cd reviews
Het Zweedse vijftal Engel ontstond in 2005 naar een idee van gitarist Niclas Engelin die je waarschijnlijk beter kent als gitarist bij het lichtjes legendarische In Flames. Ook met Engel brengt hij eigenlijk melodic death metal, maar hier worden invloeden uit de alternatieve metal en zelfs industrial metal niet geschuwd. De rest van de line-up bestaat voor dit album uit gitarist Marcus Sunesson, die er ook al bij is van in het begin, bassist Steve Drennan (ex-Amon Amarth), vocalist Mikael Sehlin en de kersverse nieuwe drummer Oscar Nilsson. Voor 'Raven Kings', het vierde album van de band, werden elf nummers ingeblikt. En de mix van eerder genoemde stijlen lijkt hier perfect te werken, ook al omdat vocalist Mikael Sehlin zich hier in allerlei bochten wringt om zowel krachtige cleane vocals, stevige rauwe vocals en sublieme death metal krijsen te produceren en te mixen met elkaar zodat je steeds op het puntje van je stoel gaat zitten om te weten hoe hij nu dit of dat fragment van vocalen zal voorzien. Dat er ook tal van heerlijke gitaarsolo's langskomen, ben ik eigenlijk gemakkelijk gewonnen voor dit album van Engel. Tien van de elf tracks volgen het stramien van de mix van de eerder aangehaalde stijlen. Een grote uitzondering is het uiterst rustige en kalme 'I Am The Answer', een gevoelig nummer dat akoestisch wordt gebracht en precies in het midden van dit album is terecht gekomen zodat het album zo precies in twee gelijkwaardige delen werd opgesplitst. Twee delen waarin je als liefhebber van melodic death metal (met dus invloeden uit de alternatieve metal en industrial metal) zwaar uit de bol kan gaan. Mijn favoriete tracks: het uiterst krachtige en agressief overkomende 'Denial', het mooi opgebouwde en van verschillende tempo's voorziene 'My Dark Path', het energieke 'When The Earth Burns' en het rustig voortkabbelende 'Sanctuary' waarin de vocalen alle kanten uitwaaien. Maar misschien kies jij wel voor totaal andere nummers, en daar heb ik geen enkel probleem mee daar 'Raven Kings' eigenlijk geen zwakkere momenten kent ! Luc Ghyselen (4½)
0 Opmerkingen
De band Impera is genoemd naar drummer J.K. Impera (ook te horen bij o.a. Bruce Kulick, Graham Bonnet) maar heeft nog zoveel meer talent in de rangen: de Zweedse vocalist Matti Alfonzetti ken je van bij Scott Gorham, Road To Ruin of Red White & Blues en bassist Mats Vassfjord doet misschien een belletje rinkelen als ik Vinnie Vincent of John Corabi vermeld. Maar zeker gitarist Tommy Denander moet je ongetwijfeld al eerder zijn opgevallen. Hij speelt mee op ontelbare albums en toert dan ook nog uitgebreid met o.a. Toto, Paul Stanley en Alice Cooper om er maar een paar te vernoemen. Na hun knappe debuut, 'Legacy Of Life' (2012), en het toch wel uitstekende 'Pieces Of Eden' (2013), zijn ze er nu terug met hun derde album getiteld 'Empire Of Sin'. Nog steeds brengt het viertal uitstekende traditionele hard rock met de krachtige en sterke zang van Matti en vooral de meer dan uitmuntende gitaarriffs en vooral de melodieuze gitaarsolo's van Tommy in de spotlight. Wie dus dacht dat stevige traditionele hardrock volledig van de kaart was geveegd met de intrede van de grunge heeft het duidelijk mis want Impera bewijst hier het tegendeel. Tien uiterst knappe tracks sieren dit album die, op twee tracks na, stevig rockend te noemen zijn. 'The Beast Is Dead' opent meteen stevig, knap en aanstekelijk en zet zo de toon voor de rest van het album. Mooie basslijnen en stevige drumpartijen zorgen voor het fundament waarop knappe gitaarriffs en krachtige vocalen voor veel mooie dingen zorgen. En voeg daar dan telkens nog een schitterende, melodieuze gitaarsolo aan toe en je krijgt frisse, modern klinkende traditionele hard rock. De twee nummers die minder rockend zijn, zijn de toch wel stevige ballade 'Thunder In Your Heart' (met als gastgitarist John Levén (Europe)) en de echt gevoelige ballade, zonder melig te klinken, 'Darling' (dit is een ballade die perfect zou passen in het rijtje van 'Keep On Lovin' You' (Reo Speedwagon) of 'I Want To Know What Love Is' (Foreigner)). Voor het overige is dit dus een echt feest voor de rechtgeaarde hard rock fan die graag melodieuze, stevige gitaar gerichte rock hoort (hier is geen keyboard te bespeuren). En naar het schijnt houden de heren er ook een indrukwekkende live show op na met gebruik van veel pyrotechnics en rook. Misschien wel een beetje normaal als, op gebied van live concerten, Kiss je grote voorbeeld is. Kunnen we dit viertal binnenkort hier te lande aan het werk te zien krijgen ? Luc Ghyselen (4) 'Vigil' is het debuutalbum van deze zevenkoppige band uit Duitsland. De bandleden – Oliver Kilthau (clean vocals), Manuel Siewert (growls), Simon Abele(guitars), Stefan Rosenmeyer (guitars), Martin Pohl (keyboards), Bryan Zwiers (bass) en Marco Tecza (drums) – hebben allen reeds pakken ervaring daar ze actief waren (of nog steeds zijn) in bands als December Flower, Liquid Horizon, Edge Of Serenity, Behind The Scenery and Athean. Hier bundelen ze hun krachten naar een idee van Simon Abele om je zeven prachtig uitgevoerde tracks progressive melodic death metal te laten horen. En de vlag dekt hier volledig de lading! De lang uitgesponnen nummers (tussen iets meer dan vijf en een halve minuut tot iets meer dan negen minuten) brengen je in extase met hun schitterende mix van hammond orgel tot blast beats, kalme momenten die getuigen van hemelse schoonheid tot immense ruwe en rauwe growls en dit alles afgewerkt met schitterende melodieuze twin gitaar solo's. Waar kan een liefhebber van pure metal (en meer bepaald van progressieve metal) nog meer van dromen? Alle nummers hier bespreken zou me echt te ver leiden. Laat ik het houden op een meer dan schitterend album dat na x aantal luisterbeurten nog steeds al zijn geheimen niet heeft prijsgegeven (Noemen we dit geen “groeiplaat”? En worden die niet later bestempeld als “echte klassiekers”?) en dat geen seconde verveelt. Hopelijk glipt dit album niet door de mazen van het net omdat het op een kleiner label wordt uitgebracht! Aan de muziek zal het zeker niet liggen, terwijl ook de cover van Juanjo Castellano meer dan gezien mag worden. Luc Ghyselen (4½) Het Amerikaanse duo – David Csicsely (drums, guitars, vocals) en Clayton Cushman (guitars, vocals, bass, keyboards) – is met 'V.' toe aan zijn, hoe kan het anders, vijfde studio-album. Ook nu weer krijg je een atmosferische mix van stoner rock, doom en folk metal te verwerken in de zeven lang uitgesponnen tracks die het album telt. Iets wat ik normaal gezien wel erg graag mag, maar dat hier niet echt goed uit de verf komt wegens de, voor mij, afgrijselijke vocalen die hier gebruikt worden. Dit zijn niet de vocalen die ik associeer met zo'n muziek, daar ik de vocalen die ik hier te verwerken krijg eerder zou situeren bij death of black metal. Niet dat ik hier geen goede passages hoor langskomen – instrumentaal vind ik het grootse deel geslaagd – het is de combinatie van de (atmosferische) muziek met die rauwe krijsende vocalen die op mijn maag blijven draaien. Het uiterst folky 'Archaic Rites', met ook al mooie vrouwelijke vocalen, en met niet veel krijsende mannelijke vocalen, is met voorsprong mijn favoriete track op dit album. Luc Ghyselen (3) Het Amerikaanse viertal van Mesmur – Yixja (guitars), Chris G. (vocals), Alkurion (drums) en Aslak Karlsen Hauglid (bass) – is met dit album toe aan zijn, titelloze, debuutalbum. Slechts vijf nummers vind je hier terug, maar die zijn wel goed voor zo'n tweeënvijftig minuten luisterplezier als je houdt van wat de press-release aankondigt als “funeral doom metal”. In verstaanbare woorden krijg je hier dus een uiterst logge brij muziek voorgeschoteld die uit de diepste krochten van de onderwereld lijkt te komen. Vanaf de eerste track, het bijna tien minuten durende 'Deprivation', wordt je meegenomen op een reis naar die onderwereld met uiterst logge, trage ritmes die ervoor zorgen dat schrik en wanhoop je nooit meer verlaten. Voeg daarbij de donkere brul van de vocalist en je begrijpt heel goed waarom ik, en iedereen die dit album zal beluisteren, hier een uiterst ongemakkelijk gevoel aan over houd. Als de teksten dan ook nog handelen over thema's als eenzaamheid, paranoia, verlatenheid, dood en zelfs de volledige vernietiging van de mensheid dan begrijp je meteen dat je hier nergens een straaltje zonneschijn kon verwachten. Fans van het genre zullen hiermee in de wolken zijn, ik kan dit slechts met kleine hapjes verteren. Luc Ghyselen (3) Het Italiaanse vijftal Wind Rose, afkomstig uit de buurt van Pisa, timmert al sinds 2004 aan hun weg richting top. Toch kwam een eerste demo pas kijken in 2010, waarna in 2012 het debuutalbum volgde: 'Shadows Of Lothadruin'. En nu zijn ze er met de opvolger 'Wardens Of The West Wind' waarin het vijftal hun symfonische power metal verder uitwerkte. Met hun teksten die gebaseerd zijn op epische fantasy verhalen en ook hun muziek, waarin dus heel wat elementen uit de klassieke muziek en de barok zijn ingeslopen, neigen ze dan ook erg richting hun landgenoten van Rhapsody Of Fire. Het huidige vijftal – Daniele Visconti (drums), Claudio Falconcini (gitaar), Federico Meranda (keyboards), Francesco Cavalieri (vocals) en Cristiano Bertocchi (bass, ex-Labyrinth, ex-Vision Devine) – brengt hier in ieder geval tien uiterst knappe songs in het genre. Naast de mooie uitgewerkte instrumentale stukken (opener 'Where Dawn And Shadows Begin' en 'The Slave And The Empire' zijn daar knappe voorbeelden van) en fragmenten valt de krachtige en stevige stem op van Francesco die op vele tijdstippen ondersteund wordt door de zang van drummer Daniele en gitarist Claudio zodat een stevig “koortje” ontstaat. Verder raakte ik vooral in de ban van 'The Breed Of Durin', een nummer dat je zo meeneemt richting de fantasy verhalen van J.R.R. Tolkien over de dwergen. Ook 'Ode To The West Wind' kan op mijn goedkeuring rekenen, vooral dankzij de elementen uit de folk die in dit nummer opduiken. Het krachtige 'Spartacus' mag er ook best wezen, terwijl 'Born In The Cradle Of Storms' mijn aandacht trok door de talrijke wisselingen in tempo en ritme en door de sublieme melodieuze gitaarsolo. Maar nu doe ik misschien de andere tracks wel onrecht aan door ze hier niet te vernoemen, daar er eigenlijk niet echt zwakke nummers te bespeuren vallen. Fans van het symfonische power metal, en zeker van bands als Rhapsody Of Fire of van Luca Turilli, zullen dit honderd procent zeker weten te smaken. Met daarbij ook nog mooi artwork als cover van de hand van Felipe Machado Franco is het plaatje mooi compleet. Luc Ghyselen (4) Hoewel de vorige vier albums van Knight Area al goed bij me in de smaak vielen moet me toch van het hart dat deze nieuwe ‘Hyperdrive’ nog meer mijn wensen vervult. Of dit te maken heeft met nieuwe gitarist Mark Bogert en nieuwe bassist Peter Vink weet ik niet maar dit album klinkt in elk geval een stukje steviger dan voorgaande. We konden met deze nieuwkomers al eerder kennismaking op de ‘Between two steps’ EP die ook al steviger klonk en naast twee nieuwe nummers ook oudere nummers bevatte in een nieuw en steviger jasje. Wat meteen opvalt bij het beluisteren van de nieuwe schijf is het stevige gitaarwerk en de mooi gedefinieerde ronde bassound. De toetsen zijn misschien iets meer naar achter in de mix geschoven maar blijven voor sfeerrijk melodiewerk zorgen en springen er in solospotjes echt nog wel uit. Het blijft dus allemaal symfonisch klinken en vormt een goede fundering voor Mark Smit zijn heldere vocalen. ‘Hyperdrive’ is een zalige (prog)rock cd die barst van smaakvolle op zichzelf staande nummers waarmee Knight Area aantoont dat je ook met bondige nummers een mooi progressieve rockplaat kan maken. Alles klinkt gevarieerd en gaat je geen moment vervelen. Naast de stevige koers valt toch ook op dat de band hun rustige en ballad-achtige stukken niet verloochend. Bogerts gitaarspel is meeslepend tot in het kleinste detail en bewijst het hele klankenpalet ook te beheersen. Bovendien is deze gitarist ook verantwoordelijk voor enkel van de mooiste pareltjes op dit album. De opener ‘Afraid of the dark’, het korte ‘Running away’, de zeven minuten durende afsluiter ‘Hypnotised’ en het instrumentale ‘Stepping out’ waarin hij plaats maakt voor een gast-solo door niemand minder dan Arjen Lucassen (Ayreon, Star One). Ook Geben Klazinga’s toetsenpartijen komen doorheen het gehele album mooi uit de verf en vormen een mooi geheel met de gitaarlijnen want ook Gerben weet de knapste klanken op dit album naar boven te halen. Luister bijvoorbeeld maar eens naar ‘Afraid of the dark’, ‘Living in confusion’ of ‘Hypnotised’ en je zal meteen begrijpen wat ik bedoel. De ritmesectie van Peter Vink & Pieter Van Hoorn zorgt voor de dynamiek in de nummers. Vinks basgeluid stuwt de nummers voort daar waar het hoort en geeft het geheel zijn nodige drive maar ook drummer Pieter Van Hoorn weet zijn accenten exact op de juiste plaats te leggen. Knight Area mag dan wat krachtiger klinken maar zonder hun typisch geluid te verloochenen. Het is waarschijnlijk ook Mark Smit zijn typerend zanggeluid dat hier mede voor zorgt. De zanger klinkt helder en melodieus, de stem altijd mooi in balans met de kracht van de nummers en zit goed in de mix verweven. Krachtig waar het krachtig moet zijn en frêle en breekbaar in de rustige passages, getuige daarvan ‘Bubble & Songs from the past’. Joost van den Broek (Epica, Mayan, and After Forever) hielp de band mee aan hun stevige en solide mix terwijl de band wel zelf het album produceerde. Het hoesontwerp is afkomstig van Gustavo Sazes die ook de albums van James LaBrie van artwork voorziet. Line up:
Johan Kaethoven (5) Eigen Beheer I Knight Area I Knight Area Facebook
Het Nederlandse Thanatos is reeds actief sinds 1984, zo'n dertig jaar dus. Maar door allerhande moeilijkheden – wijzigingen in de line-up, platenlabel die over de kop gaat, … – is deze 'Global Purification' pas het zesde studio-album van het viertal. Nog steeds is zanger/gitarist Stephan Gebédi, het enige overgebleven originele lid, de drijvende kracht van dit death thrash metal gezelschap dat tegenwoordig verder bestaat uit Paul Baayens (gitaar), Marco de Bruin (bass) en Yuri Rinkel (drums). Het eindresultaat is een pletwals die je aan een indrukwekkende snelheid plat walst in tien nummers (elf als je kiest voor de “limited edition digipack”-versie – een opnieuw opgenomen versie van 'Dawn Of The Dead' (de openingstrack van hun debuutalbum)). Vanaf de toch wel schitterende opener 'Global Purification' over tracks als 'Infestation Of Soul' (knappe wijzigingen in ritme en tempo), 'Word Jihad' (uiterst krachtig, strak met een vrij melodieuze gitaarsolo) of het beukende en dreigende 'Feeding The War Machine' (mooie rust brengende korte gitaarsolo) tot en met de stevige en rauwe afsluiter 'Bastion Of Blasphemy' wordt je op je wenken bediend met krachtig en vlot uit de speakers knallende nummers. Dit is zonder enige twijfel het sterkste Thanatos album uit de reeks zodat fans van de band dit zonder blikken en blozen aan hun collectie kunnen toevoegen! Luc Ghyselen (4) Het Nederlandse Soulburn ontstond rond 1996 toen Asphyx werd opgedoekt. Drummer Bob Bagchus en gitarist Eric Daniels wilden verder en vonden met bassist/vocalist Wannes Gubbels een kompaan waarmee een twee nummers tellende demo (1996) en een full-album ('Feeding On Angels' (1998)) werden uitgebracht. Korte tijd later werd Asphyx opnieuw opgestart en leek Soulburn dood en begraven. Tot nu dus want Bob en Eric overtuigden dit keer bassist/vocalist Twan Van Geel (o.a. Legion Of The Damned) en tweede gitarist Remco Kreft (o.a. Grand Supreme Blood Court) om in het verhaal mee te stappen. Dit zorgde voor een uiterst donker album waarin het occulte en morbide teksten voor meer dan voldoende geweld en onheil zorgen. Elf tracks (de meer dan gestoorde intro 'Apotheosis Infernali' meegeteld) worden op je losgelaten. Maar na de eerste oerschreeuw, helemaal in het begin van openingstrack 'Under The Rise Of A Red Moon', wordt je al meteen bij de keel gegrepen en die greep lost het viertal niet meer. Beetje per beetje wordt je laatste adem uit je keel genepen om je volledig uitgeput en naar adem happend achter te laten tijdens 'Eden's Last Sigh', de instrumentale outro van dit album. Tussendoor krijg je wel al een aantal fervente mokerslagen te verwerken als 'The Mirror Void', het impressionante en stevige 'Hymn For The Forsaken II', het dreigende en eerder logge 'Wielding Death' en het agressieve en machtige 'Claws Of Tribulation'. Deze 'The Suffocating Darkness' van Soulburn is zo meteen een waardige vertegenwoordiger van het genre als je houdt van death metal waarin je aardige scheuten black en doom in terug vindt. Luc Ghyselen (4) Met 'Thirteen' is het Canadese melodieuze hard rock viertal Harem Scarem toe aan zijn … dertiende studio album en dan reken ik het vorig jaar verschenen 'Mood Swings II' niet mee daar dit album, naast de opnieuw opgenomen tracks van 'Mood Swings' (een album dat in 1993 werd uitgebracht), slechts drie nieuwe nummers telde. Ditmaal zorgde het huidige kwartet – nog steeds met originele leden Harry Hess (zang, gitaar, toetsen) en Pete Lesperance (gitaar, zang) en met “nieuwkomers” Barry Donaghy (bass) en Creighton Doane (drums) – voor tien nummers die helemaal niet misstaan naast hun vroegere opnames, zonder dat de nummers gedateerd klinken. Nee helemaal niet zelfs, je krijgt hier echt modern klinkende melodieuze hard rock – je weet wel, tal van bands (ik denk aan o.a. Foreigner, FM, Dokken, Ratt, ...) deden het hen voor in de jaren tachtig – voorgeschoteld die een glimlach op je gezicht tovert dankzij de aanstekelijke ritmes en de hoge meezing factor van de teksten. En daar zitten, naast die knappe uptempo rockende tracks waarvan ik persoonlijk het meest viel voor het gedreven 'Early Warning Signs', ook steeds een paar ballades tussen. Hier zijn dat 'Whatever It Takes' en 'All I Need' (dat ook wel een paar fragmenten bevat die iets meer tempo brengen). Verder wil ik jullie er nog attent op maken dat de track 'Saints And Sinners' die je hier terugvindt, niets te maken heeft met het gelijknamige nummer van Whitesnake. Als je dus nog steeds valt voor dit genre dan is dit een knap album om je collectie aan te vullen, terwijl fans van dit gezelschap zeker niet moeten twijfelen. Luc Ghyselen (3½) |
|