"Meegaan in de angst of de haat is niet constructief."
Geert Verdickt maakte tussen 2008 en 2017 vier platen met zijn band Buurman, maar brengt nu met 'Einzelgänger' een intimistisch album uit waarin hij de breuk met zijn vrouw verwerkt. Denk daarbij niet aan deegrollen of slaande deuren: Verdickt en eega gingen met wederzijds respect uit elkaar, in het belang van de kinderen. In een sfeervolle brasserie in het mooie Hasselt geeft hij tekst en uitleg ...
Julian De Backer: "'Einzelgänger' is een break-upplaat. Was dat van bij het begin jouw uitgangspunt, een conceptplaat over de breuk tussen twee mensen, of is dat eerder organisch gegroeid?"
Geert Verdickt: "Mja. Het is along the way gekomen. Ik zit niet elke dag muziek te spelen, maar er is altijd een soort alertheid voor zaken die gebeuren. Meestal beelden, die ik ergens opsla. Na een tijdje komen sommige beelden samen, en vervolgens ga ik die uiten met muziek. De periode van de break-up heeft twee à drie jaar geduurd, we hebben het heel rustig aangepakt en mekaar heel vriendschappelijk losgelaten. In die periode viel het me na een tijd op dat ik er heel veel over schreef. Logisch, misschien. Toen kwam 'Einzelgänger' als naam naar voren, en nadien ook als titeltrack. Maar het is dus inderdaad heel organisch gekomen dat een verzameling songs onder die vlag naar buiten kon komen. Ik had drieëntwintig nummers, wat redelijk veel is, en ik heb een selectie gemaakt. Ik wilde geen plaat vol gejammer of negativisme, want zo sta ik niet in het leven. Ik heb een verhaal van vijftien jaar met mijn vrouw, waarin supermooie momenten zijn beleefd. Wanneer één van de twee beslist om een eigen koers te gaan varen, verdwijnen die mooie momenten niet zomaar. Daarom was ik in elk nummer van de plaat op zoek naar wat ik 'de barst' van Leonard Cohen noem." Julian: 'The crack.' Geert: 'Voilà. 'There's a crack in everything/That's how the light gets in.' Zo sta ik graag in mijn bestaan. Soms zijn er moeilijke periodes, maar je moet niet meegaan in de angst of de haat, want dat is niet constructief. Je moet niet altijd blij zijn, maar op zoek gaan naar de barst is veel rijker en bevat veel meer verbeelding dan het tegenovergestelde. Dat geldt voor mijn kleine kringetje, mijn leven, maar als iedereen het voor zichzelf zou proberen, zouden we een ander gemoed krijgen in de samenleving. Dan zou het zure er een beetje uitgaan. Ik ben niet zo naïef om te denken dat het zomaar ineens zal gebeuren, maar ik geloof wel dat het kan. Op zijn minst wil ik het graag zo aanpakken. Vandaar de selectie van de drieëntwintig nummers. Elk nummer heeft iets hoopgevends, en iets lichtgevends. Daar geloof ik in, daar wil ik voor staan.' Julian: 'Van drieëntwintig nummers naar de uiteindelijke selectie van tien, dat betekent dat er maar liefst dertien nummers zijn afgevallen. Dat is een volledige extra plaat. Ga je nog iets doen met die nummers? Of zijn het verloren parels?' Geert: 'Nee, ik vind nummers nooit verloren. Ik heb het er vaak over met mijn goede vriend Stef Bos. We zitten vaak bij elkaar.' Julian: 'Hij zit vaak in Zuid-Afrika, als ik me niet vergis.' Geert: 'En ik bijgevolg dus ook (lacht). En dan overschouwen we het leven. Hij zegt ook: 'Alle nummers die je schrijft, alle muziek die je maakt, alle verhalen die je vertelt, zijn eigenlijk één lange rit. Alles hangt aan elkaar vast.' We zingen eigenlijk maar één lied. Ook de nummers die je schrijft, schrijf je omdat je ervaring hebt opgedaan tijdens het schrijven van eerdere nummers. In die zin zijn nummers nooit verloren. Sommige zijn redelijk donker, maar misschien vinden ze nog wel eens een plek op een ander moment. Maar de tien tracks die nu op 'Einzelgänger' staan, horen voor mij heel hard samen. Ze vormen samen één film. Ik denk heel filmisch, en mijn teksten zijn heel visueel. Bij de vorige plaat, in de aanloop naar de opnames, kwam de vraag wel eens wat we nog nodig hadden, een up-nummer of een mid-tempo. We gingen heel vormelijk te werk. Dat heb ik nu met opzet niet gedaan. Mijn uitgangspunt was: 'Wat is de film, en zijn er nog hoofdstukken die verhaalmatig ontbreken?'. Zo kwam ik tot 'Splinterkind', een nummer dat ik voor de kinderen heb geschreven. Hoe je het ook draait of keert, zij moeten omgaan met de beslissingen die hun ouders maken. Maar toch wil ik nog een vriendschap en liefde voor hun moeder voelen. We zijn van lovers naar vrienden gegaan, maar ik wil de warmte behouden. Leg het maar eens uit aan een kind van zes. Ik weet niet of ze het al helemaal snappen, maar ze stellen alvast heel wat diepere en bredere vragen. Later kunnen ze de antwoorden ook in dat nummer vinden, en dat vind ik wel mooi. Dat nummer vervolledigde het grotere verhaal.' Julian: 'Was het moeilijk of verleidelijk om toch niet een elfde of een twaalfde nummer te kiezen?' Geert: 'Voor ik de studio in Ierland introk, ben ik een paar keer met mijn muzikanten samengekomen om een grove selectie te maken. We zochten naar wat muzikaal voor de meeste variatie kon zorgen. Verhaalmatig ontdek je soms ook overlappingen. De opzet was: 'We gaan naar een plek in Ierland, Inishbofin, een eiland in de Atlantische Oceaan, en we doen daar alles: opnemen, editen, mixen, en that's it.' We wilden een tijdscapsule. We hebben er twaalf dagen gezeten en heel lang gewerkt, elke avond tot diep in de nacht. We zaten in een flow, in een heel duidelijke stroming. Er waren geen zware discussies over welke song wél en welke song niét. Wie zichzelf in dergelijke setting zet, sluit al bepaalde opties uit. Klinkt vernauwend, maar ik ervoer het tegenovergestelde: 'Dit is het gegeven, en daar gaan we voluit voor'.' Julian: 'Is dat de werkwijze die jij altijd toepast? Of enkel voor deze plaat?' Geert: 'Normaal gezien is er een langere aanloop, waarbij we demo's maken. Nu niet. Normaal heb ik ook een hele band in de studio zitten, weliswaar met een beurtrol. Nu was het enkel producers Jeroen Swinnen en Yello Staelens, en ik. De visie en de maturiteit van de nog jonge Yello is echt niet normaal. Hij kon met simpele dingen een percussielaag leggen. Dus, jazeker, andere werkwijze dan bij de platen van Buurman. We hebben heel gestript gewerkt. Puur qua zang was het ook gevoelsmatig anders voor mij. We zaten op dat Ierse eiland met een soort 'einde van de wereld'-gevoel. Enfin, dat is relatief, wat de wereld is rond (lacht). Het gaf een overzicht, waardoor ik met de nodige afstand kon zingen. Ik hoefde minder na te denken. Iedereen was uitgenodigd om te luisteren, maar niemand moest. Zeer fijn.' Julian: 'Springsteen wisselt ook af tussen platen met zijn band, en soloplaten.' Geert: 'Persoonlijk vind ik 'Nebraska' de strafste Springsteenplaat. Daarin zit echte storytelling. Ook de muzikale verhalen van Joe Henry, Ray LaMontagne of Jacques Brel triggeren me, en boeien me op muzikaal vlak. Ik heb het al vaker gezegd: ik voel me niet per se muzikant, ik voel me meer een verhalenverteller. Een filmmaker van films die je ziet wanneer je je ogen dichtdoet. Een paar jaar geleden was ik op pad met Lloyd, een Ierse vriend van mij. We reden door Donegal, een setting met ruwe landschappen waar de zee inbeukt. In die omgeving liet hij me 'Nebraska' horen. Het was de perfecte soundtrack voor die reis. Gevoelsmatig klopte het.' Julian: ''Einzelgänger' is echter geen soloplaat. Op de cover staat ook 'Geert Verdickt van Buurman'. Het resultaat zit tussen solo- en groepsplaat. Je hebt het niet volledig onder je eigen naam gedaan.' Geert: 'Ik ben niet zo vormelijk, ik voel me meer thuis in de onmeetbaarheid. De naam is om aan te geven dat het publiek live enkel mij mag verwachten. Het zal één mannetje zijn, één gitaar, één stem. Maar vanuit de beperking wil ik wel proberen om heel breed te gaan. Ik werk samen met een klankman om het live echt variatie te geven. Ook in het maken van de plaat heb ik kunnen steunen op mijn Buurman-bandleden, al was het maar voor feedback. Ze hebben de break-up ook van op de eerste rij meegemaakt, en daarom vond ik het mooi om dit verhaal, dat van de einzelgänger, alleen te brengen. Als je het grotere geheel bekijkt: we komen van 'Dans & dwaal', wat een beetje een festivalplaat was, en nu gaan we strippen naar 'Einzelgänger'. Wat erna komt, zal weer full-blown zijn. Alsof de zee zich even terugtrekt, de essentie zoekt, om dan weer met volle kracht te gaan. Ik houd van dat contrast, en ik heb de variatie met opzet gezocht. Maar ik voel me niet 'solo', alsof ik ze niet nodig heb. Ze zitten met mij mee in het verhaal, en zo voelde het goed.' Julian: 'Gaat het niet raar zijn om binnen twee jaar bepaalde 'Einzelgänger'-nummers met de volledige band te spelen? Misschien horen die nummers niet thuis op een groepsconcert? Misschien ga je ze gewoon niet spelen?' Geert: 'Ja, of ik kan een break voorstellen tijdens een concert, en dan even alleen een paar nummers spelen. Het kan altijd geïntegreerd worden. Of als bisnummers.' Julian: 'Je bent ook documentairemaker. Stel dat je de opdracht zou krijgen om zelf de 'Einzelgänger' te portretteren, hoe zou je dat aanpakken?' Geert: 'Fijne vraag, daar moet ik even over nadenken.' Julian: 'Een einzelgänger heeft allicht niet graag dat je hem volgt, want dan is ie niet meer alleen.' Geert: 'Hij is graag alleen, maar hij heeft ook andere mensen nodig. Al was het maar om zich even terug te trekken. Dus die ander, en dat geloof ik voor alle mensen, is een spiegel. Je kan jezelf maar pas goed leren kennen als je die spiegel hebt. Vandaar zing ik ook in de titeltrack: 'We zijn alvast met twee'. Het is een symbolische zin voor mij. Een einzelgänger is alleen, maar hopelijk niet eenzaam. Ik vind dat heel interessant om over na te denken. Ik ben alleen komen te staan, maar ik voel me niet eenzaam. Op het einde van de rit heb ik de andere mensen nodig, om mezelf terug te vinden. Na de breuk heb ik heel veel gereisd. Terugdenkend viel het me op dat ik niet op reis ging om bepaalde plekken te bezichtigen, maar wel om mensen te bezoeken. Ik heb een heel goede kameraad in New York City wonen, Mike. Ik heb veel bij Stef in Kaapstad gezeten. Lloyd in Ierland. Heel veel mensen hebben mij met liefde en geduld gespiegeld. Ergens is dat de boodschap die ik er heb ingelegd. Kiezen voor angst of haat, is niet constructief. Ik heb niet de pretentie dat ik met deze plaat de maatschappij ga veranderen. Maar ik geloof dat iets meetbaar is: de angst, de haat; en dat wat er tegenover staat: de verbeelding, de liefde, de interactie met mensen. Bij die twee pijlers hebben we een übervorm: succes, in het beste geval, of geluk. En succes is niet hetzelfde als geluk. Een einzelgänger zal zich meer terugtrekken, maar hij wordt gevoed door de interactie met bepaalde soulmates. Voor mij waren dat onder andere Mike, Lloyd en Stef. Op zijn manier is de einzelgänger niet eenzaam. Dat zou allemaal zitten in het portret dat ik zou maken, om op jouw vraag te antwoorden. Daarmee hebben we nog geen film klaar, maar het zou wel mijn insteek zijn. De weg naar succes en geluk. Ik heb ook steeds het beeld van toen ik negen was, en mijn vader me meenam naar de Mississippi in Amerika. De statigheid van die rivier, is altijd blijven hangen. Ik ben in april 2019 ook naar Amerika geweest met mijn kinderen, die zes en negen zijn. Sommige vrienden dachten dat ze daar niets zouden aan hebben, omdat ze nog te jong zijn. We zijn gevlogen naar Denver, en hebben met de camper een hele rit naar San Francisco gemaakt. De Mississippi hebben we niet bezocht, maar wel de Grand Canyon, Las Vegas, Bryce Canyon, noem maar op. Mijn kinderen hebben het weldegelijk meegekregen, ze voelen het nog. En dat wilde ik. Soms heb ik het gevoel dat we allemaal een soort van zoetwaterkreeftje zijn. Het kan wel naar links of rechts peddelen, maar de stroming pakt je altijd mee. Wie vertrouwt dat de stroming hem of haar brengt waar je moet zijn, dan komt er een geloof in de amorfe toekomst. Dat is een toekomst die nog mooier kan zijn dan één waar je met je rede bij kan. Dat heb ik beseft tijdens mijn reizen. Hoe vaak vinden mensen bewust hun geluk? Meestal rollen ze er toevallig in. Er is geen rechte lijn, er is alleen deining. Je kan je afzonderen, en nadenken, maar als je het met een broeder kan doen, dan kom je sneller tot dat punt. Ik geloof in die resonantie. Daarin zit de rijkheid, daarin zit het perspectief. Dat zou ik zeker in het portret steken.' Julian: 'Merk je dat die pijlers in alle stadia van jouw leven terugkomen, of enkel als muzikant?' Geert: 'Het is breder dan muziek alleen. Eén van de redenen waarom ik er zo over nadenk, is omdat ik vaak zelf in de val trap.' Julian: 'It's a trap! (cf. 'Return of the Jedi')' Geert: 'Booby trap, big time. Het is zoals een boom met blaadjes. Hoe mooier de blaadjes, hoe meer aandacht je krijgt. Maar het zijn blaadjes, en die zijn vergankelijk. Maar een stabiele stam, met oprecht geluk en een ziel, die blijft staan. Soms trap je in de val van, bijvoorbeeld, sterrenrecensies. Dan krijg je vierenhalf op vijf, en denk je: 'Waarom geen vijf?!'.' Julian: 'Terwijl vierenhalf al heel mooi is.' Geert: 'Dat is al supermooi, natuurlijk. Het is ook maar een mening van één iemand. De mensen die naar je concert komen en diepgeraakt zijn en geïnspireerd naar huis gaan, daar gaat het om. Het systeem mag niet de overhand nemen. Herinner je die heisa over de Vlaamse vlaggen op Pukkelpop. Ik doe daar geen politieke uitspraken over. Sommige mensen voelden zich niet goed dat ze er hingen, sommige vonden het niet kunnen dat ze waren verwijderd. Maar het is maar een vlag, hé jongens. Het is een symbool, een systeem. Mensen met een verschillende mening die elkaar ontmoeten, kunnen nog steeds tot een goed gesprek komen. Ik zag net een mooie commercial op de Deense televisie. Allemaal verschillende groepen van mensen, en een voice-over die gehoor geeft aan de vooroordelen die we hebben als mens. Als je je openstelt en geloof en vertrouwen hebt, kom je soms tot prachtige contrasten. Iemand tegenover jou met een andere mening, zegt ook veel over jezelf als mens. Dat is resonantie, dat is waar je veel rijker van zou kunnen worden. Heel boeiend om over na te denken. Ik kan er over doorgaan, dan zitten we hier morgen nog (lacht).' Julian: 'Je merkt wel dat je beeldend denkt. Ook de titels van je songs - 'Simpel', 'Moment', 'Amanda' - zouden compacte en krachtige filmtitels kunnen zijn. Dat is blijkbaar niet onbewust.' Geert: 'Ja, zo werkt mijn hoofd. Mijn grote inspiratiebronnen schrijven muziek, maar muziek is niet hun hele leven. Het is voor hen maar een onderdeel. Xavier Rudd, bijvoorbeeld, is geen Bono. Maar de rijkheid die de man in zijn leven heeft, gaat over zijn verleden, het land waarin hij woont, het contact met aboriginals, de natuur, het surfen op de oceaan. Veel meer dan enkel en alleen zijn muziek. Een optreden van hem is echt een feestje, waarin hij zijn rijke leven viert. Dat is veel interessanter dan kiezen voor de showbizz, en enkel dat enge pad te bewandelen. In het beste geval ben je succesvol, maar niet noodzakelijk gelukkig. Succes is vergankelijk, dat zie ik vaak genoeg. Wat na de hype? Mijn inspiratiebronnen hebben succes, maar ze leiden wel gewoon hun leven met veel rijkheid. Stef Bos leeft zijn leven in Kaapstad en de lage landen. Hij speelt voor propvolle zalen, met mensen die bij hem de inspiratie vinden. Die inspiratie hangt niet van één plaatje af. Hij viert de verbeelding, en gelooft niet in de angst. Muziek is een uitdrukkingsmiddel, een communicatiemiddel, een blueprint van gevoelens, beelden en verhalen, maar staat ten dienste van een groter geheel. Ik ben erg blij dat ik dat ontdekt heb. Ik ben tien jaar geleden begonnen met muziek, heb een gouden plaat gekregen, opgetreden voor radio- en TV, maar ik zag geen eindpunt. Mijn honger raakte niet gestild. Het is zoeken naar geluk, en niet gewoon geluk als 'een chanceke'. Je moet je kunnen verliezen in de mensen rondom jou. Denken, stoppen, kunnen drijven. Populaire rock- of filmsterren lijken alles te hebben wat ze nodig hebben, en toch schieten ze een kogel door hun kop. Als iedereen jouw vriend wil zijn omwille van jouw succes, dan twijfel je aan alles.' Julian: 'Het zijn sterke schouders die de weelde kunnen dragen.' Geert: 'Het kan, maar meestal zit geluk dan niet in wat succesvol is. Meestal is succes een gevolg van geluk. Een leerkracht fysica sprak ooit over 'de wet van behoud van energie'. Met de auto rijden, is snelheidsenergie. Als die auto tegen een muur rijdt, wordt de snelheidsenergie omgezet in het plooien van oud metaal. Dat is het behoud van energie. Als je naar een maatschappij kijkt die met een bepaalde energie de economie doet draaien - gaande van lucifers maken tot auto's bouwen - moet iedereen efficiënt zijn en vooruit gaan. Stel dat je dat allemaal doet met meer energie dan efficiënt zou zijn, dan moet de energie ergens naartoe gaan. Ze kan niet verloren gaan. Die energie kan gaan naar creativiteit, naar interactie, naar resonantie. Een maatschappij met plaats voor die zaken, zal op termijn het geluk vinden. Anders ben je slaaf van een economisch gestel, geënt op cijfers, winstmarges en vergankelijk succes. Versta me niet verkeerd: succes kàn gelukkig maken. Maar dàt soort geluk is vergankelijk. Als onze singles scoren bijvoorbeeld, dan ben ik blij. Dat is blijdschap. Tot de single uit rotatie gaat, dan is dat voorbij. Fundamenteel geluk is niet gelinkt aan succes, maar komt voort uit het onmeetbare: het feit dat ik me heb kunnen verliezen in het schrijven van dat nummer bijvoorbeeld, of het broederschap dat ik voelde met Jeroen en Yello tijdens de opnames, of dat mensen diep geraakt zijn door datzelfde nummer.' Julian: 'Je zegt dat je niet alle pijlen op muziek richt. Hoe belangrijk is muziek op dagelijks vlak voor jou dan?' Geert: 'Voor mij staat muziek in functie van een verhaal. Verhalen zijn voor mij dagdagelijks. Ik houd van verhalen, films, zowel letterlijk als figuurlijk. Storytelling, het overbrengen van een boodschap. Het is moeilijk om er een percentage op te plakken. Ik ben drie weken naar Amerika geweest, bewust zonder gitaar. Op een bepaald moment zat ik in de camper, onderweg naar Great Sand Dunes National Park and Reserve, en ik dacht aan wat ik met producer Jeroen Swinnen besproken had net voor mijn vertrek. 'Welke elementen missen we nog in de film van 'Einzelgänger'?', en toen kwam ik op het nummer 'Splinterkind'. Mijn dochter en zoon zaten op de achterbank van onze camper, en ik kreeg een idee. Normaal gezien neem ik dan mijn GSM en zing ik dat even in, maar ik had hem niet meegenomen. Dus ik vroeg aan mijn kinderen of ze iets wilden nemen om te schrijven. Het is bizar dat mijn dochter de eerste zinnen van dat nummer heeft opgeschreven, want 'Splinterkind' is een soort van brief aan haar en haar broertje.' Julian: 'Wel speciaal, dat jouw kinderen hebben meegewerkt aan dat nummer.' Geert: 'Eigenlijk wel! We moeten het nog regelen van betreft SABAM (lacht). Om maar te zeggen: ik pak mijn gitaar niet elke dag vast, maar de zoektocht naar mooie beelden is wel een constante mindset. Het hoeven zelfs geen mooie beelden te zijn, maar op zijn minst beelden die me raken. Mijn hoofd is een archief van indrukken die ik kan koppelen tot nummers.' Julian: 'Ik neem aan dat je ondertussen een soort zesde zin hebt ontwikkeld, dat je sneller dan iemand anders opmerkt met welke elementen je muzikaal aan de slag kan.' Geert: 'Dan denk ik wel, ja.' Julian: 'Als het jou al kan overvallen tijdens een rit met de camper in Amerika.' Geert: 'Je moet je ervoor openstellen. Dat is het moeilijkste. Daarna moet je gaan zitten, en het uitpuren. Vroeger zei ik wel eens: 'Ik ga nu zitten, en ik ga een nummer maken'. Maar dan kwam er niets. Voor mij werkt het alleen wanneer ik in het leven sta, en iets meemaak. Stef zegt altijd: 'Je beste nummers, die schrijf jij niet. Je beste nummers schrijven jou'. Ze overkomen jou. Het is niet letterlijk een engeltje dat afkomt met een papiertje.' Julian: 'Je bent al vaker in Amerika geweest. Het nummer 'Simpel' klinkt ook heel Amerikaans. Was dat bewust? Van de tien nummers wijkt het het meeste af, en het lijkt echt gestoeld op een Johnny Cash-aanpak.' Geert: 'Dat komt vooral door die banjo, en dat is heel toevallig. In de studio in de hut in Ierland hingen een aantal gitaren, en ik wilde gewoon eens proberen te spelen op een banjo met zes snaren. Jeroen vond het meteen goed klinken. Het geeft een zekere lichtheid, ook al is de tekst redelijk zwaar.' Julian: 'Wat grappig is voor een nummer dat 'Simpel' heet.' Geert: 'Absoluut. Ik houd van dat contrast. Een beladen tekst op lichte muziek. De 'Eternal Sunshine of the Spotless Mind'-gedachte.' Julian: 'Goede film.' Geert: 'Heerlijke film. Maar inderdaad, 'Simpel' flirt met Johnny Cash. Het is een heel eerlijk nummer.' Julian: 'In de nummers 'Brussel' en 'Tussen Brooklyn en Manhattan' gebruik je grootsteden als inspiratie. Zijn die songs vanuit een herinnering aan de steden geschreven, of heb je de steden opgezocht om de songs te kunnen schrijven?' Geert: 'Ik heb de steden niet bewust opgezocht om de nummers af te maken, maar de ideeën zijn wel in de steden ontstaan. Ik was in New York City, en ik vroeg Björn Soenens of hij zin had in koffie. We hadden elkaar daarvoor al enkele keren gesproken. Hij reageerde meteen dat hij tijd had, en alras ontspon een heel rijk gesprek. Op een bepaald moment hadden we het over Amerikanen, en over het feit dat sommige al na vijf minuten hun hele leven vertellen, en dan plots verdwijnen. 's Avonds nam ik de metro terug van bij Björn in Brooklyn naar Manhattan, waar ik verbleef. Ik zag een aantal mensen op de metro als personages, en het idee van 'Tussen Brooklyn en Manhattan' was geboren. Björn heeft later een boek geschreven, 'Dagen zonder Trump', en beschreef zijn ontmoeting met mij in een reeks genaamd 'Kronieken'. Toen zijn boek uitkwam, vroeg hij me of ik een paar nummers wilde spelen bij de boekvoorstelling in Gent. 'Met alle plezier', zei ik. Maar toen wilde ik het nummer wel af hebben, dus dat was een extra aanzet voor mij. Op de voorstelling heb ik het nummer voor het eerst gespeeld.' Julian: 'Je bent nu elf jaar professioneel als muzikant bezig. Als je nu jouw eerste nummers 'God, ik en Marjon' en 'Rocky' terugbeluistert, wat denk je dan?' Geert: 'Ik heb een fijn gevoel als ik die nummers terughoor. De romantiek van de eerste keer hangt er fel aan. 'De eerste keer een plaat maken', 'de eerste keer op de radio', 'de eerste tournee' et cetera. We moesten toen nog veel leren, maar ik voel me er nooit ongemakkelijk bij. Ik ken nu mijn eigen schrijfproces beter, natuurlijk. Nu weet ik beter hoe ik functioneer in het geheel. Toen was ik nog passagier van mijn eigen schrijfsels. Ik wist niet waar ik zou uitkomen. Het titelnummer 'Einzelgänger' is één van de eerste waar ik aan begonnen ben, en één van de laatste die ik heb afgewerkt. Bijna elke strofe is een moment van de voorbije drie jaar. Het was een compagnon de route van het hele schrijfproces. Elk couplet is een hoofdstuk in het brede verhaal. Dat had ik elf jaar geleden niet gekund, denk ik. Het is een positieve evolutie. Ik daag mezelf graag uit bij elke plaat.' Julian: 'Ik ga afronden met een vraag die allicht al honderd keer gesteld is, dus excuses. Was 'Rocky' een echte persoon, of niet?' Geert: 'Haha! Dat hebben ze me gisteren nog gevraagd.' Julian: 'Excuses voor de clichévraag.' Geert: 'Niet erg.' Julian: 'Het gaat niét over Rocky Balboa, hé?' Geert: 'Nee, maar het heeft er wel mee te maken. Ik zat bij mijn goede vriend Lars Van Bambost, de man die mij heeft leren songschrijven, en die zei op een avond: 'Jamaar, Geert, Rocky komt altijd terug'. Die zin bleef hangen. Ik heb ooit een expeditie te paard in de bergen van Colorado gedaan, en de gids zei me: 'Daar, op die heuvel, heb ik ooit mijn beste maat moeten afmaken, omdat ie ziek was' Ik dacht meteen: 'Wow, waar gaat dit verhaal heen?' Maar dan zei ie: 'It was a dog'. Oef, iets minder erg, maar hij vertelde het zo doorleefd, dat het heel mooi werd. Die twee elementen heb ik gecombineerd, tot er een verhaal uitkwam. In de studio met Jo Francken hebben we de te letterlijke referenties aan personen er wel een beetje uitgehaald, om het een soort mystiek te geven. De cirkel was rond toen ik thuis besefte dat de bergen in Colorado ...' Julian: '... 'The Rocky Mountains' heten.' Geert: 'Voilà. Ik zie ons het nummer nog opnemen, heel enthousiast, met een trompetje, en ik die riep: 'Hey, mannen, ik heb een melodietje!' Als ik terugdenk aan die eerste plaat, voel ik die emoties. Maar, opnieuw, ik ben blij als ik de evolutie merk. Ik sta nu anders in het geheel. Het blijft nog steeds intrigerend voor mij. Het is nooit vormelijk, nooit saai. Ik heb 'the crack' van Leonard Cohen kunnen vinden.' Julian: 'En zo zijn we rond. Laatste vraag: Josje Huisman heeft een nieuw nummer genaamd 'Wat doe je nou?'. Had dat geen mooi duet geweest met Buurman?' Geert: 'Haha! Ik zal haar eens bellen.' |
Julian De Backer © 2019 Keys and Chords
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024