cd reviews
Componist/multi-instrumentalist Matt Brookins is het brein en stichtend lid van Odin's Court, een Amerikaanse prog metal band die met 'Turtles All The way Down' zijn zevende studio-album op ons loslaat. Naast Matt bestaat de rest van de huidige line-up uit vocalist Dimetrius LaFavors en gitarist Rick Pierpont. Tal van gastmuzikanten werden aangezocht om hun steentje bij te dragen om 'Turtles All The Way Down' te voltooien. Dat gebeurde in de studio van Matt zelf: de D2C Studios. Dertien tracks vind je terug op dit gloednieuwe album. Het titelnummer, althans het eerste deeltje ervan, opent dit album. Later komen nog twee deeltjes van het nummer langs en als je ze achter elkaar beluistert bekom je een zo goed als instrumentaal nummer waar je enkel in de achtergrond wat gesproken tekstfragmenten waarneemt. En, om heel eerlijk te zijn, het zijn drie stukjes muziek die het album niet echt veel goeds doen. Stukken beter zijn de overige tracks die wel de moeite waard zijn om de veelvuldige melodieuze gitaarkronkels die zowel Matt als Rick hier tentoon spreiden, maar ook door de mooie, krachtige en soepele vocalen van Dimetrius. 'And The Answer Is …' vormt samen met '… But What's The Question' een mooi tweeluik, terwijl 'Insomnia' daar met vrij gevoelige vocalen een mooi vervolg op maakt. Het mooie, melodieuze en instrumentale 'The Dephts Of Reason' komt dan vlak voor het zwakke tweede deeltje van het titelnummer die eigenlijk echt wel de “swung”, de vaart uit het album haalt. Gelukkig is 'The Warmth Of Mediocrity' opnieuw een heel stuk beter. De ballade '(A Song For) Dragons' opent akoestisch en kabbelt rustig verder naar zijn einde op de tonen van mooi toetsenwerk. Een stuk steviger gaat het er aan toe in 'The Death Of A Sun' al als de gitaarsolo heel rustig, kalm en suikerzoet te noemen. Dan is het korte maar uiterst vlotte en uptempo gebrachte instrumentale 'Back Where The Daffodils Grow' meer naar mijn smaak. Met 'Life's Glory' krijgen we nog een ballade voorgeschoteld. Opnieuw is er een akoestische intro al wint deze track wel wat aan kracht en tempo, waarna het (opnieuw overbodige) derde deel van het titelnummer langs komt. Eindigen doen de heren met het meer dan zeventien minuten durende 'Box Of Dice (Does God Play)', dat, zoals het echt hoort in het genre, bol staat van tempo en ritme wisselingen en voor de echte prog fanaat waarschijnlijk met lengtes tot beste track van dit album zal worden uitgeroepen. Echte liefhebbers van prog rock (metal) zullen dit waarschijnlijk een erg aangenaam schijfje vinden. Toch vind ik persoonlijk dat het album te weinig om handen heeft om volledig te boeien en te overtuigen. Luc Ghyselen (3½)
0 Opmerkingen
Je opmerking wordt geplaatst nadat deze is goedgekeurd.
Laat een antwoord achter. |
|