|
vrijdag 5 juli 2024 De Bijloke, Gent Report: Philip Verhaege Foto's: Hilde Lenaerts © Met dank aan: Greenhouse Talent en Gent Jazz |
De site van De Bijloke is al jaren dé locatie voor Gent Jazz. Ook dit jaar konden we genieten van heel wat divergente muziek op en rond Garden Stage, het openlucht zijpodium naast de Main Stage. Gent Jazz, een festival dat al jaren fluctueert met een doordachte affiche. Net zoals voorgaande jaren bood het festival een staalkaart van relevante muziek van jazz en aanverwante genres. Vaak is jazz, als breed muziekgenre, letterlijk het thema van de dag.
We opende op de Main Stage met het Trombone Ensemble Nabou Claerhout. De jonge Belgische trombonist Nabou Claerhout is al lang geen onbekende meer in de hedendaagse jazzscene. Fred Wesley was haar grootste invloed toen ze op negenjarige leeftijd begeesterd werd door de trombone. Drie jaar geleden werd ze terecht bekroond tot ‘Jong Jazztalent Gent’. Naast Nabou Claerhout vinden we trombonisten Rory Ingham, Jeroen en Tobias Herzog (bastrombone en tuba) en de ritmesectie met Gijs Idema op gitaar, Cyrille Obermüller (double bass) en drummer Jesse Dockx. Nabou vindt het fijn om hier te mogen openen. Vooral ‘Hutch’, dat heel wat muzikale windstreken omarmt, maar toch een geheel blijft. Het bewijst het grote componeertalent dat Nabou wel degelijk is. In amper dertig minuten veroverden ze heel wat harten. Mós Ensemble, daarvoor moesten we naar de Garden Stage. Een ongerepte archipel in een zee van jazz, folk en psychedelica. Sinds het debuut in 2019 is het Mòs Ensemble van Kobe Boon uitgegroeid tot een achtkoppige band, vergezelt door een collectieve visie die muzikaal over elkaar heen buitelen. ‘Bets & Therapy’ is hun jongste worp op de het label W.E.R.F. Records, het is de opvolger voor ‘Limbs’ (2019) en’ Behind The Marble’ uit 2022. De vaak meerstemmige vocalen van Astrid Creve, die tevens mandoline speelt én Marta Del Grandi zorgen voor een zwoel sfeertje. Dit alles omkaderen ze in vrije jazz maar ingekleurd met etages van folk, indie en wat punkjazz. Het frisse ‘I Did’, het heerlijke ‘The Alchemist’ en ‘What I Meant’, met zijn rock vibes waren goddelijke interpretaties. Mós Ensemble, heerlijk geestverruimend… Voor de eerste internationale act moesten we opnieuw naar de Main Stage. Het Catalaanse Marco Mezquida Trio. Drummer/percussionist Aleix Tobias Sabater drums, pianist en bandleider Marco Mezquida én Martín Melendez Torres op cello zijn de preoccupaties voor een gepassioneerd samenspel. Het recentste album ‘Letter To Milos’ kwam tot stand na de geboorte van Mezquida’s zoontje. Hij werd vier keer verkozen tot Musicus van het Jaar door de Association of Jazz and Modern Musicians of Catalunya. Het trio omkaderen hun sound in Gent met een breed gamma van latin naar vooruitstrevende jazz en klassieke barok. Het ingetogen ‘Nacimiento’ en het stemming wisselende ‘Milos Smiles’, uitgroeiend tot een freejazz jamsessie. Knappe set… Het Wajdi Riahi Trio werd gevormd in het Brusselse. De sound van pianist Wajdi Riahi, Basile Rahola (contrabas) en Pierre Hurty op drums zijn doordrenkt van hedendaagse jazz en Oosterse klanken. In de Garden Stage werden zilte aroma’s uit het oosten geaccordeerd met verstedelijkte jazztunes. Misschien zijn Wajdi’s Tunesische roots daar wel niet vreemd aan. We werden zowaar bedwelmd door de klanken van ‘Piano In The House’ en ‘Inel Blues’ Een uniek groove, in combinatie met zeldzame vocalen, die de Garden Stage graag omarmde en eindelijk wat zon over het festival bracht…! Met het Bill Frisell Trio viel de duisternis over Gent. De Amerikaanse William Richard "Bill" Frisell is geprezen als een van de meest onderscheidend en originele improviserende gitaristen van onze tijd. Bill studeerde aan het Berklee College of Music in Boston, woonde een tijdje in België, leerde hier zijn vrouw kennen en registreerde er zijn recentste album ‘Orchestras’, een samenwerking met het bijna 60-koppige Brussels Philharmonic, gedirigeerd door Alexander Hanson. |
Hij staat als gitarist/componist ruim veertig jaar aan de wereldtop in de jazzscene. Hij, die zich graag laat begeleiden door contrabassist Thomas Morgan en drummer Rudy Royston. Samen creëren ze een eclectische vorm van progressieve jazz, klassieke muziek en een klinkslag naar wat nois. Dit alles is haast een thematische verbindingen voor zijn sound. Zijn set is één uitgesponnen jamsessie, de telepathische verstandhouding van het trio, en Frisells glinsterende kenmerkende tunes op zijn Fender gitaar zijn existent. Vaak laat hij heel wat ruimte aan zijn soulmates wat de showcase boeiend en vooral fascinerend houdt.
Headliner Diana Krall laat alles er zo makkelijk uitzien op de Main Stage. Zittend aan haar piano, met een tevreden blik is haar sound existent een samensmelting van jazz en pop. Deze Canadese diva verkoopt wereldwijd miljoenen platen en na haar huwelijk met rockicoon Elvis Costello staat ze meer in de media-aandacht dan haar lief is. Diana die twee Grammy Awards en acht Juno Awards won, is dan ook met voorsprong de meest succesvolle jazz-muzikante van de voorbije twintig jaar, en dit sinds ze in 1999 met het album ‘When I Look In Your Eyes’ wereldwijd doorbrak. Dit is haar derde passage op Gent Jazz, Krall stond hier eerder in 2013 en 2019. Voor haar Europese tour vindt ze haar soulmates in drummer Matt Chamberlain en bassist Sebastian Steinberg. Ze opent met het sensuele en swingende ‘Almost Like Being In Love’ om te vervolgen met ‘All or Nothing at All’, een cover van Jimmy Dorsey and His Orchestra (ja, Tommy's broer), hij was een van de exempels hoe de instrumentatie op een podia moet klinken. De toon was gezet en Diana hield iedereen makkelijk bij de les. Zo ook met het sexy vertolkte ‘I’ve Got You Under My Skin’, de Cole Porter classic. Ze vervolgde met de pop en jazzy standard ‘You Got To My Head’ en ‘The Girl In The Other Room’, de titeltrack van haar zevende studioalbum op het label Verve Records. ‘This Can’t Be Love’ had dan weer die typerende Crescent City groove. De diepe baslijnen vormen haast een interludium voor ‘Just You, Just Me’, dat werd ingekaderd met strakke percussie van Chamberlain. Diana vraagt hoe het gaat én vindt dit alles nogal exciting. Krall blijft even alleen op het podium voor de intieme pianoballade ‘You Call It’ en Nat King Cole’s ‘Let’s Fall In Love’. Plots regende het verzoekjes in de tent, maar als doorwinterde artiest veegt Diana dit alles met een lachende kwinkslag weg. Ze vervolgde haar eigen weg met ‘Fly Me To The Moon’, de Kaye Ballard song maar groot gemaakt door Frank Sinatra én die Quincy Jones arrangementen. Bij Neil Young haalde ze ‘A Man Needs A Maid’ van onder het stof, net zoals ‘Take It With Me’ uit het rijkelijke oeuvre komt van ene Tom Waits. Diana Krall weet haar klassieker wel te indiceren. ‘I’ Confession’ (That I Love You) was een volgende lovesong. En dan ging werd het iets expressiever met ‘Mr. Soul’ (Buffalo Springfield). Een staande ovatie was haar deel, of wat had je gedacht, en toen kwam Bob Dylan’s ‘Simple Twist Of Fate’ ons nog een laatste keer in verroering brengen. Diana Krall, hoe een intiem concert een heel festival kan inpakken…. Net voor middernacht mocht Ottla, het nieuwe project van singer-songwriter/gitarist Bert Dockx zich aan ons voorstellen op de Garden Stage. De bandnaam ontleende Bert van Franz Kafka’s favorite zus. Wat begon als een vluchtig experiment, evolueerde snel naar een volwaardige band. Electrifying tunes, jazz, improviserende noise, Afro blues en een scheut electro. Voor velen een gevarieerde showcase, voor anderen een transformerende muzikale reis. |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024