28 juli 2015 • Café Den Dorpel Hechtel
Wanneer je als tribute band van een iconische groep naar buiten treedt moet je natuurlijk ook aan een naam denken die er bij past. Fred Klee (Fred Klee Band) opperde het idee om met een tribute band van Crosby, Stills, Nash & Young langs de grote zalen te trekken en verzamelde daarvoor een hoop fijne collega’s rond hem. Eddy Scheepers, Romain Schoonis, Patrick Cuyvers, Jan Ieven en Davy Deckmijn zijn de muzikanten die met hem CSN&Y terug ietwat tot leven moeten wekken voor zover dit natuurlijk nodig bleek te zijn. Met hun tweede studio album ‘Déjà Vu’ (en het eerste met Neil Young - 1970) schreven David Crosby, Stephen Stills, Graham Nash en uiteraard ook Neil Young meteen muziekgeschiedenis. Het begon allemaal eind jaren zestig toen David Crosby en Stephen Stills kennismaakten met Graham Nash (The Hollies) en samen hun eerste titelloze langspeler op de markt brachten die onmiddellijk een groot succes werd. Later kwam Neil Young de groep versterken en ook ‘Déjà Vu’ kende een gelijkaardig succes. Uit één van de nummers van David Crosby werd dan de naam voor deze tribute band ontleend en zo ontstond dus Lee Shore (‘The Lee Shore’ uit de live cd-versie van ‘4 Ways Street’). Tijdens de festival gekte door toch eventjes wat tijd maken om naar Hechtel te trekken voor een kennismaking met deze Lee Shore waar een eerste try-out plaatsvond alvorens naar de grote zalen te trekken. Kennismaken met de bandleden is uiteraard overbodig want ze hebben allemaal wel met de een of andere groep de revue gepasseerd, dus spitsen we ons helemaal toe op wat ze ons gaan laten horen…
Het eerste wat me opviel was dat deze 6-koppige band op een klein podium werd gestationeerd tussen een overmacht aan gitaren en ergens diep verscholen stond ook nog een drumstel. Voor het Hammondorgel van Patrick Cuyvers was er nog juist een plaatsje gevonden en de Leslie (roterende luidspreker) moest dan ook nog als monitor fungeren, van degelijke improvisatie gesproken. Crosby, Stills, Nash & Young, dat betekent ook voor velen onder ons een hoop nostalgie en dat zag je duidelijk aan de talrijk opgekomen fans, of waren het reeds fans van deze Lee Shore? |
Fred Klee liet ons weten dat het concert deels semi-akoestisch, deels elektrisch zou gespeeld worden en met ‘Find The Cost of Freedom’ uit 1971 werd meteen de aanzet gegeven van een denderende avond.
CSN&Y, dan zeggen we ook close-harmony en eerlijk, ik was toch een beetje benieuwd wat deze overjaarse hippie generatie er van zou bakken (excuses aan Jan en Davy). Eerlijk? Het klonk meer dan aanvaardbaar en ik ben er rotsvast van overtuigd dat het in een grotere zaal zelfs geweldig zal klinken. Zelfs wanneer meneer PC aanzet voor ‘Marrakesh Express’ uit 1969 waanden velen onder ons zich weer op Woodstock. Nummers als ‘Teach Your Children (Well)’ van Graham Nash, Neil Young’s ‘Only Love Can Break Your Heart’ uit 1970 en uiteraard ‘Our House’ uit ‘Déjà Vu’ duwden de nostalgie hier naar een hoogtepunt. So far, so good zou ik zeggen en dus benieuwd wat ze met het elektrische gedeelte van de show zouden terecht brengen. Van Jan Ieven vernam ik dat de oefening in Brugge alleen uit het akoestische gedeelte bestond en dat ze er in deze West-Vlaamse hoofdstad een succes mee boekten was niet meer zo verwonderlijk. Bluesman Danny H, van het spijtig genoeg verdwenen ‘t Kanske’ uit Houthalen, had er een maat bij die vroeg op welk instrument Eddy Schepers aan het spelen was… Ofwel was die kerel wereldvreemd maar het kon ook zijn dat hij al aan de ‘reefer’ zat, dus maakte Fred Klee van de pedalsteel er maar een motorblok met snaren van en zo kon er ook al eens gelachen worden. Bij het maken van enkele leuke foto’s kende ik niet dat plezier dat de anderen wel hadden… als we over belichting mogen spreken? ‘Long Time Gone’ was het nummer waarmee het elektrische gedeelte werd begonnen en meteen zaten ze alle zes op de juiste golflengte. Met ‘Wooden Ships’ (1969) kregen we van de 3 gitaren al meteen een hoogstandje aangevuld met een sterk intermezzo van de Hammond B3 in ‘Carry On’. |
Met ‘Almost Cut My Hair’, uit dat legendarische tweede album ‘Déjà Vu’ werd het zelfs een muzikaal hoogstandje doordat Eddy Schepers en Patrick Cuyvers elk een zinderende cyclus voor hun rekening namen en… it was almost a damn shame we couldn’t get a fat boy, want het werd bijna psychedelisch. Met ‘For What It’s Worth’, een nummer dat Stephen Stills schreef voor Buffalo Springfield, kregen we hier zowaar een harmonieuze samenzang van enkele tientallen aanwezigen... there’s something happening here!
Na de protestsong ‘Ohio’ waar Eddy Schepers zich blijkbaar in thuis voelde volgde nog ‘Love The One You’re With’ en zo kregen we ook een quasi perfecte kopie van CSN&Y te horen al moeten we er toch eerlijk aan toe voegen dat de originele zangpartijen moeilijk te evenaren zijn. Toch meer dan genoeg respect voor wat Lee Shore ons hier vanavond heeft laten horen. Aan de presentatie van de eerste encore ‘Cowgirl In The Sand’ van Neil Young is nog een beetje werk maar met de 2de bisser ‘Woodstock’ zijn we weer meteen mee. Knap gebracht en met veel overtuiging, een uitstekende ritme sectie met Jan Ieven en Davy Deckmijn, drie wervelende prestaties met ‘Fred’ Crosby, ‘Eddy’ Nash en ‘Romain’ Stills en de onverbeterlijke inbreng van Patrick Cuyvers en zijn Hammondbeest. Voeg daarbij nog de gevatte humor van Romain en de avond was compleet. Zeker een aanrader wanneer deze Lee Shore in je buurt zou passeren. Voor meer info omtrent deze Lee Shore verwijs ik graag door naar hun Facebook pagina… en wat ruiken we hier buiten ;-)? |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024