|
zaterdag 31 mei 2025
JH Kabal, Puurs Report: Philip Verhaege Foto's: Stefan Meekers © Met dank aan: Duvel Blues |
Het is alweer het laatste weekend van mei. Heel wat bluesliefhebbers trekken dan traditiegetrouw op muzikale bedevaart richting Puurs, St. Amands. Neen, niet alleen voor die geestrijke Duvel….maar voor het Duvelblues Festival. Een traditie die ook wij graag in ere houden, en dit voor een 22ste editie ! Een muziekliefhebber doet op een festival ook al wel eens een ontdekking. Op zich is dat een geargumenteerde reden om de terreinen van Jeugdhuis Kabel een dag te bevolken. Naar goede gewoonte had de organisatie ook dit jaar gekozen voor twee podia. Naast de ‘grote tent’ werd, net zoals vorig jaar trouwens, de Kabalzaal omgeruild voor een tweede concertpodia. Dit alles bleek ook dit jaar alweer de juiste keuze. Duvelblues anno 2025 was dan ook een meer dan geslaagde editie. Laat daar alvast geen twijfel over gestaan!
We begonnen er aan in de grote tent met Blunk. De muzikale erfenis van Blue Blot. Luke Walter Jr. was ooit dé blues hoop in bange dagen voor ons Belgenland. Blue Blot debuteerde een jaar na de oprichting met het album ‘Shopping For Love’ in 1987. In 1996 verloor Luke Walter Jr. een oneerlijke strijd tegen leukemie. Blunk is dan ook waardige Blue Blot Tribute Band. Frontman Luc Simon omringt zich op een podia met heel wat muzikanten. De band opende met Bill Whiters’ Lonely Town, Lonely Street’. En toch was het wachten op hits als ‘Pretty Good’, ‘Who Is He’ en ‘Hold The Line’. Tussendoor spijkerde Buddy Guy’s titeltrack van zijn zesde album ‘DJ Play My Blues’, origineel uit 1982 zich in de setlist. Blunk, een afgeleide van blues en funk. Moet er nog zand zijn….. Robbert Duijf mocht twee korte sets spelen in de kleine tent. Hij die winnaar was van de 2024 European Blues Challenge in het Portugeese Braga. Hij die logischerwijs heel wat ervaring op een podium heeft en zijn gelijke niet kent als het om Delta Blues gaat. Duijf staat garant voor akoestische blues én die nieuwe langspeler ‘Change Myself’ uit 2024. Met zijn rauwe stem heeft Robbert ons al even snel in een wurggreep. Hij koppelt ook hier graag hedendaagse thema’s aan zijn klassieke bluessound. Het contrast met de vorige set van Blunk kon niet veel groter zijn. Strepen moddervette mondharmonica, enthousiaste fingerpicking, Robbert beheerst dit alles. Zijn zoon Rubin speelt double bass én de veelzijdige slagwerker Sjaak Korsten, uit de band Ragtime Rumours, zit uiteraard op de drumstoel. Robbert verraste vriend en vijand met knappe vertolkingen als ‘All Night Long’ en ‘Ticket For The Love Hair’. Hij kreeg iedereen aan het meeklappen op nummers als ‘Falling Of The Wagon’ uit 2018 én ‘She Don’t Know’, wel dat had een lekker gospel vibe. Een intimistische set semi-akoestische Mississippi Hill Country, Deltaboogie- en folkblues. Robbert Duijf, als een muzikale heler omarmt hij Duvelblues..! Big Dave & The Dutchmen hebben net een nieuwe langspeler in de platenkast. Samen met de ritmesectie van Roel Spanjers (piano en zang), gitarist Mischa den Haring én de twee Dordtse broers Darryl op drums en Dusty Ciggaar op bas neemt Big Dave je voorwaardelijk mee op een nostalgische bluesreis. Ze katapulteren je terug naar de hoogdagen van de blues in de jaren vijftig en zestig. Big Dave blaast dan weer traditiegetrouw zijn bluesharp aan flarden. De band die ergens ontstond in 2023 staat garant voor een potje onvermengde Chicago Blues. Met die coole groove van ‘I Dig You Baby’, origineel van Billy Bizer, gingen we terug naar The Windy City. Een diepe basintro gaf afsluiter ‘Screwdriver’ de nodige schwung. Net zoals het swingende ‘So Sweet’ en ‘Never Love Again’ met zijn jazzy vibe knappe hoogtepunten waren. The blues had a baby, and they call it Big Dave..! Josh Smith is ook allang geen onbekende meer bij de doorsnee blues liefhebber. Josh reist de wereld rond als gitarist bij Joe Bonamassa’s band én producet heel wat albums in zijn Flat V Studio in Los Angeles, CA. Smith wordt aanschouwd als een van de beste hedendaagse bluesrock gitaristen. Aan het begin van zijn carrière stond hij twee jaar lang in het voorprogramma van B.B. King en speelde met gitaargrootheden als Jimmy Thackery, Tinsley Ellis en Lucky Peterson. Met bassist Travis Carlton en drummer Lemar Carter heeft Smith een soort supergroep rong zich heen verzameld. Vanaf de eerste noot domineerde Smith het podium met een fenomenale beheersing van zijn gitaarsnaren dito vocalen. Hij was één met zijn gitaar, intens verbonden met zijn ritmesectie. Hij opende met twee uitgesponnen instrumentale songs als interludium voor zijn showcase. Het aangezien steeg meer dan gestaag, hij die moeiteloos monden deed openvallen bij vele Duvelblues bezoekers. ‘Letting You Go’ was een heavy funky bluesrocker uit de plaat ‘Burn To Grow’. Met ‘The Middle’ werd een zeldzaam maar welgekomen rustpunt gecreëerd, ‘Penace’ was zowaar een publiekslieveling dat werd geaccordeerd met krachtige gitaarriffs én ‘Paying The Cost To The Boss’ ontleende Josh voor de gelegenheid bij B.B. King. Josh Smith, een soulvolle gitaarduivelskunstenaar…. |
Early James ontluikt in de kleine tent. Bluegrass, folk, blues en alt-country, nummers die tekstueel modificeren met vrij humeurige associaties. Zijn stem is uniek, omgeven door dat ruwe en korrelige. Voor zijn release ‘Medium Raw’, James derde langspeler, dook hij de studio in met Dan Auerbach. James schreeuwt en jammert alsof hij een oude ziel kanaliseert. In de song ‘Steely Knives’ tokkelde hij graag op zijn akoestische gitaar. En tussen set opener ‘I Got This Problem’ met zijn stampende blues en het afsluitende ‘Dig To China’, wat dan weer een swampy song bleek te zijn, schuilde heel wat moois. En ook die diepe bluesgroove van ‘Tumble Weed’ en ‘Mama Can Be’ bleven eindeloos aan de ribben plakken. Om dit alles te divergeren met de swampy bluesballade ‘Straight Jack For Two’. Early James spreekt zijn woorden vaak wat onduidelijk uit, én net dat injecteert heel wat authenticiteit in zijn showcase.
‘The Queen of The Blues’ Shemekia Copeland mocht de grote tent leven inblazen. Shemekia, wat een prachtige voornaam trouwens, had de zware erfenis van haar vader Texas blueslegende Johnny ’Clyde’ Copeland om dragen. Maar ze heeft haar eigen weg geplaveid, een eigen sound ontwikkeld. Copeland is winnaar van de 2021 Blues Music Award als ‘B.B. King Entertainer Of The Year’. Ze verhaald in haar lyrics de knoertharde realiteit. Al even vaak met persoonlijke waarheden, die van een jonge Amerikaanse zwarte vrouw. Een vrouw die tevens moeder en een echtgenote is. Maar Shemekia houdt ook van leuke tijden, en ook dat weerspiegeld zich makkelijk in haar muzikaliteit. Heel wat nummer kwamen dan ook uit de langspeler ‘Blame It On Eve’ uit 2024. ‘Tought Mother’ was een vroeg uitgesponnen hoogtepunt. Maar Copeland hield ons makkelijk bij de les met de mid-tempo bluessong ‘Would You Take My Blood’, een ode aan haar vader, én de soulballade ‘Cadillac Blue’. De titeltrack ‘Blame It On Eve’ was een zwoel accuraat nummer, ‘Ghetto Child’ een lied uit het rijkelijke oeuvre van pa Johnny, ‘Beat Up Guitar’ accordeerde ons naar de diepe Delta om te termineren met de sing-along song ‘It’s 2 A.M’. Heerlijk… De laatste act in de kleine tent was weggelegd voor Jerron ‘Blind Boy’ Paxton. Hij is een van de zeldzame hedendaagse Afro-Amerikaanse artiesten. En dit op amper 36-jarige leeftijd. Op zestienjarige leeftijd verloor hij het grootste deel van zijn gezichtsvermogen. Ragtime, countryblues, een vleugje hokum, het vormt de basis voor zijn set. En alles wat hij speelt klinkt geweldig. Paxton is geestig, speelt graag in op wat er rond hem gebeurt in een venu. Als een volleert entertainer brengt hij zijn act tot leven. Voor het instrumentale ‘Arkansas Traveler’ haalde hij graag zijn banjo boven, haalt het tristesse in ons boven met nummers als ‘The Story Of Wild Jones’ en ‘Tombstone Disposition’ én als een volleerd treinbestuurder leidde hij ons doorheen dat bluesharp aangedreven treinritme. Het nummer bracht ons in geen tijd weg van de negorij waar het leven vaak een dead end was. Jerron ‘Blind Boy’ Paxton, The Next Generation of the Acoustic Blues! Ian Siegal meets Johnny Mastro mochten als afsluiter fungeren in de grote tent. Ian Siegal die werd geboren in Portsmouth, Engeland is de afgelopen twintig jaar wel vaker hoofdact geweest op wereldwijde festivals. Hij die ook talloze prijzen en onderscheidingen heeft verzameld, waaronder ‘Best British Singer’. Als soulvol, stilistisch en flexibele artiest ontmoet hij Johnny Mastro uit New Orleans. Een zeldzame interactie tussen twee disparate artiesten. ‘Tall and Tight’ was heerlijke swamp blues, ‘Quick To Gun’ werd vertolkt door Mastro én ook ‘I Won’t Cry No More’ was van ritmische bovenaardse orde. Ian Siegal’s whiskey doordrenkte vocalen en diffuse gitaarriffs accordeerden ook hier perfect bij een van de meest rauwe bluesharp approaches in de muziekscene. Johnny Mastro’s vette mondharmonica drijft vaak de band aan, creëert een stuwend én origineel geluid, een sound waarmee hij de muziek tot het uiterste instigeerde. En dat alles synthetiseerde feilloos met Ian Siegals gave en bedwelmende sound. Dé perfecte afsluiter voor Duvelblues anno 2025… |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2025