Met: Les Generals Jack, Meena Cryle & The Chris Fillmore Band, Eric Zahl & The South West Swingers, Nora Jean Bruso & Luca Giordano Band, The Music Maker Foundation Blues Revue |
|
DAY 3 - 21 augustus 2016 |
Vertical Divider
De zondagochtend zag er nog slechter uit dan de dag ervoor. De wolken hingen laag en waren nog donkerder en de ene bui na de andere kregen we over ons heen. Maar u raadt het al, tegen 14u30 de start van de derde dag Swing werden de wolken iets lichter van kleur en stopte het met regenen. De rest van de dag zou het bijna bij elke ombouwpauze een beetje regenen. Tot zover het weerbericht. We kwamen immers voor de muziek. Traditiegetrouw stonden er op de zondag vijf bands geprogrammeerd. Wat mij betreft zouden ze dat op de zaterdag ook mogen doen. Een band die nogal buiten de lijntjes van de blues kleurt is de band LES GENERALS JACK, de Belgische band uit de streek van tienen. Met twee gitaren, zonder bas (al speelt Bart Ieven wel bas op een gitaar) en met hun opvallende stemmen (vooral de stem van gitarist Marc Bodart) creëren ze een unieke sound. Zoals ze zelf handig hebben gevonden: ‘A chacun son blues’-stijl. Voor elk wat wils! Ze nemen je mee op reis doorheen hun blues, ska, rock en soul. Terwijl drummer Toon Derison, samen met gast en congaspeler Kristof voor de groovende en opzwepende ritmes zorgde. Zeer sterke songs schrijven deze heren en hun interpretaties zijn ook niet mis. Zo speelden ze een trage maar voortreffelijke versie van Edwin Starrs ’25 Miles’, dat samen met het dromerige ‘Acajou’ van hun gelijknamige laatste album komt. Ska, swamprock, southern rock, blues en nog veel meer van dat moois met songs als het funky ‘Boogie Bang Bang’, en het rustigere ‘Donkey’. Zeker een hoogtepunt van dit Swing weekend. MEENA CRYLE & The CHRIS FILLMORE BAND komen uit Oostenrijk, dat hoor je aan haar accent als ze praat, gelukkig niet als ze zingt. Wat direct opvalt, is het ongelooflijk hoge Stevie Ray Vaughan gehalte in het spel van Chris Fillmore. Meena zingt zuiver en soms krachtig, maar ik hoor te weinig emotie en inleving. Het eigen werk ligt redelijk in de SRV sfeer en de covers lopen nogal uiteen, maar krijgen bijna allemaal een SRV behandeling. Meena opent de set met Irma Thomas ‘(You Can Have My Husband) But Don’t Mess With My Man’. Natuurlijk spelen ze ook ‘Tina Nina Nu’ van Stevie, destijds gezongen door Lou Ann Barton. Er volgt een aardige versie van Sam Cookes ‘A Change Is Gonna Come’, een beetje een vreemde keuze. We krijgen ook nog heavy rock met ‘Enough Is Enough’. En jammer genoeg spelen ze ook een beschamend slechte cover van het ultieme sfeernummer ‘Bright Lights, Big City’ van Gary Clark Jr. Van de hele impact van de song bleef niets over. En dan krijgen we tot ramp ook nog een desastreuze versie van I’d Rather Go Blind’ van Etta James, een dood gecoverde song die nooit beter dan het origineel zal worden! Het wordt interessant als Fillmore de dobro ter hand nam en ze de uptempo rootsrocker ‘Take This Pressure of off me’. Chris speelt voor het eerst op de avond wat ingetogen en dynamisch. Maar dan is het kalf al verdronken. The show is over. Eric ‘Slim’ Zahl & The South West Swingers uit Noorwegen wonnen de ‘2016 European Blues Challange’. Niet dat het iets zegt over de kwaliteiten van de band, want hoe kan je nu een wedstrijd organiseren over smaak en gevoel? Dus ik til niet zo zwaar aan dit soort ‘awards’. Uiteindelijk bepaalt het publiek welke bands goed zijn en recht hebben op succes. Feit is dat ik de verrassing van de dag zag. Boogiewoogie, swing, jumpblues, rock-’n-roll en soul, we kregen het allemaal. Prachtige interpretaties van o.a. Delbert McClintons ‘Blues As blues Can Get’, ‘The Booty Song (I Love To Watch You Walk Away)’ bekend van Little Charlie & The Night Cats, The Paladins’ ‘Hold On’, en een punky bluesrock versie van ‘Loudmouth’. |
Vertical Divider
Maar het sterkst was eigelijk hun eigen werk. Over ‘Plenty Of Everything’ vertelt Eric: “Once I was ‘slim’, than I went to Denmark and three times a day it was buffet, morning, noon and night”. Een speciale vermelding mag gaan naar pianist en orgelist ‘Oystein ‘Boogieman’ Undem die me voor de eerste keer die dag kippenvel bezorgde. Wat een muzikant, zowel op Hammond als op de piano. Met Chuck Berry’s ‘You Never Can Tell’ (Teenage Wedding) krijgen ze het publiek tot aan de het mengpaneel aan het dansen en bezorgen ze velen kippenvel met de prachtige soulballad ‘Rain’. Met ‘Daddy-O’ sluiten ze hun concert af. Het is de eerste band die zoveel succes kent en de cd’s zijn na de show pijlsnel uitverkocht. NORA JEAN BRUSO & LUCA GIORDANO BAND gaan dan weer meer de soulkant op. Luca Giordano laat in het openingsnummer horen dat hij virtuoos gezien zeker één van de beste gitaristen van het weekend, zeg maar Europa is. Tijdens een trage blues komt Nora Jean op, een zeer ‘gezonde’ Afro-Amerikaanse blues en soulzangeres met een strot die je omver blaast. Ze heeft een echte power stem. Haar vergelijken met Koko Taylor of Ruth Brown zou haar onrecht aandoen. Ze komt eerder in de buurt van Etta James. Ze zingt trouwens een prachtige versie van Etta James ‘At Last’. Wat een versie, wat een stem. Nora Jean is het tweede hoogtepunt van de dag. Getuige de vele dansende en juichende mensen tot voorbij de p.a.-toren. De hoofdact van de dag is THE MUSIC MAKER FOUNDATION BLUE REVUE. De Music Maker Foundation is een stichting die veel betekent voor oudere blues muzikanten die het niet zo breed hebben of problemen hebben met de slechte gezondheidszorg in de VS. Maar bovenal zorgen ze ook nog eens voor werkgelegenheid en toeren de wereld rond met de op leeftijd zijnde muzikanten. En dat kan alleen maar toegejuicht worden. En tot ieders verbazing is dit geen samenraapsel van oude knakkers die het allemaal nog wel doen, maar het niet meer kunnen. Nee, het is echt verbazend goed en die songkeuze, variatie en opbouw van het concert zijn perfect. De kleine trombonist (ex BB King bandleader) Little Joe Burton stelt de band met veel schwung en plezier voor en zo zou hij elke individuele ‘ster’ aankondigen. Het is geen wedstrijdje van wie de beste is en wie het hardste kan zingen en/of gitaar kan spelen. Het is een bluesrevue zoals het hoort, met respect en waardigheid. Eerst speelt en zingt gitarist Albert White (lid van de vaste begeleidingsband) zijn disco funk blues. Meteen is het raak en het publiek reageerde enthousiast. De sfeer zit erin en zou vastgehouden worden tot de laatste noten. Na twee songs komt Robert Lee Coleman (71) zijn ding doen. Hij heeft een ruwe en scherpe gitaarstijl en knalt er meteen goed in. Wauw! Hij speelt ook nog een leuke funky versie van Johnny ‘Guitar’ Watsons ‘Real Mother For Ya’. Na drie songs geeft hij de fakkel door aan Alabama Slim (geboren als Milton Frazer, 77) die ons komt verblijden met een paar songs in de John Lee Hooker stijl. Van hem krijgen we o.a. een prachtige versie van ‘Someday Baby’. Nog meer variatie krijgen we als Robert Finley weer een andere richting inslaat. Met zijn slow bluesoul ‘Age Don’t Mean A Thing’, de titeltrack van zijn laatste album, pakt hij iedereen in. De sfeer zit er helemaal in. Alleen al door deze afsluiter is dit festival volledig geslaagd. Daarna volgen nog een versie van Big Joe Turners ‘Shake, Rattle and Roll’ gezongen door Litlle Joe en Albert White speelt en zingt Little miltons ‘The Blues Is Alright’. Bissen doen ze met z’n allen en wel met een versie van ‘Rock Me Baby’. Knap, straf en sterk, graag nog meer van dat de komende jaren. Ook dit jaar kregen we weer ‘Blues For The People’, waarvoor onze welgemeende dank! |
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2024