|
06 oktober 2017 |
Met: Gene Taylor, Big Pete, Chris Ruest, Nico Vanhove en Stefan Kelchtermans
Na een jaar afwezigheid mocht pianist Gene Taylor weer enkele bevriende muzikanten uitnodigen voor een avond met blues op het menu. Dit jaar koos Gene voor de Texaanse gitarist Chris Ruest, die samen met hem en Paladins’ drummer Brian Fahey, onlangs het album ‘It’s Too Late Now’ uitbracht. Chris behoort tot de generatie gitaristen waar ook Johnny Moeller, Shawn Pittman en de veel te vroeg overleden Nick Curran deel van uitmaken. Chris nam reeds op 15 jarige leeftijd gitaarles en ontwikkelde een voorliefde voor blues en de op blues geënte jazz. Ondertussen dook hij reeds op aan de zijde van Hash Brown en Ray Sharpe, gekend van de song ‘Linda Lu’. De tweede gastmuzikant die Gene uitkoos, was de Nederlandse mondharmonicaspeler Big Pete, de enige harper die terecht de betreurde Lester Butler mag vervangen bij The Red Devils. Voor de ritmesectie bleven we dichter bij huis. Die werd gevormd door Rusty Rootsers Nico Vanhove achter de drums en Stefan Kelchtermans op staande en elektrische bas. Als gastheer mocht Gene solo aftrappen in zijn alom gekende boogiestijl. Met mondjesmaat werd de band vervolledigd. Eerst verscheen Big Pete op het podium, om samen met Taylor enkele songs te brengen, waarna het duo gezelschap kreeg van Chris Ruest. Het trio verdeelde de zangpartijen netjes onder elkaar, waarbij Pete toch wel als de strafste vocalist uit de hoek kwam. Dat er geen repetitie vooraf was gegaan aan het optreden, was te merken aan de richtlijnen die Gene voor elk nummer de gasten toeriep. Een bluesband zonder degelijke ritmesectie rammelt toch steeds een beetje. Het was dan ook een opluchting toen de mannen van Rusty Roots het trio vervoegden.
|
Meteen kwam er meer vaart in de set en werd variatie troef. Wij noteerden een knappe versie van ‘Ramblin’ On My Mind’ en toen Gene ‘7 Nights To Rock’ inzette, werd het actieterrein een beetje richting rockabilly verlegd.
Na een korte pauze vloog Gene er meteen weer in met Elmore James’ ‘TV Mama’, waarna Big Pete een knap ‘Have You Ever Been Mistreated’ neerzette, waarin Ruest zijn talent als slidegitarist kon etaleren. Dat mocht Chris nog eens herhalen in het door Taylor gezongen ‘How Long Blues’ van Leroy Carr. De veelzijdigheid van de voltallige band maakte het mogelijk om naast de blues ook een aantal nevengenres de revue te laten passeren. Een tikkeltje rock & roll kwam er met ‘Shake, Rattle and Roll’ en New Orleans kwam aan bod in ‘Iko Iko’, beiden gezongen door Gene. Big Pete eerde zijn grote voorbeeld Lester Butler dan weer met ‘Mr. Highway Man’. Met het aan Hank Williams schatplichtige ‘Jambalaya’ kwam meteen ook een einde aan deze bluesavond, die vooral hoge toppen scheerde in de tweede set. Fans van ‘the devil’s music’ noteren alvast, voor zover dit nog niet gebeurde, 21 oktober in hun agenda, want dan zet CC Palethe zijn deuren open voor de finale van de Belgian Blues Challenge. |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2025