De plaats is het Cabrini Housing Project aan de ‘North Side’ van Chicago. Vijf jonge snaken proberen in 1958 de zangpartijen van een dromerig liefdeslied, dat door hen werd geschreven, onder de knie te krijgen. De song lijkt het juiste vehikel te zijn voor een zware baritonstem. Na enkele pogingen groeit dat liefdeslied echter uit tot een regelrechte, kippenvel opwekkende gospelsong. De naam van de groep is The Impressions, de song heet ‘For Your Precious Love’ |
- Curtis, Jerry en The Impressions
De toen 17-jarige leadzanger heette Jerry Butler en hij wilde dat zijn boezemvriend Curtis Mayfield ook de rangen van The Impressions vervoegde in plaats van bij zijn zieltogende groep The Alfatones te blijven. De twee vrienden hadden eerder in de kerk samen gezongen en hadden ook samen rondgetrokken met The Northern Jubilee Gospel Singers en The Traveling Souls Spiritualists Church. Het duo betrok nog drie vrienden bij de zaak, namelijk Sam Gooden, en de broertjes Richard en Arthur Brooks, die alle drie eveneens in een doodlopend straatje zaten met hun groep The Roosters..
Bij één van dergelijke repetities werd het vijftal opgemerkt door iemand van Falcon Records en het duurde niet lang of de song werd in de opnamestudio onder handen genomen.
De baritonstem van Jerry Butler kwam uitstekend tot haar recht met de fragiele tenorstem van Curtis Mayfield in de achtergrond. Op vocaal gebied leverden The Impressions een knalprestatie af. ‘For Your Precious Love’ werd een hit en een absolute klassieker.
De daarop volgende platen werden echter allemaal flops en Jerry Butler verliet de groep om een solo carrière na te jagen en dit resulteerde in hits zoals ‘Find Another Girl’, het zeemzoete ‘Moon River’, het prachtige ‘Make It Easy On Yourself’ (zie ook The Walker Brothers), I Stand Accused’ en ‘Need To Belong’. Zonder Jerry Butler waren The Impressions echter hun charisma kwijt en leken ze op een flauwe imitatie van The Coasters of The Isley Brothers. Dit gaf als resultaat dat Jerry Butler en Curtis Mayfield een tweede maal de handen in elkaar sloegen en een song schreven die ‘He Will Break Your Heart’ heette. Dit nummer kreeg een arrangement mee dat een beetje afgekeken was van een soort Braziliaans calypso ritme, dat werd geïntroduceerd door The Drifters.
Curtis Mayfield verwierf mede door het succes van ‘He Will Break Your Heart’ een goede reputatie, niet alleen als artiest, maar ook als liedjesschrijver en producer. Dit liet hem toe een contract los te peuteren met ABC Paramount. Jerry Butler ging verder met zijn solo carrière en The Impressions trokken naar New York en namen daar hun eerste plaat voor ABC Paramount op, namelijk ‘Gypsy Woman’. Het nummer werd einde 1961 een enorme hit. Velen schreven dit succes toe aan de castagnetten van Curtis Mayfield. Richard en Arthur Brooks besloten in New York te blijven, maar de drie overige Impressions keerden terug naar Chicago. Ze waren in ieder geval vertrokken voor een indrukwekkende reeks door Curtis Mayfield geproducete ABC Paraount hits zoals ‘It’s All Right’ (1963), ‘Talking About My Baby’ (1964), ‘I’m So Proud’ (1964), ‘Keep On Pushing’ (1964), ‘You Must Believe Me’ (1964), ‘Amen’ (1965), het fenomenale ‘People Get Ready’ (1965), ‘Woman’s Got Soul’ (1965), ‘You’ve Been Cheatin’’ (1965). ‘We’re A Winner (1968) en als laatste in de rij ‘I Loved And I Lost’ (1968). Onmiddellijk daarop trokken The Impressions naar Curtom Records waar ze, nog steeds onder de leiding van Curtis Mayfield, scoorden met ‘Fool For You’, (1968), ‘This Is My Country’ (1968), ‘Choice Of Colours’ (1969), ‘Say You Love Me’ (1969), ‘Check Out Your Mind’ (1970) en ‘Baby Turn To Me’ (1970). In 1970 verliet Curtis Mayfield The Impressions en het leek of zijn beste jaren als liedjesschrijver achter hem lagen. Hij kwam in 1973 echter sterk terug met de soundtrack van ‘Superfly’ en de hit ‘Freddie’s Dead’. Dit laatste nummer beschouwde Curtis Mayfield als een anti drug song.
Tijdens een concert in Brooklyn, New York viel er een lichtbak op zijn lijf en hij werd daardoor verlamd tot aan zijn nek. Curtis Mayfield stierf op 26 december 1999.
De toen 17-jarige leadzanger heette Jerry Butler en hij wilde dat zijn boezemvriend Curtis Mayfield ook de rangen van The Impressions vervoegde in plaats van bij zijn zieltogende groep The Alfatones te blijven. De twee vrienden hadden eerder in de kerk samen gezongen en hadden ook samen rondgetrokken met The Northern Jubilee Gospel Singers en The Traveling Souls Spiritualists Church. Het duo betrok nog drie vrienden bij de zaak, namelijk Sam Gooden, en de broertjes Richard en Arthur Brooks, die alle drie eveneens in een doodlopend straatje zaten met hun groep The Roosters..
Bij één van dergelijke repetities werd het vijftal opgemerkt door iemand van Falcon Records en het duurde niet lang of de song werd in de opnamestudio onder handen genomen.
De baritonstem van Jerry Butler kwam uitstekend tot haar recht met de fragiele tenorstem van Curtis Mayfield in de achtergrond. Op vocaal gebied leverden The Impressions een knalprestatie af. ‘For Your Precious Love’ werd een hit en een absolute klassieker.
De daarop volgende platen werden echter allemaal flops en Jerry Butler verliet de groep om een solo carrière na te jagen en dit resulteerde in hits zoals ‘Find Another Girl’, het zeemzoete ‘Moon River’, het prachtige ‘Make It Easy On Yourself’ (zie ook The Walker Brothers), I Stand Accused’ en ‘Need To Belong’. Zonder Jerry Butler waren The Impressions echter hun charisma kwijt en leken ze op een flauwe imitatie van The Coasters of The Isley Brothers. Dit gaf als resultaat dat Jerry Butler en Curtis Mayfield een tweede maal de handen in elkaar sloegen en een song schreven die ‘He Will Break Your Heart’ heette. Dit nummer kreeg een arrangement mee dat een beetje afgekeken was van een soort Braziliaans calypso ritme, dat werd geïntroduceerd door The Drifters.
Curtis Mayfield verwierf mede door het succes van ‘He Will Break Your Heart’ een goede reputatie, niet alleen als artiest, maar ook als liedjesschrijver en producer. Dit liet hem toe een contract los te peuteren met ABC Paramount. Jerry Butler ging verder met zijn solo carrière en The Impressions trokken naar New York en namen daar hun eerste plaat voor ABC Paramount op, namelijk ‘Gypsy Woman’. Het nummer werd einde 1961 een enorme hit. Velen schreven dit succes toe aan de castagnetten van Curtis Mayfield. Richard en Arthur Brooks besloten in New York te blijven, maar de drie overige Impressions keerden terug naar Chicago. Ze waren in ieder geval vertrokken voor een indrukwekkende reeks door Curtis Mayfield geproducete ABC Paraount hits zoals ‘It’s All Right’ (1963), ‘Talking About My Baby’ (1964), ‘I’m So Proud’ (1964), ‘Keep On Pushing’ (1964), ‘You Must Believe Me’ (1964), ‘Amen’ (1965), het fenomenale ‘People Get Ready’ (1965), ‘Woman’s Got Soul’ (1965), ‘You’ve Been Cheatin’’ (1965). ‘We’re A Winner (1968) en als laatste in de rij ‘I Loved And I Lost’ (1968). Onmiddellijk daarop trokken The Impressions naar Curtom Records waar ze, nog steeds onder de leiding van Curtis Mayfield, scoorden met ‘Fool For You’, (1968), ‘This Is My Country’ (1968), ‘Choice Of Colours’ (1969), ‘Say You Love Me’ (1969), ‘Check Out Your Mind’ (1970) en ‘Baby Turn To Me’ (1970). In 1970 verliet Curtis Mayfield The Impressions en het leek of zijn beste jaren als liedjesschrijver achter hem lagen. Hij kwam in 1973 echter sterk terug met de soundtrack van ‘Superfly’ en de hit ‘Freddie’s Dead’. Dit laatste nummer beschouwde Curtis Mayfield als een anti drug song.
Tijdens een concert in Brooklyn, New York viel er een lichtbak op zijn lijf en hij werd daardoor verlamd tot aan zijn nek. Curtis Mayfield stierf op 26 december 1999.
- Bestaat er dan een echte Chicago Soul Sound?
We moeten echter eventjes terug in de tijd, want we mogen niet vergeten dat Curtis Mayfield , buiten The Impressions om, in 1963 bij Carl Davis van Epic/ Okeh Records was gaan aankloppen met de bedoeling zijn eigen sublabel, Windy C Records uit de grond te stampen en aldus zijn arbeid in een directere verloning zag resulteren. Dit project liep, niettegenstaande Billy Cubie op dit label een hit scoorde met ‘World Of Fantasy’, nogal vlug op de klippen, maar Curtis Mayfield bleef bij Okeh.
De uit Chicago afkomstige zwarte Carl Davis had reeds eerder bewezen dat hij een neus had voor nieuw talent door de vocale groep The Dukays van een Chicago straathoek weg te plukken en hun lead zanger, Eugene Dixon, een plaat voor Vee-Jay Records te laten opnemen. Eugene Dixon was misschien niet de beste zanger. Hij klonk precies of hij was verkouden en zijn stem had een nasale klank. Carl Davis zag het wel zitten en hij veranderde de naam van Eugene Dixon in Gene Chandler, zo genoemd naar zijn favoriete filmacteur Jeff Chandler. Zijn eerste plaat, ‘Duke Of Earl’ werd een ongemeen groot succes. Binnen de maand werden er meer dan één miljoen exemplaren van verkocht en ‘Duke Of Earl’ werd een dikke nummer één hit. Gene Chandler had verder nog hits voor Vee-Jay met ‘Rainbow’, ‘Man’s Temptation’.
Chandler sloot een deal met Constellation Records en had nog hits met ‘Just Be True’, ‘Bless Our Love’, What Now’ en ‘Nothing Can Stop Me’.
Nu zat het zo dat Carl Davis zijn aloude, legendarische ‘race’ label Okeh binnen de context van Columbia/Epic Records wilde reactiveren en de allereerste artiest die hij voor dit label kon strikken was de gewezen bokser Major Lance, met onmiddellijk succes tot gevolg.
We moeten echter eventjes terug in de tijd, want we mogen niet vergeten dat Curtis Mayfield , buiten The Impressions om, in 1963 bij Carl Davis van Epic/ Okeh Records was gaan aankloppen met de bedoeling zijn eigen sublabel, Windy C Records uit de grond te stampen en aldus zijn arbeid in een directere verloning zag resulteren. Dit project liep, niettegenstaande Billy Cubie op dit label een hit scoorde met ‘World Of Fantasy’, nogal vlug op de klippen, maar Curtis Mayfield bleef bij Okeh.
De uit Chicago afkomstige zwarte Carl Davis had reeds eerder bewezen dat hij een neus had voor nieuw talent door de vocale groep The Dukays van een Chicago straathoek weg te plukken en hun lead zanger, Eugene Dixon, een plaat voor Vee-Jay Records te laten opnemen. Eugene Dixon was misschien niet de beste zanger. Hij klonk precies of hij was verkouden en zijn stem had een nasale klank. Carl Davis zag het wel zitten en hij veranderde de naam van Eugene Dixon in Gene Chandler, zo genoemd naar zijn favoriete filmacteur Jeff Chandler. Zijn eerste plaat, ‘Duke Of Earl’ werd een ongemeen groot succes. Binnen de maand werden er meer dan één miljoen exemplaren van verkocht en ‘Duke Of Earl’ werd een dikke nummer één hit. Gene Chandler had verder nog hits voor Vee-Jay met ‘Rainbow’, ‘Man’s Temptation’.
Chandler sloot een deal met Constellation Records en had nog hits met ‘Just Be True’, ‘Bless Our Love’, What Now’ en ‘Nothing Can Stop Me’.
Nu zat het zo dat Carl Davis zijn aloude, legendarische ‘race’ label Okeh binnen de context van Columbia/Epic Records wilde reactiveren en de allereerste artiest die hij voor dit label kon strikken was de gewezen bokser Major Lance, met onmiddellijk succes tot gevolg.
De eerste plaat van Major Lance was ‘The Monkey Time’. Dit was niet alleen de eerste hit voor Okeh Records in jaren, maar ook het perfecte antwoord op de niet eens zo domme vraag of er dan een echte ‘Chicago Soul Sound’ bestaat.
Major Lance, die je gemakkelijk tussen de ‘Popcorn Oldies’ terugvindt, had verder hits met ‘Hey, Little Girl’, ‘Um,Um,Um,Um,Um,Um’, ‘The Matador’, ‘Rhythm’, Sometimes I Wonder’ en ‘It’s The Beat’. Okeh records was daarmee opnieuw in de dans en ook de uit Pensacola, Florida afkomstige Walter Jackson liet enkele hits optekenen voor dit label. Zijn grootste hit was het door Curtis Mayfield geschreven ‘It’s All Over’. De overige hits heetten ‘Suddenly I’m All Alone’, ‘Welcome Home’ en ‘Speak Her Name’. Walter Jackson overleed in Chicago in 1983 op amper 45-jarige leeftijd. Wanneer je al die opnamen beluistert valt het op dat de meerstemmige vocale prestatie in de eerste plaats komt, nog voor een uiterst subtiele begeleiding. |
De ‘Chicago Soul Sound’ heeft namelijk niet die zelfde intense beat als Motown. Hij leunt misschien dichter aan bij de Memphis Sound en gaat soms zelfs richting Doo Wop uit, maar hij bestaat en hij werd uitgesmeerd over heel wat verschillende platenlabels, die we verder eens onder loep gaan nemen.
- Brunswick Records
Om te beginnen is er Brunswick Records. De uit Detroit afkomstige Jackie Wilson bleef gedurende zijn volledige carrière onder cantract bij Brunswick Records. Jackie Wilson mag dan nog op 9 juni 1934 in Detroit geboren zijn en door Berry Gordy ontdekt, zijn stijl leunt dichter aan bij de Chicago Sound dan bij Motown.
Tussen zijn eerste grote hit ‘Reet Petite’ uit 1957 en ‘Shake, Shake, Shake’ uit 1963 had Jackie Wilson een hele reeks hits met door Alan Freed veelvuldig geplugde, zuivere popdeunen, zoals ‘Lonely Teardrops’, ‘That’s Why’, ‘Doggin’ Around’, ‘The Tear Of The Year’ en ‘Baby Workout’.
Daarna begon zijn carrière te slabakken. In 1966 ontmoette Jackie Wilson Carl Davis, de producer uit Chicago en die gaf de loopbaan van Jackie Wilson een nieuwe soul injectie.
Dit resulteerde in twee ‘millionsellers’, Whispers’ en ‘(Your Love Keeps Lifting Me) Higher And Higher’.
Jackie Wilson kenner Joe McEwen zegde daarover: ‘Niettegenstaande Berry Gordy de eerste hits voor Jackie Wilson schreef en ooit een intieme vriend was, genoot Jackie Wilson nooit van Gordy’s succes bij Motown. Jackie Wilson had de logische artiest voor Motown kunnen zijn, maar in plaats daarvan bleef hij gewoon bij Brunswick Records’.
- Brunswick Records
Om te beginnen is er Brunswick Records. De uit Detroit afkomstige Jackie Wilson bleef gedurende zijn volledige carrière onder cantract bij Brunswick Records. Jackie Wilson mag dan nog op 9 juni 1934 in Detroit geboren zijn en door Berry Gordy ontdekt, zijn stijl leunt dichter aan bij de Chicago Sound dan bij Motown.
Tussen zijn eerste grote hit ‘Reet Petite’ uit 1957 en ‘Shake, Shake, Shake’ uit 1963 had Jackie Wilson een hele reeks hits met door Alan Freed veelvuldig geplugde, zuivere popdeunen, zoals ‘Lonely Teardrops’, ‘That’s Why’, ‘Doggin’ Around’, ‘The Tear Of The Year’ en ‘Baby Workout’.
Daarna begon zijn carrière te slabakken. In 1966 ontmoette Jackie Wilson Carl Davis, de producer uit Chicago en die gaf de loopbaan van Jackie Wilson een nieuwe soul injectie.
Dit resulteerde in twee ‘millionsellers’, Whispers’ en ‘(Your Love Keeps Lifting Me) Higher And Higher’.
Jackie Wilson kenner Joe McEwen zegde daarover: ‘Niettegenstaande Berry Gordy de eerste hits voor Jackie Wilson schreef en ooit een intieme vriend was, genoot Jackie Wilson nooit van Gordy’s succes bij Motown. Jackie Wilson had de logische artiest voor Motown kunnen zijn, maar in plaats daarvan bleef hij gewoon bij Brunswick Records’.
In oktober 1975 trad Jackie Wilson op met de Dick Clark Revue toen hij op het podium een hartinfarct kreeg. Hij verkeerde meer dan acht jaar in comateuze toestand tot zijn overlijden op 21 januari 1984.
Het ging Brunswick Records van labelbaas Ned Tarnopol in Chicago voor de wind met de zo genoemde Davis, Henderson en Sanders stijl en sterren als Barbara Acklin met haar ‘smash hit’ Love Makes A Woman’, en Young-Holt Unlimited (‘Soulful Strut’). Deze acts hadden de sax sound van Henderson als basis. Een voormalige taxichauffeur met de vreemde naam Eugene Record bracht voor Brunswick Records zijn muzikale vrienden Robert ‘Squirrel’ Lester, Creadel ‘Red’ Jones en Clarence Johnson aan en zij vormden een vocaal kwartet dat helemaal in de stijl van The Temptations zong. Ze noemden zich The Chi-Lites en hadden dikke hits met ‘(For God’s Sake) Give More Power To The People’, ‘Oh! Girl’, ‘Have You Seen Her?’ en ‘Are You My Woman? - Chess en Vee-Jay Bij Chess Records in Chicago zaten ze nog steeds vast aan hun min of meer gedateerde blues en rock sterren en hadden ze met lede ogen het succes van Motown aanschouwd. Daarom werd songschrijver Billy Davis als producer en A&R man ingehuurd en die tekende een georchestreerde vorm van de Motown sound uit. En met succes want Davis had hits met omgeturnde blues iconen Etta James (‘Tell Mama’) en Little Milton (‘We’re Gonna Make It’). |
Hij haalde ook nieuw talent naar Chicago en scoorde met Fontella Bass (‘Rescue Me’), Fontella Bass & Bobby McClure (‘Don’t Mess Up A Good Thing), The Radiants (‘It Ain’t No Big Thing’ en ‘Voice Your Choice’), The Jaynetts (‘Sally, Go Round The Roses’), The Dells (‘Give Your Baby A Standing Ovation’ en ‘Oh! What A Night’), Etta James & Sugar Pie DeSanto (‘In The Basement’), Jackie Ross (‘Selfish One’).
Dan was er ook nog het eerder genoemde Vee-Jay Records van Ewart Abner, dat buiten Gene Chandler ook nog succes kende met de uit Greenwood, Mississippi afkomstige Betty Everett (‘You’re No Good’ en ‘The Shoop Shoop Song (It’s In His Kiss)’ Ze haalde ook nog de top vijf met ‘Let It Be Me’, een duet met Jerry Butler. Betty Everett overleed in Beloit, Wisconsin op 19 augustus 2001.
Delecta Clark was een soulzanger met een zoetgevooisde stem. Op een avond zat hij samen met gitarist Phil Upchurch in de auto. De regen gutste met bakken uit de lucht. De regen inspireerde de beide vrienden om met stukken en brokken daarover een song aaneen te rijgen.
De song werd ‘Raindrops getiteld. Delecta Clark werd Dee Clark en ‘Raindrops’ werd, tot in België toe, een wereldhit voor Vee-Jay Records.
Dan was er ook nog het eerder genoemde Vee-Jay Records van Ewart Abner, dat buiten Gene Chandler ook nog succes kende met de uit Greenwood, Mississippi afkomstige Betty Everett (‘You’re No Good’ en ‘The Shoop Shoop Song (It’s In His Kiss)’ Ze haalde ook nog de top vijf met ‘Let It Be Me’, een duet met Jerry Butler. Betty Everett overleed in Beloit, Wisconsin op 19 augustus 2001.
Delecta Clark was een soulzanger met een zoetgevooisde stem. Op een avond zat hij samen met gitarist Phil Upchurch in de auto. De regen gutste met bakken uit de lucht. De regen inspireerde de beide vrienden om met stukken en brokken daarover een song aaneen te rijgen.
De song werd ‘Raindrops getiteld. Delecta Clark werd Dee Clark en ‘Raindrops’ werd, tot in België toe, een wereldhit voor Vee-Jay Records.
|
|
- Turn Back The Hands Of Time
Tyrone Fettson werd geboren in Greenwood, Mississippi op 4 mei 1938 en werd ook nog Tyrone The Wonderboy genoemd. Hij was de persoonlijke chauffeur van blueslegende Freddie King en kwam aldus in contact met de succesvolle producer Carl Davis, die hem in 1968 een contract aanbood bij zijn pas opgerichte Dakar Records. Deze platenfirma kon van wereldwijde verdeling door Atlantic Records genieten.
Tyrone Fettson veranderde zijn naam in Tyrone Davis en in de zeven jaar bij Dakar scoorde hij de ene hit na de andere, zoals ‘Turn Back The Hands Of Time’, ‘Can I Change My Mind’, I’ll Be Right There’, ‘Could I Forget You? en ‘Is It Something You’ve Got’. Tyrone Davis overleed op 9 februari 2005.
Op datzelfde Dakar label had ook de immens populaire Otis Leavill eindelijk een hit te pakken met ‘I Love You’. Deze song werd geschreven door Eugene Record van The Chi-Lites en Barbara Acklin zorgde voor de background vocals.
- Twee buitenbeentjes
We hadden reeds eerder laten uitschijnen dat de Chicago sound eerder bij de Memphis sound aanleunde dan wel bij Motown uit Detroit. Daarom laten we tot slot we de lezer nog even kennis maken met twee Chicago soulzangers die de Chicago sound heel subtiel vermengden met de Memphis sound, namelijk Syl Johnson en Otis Clay. Het minste dat je van die twee kunt zeggen is dat ze veel punten van overeenkomst hadden en dat hun wegen soms elkaar kruisten. De lp ‘Hard Working Woman’ van Otis Clay’ was namelijk geproducet door Syl Johnson en Willie Mitchell van Hi-Records in Memphis kon hen overhalen om voor zijn label platen op te nemen.
Syl Johnson (zijn echte naam was Sylvester Thompson) werd op 1 juli 1936 geboren in Holly Springs, Mississippi. Hij was de broer van de befaamde Chicago blues artiest Jimmy Johnson en van bassist Mack Thompson. Hij hielp het piepkleine label Twinight Records op de kaart zetten met hits als ‘Come On And Sock It To Me’ en ‘Is It Because I’m Black?’. In 1971 nam hij voor Willie Mitchell zijn versie op van de Al Green klassieker ‘Take Me To The River’.
In totaal verschenen er zes platen van Syl Johnson in de Billboard pop charts.
Syl Johnson waagde zich ook aan de blues en op Delmark Records verscheen het uitstekende ‘Talking About Chicago’.
Tyrone Fettson werd geboren in Greenwood, Mississippi op 4 mei 1938 en werd ook nog Tyrone The Wonderboy genoemd. Hij was de persoonlijke chauffeur van blueslegende Freddie King en kwam aldus in contact met de succesvolle producer Carl Davis, die hem in 1968 een contract aanbood bij zijn pas opgerichte Dakar Records. Deze platenfirma kon van wereldwijde verdeling door Atlantic Records genieten.
Tyrone Fettson veranderde zijn naam in Tyrone Davis en in de zeven jaar bij Dakar scoorde hij de ene hit na de andere, zoals ‘Turn Back The Hands Of Time’, ‘Can I Change My Mind’, I’ll Be Right There’, ‘Could I Forget You? en ‘Is It Something You’ve Got’. Tyrone Davis overleed op 9 februari 2005.
Op datzelfde Dakar label had ook de immens populaire Otis Leavill eindelijk een hit te pakken met ‘I Love You’. Deze song werd geschreven door Eugene Record van The Chi-Lites en Barbara Acklin zorgde voor de background vocals.
- Twee buitenbeentjes
We hadden reeds eerder laten uitschijnen dat de Chicago sound eerder bij de Memphis sound aanleunde dan wel bij Motown uit Detroit. Daarom laten we tot slot we de lezer nog even kennis maken met twee Chicago soulzangers die de Chicago sound heel subtiel vermengden met de Memphis sound, namelijk Syl Johnson en Otis Clay. Het minste dat je van die twee kunt zeggen is dat ze veel punten van overeenkomst hadden en dat hun wegen soms elkaar kruisten. De lp ‘Hard Working Woman’ van Otis Clay’ was namelijk geproducet door Syl Johnson en Willie Mitchell van Hi-Records in Memphis kon hen overhalen om voor zijn label platen op te nemen.
Syl Johnson (zijn echte naam was Sylvester Thompson) werd op 1 juli 1936 geboren in Holly Springs, Mississippi. Hij was de broer van de befaamde Chicago blues artiest Jimmy Johnson en van bassist Mack Thompson. Hij hielp het piepkleine label Twinight Records op de kaart zetten met hits als ‘Come On And Sock It To Me’ en ‘Is It Because I’m Black?’. In 1971 nam hij voor Willie Mitchell zijn versie op van de Al Green klassieker ‘Take Me To The River’.
In totaal verschenen er zes platen van Syl Johnson in de Billboard pop charts.
Syl Johnson waagde zich ook aan de blues en op Delmark Records verscheen het uitstekende ‘Talking About Chicago’.
Otis Clay werd op 11 februari 1942 geboren in Bolivar County, Mississippi. Hij trok samen met zijn familie als kleine uk naar Muncie, Indiana om zich dan in 1957 in Chicago te vestigen. Hij maakte in 1967 opnamen voor het One-Derful label van George Leaner en daar zaten een paar pop hits tussen zoals zijn versie van Doug Sahm’s ‘She’s About A Mover’, ‘That’s How It Is’ en ‘A Lasting Love’. Net zoals Syl Johnson trok Otis Clay naar Memphis om daar opnamesessies met Willie Mitchell voor Hi-Records te houden. Daar nam hij de klassieker ‘Trying To Live My Life Without You’ op (later een top vijf hit in de versie van Bob Seger And The Silver Bullet Band).
Er zullen veel soul liefhebbers aanvoeren dat Chicago de duimen moest leggen voor Detroit en we kunnen hen in die redenering tot zekere hoogte volgen. Maar wij gaan nu even van een andere stelling uit. Detroit werd als eerste soulstad opgevoerd enkel en alleen omdat er zich slechts één enkel platenlabel (maar wat voor één!) binnen de stadsgrenzen van Motor City bevond. Voor de evenveel getalenteerde collega’s in Chicago moet je de geschiedenis van een hoop kleine en grotere platenlabels bij elkaar puzzelen om aldus inzicht te krijgen in de Chicago Soul Sound. Maar hij bestaat wel degelijk en hij heeft zijn eigen klank.
Er zullen veel soul liefhebbers aanvoeren dat Chicago de duimen moest leggen voor Detroit en we kunnen hen in die redenering tot zekere hoogte volgen. Maar wij gaan nu even van een andere stelling uit. Detroit werd als eerste soulstad opgevoerd enkel en alleen omdat er zich slechts één enkel platenlabel (maar wat voor één!) binnen de stadsgrenzen van Motor City bevond. Voor de evenveel getalenteerde collega’s in Chicago moet je de geschiedenis van een hoop kleine en grotere platenlabels bij elkaar puzzelen om aldus inzicht te krijgen in de Chicago Soul Sound. Maar hij bestaat wel degelijk en hij heeft zijn eigen klank.
|
|
Ivan Van Belleghem
A WOODLAND HILLCREST PROMOTION PRODUCTION I KEYS AND CHORDS 2001 - 2025