|
zondag 5 juni 2022 Festivalterrein, Peer Report: Philip Verhaege Foto's: Stefan Meekers © Met dank aan: Blues Peer |
Vrijdag was een superavond, de zonovergoten zaterdageditie was uitverkocht, maar op zondag waren de weergoden Blues Peer heel wat minder gezind. Het festival klokt af op 15.000 bezoekers, wie had dat ooit kunnen voorspellen of dromen. Wat wel was voorspeld, was de zware regenval. Maar…. de frigo’s waren gevuld, de streetfood was lekker en de sfeer zit prima. Dag drie van het Blues Peer Festival trekt zich langzaam opgang. De indeling en de bijhorende attributen voelen na twee dagen al heel wat vertrouwder aan. De affiche oogde op zaterdag heel wat eclectischer dan op zondag, én om de blues te bewieroken mochten het G-Roots Gospelkoor het festival verheerlijken met hun gospelsound.
Nedergospel, bestaat dat woord eigenlijk wel? Zo niet, dan zal u meteen begrijpen waarom wij het hier gebruiken. G-Roots Gospelkoor is een Nederlandse band die bestaat uit ervaren zangers en zangeressen. Leden die al decennia lang op een podium staan. Hun repertoire omarmt moderne black gospel en enkele Hollandse opwekkingen. Nummers als ‘Ride On King Jesus’ zijn accurate onderwerpen in de kerkelijke gospelwereld. Net zoals het old-school ‘He Is Coming Soon’ en Mahalia Jacksons ‘He's Got The Whole World In His Hands’. Het G-Roots Gospelkoor bestaat uit een groep in Toga gekostumeerde soulmates met een gezamenlijke liefde voor muziek. ‘Halleluja…!’ Black Cat Biscuit konden haast met de fiets komen aanrazen, ware het niet dat ze heel wat instrumentatie meesjouwen. Zanger/gitarist Bart “Yasser” Arnauts, Jeff, “Junior” Gijbels (drums), Mark “Mr Mark” Sepanski (mondharmonica), bassist Patrick “P. Daddy” Indestege en gitarist Raffe Claes (ex- Tensfield) trokken naar de Gentse ‘The Yellow Studio’ en vonden met wijlen Tim De Graeve de ideale producer. Ja, ook hier werd het plotse overlijden van Tim De Graeve nog even aangehaald én was de song ‘I Don’t Need Your Love’ een emotioneel eerbetoon aan Tim! . Van ‘Train 66’ ging het gezwind naar ‘Mean Is Just An Average’ en ‘Let The Blues Heal You’, swingende songs uit de plaat ‘The Way It Is’. BCB hebben ons nog nooit ontgoocheld! Voor Laurence Jones moesten we naar de Uptown stage! Op zijn zevende leerde Jones klassieke gitaar, maar de platencollectie van zijn vader boeide hem blijkbaar meer. Hij raakte geïnspireerd door de bluessound, kreeg een Gibson Les Paul cadeau én had in zijn tienerjaren een eigen coverband; Free Beer. Niet veel later vormde hij een blues trio en trok naar de universiteit in Birmingham. Maar in plaats van zijn eindexamen succesvol af te ronden, trok Jones op tournee met Johnny Winter en Walter Trout. Zijn sound spijkert zich wat harder dan in zijn beginperiode. Ja, ook kleine jongens worden blijkbaar groot. Met ‘Everything’s Gonna Be Alright’ verweefde Jones wat moderne soul in zijn setllist, knalde het heavy ‘What’s It Gonna Be’ en ‘I Don’t Need No Reason’ genadeloos door de woofer. Verschroeiende bluesrock, en daar houdt blijkbaar zijn publiek wel van. The Bluesbones, speelden haast op elk groot Belgisch festival. Graag geziene gasten die inmiddels een heuse fanbase hebben opgebouwd. In 2013 werd de muziek business overrompeld met hun release ‘Live@De Bosuil’. Een jaar eerder werkten The Bluesbones keihard en met succes aan hun debuutplaat ‘Voodoo Guitar’. De albums ‘Chasing Shadow’ uit 2018 en ‘Live On Stage’, van dik twee jaar geleden waren succesvolle opvolgers. De aangename blues stem van Nico De Cock laat zich makkelijk instigeren door de opwindende gitaarriffs van Stef Paglia, de ingetogen baslijnen van Geert Boeckx, de keyboardtunes van Edwin Risbourg en de effectieve mokerslagen van drummer Jens Roelandt. Heel wat blues fanatiekelingen zijn ‘Saved By The Blues’, de knappe titeltrack van de release uit 2015. The Bones divergeren de set en van het funky ‘The End’ gaat het naar de bluesrocker ‘Cruisin’ en het swampy ‘Devil’s Bride’. Wij zijn onvoorwaardelijk fan van het eerste uur, en dat mag je ons niet kwalijk nemen! Voor de eerste en enige vrouwelijke frontzangers van de dag moesten we naar de Uptown! stage. Ina Forsman, een bloedmooie en sexy blues diva uit het hoge noorden, waar ze werd geboren in het kleine plaatsje Sipoo in Finland. Ze groeide op in Helsinki vanwaar ze gestaagd en vastberaden haar muzikale carrière uitbouwde. Glitterbroek dito topje én een lange watergroene jas met pelskraag karakteriseren deze diva. ‘goosebumps’ bekruipen ons haast meteen en zullen ons één uur lang begeesteren. Ina heeft een fabuleuze stemstrot en verwarmt onze harten. Ina had zelfs een blazerssectie meegebracht. En er staat nieuw materiaal op stapel dat eind deze maand in de winkel zal liggen. De titeltrack All There Is’ beloofd alvast veel goeds. En ook songs als ‘Mystery’ en ‘Before You Came Home’ konden ons hier bekoren. Knap! Roland Van Campenhout wachtte ons op in de Club Mississippi. Hij stond hier ooit op de affiche in 2004. Tijd om hem, net voor zijn 78ste verjaardag, nog eens uit te nodigen in Peer. The Godfather van de Belgische blues heeft nog steeds dat ruwe in zijn stemstrot. Met gitarist Tim Illegems, Nicolas Mortelmans op sitar en de ritmesectie met bassist Mirko Vanovic en drummer Jeroen Stevens (Mauro Pawlowski) stond heel wat mooi volk op het podium. Roland noemt ze gemakshalve zijn Psychedelische Every Brothers. Was dat gen duo? Bon, Roland opende met Lonnie Johnsons ‘He’s a Jelly-Rol Baker’, origineel uit 1955. Het ziel openbarende en Sitar ingeklede ‘Ship Is Going Down’ een nummer van Chakedown Tim himself. Een emotionele hommage aan de onlangs overleden Tiny Legs Tim kon dan ook niet uitblijven, ‘I’ll Fly Away’ van Albert E. Brumley was een zoveelste hoogtepunt van de dag. |
Internationale uitstraling met The Sheepdogs. De Canadese rockband, opgericht in Saskatoon, Saskatchewan in 2004 was de ‘first unsigned’ band die de cover van Rolling Stone haalde. Met liefst vier Juno Awards in de prijzenkast prijken ze terecht op de poster van Blues Peer anno 2022. Southern Rock met ballen, om het hier enigszins beleefd te houden. Het meerstemmige ‘How Late, How Long’ kreeg meteen de handen op elkaar. Om het gaspedaal even te vieren met ‘Who?’. The Allman Brothers gitaarriffs zijn ook nooit ver weg in nummers als ‘Rock and Roll’ (Ain’t No Simple Thing) en ‘Keep On Loving You’. De song ‘So Far Gone’ spijkert zich met die ‘laidback’ Tulsa-stijl. En dan denken we spontaan aan J.J Cale. Frontman Ewan Currie heeft die gitaar-gedreven bluesrock in de vingers. Sheepdogs retro sound is lekker ingekleurd met hemelse harmonieën en opwindende samenzang.
Op naar de Club Mississippi voor Nick Waterhouse. Sugaray Rayford stond ergens vast in de ‘trafic’. Ja, er zijn dus nog zekerheden, zelfs op een zondag. De organisatie verruilde gewoon de concerten. Niemand die erom maalde want Nick Waterhouse is een rijzende ster in het soul en R&B landschap. Zijn vijfde worp ‘Promenade Blue’ is een absolute aanrader. Het voelt alsof zijn geluid uit een ander tijdperk is weggeplukt. Dit combineert hij uiteraard wel zeer makkelijk met een frisse, hedendaagse en energieke sound. Zo heeft hij een eigen sound gecreëerd, heeft een aangenaam stemgeluid en is een technisch vaardig muzikant. De titeltrack ‘Time’s All Gone’ uit 2012 en ‘Pushing To Hard’ maken duidelijk dat ze nog steeds tot zijn meest populaire materiaal behoren. Al kwamen de grootste alteraties waarschijnlijk met nummers als ‘Don't You Forget It’ en ‘Place Names’, uit zijn recentste plaat. Dit is muziek om op te dansen! Stef Kamil Carlens & Band waren misschien wel de meest vreemde eend in de bijt op deze festivaldag. Deze multidisciplinaire artiest is naast zanger, muzikant, componist ook een gelauwerd beeldend kunstenaar. Hij, eerst bassist bij dEUS en later hét brein achter de band Zita Swoon klinkt als herboren. Ook Stef haalde zijn muzikale mosterd bij de blues. De indierocker ‘Empty World’ was er eentje ter nagedachtenis voor wijlen Jasmine, en ‘My Heart Belongs To Someone Else’ (I Wish It Was Mine) uit het Zita Swoon era. Stef had voor deze gelegenheid zijn meest bluesy jasje aangetrokken. Teddybeer Caron ‘Sugaray’ Rayford glimlachte dan toch in de Club Mississippi. Hij performde zaterdag nog in London, maar zijn overzet had liefst vier uur vertraging. Zijn dynamisch vocale spreidingen werden gevormd op zevenjarige leeftijd in de plaatselijke kerk, waar hij naast heel wat gospelsongs ook de drumsticks leerde hanteren. Vijf jaar later verhuisde Rayford naar San Diego waar hij leadzanger werd bij de R&B en funkband Urban Gypsys. Deze band had privilege om shows te openen voor ondermeer Dennis Quaid, Joe Louis Walker, Kal David, Super Diamond en Venice. Toen al had Sugaray zijn hart verpand aan de blues en vintage soulsound. Rayford stond hier als een moderne rapper op het podium, hippe T-shirt dito cap. Met zijn kolossaal stemtimbre en aanporrende danspasjes zette hij samen met zijn band de tent ‘on fire’. Hij opende verrassend met Bill Withers ‘Who Is He?’ (And What Is He To You). De sfeer zat meteen gebeiteld en met het swingende ‘Big Legs, Short Skirts’ en ‘Take Me Back’ leerde Rayford zijn fanbase wat feesten is. Bij de soulballade ‘Don’t Regret A Mile’ ging het gaspedaal er voor het eerst even af. Ja, voor even…Wie hier kon blijven stilzitten moet haast wel een ijskonijn zijn. Ieder festival heeft een afsluitende act. En die vond de organisatie net over de landsgrens, bij onze Noorderburen in Danny Vera. Hij werd geboren als Danny Polfliet, maar dat is echt geen naam om carrière mee te scoren. Met wat oponthoud bereikt hij finaal de top. Zijn Americana sound slaat eindelijk aan bij het grote publiek. Getuige zijn hit ‘Roller Coaster’ uit 2019, waarmee hij heel wat harten veroverde. Zijn show is ook hier gestoeid op die Nashville begeesterde performance. Zijn showcase omvat het hele assortiment rock-’n-roll, country, western swing en Rhythm and Blues. Vera, gesteund door een hele bigband, incluis blazers en strijkers, opende met de croonersong ‘Sorrow’s Leavin’ Town’, om te vervolgen met de opwindende surfrocker ‘How The Dice Will Roll’ en het rockabilly extatische ‘Next Night Flight’. Tijd voor een eerste cesuur met het akoestische en Americana begeesterde ‘Hold On To Let Go’ én de goosebumps ballade ‘Pressure Makes Diamonds’. In ‘L.O.V.E.’ heeft zijn gitaar die rake twang tune, om finaal Jackie Wilsons ‘Higher and Higher’ de tent in te jagen. Danny Vera een knappe afsluiter van een al even knap festival. Merci, Blues Peer!! |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024