Day 2 • 11 juli 2012 • Festivalterrein Gierle
Na een schitterende eerste dag kon het feest nu pas echt beginnen. Nieuw was dat de organisatoren voor een derde podium hadden gezorgd, nl. de Newcomers Stage. Een goed initiatief zo bleek, want hier kregen beginnende bands de kans om zich aan een groter publiek te tonen. Traditiegetrouw focusten wij ons ook dit jaar weer op de optredens in de Titty Twister, al waren er op de Main Stage enkele gigs die onze volle aandacht opeisten.
Eén van die bands was Lisa And The Lips. De onder een geweldige haardos schuilgaande Lisa heeft een enorm stembereik waarmee ze rock, soul en rhythm & blues moeiteloos uit haar keel perst. De strak presterende band achter haar stuwt haar meedogenloos naar de top. Bij momenten durven wij haar zelfs te vergelijken met die andere grote zwarte zangeres, Aretha Franklin. Haar opzwepende versie van het door Freddie King bekend gemaakte, maar oorspronkelijk van Don Nix zijnde ‘Going Down’ was een versie die we ons nog lang zullen herinneren. In de gaten houden die Lisa And The Lips! Nog zo eentje die ons onmiddellijk bekoorde was Southern Culture On The Skids. Met haar blauw gekleurde haren zag frontvrouw en tevens bassiste Mary Huff er als een echte diva uit. Maar dit was niet de enige eyecatcher, want ook gitarist Rick Miller wist met zijn opvallende ‘customized’ Danelectro een deel van de aandacht naar zich toe te trekken. Samen met drummer Dave Hartman is Southern Culture On The Skids een trio dat iedere muziekliefhebber moeiteloos voor zich weet te winnen. Hun muziek omschrijven ze als hillbilly surfrock en inderdaad zowel hillbilly als surf en rock vormen de hoofdbestanddelen van hun doordringende songs. Nummers als ‘Nitty Gritty’, ‘Soul City’ en ‘My Baby’s Got The Strangest Ways’ waren maar enkele hoogtepunten in hun ronduit imponerende set. Over naar de Titty Twister waar de Nederlandse The Tinstars met gitarist Dusty Ciggaar en gaste Ruby Pearl de zaterdagse spits mochten afbijten. De bands waarin Dusty schittert zijn moeilijk nog op één hand te tellen, en alhoewel hij een fenomenaal gitarist is, treedt hij zelden op het voorplan. Zijn enige doel is om de band naar een hoger niveau te tillen en dat deed hij ook hier weer. Authentieke rock & roll mixen The Tinstars vakkundig met surf en een snuifje hillbilly. De bekende en minder bekende covers samen met eigen werk, katapulteerden je meteen terug naar de gloriejaren van de ‘wild rock & roll’. Voor old school hillbilly en western swing ben je bij de eveneens uit Nederland komende Annita & Her Starbombers aan het juiste adres. Wij zagen de band reeds meerdere malen aan het werk en het mag gezegd worden dat dit duidelijk eentje van hun betere sets was. Annitas stem leent zich duidelijk voor dit genre en haar Starbombers mogen zich ontegensprekelijk tot de beste western swingbands rekenen. Met het swingende ‘The Honeymoon’s Over’ en het door The Everly Brothers bekend geraakte ‘Love Is Strange’ bewezen Annita And Her Starbombers dat ze hun internationale bekendheid meer dan waard zijn. Harmonica Sam is dan weer het levend bewijs dat Zweden de rootsmuziek hoog in het vaandel draagt. Regelmatig treedt Sam op met de eveneens uit het land van Volvo en Ikea komende The Domestic Bumblebees, maar nu toonde hij zijn liefde voor de country. In een oogverblindend countrypak gestoken zag Harmonica Sam eruit alsof hij recht uit de Grand Ole Opry kwam, terwijl de mondharmonica ingeruild werd voor de akoestische gitaar. In ‘Changing Her Thinking’ en ‘Storm Within My Heart’ gaf Sam, gesteund door schitterende pedalsteelklanken, op sublieme wijze gestalte aan het vaak ietwat melige karakter van de old school country. Sams muzikale toekomst ligt volgens mij duidelijk in ‘the country side’. |
Ondertussen werd het weer tijd voor het ruigere werk en daar zouden Jake Calypso & His Red Hot voor zorgen. Jake is momenteel ongetwijfeld ‘the wildest man in rock & roll’. Heupwiegend, op de knieën vallend, kruipend over het podium, het hoort allemaal bij een optreden van de tevens jodelende en grommende Jake Calypso. Zo ruw en ongepolijst als zijn bewegingen zijn, zo is ook zijn rock & roll. De songs werden tot op het bot gestript zodat alleen de ruwe bolster overeind bleef. Rock & roll op hoge snelheid, a real ‘rock & roll train’! Moest Elvis momenteel zijn eerste muzikale stappen zetten dan zou het zeker in de ‘Calypso’ stijl zijn.
Nog zo iemand die de bewegingen van Elvis tot in de puntjes bestudeerd heeft is de Canadees Bloodshot Bill. Zelfs zijn gelaatsuitdrukking refereert naar de King en dat is helemaal niet pejoratief bedoeld. Zijn oude bekraste gitaar heeft de fifties overleeft en Bill zwiert ze in alle mogelijke richtingen. Dat Elvis scoorde bij de vrouwelijke fans is algemeen geweten en ook Bills performance was een magneet voor vrouwelijk schoon. Graag een trip naar de hoogdagen van de early rock & roll? Boek Bloodshot Bill! Walter Broes was jarenlang de frontman van The Seatsniffers en momenteel staat hij veelvuldig geafficheerd als WB & The Mercenaries. Rockabilly, rock & roll en rhythm & blues zijn de vijvers waarin Broes en zijn mannen graag zwemmen. Als Broes een cover speelt is dat geen cover meer maar een eigen song. Om maar te zeggen dat je een song kan coveren maar dat je een song ook kan personaliseren. En dat laatste is een kolfje naar Walters hand. Ondanks het feit dat WB & The Mercenaries een prima band is, laat het heimweegevoel naar The Seatsniffers ons toch nog niet los. Hou je naast rootsmuziek ook van verkleedpartijen dan zijn The Space Cadets jouw ding. De fifties hadden de ruimtepakken dragende The Spotnicks en nu zijn er dan The Space Cadets. Hun naam deden ze trouwens alle eer aan met hun uniformpjes. Het leek wel of hun ruimtetuig reeds op hun stond te wachten, maar dat ze vooraleer hun trip aan te vatten nog eventjes een contractje moesten afwerken. Niet dat de heren Cadets er zich vlug vanaf maakten, integendeel zelfs. Leadgitarist Mark Harman en Paul Harman op staande bas kennen we van de neo-rockabillyband Restless. Met The Space Cadets gooien de heren het meer over een ‘ruimtelijke’ boeg, waarmee de term ‘astrobilly’ meteen een feit is. Met de instrumentale opener ‘Cadet Walk’ startte de trip. Een trip die zowel muzikaal als humoristisch hoge toppen scheerde en bovendien interactief was. Het door het publiek naar het podium gegooide plastic waterpistool werd door zanger Mouse Zinn perfect geïntegreerd in de show. Van vakmanschap gesproken! Was Heavy Trash de afsluiter in de Titty Twister dan bleek toch dat de grote massa gekomen was om Imelda May het licht te zien doven op de Main Stage. De uit Dublin komende May is van oorsprong eigenlijk een jazzzangeres, met tevens een voorliefde voor rockabilly. Zij brengt echter geen pure rockabilly maar veeleer een ‘pop meets rockabilly’. Haar relatie en later haar huwelijk met haar leadgitarist en snarenvirtuoos Darrel Higham gaf een boost aan haar muzikale carrière. Albums als ‘Tribal’, ‘Mayhem’ en ‘More Mayhem’ gingen vlotjes over de toonbank, waarbij ‘Mayhem’ zelfs piekte op 400.000 verkochte exemplaren. De optredens volgden mekaar in sneltempo op en brachten haar naar alle hoeken van de wereld. Zelfs hoogzwanger stond ze in mei 2012 nog op het podium van de Rootsnight in Turnhout. Nu drie jaren later mocht ze dus op Sjock aantreden. Opener ‘Tribal’ was meteen het startschot voor een ‘best of’. ‘Love Tattoo’, ‘Wicked Way’, ‘Zombie Girl’, ‘Mayhem’ en ‘Johnny Got A Boom Boom’ galmden na middernacht over de wei. Toen Imelda destijds voor de eerste maal ‘Spoonful’ van Willie Dixon hoorde, maakte dat een zodanige indruk op haar dat de song ook op dit festival nog haar playlist sierde. Alleen jammer dat Darrel Higham niet de leadgitarist van dienst was. Zijn vervanger kweet zich aardig van zijn taak, maar wij konden ons toch niet van de mening ontdoen dat Darrel toch net voor dat ‘tikkeltje meer’ zorgde. Niettemin zorgde May voor een prima optreden! |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024