CONCERT REPORTS
Verslag: Marino Serdons - Foto's: Jean Schoubs © Treedt binnen in de wereld van Indische traditie en laat je meevoeren op de psychedelische klanken van de sitar. Voeg daar als percussie een tabla bij en een niet vanzelfsprekende Belgische sax, en je krijgt een zoveelste East meets West.
Reeds in de jaren ’60 werd er duchtig wat afgereisd naar India, met name naar het Goya, om oosterse muzikale ervaring op te doen. (Denk maar aan George Harrison.) Het gebruik van sitar in de popmuziek bracht wondermooie resultaten (Zoek maar eens de reeks’ Psychedelic Headswirlers’ 10 cd’s). Het gebruik van de sax met sitar is echter vrij uniek. Enkel de groep East of Eden scoorde hiermee in de jaren ’70, klonk heel experimenteel en evolueerde pas later naar pure jazz, maar de oosterse invloeden verdwenen. Native Soil mag dan ook een lovenswaardig initiatief worden genoemd, zeker wanneer de plaatselijke indische gemeenschap hierbij wordt betrokken. Saxofonist Walter Baeken, met zijn maten Jibendra (uit Varanasi) op sitar en Mani (uit Benares) op tabla, imponeerde niet onmiddellijk met een echo van de sitar. Het herhalen van de laatste maten hoppend van het ene instrument naar het andere kan wel enige tijd boeien maar je valt in herhaling. Ok, Walter voegde wel een korte zoeterige jazz-solo toe, om dan weer over te schakelen naar de sitar met hetzelfe stramien. Maar, waar bleven vraag en antwoord? Gelukkig waren de Indiërs zo vaardig dat verveling uitbleef. Jibendra dopte regelmatig zijn vingers in het vet en bepotelde zijn mooie bewerkte sitar zonder partituur en zonder verpinken, oogcontact met publiek. Hemelse klanken op het ritme van Mani’s tabla. (By the way, krachtige vingers moet die man hebben om op zo’n flexibele wijze zo’n krachtig geluid te produceren.) Hogere sferen kwamen in zicht. En soms jammer dat het onderbroken werd door de jazzy (soprano) sax. De composities waren niet van die aard dat het een echt vloeiend geheel werd. Vaardig, deskundig maar geadapteerd met weinig ziel. Met uitzondering van het schitterende slotnummer (waarvan de titel mij jammerlijk ontsnapt- Diwali?) waarbij westerse en oosterse klanken wel tot een perfecte symbiose kwamen. Niet wereldschokkend, wel boeiend concert dat geen ogenblik verveelde en je wel af en toe deed wegdromen naar oosterse stranden. Tijdens de pauze serveerden plaatselijke schoonheden wat (hete) indische hapjes (waarvoor dank). Voor wereldcultuur moet je echt wel in Limburg zijn. Een zoveelste pluim voor cultuurcentrum MUZE in Zolder. Reageren is niet langer mogelijk.
|
Archives
Januari 2015
|