire And Sword'. De gitaar in de intro van 'Dragon Princess' doet me denken aan UFO en meer bepaald aan Michael Schenker – geef toe, er zijn mindere gitaristen om mee vergeleken te worden. Verder hoor ik flarden langskomen waarvan ik denk “dat doet me aan iets denken”, maar ik er nergens precies mijn vinger op leggen. Wat niet wegneemt dat ook deze track staat als een huis en dankzij zijn wisselingen in tempo en ritme ook wel wat invloeden uit de prog metal laat horen. Een stukje klassieke muziek dient als intro voor het afsluitende 'Battlefield Magic', dat eigenlijk gewoonweg een zinderende, aanstekelijke en opzwepende track is geworden waarin het gebruikte klassieke thema van de intro nu en dan voor een mooi accent zorgt. Ja, moet ik nog zeggen dat ik dit een absolute aanrader vind in het genre? Fans van de band in het bijzonder, maar ook liefhebbers van power metal in het algemeen, mogen hun zuurverdiende centen bovenhalen om deze 'Savage Requiem' aan hun collectie toe te voegen. Luc Ghyselen (4½) Het Finse Santa Cruz is een nog jonge band die in 2007 het levenslicht zag. Deze glam metal band werd opgericht door Arttu Kuosmanen (lead vocals, gitaren) en Joonas Parkkonen (gitaren, backing vocals). Een jaartje later werd bassist Mitja Toivonen ingelijfd en nog een jaar later vonden ze met Tapani Fagerström de ideale persoon achter de drumkit. Een zes tracks tellende ep werd gevolgd door het goed onthaalde debuutalbum 'Screaming For Adrenaline' (2013) op Spinefarm Records. Toen ze vorig jaar op tournee waren met Skid Row leerde ik het jeugdige viertal kennen. Hun energieke show mag je als aanstekelijk bestempelen en hetzelfde kan natuurlijk gezegd worden van hun muziek die een mix is van hair en glam metal. Voorbeelden zijn er genoeg (Poison, Mötley Crue, Ratt en W.A.S.P. zijn maar een paar bands waar deze Finnen de mosterd vandaan haalden) en daar voegt Santa Cruz hun jeugdige enthousiasme aan toe. Ook hun tweede titelloze album drijft op een mix van enthousiasme, aanstekelijkheid en toch krachtig klinkende nummers. Tien in totaal krijg je er hier aangeboden en eigenlijk wordt nergens gas terug genomen, of het zouden 'By Bye Babylon' en het afsluitende 'Can You Feel The Rain' moeten zijn, zodat je een daverend album glam (hair) metal verkrijgt waar het speelplezier zo vanaf druipt en die, dank zij de niet echt diepgravende teksten, gemakkelijk mee te brullen zijn. En is het daarom niet dat het gaat in dit genre, plezier maken en een echte “good time” beleven? Wel dat doe je hier heel duidelijk met tracks als 'Bonafide Heroes', 'My Remedy', 'We Are The Ones To fall' en heel zeker met 'Vagabonds 'Sing With Me)'. Hou je van glam metal in het algemeen of van een van eerder genoemde bands, dan verdient deze Santa Cruz een plaatsje in je collectie. Luc Ghyselen (3½) Opnieuw een release van prog grootmeester en bezige bij Neal Morse. Ik had eventjes mijn twijfel om dit te beluisteren: deze man is zo actief met o.a. Transatlantic, Flying Colours en zijn solo werk en blijft maar cd’s bij de vleet produceren dat de schrik er bij mij inzat dat het wel eens de cd te veel zou zijn, dat zijn inspiratie zou weg zijn. Wat een vergissing van mijn kant! Zoals steeds laat Neal zich begeleiden door zijn vaste gabber en drummer Mike Portnoy (na Neil Peart mijn favoriet met de stokjes), door Randy George, gitaarvirtuoos bij Neals bands Transatlantic en Spock’s Beard, Bill Hubauer op keyboards en Eric Gilette als multi-instrumentalist. Kortom, stuk voor stuk topartiesten. De muziek op zich is niets nieuws onder de zon. Het houdt ergens het midden tussen het bombastische van Transatlantic, vooral bij 'The Call', waarbij er zoals gewoonlijk stevig op de keyboards getokkeld wordt en het magistrale zesentwintig minuten durende 'Alive Again' en het rustigere en meer melodieuze, meer toegankelijker genre van Flying Colours, te horen op 'The Grand Experiment', titeltrack en bijna een meezinger, het rustige en zweverige 'Waterfall', en het korte maar leuke 'Agenda'. Telkens weer ben ik echt onder de indruk van het vakmanschap van Neal en zijn kompanen: al is zijn muziek soms iets te bombastisch (vooral Transatlantic) voor mij, toch blijf ik een grote fan gewoonweg omdat de muziek, de sound en de productie altijd wereldklasse is. Ook live is dit een band die je moet gezien hebben: gewoonweg kwaliteit van buiten categorie. Bart Verlinde (4½) 'The Nerdvrotic Sounds' Escape' is het tweede album van het Italiaanse Frankenstein Rooster. Het project werd in 2008 opgericht door gitarist Raphael Indri (Elvenking) en debuteerde albumsgewijs in 2009 met 'The Mutant Tractor'. Op dit tweede album gaat de band gewoon verder met hun meer dan eigenzinnige instrumentale mix van funk, jazz, rock en metal. Deze complexe muziek zal zeker niet iedereen bekoren en, om heel eerlijk te zijn, het is ook niet mijn ding. Af en toe een nummer kan ik best pruimen, maar dit album in een ruk uit luisteren is toch wel te veel van het goede. In deze muzikale brij verweven de heren (naast Raphael hoor je hier ook drummer Camillo Colleluori (Hollow Haze)) ook een aantal quotes die uit films komen als “Young Frankenstein” en “Star Wars”. Dus kan je deze muziek misschien gaan beschouwen luistermuziek voor filmfanaten ? Luc Ghyselen (3) |
|