|
donderdag 1 mei 2025
Festivalterrein, Lessines Report: Philip Verhaege Foto's: Philip Verhaege © Met dank aan: Roots & Roses |
01 mei, Dag van de Arbeid. Het festivalseizoen is officieel geopend met het authentiek muziekfestival Roots & Roses, dat meteen ook een unieke sfeer offreert. Eén dag, twee alterabele podia en een zonovergoten festivalterrein. Dit alles omvat een internationaal programma dat zowel actuele en innovatieve rockstromingen op zowel de Roses stage als in dé Roots Tent altereert. Roots & Roses, in het Waalse Lessines net over de taalgrens, boort als het ware een nieuw verhaal aan. Deze veertiende editie sloeg zijn tenten op aan de voormalige voetbalvelden van Union Lessines, een terrein dat ter beschikking is gesteld door Carrières Unies de Porphyre (CUP). Het is strategisch gelegen, vlakbij het treinstation en niet ver van het commerciële en historische stadscentrum, met zijn wereldberoemd Hôpital-Musée Notre Dame à La Rose. Op en rond het festivalterrein kan men niet alleen genieten van fantastische muziek, maar ook van lekkere gerechten uit de Belgische en internationale keuken. Daarnaast schenkt men er ook deugddoende drankjes waarbij er heel wat aandacht is voor lokale smaken én bieren.
We begonnen er net voor het middaguur aan op de Roses Stage met The Flynts. Een viertal talentvolle jonge rockers uit Luik. Opgegroeid met de vinylcollecties van hun ouders, combineert de band een vintage vibe die ze elektriseerden met een moderne twist. ‘Mystic Dreams’ had een hypnotiserende groove, net zoals de heavy spijkerende openingssong ‘Sacred Flint’, nummers die recht uit die recente EP vloeiden. En ook met de single ‘White Lava’ oogsten ze heel wat affectie. In de Roots Tent stond de Nederlandse formatie Harlem Lake te wachten. Voor ons allang geen onbekende meer. Ze schitteren in een recent verleden op festivals als Swing Wespelaar. We herinneren ons nog vaag de pre-corona editie van Swing anno 2019. Toen verbaasde Dave Warmerdan Band haast heel Wespelaar. Eigenzinnig was het minste wat toen gezegd en geschreven werd. En toen, toen sloeg de pandemie keihard toe. Ondanks moeilijke omstandigheden bleef deze jonge meute creatief bezig met muziek. Nieuw songmateriaal werd bij elkaar gepend, nieuwe muzikale impulsen zorgden voor een nieuwe bandnaam en dit met enkele nieuwe leden; Harlem Lake was geboren. Een naam die verwijst naar hun roots, de Haarlemmermeerpolder. Dave Warmerdam blijft de spilfiguur én zangeres Ashely de Jong werd aan boord gehaald. Ze openen meteen straf met ‘Carry On’ en ‘Crying In A Desert’, nummers uit de release ‘The Mirrored Mask’. ‘Deaf & Blind’ was dan weer opwindende Southern bluesrock én dat alles contrasteerde met ballades als ‘A Fool’s Paradise’ en ‘I Won’t Complain’. Harlem Lake, blijft bevestigen en waren terecht winnaar van de European Blues Challenge 2022. Voor het Bretoense gezelschap The Bloyet Brothers moesten we opnieuw naar de Roses Tent. Drie broers en prettig gestoorde rock-‘n-roll. Een organische en orgastische cocktail van originele seventies rock, met in de background wat forse blues. Ze promoten nu een nieuwe vijf-tracks tellende EP, ‘Chapter I – Orgin’. We maakten kennis met alternatieve nummers als ‘Honor’, de symfonische rocker ‘Family Affair’ en het weemoedige ‘Hold On’. Loeihard werd het vooral in oudere songs als ‘Devil’s Band’ en de knappe opener ‘Family Jewels’. De broers charmeren met enig muzikale brutaliteit. Rob Heron and The Tea Pad Orchestra zetten met hun rockabilly, swing en countryblues wel heel makkelijk de Roots Tent naar hun hand. Ze verleggen ruim tien jaar met plezier de grenzen van al deze muziekgenres. De Tea Pad komt oorspronkelijk uit Newcastle. Ze speelden op Glastonbury en het Cambridge Folk Festival. Maar ook in dorpshuizen en schuren, en alles daartussenin. Dus nu ook terecht op Roots & Roses! Ze staan bekend om hun energieke liveshows, ingepakt met heel wat droge humor. Hun zesde album ‘Feet First’ werd in slechts twee dagen opgenomen bij Lightning Recorders in Berlijn, een met vintage materiaal uitgeruste analoge studio. Naast Rob Heron (zang/gitaar) vinden we Tom Cronin (mandoline/mondharmonica/gitaar ), Ben Powling (saxofoon/klarinet), Adam Richards (contrabas/elektrische bas) en drummer Paul Archibald. ‘Still Go Honky Tonkin’ en ‘Six Month Sleeper’. De sfeer zat meteen! Er was hillbilly met ‘Blood in The Water’ en er werd gedanst op de ritmisch geënte rockabilly van ‘Good Lovin’. En ook ‘Cats & Chikens’ was puur genot én rock-'n-roll. Het typerend ‘Go Home’ (The Party’s Over) mocht de dans beëindigen. Rob Heron and The Tea Pad Orchestra, een muzikale gumbo dat knipoogt naar rockabilly, blues, country, swing, soul en zoveel meer! In de Roses Tent wacht ons The Whodads. Een veertienkoppig ensemble, een bigband die al meer dan twintig jaar hulde brengt aan instrumentale parels uit de jaren '50 en '60. Ze hadden speciaal ‘the queen of mayhem’ Miss Reena Riot a.k.a. Naomi Sijmons uitgenodigd voor het vocale werk. De band heeft een voorliefde voor surfmuziek, maar mambo en jazzy akkoorden zijn hun niet vreemd. Het zorgt voor een divergente sound. ‘Peter Gunn Mambo’, ‘A Night In Tunesia’ en ‘The Pink Panter’, het ging er als zoete broodjes wel heel makkelijk in. En dan die stem van Naomi. Whow, goosebumps van als die eerste noot uit dat stemtrot vloeit. Dat werd al duidelijk toen ze ‘Paroles, Paroles’ tijdens de soundcheck accordeerde. The Whodas, James Bond is back…. are not! Halo Rider, dat is Anne Haris, het vioolwonder uit Chicago, drummer Willy Jordan en zanger/gitarist Markus James. Samen nodigen ze ons uit in de Roots Tent. Zowaar een eerste climax voor het festival. Opener ‘For Blind Willie’, we duiken meteen de diepe Delta in. ‘Devil and Angel’, met zijn swampy grooves én ‘See That My Groove’ dat is ondergedompeld in de folkwereld, waren net zoals die Texasrocker ‘Don’t Let It Drag You Down’ knappe hoogtepunten in de setlist. Harris trekt wel vaker de muzikale aandacht met haar vioolkunsten én met nummers als ‘But You Still Know’ concordeert ze die Hill countryblues. Halo Rider, een caleidoscoop van diepe grooves, sfeervolle instrumentale passages, knappe harmonieën en poëtische flitsen in dat muzikaal area ! Van heel andere orde waren de Amerikaanse The Georgia Thunderbolts. De weg naar erkenning als de nieuwe fakkeldragers van de steeds populair worden Southern rock was voor The Georgia Thunderbolts niet zo glamoureus als je je misschien zou notifiëren. Het is nog niet zo lang geleden dat ze optraden bij tankstations, covers doorzochten en vier uur naar Alabama reden om op te treden voor een barman en een driepotige hond op een barkruk. Zeg maar voor vijf man en een paardenkop! Tegenwoordig is het kwintet uit Rome, Georgia hot. En werden ze door critici geprezen als een internationaal toerende band die de tweedejaarsdip wist te pareren met hun nieuwste album ‘Rise Above It All’, op het label Mascot Records. De dertien nummers zijn een artistiek overtuigende verzameling van keiharde Southern rock, blues en oprechte Americana songs. |
The Georgia Thunderbolts worden naast TJ Lyle (leadzanger, mondharmonica- en keyboardspeler) gecompleteerd door Zach Everett (basgitaar, klassieke gitaar, samenzang), Bristol Perry (drums), Logan Tolbert (gitaar) en Riley Couzzourt (gitaar). ‘Stand Up’ zette meteen de bal aan het rollen als een bullet uit een schietgeweer. Recht in de roos! Een geweldige mix van heavy rock en hedendaagse countrymuziek, maar met een harder randje. En dat geldt ook voor ‘Whiskey Talkin’ én ‘Witness’. Logan Tolbert en Riley Couzzourt zorgen voor die geweldige gitaarriffs. En Lyle accompagneert zijn klavier voor een zeldzame ballade. Dit alles zorgt voor enige aangename diversiteit in de set. The Georgia Thunderbolts, vintage rock-‘n-roll baby!
De Zac Schulze Band komt uit Engeland en stond geprogrammeerd in de Roots Tent. Eigenlijk houdt Zac wel van ellelange gitaarsolo’s. De band werd in 2020 opgericht in Gillingham in het zuidoosten van het VK. Ze hebben in een kort tijdspanne een reputatie opgebouwd als een van de hardst werkende rockbands in en rond Kent. De sound is gefundeerd op die opwindende gitaarriffs van zanger Zac Schulze. Hij wordt geaccordeerd door de hard-hitting ritmesectie bestaande uit bassist/zanger Ant Greenwell en broer Ben Schulze op drums. Rory Gallagher komt hier wel vaker om de hoed kijken en nummers als het knotsgekke ‘Made of Three’, met een vette knipoog naar die Amerikaanse garagerock en ‘Take a Tip’ waren de voorbode voor een geweldige concert. Net zoals ‘Hole In My Pocket’ opwindende bluesrock dat was ingekleurd met enkele heavy gitaarsolo’s. Junior Wells’ ‘Messin With The Kid’ was dan weer een welgekomen bluesy cesuur. Zac Schulze Band, een powertrio dat liefde voor artiesten uit de 20ste eeuw kanaliseert, maar wel een artiest om razendsnelle blues- en rockmuziek te designeren. Zac Shulze, vaak op het randje balancerende van moderne heavy metal…. De bekroonde, in Zwitserland wonende Nigeriaanse Afro-Funk, soul en blues singer-songwriter én allround entertainer Justina Ogunlolu, beter bekend als Justina Lee Brown, staat op het punt haar nieuwe EP ‘Billiki’ uit te brengen, een Afrobeats album. Een leuk hebbeding dat de in Lagos, Nigeria geboren schoonheid kwam voorstellen op de Roses Stage. Ze relateert haar muziek met blues, funk en soul én alles wat er ook maar tussen in thuishoort. Een originele sound die naadloos is geïnfluenceerd met westerse wereldklanken. Justina creëert zo een unieke en boeiende muzikale ervaring voor haar fanbase. Met haar krachtige, soulvolle stem inspireerde Justina haar publiek in Lessines. ‘You Never Know’, ‘Carry Me’ en ‘Lost Child’, een perfecte showcase dat percipieerde alsof Justina Lee Brown zich thuis voelde bij die energieke ‘party music’ in Lessines. James Hunter is een van de headliners in de Roots Tent. Hij die pure klasse en ervaring relateert. Hij door MOJO bestempeld is als ‘The United Kingdom's Greatest Soul Singer’. Hij die een nominatie ontving voor een Grammy Award voor ‘Best Traditional Blues Album’ en een ‘Americana Music Award’ voor ‘Best New/Emerging Artis’. Hunter speelde dit jaar nog vijftig shows met Bonnie Raitt, en deelde ook ooit het podium met legendes als Aretha Franklin, B.B. King, Etta James én Van Morrison. Als charismatische, gepassioneerde zanger/gitarist en productief songwriter ontpop Hunter zich als soulvol performer. Hij is op het podium ook een hechte bandleider die stops en downbeats accentueert. Ook doet hij graag een stapje terug om zijn bandleden te kans te geven tot enig soleerwerk. De relaxte soulnummers zijn net zo aangrijpend als begeesterend. Hunter zet een oververhitte tent op stelten met nummers ‘I Can Change Your Mind’ en ‘Make Everything Alright’. De ziel en animus van Sam Cooke en Otis Redding bleven zo wel heel lang ronddwarrelend, op een boogscheut van het Hôpital-Musée Notre Dame à La Rose. ‘Brother Or Other’ was een swingende chapiter, ‘Something’s Calling’ een heerlijk soulballade en in ‘Only A Fool’ was vooral de blazerssectie prominent voor die soulsound. ‘Paradise For One’ kon hier worden gecatalogeerd tussen dat crooner en jazz firmament. De instrumentale ‘Okie Dokie Stomp’ leende Hunter bij Clarence ‘Gatemouth’ Brown, en dat ging haast naadloos naar die no-nonsens Rhythm and Blues song ‘Nick Of Time’. De modern-maar-retro-soulmoves van James Hunter zijn onvolprezen verbonden met de Stax Sound. James Hunter is een must-see artiest die moeiteloos put uit de diepten van zijn muzikale bron. Eli ‘Paperboy’ Reed was de laatste act in de Roses Tent. Hij komt uit Brookline, een buitenwijk van Boston, wat behoorlijk ver weg ligt van de regio waar die fantastische sound werd ontwikkeld. Zijn vader was echter muziekcriticus, dus groeide Eli op met een breed scala aan geluiden en stijlen. Hij trok naar Clarksdale, Mississippi, waar hij deel uitmaakte van de lokale muziekscene in de juke joints, én waar hij ook de bijnaam ‘Paperboy’ kreeg. Vervolgens trok hij naar Chicago om daar de blues, R&B en gospel van enkele van de grootste meesters op te snuiven. In een kerkgemeenschap in het zuiden van Chi Town speelde hij met soullegende Mitty Collier. Dit alles karakteriseert zijn sound. Met acht uitstekende albums in zijn backcatalogus bracht Reed twee jaar gelden ‘Hits and Misses: The Singles’ uit. Eli ‘Paperboy’ Reed heeft zijn carrière gewijd aan die prachtige vintage soulmuziek. Met invloeden uit het Stax-tijdperk én die strakke Mississippi-soul gaat Reeds stem van prachtig uitgevoerde ingetogenheid naar vurige ontlading. Reed opent in stijl met ‘Cut You Down’, vervolgt zijn weg met ‘Am I Wasting My Time’ en ‘I Came To Play’. Meteen werd duidelijk dat Paperboy er zin in had. Wat een stemtimbre, wat een podiumpresence. En wat dan gezegd van die strakke ritmesectie. Op de Roots stage mocht Fred and The Healers ons de nacht insturen. Hoeft zanger/gitarist Fred Lani, Bertrand Lani (basgitaar) en drummer Nicolas Sand nog enig betoon in Belgenland? Ik dacht het niet… want dit bluesrock trio staat bekend om zijn adembenemende en solide live reputatie. Frédéric Lani richtte zijn toenmalige Healers op begin jaren ’90 en de band werd al vrij snel populair. Heel wat passage volgden op gerenommeerde festivals in binnen- en buitenland. In maart ’25 speelde de band een ‘release party’ ter promotie van de nieuwe langspeler ‘No Escape’ in de Zik Zak in Ittre. Nu deden ze dat kunstje nog eens over in Lessines. We maakten kennis met heel wat nieuwe songs. ‘The Pulse’ zou zo hun signature song kunnen zijn. Energie, daadkracht en intensiteit. Het hoort zo bij Fred’s showcase. ‘Big Bang’ was een onvervalste rocker, setopener ‘Another Fall’ hoort thuis in het rijtje Texas blues. Net zoals ‘Love Jungle’ die een swampy vibe creëert én ‘A Fool’s Journey’ een ouderwetse shuffle was. En dan moest ‘Psycho Boogie’ ons nog de nacht insturen! Wat een heerlijke afsluiter van een al even (h)eerlijk festival! |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2025