KEYS AND CHORDS
  • HOME
  • OUR TEAM
  • COMING EVENTS
  • ALL CONCERT REPORTS
  • NEWS BLOG
  • CD REVIEWS 2022
  • HARDROCK & HEAVY CD REVIEWS
  • BOOK REVIEWS
  • DVD REVIEWS
  • INTERVIEWS / ARTICLES
  • DISCLAIMER / COPYRIGHT POLICY
  • CONTACT PAGE
  • JAARLIJSTJES 2021

CONCERT REPORTS

blues peer • 18/15/201 juli 2014 • festivalterrein peer

21/7/2014

 
Verslag: Cis Van Looy • Foto's: Alfons Maes ©


Afgelopen weekend beleefde Blues Peer zijn dertigste editie. Het festival, in 1985 opgestart als Belgium Rhythm ‘n’ Blues Festival had gedurende achtentwintig edities een vaste stek op de voetbalterreinen van de Deusterstraaat en bouwde op een ondertussen behoorlijk verruimd bluesprofiel een reputatie op. De noodgedwongen verhuis naar een terrein even verderop in dezelfde straat ging gepaard met een verbeterde infrastructuur met meer comfort voor de festival bezoeker en op dezelfde locatie passeerden dit afgelopen weekend achttien artiesten.
De affiche van de jubileumeditie was grotendeels opgebouwd met namen die in het verleden al eens of zelfs meerdere keren op het podium in Peer passeerden. Dat was niet anders voor Rusty Roots, het uit Peer afkomstige kwartet mocht vrijdagavond de spits afbijten. In 2005, nauwelijks een jaar na hun oprichting deden ze hetzelfde en ook in 2011 waren ze present op de openingsavond. Helemaal terecht overigens, ook nu weten ze het binnen sijpelende publiek te overtuigen. Op hun recente werkstuk ‘Your Host’ worden nog meer dan voordien de afgebakende bluespaden verlaten en is er onder impuls van producer Mario Goossens (Triggerfinger) een duidelijke evolutie merkbaar naar een rauwere benadering met wortels in de jaren zeventig. Dat weerspiegelt zich niet alleen in een robuuste rocksound. Frontman Jan Bas imponeert met zijn hoge krachtige zang en vormt met ritmische uithalen op zijn zwarte Eastwood een perfecte ondersteuning voor de gitaarescapades van Bob Smets. In ‘Better Lover’ komt de gitaartandem op kruissnelheid. De ritmesectie laat zich evenmin onbetuigd. Een stevige basintro gaat vooraf aan ‘Backdoor Man’ en in het machtige, op breed uitwaaierende Youngneske snarenfuzz gebouwde epos ‘Fades Out’ toont het plaatselijke kwartet nog eens zijn intrinsieke klasse. Als toegift wordt nog iets uit het bluesverleden opgediept. Het bijzonder toepasselijke van BB King geleende ‘How Blue Can You Get’. Het blijft een hachelijke onderneming een festival openen terwijl het gros van de bezoekers nog onderweg is of zich nog moet installeren maar Rusty Roots klaart de klus voortreffelijk.

Wellicht de jongste formatie die ooit in Peer aantrad. The 45’, de vier piepjonge snaken uit Carlisle in het Noord-Westen van Engeland, nauwelijks zestien toen ze twee jaar geleden hun gezamenlijke interesse voor blues en de Britse R&B ontdekten en een groepje opzetten. In hun thuisland nam Wilko Johnson, de oorspronkelijke gitarist van Dr. Feelgood ze nog mee op zijn afscheidstournee. Vanaf de eerste gespeelde noot is het duidelijk waarom. Zoals hun naam aangeeft zweren ze bij de kracht van nummers die de drie minuten grens nauwelijks overschrijdt, een soort van gebalde energie die we destijds bij Britse Mods aantroffen, de muziek van de Small Faces en The Who maar vooral de verrichtingen van de jonge Stones en pubrockers als Dr. Feelgood flitst door ons hoofd. Het is niet alleen die muzikale erfenis, ook de compromisloze attitude en vooral de branie, zanger James Green heeft zelfs iets van een jonge Jagger. Het is vooral die gretigheid en tomeloze inzet waarmee hij samen met gitarist Tom Hamilton en de twee andere kompanen door de set raast. Na een verschroeiende harmonica-intro volgt ’Devil Of A Woman’. De gitarist neemt een nummer voor zijn rekening en vervolgens passeert ‘It Ain’t Over, het hitsige titelnummer van de single. In ijltempo passeren, rockende door staccato en flitsend overrompelend gitaarwerk aangedreven nummers zoals het nerveuze, uit de Dr. Feelgood archieven gelichte Leiber en Stoller kraker ’Im A Hog For You Baby’ maar ook Muddy Waters‘ ‘Mannish Boy’. 
Picture
Elvis Costello
Picture
Rusty Roots
Picture
The 45's
Picture
Elvis Costello
Daarna zorgde de fransoos Nico Portal en zijn Rhythm Dudes met swingende R&B uit een ver verleden nog voor spetterende set in afwachting van Elvis Costello. 

Costello bouwt nu al sinds de tweede helft van de jaren zeventig aan een zowel wat omvang als verscheidenheid betreft imposant oeuvre dat nevenprojecten, soundtracks en samenwerkingsprojecten inbegrepen ondertussen zo’n drie dozijn werkstukken omvat die zowat alle mogelijke genres omvatten.
We hebben deze Grote Meneer al meerdere keren aan het werk gezien, stomende concerten met The Attractions en recent met zijn tot The Imposters omgedoopte begeleidingband. Zowat een kwarteeuw geleden stond de toenmalige ’angry young man’ moederziel alleen op het grote podium van Rock Werchter, destijds nog zonder hoedje. In Peer zien we de man opnieuw zonder trio maar wel met zijn sinds enige tijd onafscheidelijke hoofddeksel, voor de gelegenheid een zomers exemplaar en een indrukwekkend arsenaal vintage gitaren. Met ‘Red Shoes’ dat tot een trio uit de beginperiode behoort en galmende gitaar trapt hij vinnig af. Costello’s allereerste song ‘Radio Sweetheart’ is met flarden uit ‘Jackie Wilson Said’ gelardeerd en het publiek gaat even moeiteloos mee in een zwaar met feedback overstuurde ‘Less Than Zero’ en de onverslijtbare reggaebeat van ‘Watching The Detectives’. Helaas worden intimistische parels als ‘Good Year For The Roses’, ‘Alison’ een fraaie whistlesong en ‘New Amsterdam worden minder geapprecieerd en genadeloos overstemd door het rumoer van de grote tent. Evenals destijds de nukkige Ier Van Morrison begint Costello het publiek een beetje uit te dagen. En zet zich helemaal vooraan op de rand het podium en brengt nog meer ingetogen werk zoals ‘Almost Blue’ dat duidelijk niet aan het bluesminded publiek besteed is. Het aan de piano gebrachte Falkland epos ‘Shipbuilding’ brengt evenmin redding in de ondertussen leeglopende tent en even later stuurt Elvis zijn overgebleven fans zonder toegift de zwoele zomernachtnacht in.


Dag twee staat in het teken van de vrouwen in de (hedendaagse) blues. De jonge gitariste Joanna Shaw Taylor is aan de laatste nummers van haar set bezig. Echt boeiend kan je haar set niet noemen. Het klinkt allemaal een beetje overstuurd en vooral overspannen. Nadien zien we nog een andere blonde gitaarchic, de uit Servië afkomstige Ana Popovic timmert al enkele jaren flink aan de weg en is ondertussen op zowat op alle grote festivals gepasseerd. Ze speelt eveneens een niet onaardig stukje gitaar maar zoals dat ook bij talloze snarenridders het geval is vallen de vocale prestaties wat tegen.
Picture
Ana Popovic
Picture
Sonny Landreth
Picture
Joanna Shaw Taylor
Picture
Deitra Farr
Deitra Farr, een zangeres met een verleden bij Mississippi Heat speelt geen gitaar, dat laat ze over aan de bij bluesliefhebbers niet onbekende Alex Shulz met een verleden bij onder andere Rod Piazza’s Mighty Flyers, terwijl Raphael Wressnig de toetsen van zijn Hammondorgel vakkundig bepotelt en voor de basstructuren zorgt. Het duo wordt bovendien geflankeerd door een blazerssectie en een drummer en laten zich Soul Gift noemen, geen loze belofte zoals blijkt in de aanstekelijke funky intro uitvoerig gedemonstreerd wordt. Een perfecte inleiding voor de bluestante uit Chicago op. In tegenstelling tot de meeste zwarte zangeressen van haar generatie verwoord Farr haar emoties in zelfgecomponeerd werk waarin ze soul met blues vermengt. Dat lukt ook, op het podium met Soul Gift wonderwel getuige een koortsig ‘Bad Company’ en ‘Anyway But Here’ maar de lijvige dame bladert ook even in het grote blues boek met een versie van Big Maceo Merriweathers ‘Worried Life Blues’. De sombere Chicago blues contrasteert fel met een uitgelaten ‘The Search is Over’.

Voor The Paladins wordt het een ware triomftocht. Het trio uit San Diego pakte in ’89 het publiek moeiteloos in, begroette in ’99 en 2011 opnieuw hun trouwe aanhang in Peer en namen ook nu moeiteloos een legioen aanhangers op sleeptouw met hun stevig rockende Billy. Sinds het uit 2003 daterende werkstuk ‘El Matador’ hebben Dave Gonzalez en zijn kompanen geen nieuw studiowerk meer afgeleverd. De setlist week nagenoeg niets af van de vorige passages maar dat hoeft ook niet. Thomas Yearsley, de man met de contrabas, komt in ‘Daddy Yar’ even op het vocale voorplan ‘Goin’ Down To Big Mary’s’ het blijft aanstekelijke stuff. “Follow Your Heart” schreeuwt Gonzalez in de gelijknamige song van Ronnie Earl en dat doen de hondstrouwe fans met een spontane daverende ovatie en ze krijgen vervolgens nog prijsbeesten als ‘Let’s Buzz’, ’15 Days’ en ‘Right Track’ voorgeschoteld door hun sympathieke helden. Voor een toegift is helaas geen ruimte meer. Sinds de passage van Van Morrison, die de tapkranen liet afsluiten, hebben we zo’n fluitconcert niet meer meegemaakt in Peer. 

Sonny Landreth wordt alom geroemd als slidekoning en maakte lange tijd deel uit van John Hiatts Goners en is bovendien een veelgevraagd sessieman. Ondertussen volgt de man, die vanuit Mississippi in bij de Louisiana verzeilde zijn eigen weg met zijn signature slidespel dat sterk naar de locale swamps ruikt. De eerste nummers worden helaas verstoord door een iets te diep brommende bas. Het wordt vooral voor liefhebbers met muzikale aspiraties een geslaagde set maar na een tijdje wordt het toch wat teveel van het goede. Dat beseft ook Landreth en hij roept Anna Popovic terug op het podium voor een slideduel terwijl Layla Zoe de zangpartijen voor haar rekening neemt in ‘Walking Blues’. 

Presentator Jan De Smet, die telkens voor een aangepaste muzikale inleiding zorgt, haalt opnieuw zijn trekzak boven om Los Lobos te introduceren. Het chicano combo uit East LA weet telkens een feestje te bouwen en dat gebeurt ook nu. De wolven met gitaartrio Hidalgo, Perez, Rosas, bassist Lozano en saxman Steve Berlin zijn ondertussen een beetje grijzer maar het muzikale pallet blijft bijzonder kleurrijk. Er wordt moeiteloos overgeschakeld van de Spaanstalige nortena roots naar stevig rockend werk. Sonny Landreth wordt even op het podium gehaald en Raphael Wressnig zet zich aan de Hammond tijdens een merkwaardige medley waarin ‘Can’t Understand It’ naadloos met ‘Papa Was A Rolling Stone’ en latin klassieker ‘Oye Come Va’ wordt verweven. Een dreigend ‘Down The Riverbed’ en het intrigerende ‘Kiko and The Lavender Moon’ hebben na al die jaren nagenoeg niets aan sterkte ingeboet. Vervolgens huppelen rockende stampers als ‘Georgia Slop’ en ‘I Got Loaded’ haasje over met Spaanstalige meezingers en als we naar de parking wandelen, gaat het feestje in de tent nog even verder.
Picture
The Hightones
Picture
Jimmie Vaughan
Picture
The Paladins
Picture
Los Lobos
Picture
Los Lobos
De nachten zijn kort in Peer. Op het middaguur trappen The Bluesbones af onder een loden hemel. Twee jaar geleden kaapte de door zanger Nico aangevoerde formatie de publieksprijs weg op de Belgische uitgave van The Blues Challenge en ook nu weten ze vroege festivalgangers te charmeren met een stevige portie bluesrock. Er is niet alleen de forse frontman Nico De Cock die over een krachtig stemtimbre beschikt, de gitaartandem waarin de getalenteerde Stef Paglia bijzonder veel ruimte krijgt naast Andy Aerts en imponeert in een repertoire dat tussen bluesslijpers, rockende blues en boogie pendelt.

Uit de rijke Scandinavische muzikale scène duiken regelmatig interessante nieuwkomers op. Zoals The Highttones , een kwartet uit het Zweedse Karlstad. Pierre Sjöholm en zijn vrienden speelden zich in de kijker op The European Blues Challenge en we weten nu waarom. Een stevige compromisloze portie blues die naast het snarenspel van Sjöholm door de verrichtingen van een zich uitslovende harmonica man worden ingekleurd.

De volgende naam op de affiche hebben we vooraf al met dikke stift omcirkeld in het programmaboekje. Nikki Hill hebben we al eerder aan het werk gezien op Moulin Blues en waren er getuige van hoe ze daar de tent moeiteloos inpakte met haar wervelende show.
Ook zonder glitterjurk toonde de zwarte zangeres uit North Carolina zich een flamboyante diva die tussen haar eigen werk graag in het grote rock and en soulboek bladert. Ze wordt daarbij voortreffelijk ondersteund door haar man Matt een Telecastervreter die naast forse rock ook met soulvolle licks overweg en zich zelfs met een ska riedeltje op de proppen komt. Een snuifje Little Richard is nooit te versmaden, Hill toont zich een volleerd adept van Wanda Jackson in rauwe gespierde uithalen bij ‘The Girl Can’t Help It’ maar ze toont zich eveneens een onvervalste soultante in old school R&B als ‘I know’ of een fraaie soulslijper. In een broeierig ‘Struttin’’ mag haar levenspartner nog eens sprankelende gitaarloopjes deponeren en vervolgens trakteert Nikki ons met haar Texaanse favoriet ’Who Where You Thinkin’ Of?’. In Berry’s ‘Sweet Little Rock and Roller’ gaat zowat de hele tent plat. Deze fraaie jongedame is ongetwijfeld de revelatie van Blues Peer dit jaar.

Aan de vorige passages van Guy Forsyth bewaren we goede herinneringen. Tegenwoordige laat de man die ook met The Asylum Street Spankers furore maakte, het gitaarwerk over aan gitarist George Rarey zodat hij zich voluit op zijn harmonica kan concentreren. Forsythe bladert tot grote vreugde van het publiek terug naar de begindagen met het vertrouwde werk uit ‘High Temperature’ Het met een onderhouden verhaaltje ingeleide ‘Taxi’ en een potent ‘Don’t Turn Me In’, met dat rockende loopje en tempoversnelling behoren nog altijd bij de hoogtepunten van zijn energieke set.
Picture
Nikki Hill
Picture
Seasick Steve
Picture
Nikki Hill
Picture
Seasick Steve
Ook aan meer puristisch ingestelde blueslui is dit jaar gedacht. Chicago Blues A Living History is opgezet als zo’n ouderwetse revue waarin verschillende artiesten acte de presence geven. Matthew Skoller, zelf geen onverdienstelijk harmonicaspeler, is de ceremoniemeester van dienst en mag de muzikale gasten, telkens zwarte blueslui uit The Windy City voorstellen. Het is nochtans de blanke Johnny Iguana die de spits mag afbijten met sprankelende pianoblues. Billy Boy Arnold flankeerde ooit Bo Diddley maar maakte furore met ‘I Wish You Would’ dat hij in 1955 uitbracht en we nu bijna zestig later in Peer voorgeschoteld krijgen. Een van die andere Billy’s uit de revue, in de backingband, doet gitarist Billy Flynn bijna onopgemerkt subtiel zijn werk, Billy Branch is eveneens een getalenteerde harmonicaman uit Chicago. Hij wordt binnenkort 63, heel wat jonger dan Boy Arnold en dat is merkbaar in meer gespierd harmonicawerk bij fijne interpretaties uit het repertoire van Jr. Wells en James Cotton. Van het gitaristenkransje Lurrie Bell, en Carlos Johnson maakt John Primer, de afgetekende senior van het trio, ongetwijfeld de vitaalste indruk. 

Altijd een fan geweest van het efficiënte gitaarspel van Jimmie Vaughan. Helaas meent de getalenteerde Texaan uit Dallas dat hij sinds hij uit de destijds fabuleuze Thunderbirds stapte ook moet zingen. Helaas een serieuze misrekening. In de instrumentale intro is niets aan de hand, het snarenwerk klinkt nog even puntig als de tippen van zijn Texaanse boots en op de begeleidingband met onder andere tweede gitarist Billy Pittman, de ritmesectie met George Rains en Billy Horton is evenmin iets aan te merken maar in de zangpartijen gaat het fout. Het is eigenlijk geen echte zang maar eerder een zangerig parlando dat we te horen krijgen. Tot overmaat van ramp kan ook Lou Ann Barton, die ooit bij mijn favoriete zangeressen hoorde, niet meer overtuigen ondanks het nog steeds onnavolgbaar lekker uitgekauwde Texaanse accent. Jimmie pakt uit met een beproefd trucje, de gitaar in de nek bespelen en scoort ook met ‘Six Strings Down’, een ode aan zijn veel te vroeg overleden beroemde jongere broertje Stevie Ray, waarin ook andere gitaargoden geëerd worden. “Heaven just calls another bluestringer back home.” Hoe kan je die tragedie beter eren als met een denderende versie van ‘Texas Flood’, die meteen op een daverende ovatie onthaald wordt.

Hoe het zou geworden zijn met de oorspronkelijk geprogrammeerde superster Jeff Beck zullen we nooit te weten komen. Zijn vervanger Seasick Steve kan in ieder geval op bijzonder veel appreciatie rekenen. Niet geheel onterecht met zijn rudimentaire benadering van de blues en zijn immer relativerende, doodeerlijke attitude en vooral de bijhorende interactie met het publiek verdient de man dat dubbel en dik en hij sluit de dertigste editie met een gezellige set af.

Reageren is niet langer mogelijk.

    Archives

    Januari 2015
    December 2014
    November 2014
    Oktober 2014
    September 2014
    Augustus 2014
    Juli 2014
    Juni 2014
    Mei 2014
    April 2014


    Categories

    Alles
    20 Years Magasin 4
    Aarschot Rockt
    Alan Glen & John OLeary All Stars
    Alcatraz Metal Festival
    Angel Olson
    Anna Aaron
    Antoine Goudeseune
    At The Gates
    Back To The Sixties
    Beck
    Belgian Quo Band
    Binkom Blues
    Blackberry Smoke
    Black Horse Society
    Blondie
    Blueshappening Zelzate
    Blues In Genk
    Blues Oan Daa Stoazze
    Blues Peer
    B-Movie Orchestra
    Bootleg Beatles
    Boy George
    Brussels Summer Fest
    Bryan Adams
    Chelsea Wolfe
    Chicago Bluesfest
    Chris Thompson
    Cold Specks
    Country Festival
    Dana Gillespie
    Daniel Romano
    De Anale Fase
    Deep Purple
    Duo Beleza
    Eagles Tribute Band
    Elephant Stone
    Emmylou Harris
    Esme Bos
    Fifty Foot Combo
    Fiona Boyes
    Flaming Lips
    Foorroots
    Gabbalovers
    Gareth Dixon
    (Ge)Varenwinkel
    Goezot
    Graham Parker
    Hash Bamboo Shuffle
    Heaven And Earth
    Hellfest
    Hold Steady
    Hookrock
    Hooverphonic
    Horses On Fire
    Houden Van Griffelrock
    Israel Nash Gripka
    James Taylor
    James Vincent McMorrow
    Jazz Au Broukay
    Jazz Middelheim
    Jeff Beck
    Joan Baez
    Joe Bonamassa
    Joe Satriani
    John Idan
    Kanaalfeesten
    Kansas
    Kap Bambino
    Katie Melua
    Kid Creole And The Coconuts
    Kris Valvekens
    Lady Linn
    La Fête Des Solidarités
    La Fête Des Solidarités
    La Luz
    Lee Fields
    Lié
    Lié
    Liedboek Wannes Van De Velde
    Little Fuller Band
    Little Kim
    Lizzy Strata
    Lokerse Feesten
    Luka Bloom
    Mad Caddies
    Maki Usami
    Marktrock Bilzen
    Marni Jazz Festival
    [email protected]
    Matt Watts
    Meuris
    M Idzomer Fest
    M-idzomer Fest
    Morten Harket
    Mud Flow
    Nacht Van De Blues
    Narcotic Daffodils
    Natalia
    Neil Young
    Nele Needs A Holiday
    Oetslovenblues
    Olensfest
    Olof Arnalds
    Patti Smith
    Paul Reddick
    Perfume Genius
    Radio 1 Bowie Sessies
    Rallye Jazz Au Fil De L’eau
    Ralph De Jongh
    Randy Newman
    Robert Cray
    Rock Around Turnhout
    Rod Piazza
    Roger McGuinn
    Rootz Underground
    Scott H. Biram
    Sean Nicholas Savage
    September Blues
    Sheila E
    Sinead O'Connor
    Sinne Eeg
    Sixties/Seventies
    Slade
    Sofie
    Speedball Jr.
    Steve Hackett
    St. Vincent
    Susan Clynes
    Swans
    Swing
    Tedeschi Trucks Band
    Tiny Ruins
    Tommy Castro & The Painkillers
    Toni Garcia
    Tony Bennett
    Tony Bennett & Lady Gaga
    Trixie Whitley
    Trubaskaia
    Tuxedomoon
    Uli Jon Roth
    Violent Femmes
    Vólkova
    Vólkova
    Warpaint
    Wovenhand
    Yelle
    Yellowtime Festival
    Yes
    Youn Sun Nah Quartet
    ZZ Top

  • HOME
  • OUR TEAM
  • COMING EVENTS
  • ALL CONCERT REPORTS
  • NEWS BLOG
  • CD REVIEWS 2022
  • HARDROCK & HEAVY CD REVIEWS
  • BOOK REVIEWS
  • DVD REVIEWS
  • INTERVIEWS / ARTICLES
  • DISCLAIMER / COPYRIGHT POLICY
  • CONTACT PAGE
  • JAARLIJSTJES 2021