cd reviews
Het Finse Stratovarius timmert al ettelijke jaren aan zijn weg naar absolute roem. De band werd immers opgestart in 1984 onder de naam Black Water, maar het jaar nadien was de naam Stratovarius (samentrekking van stratocaster gitaar en stradivarius viool) al een feit. Ook tal van wijzigingen in de line-up van de band kon Stratovarius niet stoppen al werd er wel heel erg voor het einde gevreesd toen Timo Tolkki in de 2008 de deuren achter zich toesloeg. Maar kijk, sindsdien komt de band met wel heel knappe studio-albums op de proppen die stuk voor stuk heel lovende kritieken krijgen en vrij hoog scoren en tal van lijsten. 'Eternal' is het vierde album sinds het vertrek van Tolkki en het huidige vijftal – Timo Kotipelto (vocals), Jens Johansson (keyboards), Lauri Porra (bass), Matias Kupiainen (gitaar) en Rolf Pilve (drums) – voelt zich als een vis in het water met hun mooie melodieuze neoklassieke symfonische power metal. Dit bewijzen ze hier dus andermaal met tien nieuwe tracks op dit album. Track – 'My Eternal Dream' is al meteen een prachtige binnenkomer waarvan je denkt dat die niet meer kan overtroffen worden – na track wordt je bestookt met aanstekelijke nummers die een zonnetje in huis doen stralen. De enig uitzondering op die stelregel is de knappe en toch stevige ballade 'Fire In Your Eyes'. Maar, voor mij hebben ze hun beste creatie bewaard tot de laatste track: het meer dan elf minuten durende epos 'The Lost Saga' dat werkelijk de perfecte mix is geworden van symfonische bombast, neo klassieke elementen en krachtige metal accenten in zowel langzamere passages als uiterst snelle fragmenten. Gewoonweg subliem en deze track alleen al is de prijs van het complete album waard. Luc Ghyselen (4½)
0 Opmerkingen
Eerder dit jaar liet Signum Regis, de melodieuze power metal band die in 2007 werd opgestart door bassist Ronnie König, een veelbelovende zes tracks tellende ep op ons los in afwachting van dit nieuwe full-album. Nu is dit vierde album, 'Chapter IV: The Reckonng', er dus en je krijgt hier tien krachtig en mooi gearrangeerde tracks melodic power metal. En allemaal nieuwe tracks die je dus niet kan vinden op de ep 'Through The Storm' die knappe kritieken oogstte en die ikzelf ook wel best kon smaken. Het vijftal – naast oprichter/bassist en backing vocalist Ronnie König hoor je hier verder Mayo Petranin (vocals), Filip Kolus (guitars), Jan Tupy (keyboards, backing vocals) en Jaro Jancula (drums) – gaat gewoon verder waar ze gebeleven waren met hun vorige werkstuk: knappe, krachtige, gedreven en best wel aanstekelijk te noemen nummers waarin keer op keer de melodieuze (neo-klassieke) gitaarsolo's opvallen naast de krachtige en mooie vocalen. Dit alles perfect ondersteund door een ritmesectie die voor een solide basis zorgt en heel sporadisch ook nog een klein extraatje toevoegt. Dat ook de keyboards een mooie rol toebedeeld krijgen spreekt vanzelf in dit genre, maar nergens komen die storend over of treden die teveel op de voorgrond, nee, de soleerruimte wordt meestal ingenomen door de gitaar en dat vind ik persoonlijk een pluspunt daar Filip Kolos wel met een aantal schitterende solo's uitpakt. Ik denk hierbij aan de solo in het energieke 'Prophet Of Doom' – waar nergens eigenlijk ook maar een passage langskomt die de track als doom metal zou kunnen catalogeren – of zijn knappe riffs en dito solo in het snedige 'The Kingdom Of Heaven'. Maar eigenlijk doe ik dan zijn werk, en dat van de overige bandleden, onrecht aan, daar in feite elke track opnieuw een mooie solo, knappe en krachtige vocalen én uitstekende muzikale ideeën oplevert. Of de heren met deze nieuwste creatie een stap voorwaarts hebben gezet, weet ik eigenlijk niet (al hoop ik eigenlijk van wel). Wel weet ik dat dit vierde album van Signum Regis opnieuw een mooie toevoeging is aan mijn eigen collectie en dat ik hoe dan ook hoop dat de band met 'Chapter IV: The Reckoning' een pak nieuwe zieltjes zal winnen. De mooie cover, van de hand van Jan Yrlund, zorgt ervoor dat dit visueel ook een aantrekkelijk album is geworden. Luc Ghyselen (4½) Het Duitse Rebellion, opgericht in 2001 door gitarist Uwe Lulis en bassist Tomi Göttlich nadat ze het hadden gezien bij Gravedigger, komt eraan met zijn achtste studio-album. De band staat erom bekend dat ze concept albums maken die een bepaald stukje van onze geschiedenis omvatten. Het debuut bijvoorbeeld, 'Shakespeare's Macbeth – A Tragedy In Steel' (2002), was een album over Shakespeare's Macbeth met stukken tekst die origineel door Shakespeare werden geschreven. 'Born A Rebel', het tweede album (2003), was een buitenbeentje want daarna volgde een trilogie over de geschiedenis van de Vikingen. Hun vorige album belichtte dan weer de geschiedenis van de Teutonen, terwijl ze met hun nieuwste creatie, 'Wyrd Bio Ful Araed, The History Of The Saxons', de geschiedenis van de Saksen in de kijker plaatsen. Aan de hand van twaalf krachtige melodieuze heavy metal tracks waaronder natuurlijk een aantal hymnes, probeert het huidige vijftal – Tomi Göttlich (bass), Michael Siefert (vocals), Oliver Giebig (gitaar), Stephan Karut (gitaar) en Timo Schneider (drums) – je dus een beetje extra informatie te geven over deze van oorsprong Germaanse volksstam. Maar ook al ga je niet dieper in op wat de band hier door middel van de rauwe vocalen Michael je te vertellen heeft, dan nog kan je genieten van de stevige en krachtige melodieuze heavy metal die de heren op je loslaten. Ik er mezelf op betrapt dat ik vele keren goedkeurend knikte bij wat ik hoorde. Niet dat de heren hier nu vernieuwend uit de hoek komen – de vocalen klinken een beetje richting Udo Dirkschneider, de basis die drums en bass leggen is uiterst stevig en solide te noemen, de gitaarriffs zijn krachtig en zwaar en de gitaarsolo's melodieus, meestal kort en intens – maar wat ze brengen doen ze goed en dit is toch wel voornaamste als je naar een album luistert. Als je fan bent van pure extreme metal is dit waarschijnlijk niet aan jou besteed, maar voor elke andere fan van het hardere werk zou dit eens moeten beluisteren en die zullen dan, net zoals ik deed, meer dan eenmalig goedkeurend knikken bij deze twaalf tracks, waarin soms knappe ritme en tempowisselingen te vinden zijn (ik denk hierbij in de eerste plaats aan het toch wel krachtige en machtige 'The Fall Of Irminsul'). Opnieuw een mooie aanvulling op de catalogus van deze Rebellion. Luc Ghyselen (4) Dat je niet elke band in muziekland kent is een vaststaand feit. Zelfs niet elke band uit een van je favoriete muziek(sub)genres! Dat bewijst het oorspronkelijk uit Colorada Springs, Colorado,VS, afkomstige viertal Psycho Drama, een band die sinds 1993 aan hun carrière werkt. OK, er zaten een aantal jaren tussen dat de band op “non-aktief” stond, maar toch. 'From Ashes To Wings' is pas het derde album van deze progressieve power metal band die eigenlijk draait rond vocalist Corey Brown en gitarist/toetsenist Hercules Castro, die ook instaan voor het leeuwendeel van het songschrijven. Bassist Ian Ringler en drummer Greg Sands vervolledigen de line-up. Op dit derde album, dat intrigerend opent met 'Inferno', vind je elf tracks die een kwartet laten horen dat duidelijk zijn instrumenten beheerst en die muzikaal putten uit het vaatje waar giganten als Dream Theater, Fates Warning en Queensrÿche ook hun mosterd zoeken. Vooral die laatst genoemde band blijkt een referentiepunt daar ook Psycho Drama power metal mengt met meer progressieve elementen. Maar eigenlijk houd het hier wel op, want waar Queensrÿche tot de top in het genre hoort, moet dit viertal toch nog een aantal belangrijke stappen zetten. Vocaal komt Corey bijvoorbeeld helemaal niet aan het niveau dat Geoff Tate ooit haalde bij Queensrÿche. Ook op gebied van arrangementen staat dit illustere voorbeeld een stuk verder. Maar, opgelet, begrijp me nu helemaal niet verkeerd: ook deze Psycho Drama heeft heel wat te bieden. Een track als 'Requiem' kan perfect op een album van een van eerder genoemde bands daar die gewoonweg vol afwisseling steekt op gebied van tempo's en ritmes en waar de toetsen en de gitaarsolo's elkaar perfect aanvullen én waar het vocale gedeelte gewoonweg perfect te noemen is om de song aan kracht en virtuositeit te laten winnen. En zo prijken er nog wel meer op dit album (het vlotte 'Edge Of Forever' bijvoorbeeld, al vind ik de toetsenpartijen hier iets te “mechanisch” klinken) die heel knap in elkaar zitten en een vermelding verdienen. Dus wie fan is van het genre en van een van de eerder vernoemde bands moet deze 'From Ashes To Wings' van Psycho Drama zeker eens aan een luistertest onderwerpen. Heel goed mogelijk dat dit een nieuwe aanvulling wordt voor uw collectie, daar dit album eigenlijk nog wel wat groeit bij iedere nieuwe beluistering. Luc Ghyselen (4) Het uit Fort Lauderdale, Florida afkomstige Malevolent Creation timmert reeds sinds 1987 aan de weg naar eeuwige roem. Iets wat na elf studio-album niet echt is gelukt, daar de band nooit zo stevig is doorgebroken als bijvoorbeeld Morbid Angel, Deicide of Obituary en dat met nochtans knappe albums onder de arm als bijvoorbeeld 'The Ten Commandments' (1991) of 'Eternal' (1995). Het huidige vijftal – gitarist Phil Fasciana, vocalist Bret Hoffmann, bassist Jason Blachowisz, gitarist Gio Geraca en drummer Justin DiPinto – brengen nog steeds death metal met een flinke scheut thrash in gemixt. En, ik zal maar heel eerlijk zijn, ik had de band ook wel wat uit het oog verloren, maar nu zijn ze er dus terug op een nieuw label en met een stevige mokerslag, want dit tien tracks tellend album – twaalf als je kiest voor de digi-pack versie – bevat tien prachtige tracks die in geen enkele platenkast van een zichzelf respecterende death metal fan mag ontbreken. Het vijftal opent meteen met het knappe titelnummer dat langzaam en uiterst rustig uit de startblokken komt. Het nummer wint gaandeweg aan dreiging en vooral aan kracht. Maar de registers worden pas volledig opengetrokken met het razende 'Soul Razer' dat ondanks al zijn brutaal geweld toch ook melodieus en zelfs aanstekelijk werkt. Het snedige 'Imperium (Kill Force Rising)' doet daar nog een stevige schep bovenop, verliest het aanstekelijke, maar houdt het melodieuze in eer (vooral dankzij de gitaarsolo). Deze ingeslagen weg wordt verdergezet met het brutale en immens op speed gebrachte 'Corporate Weaponry'. 'Blood Of The Fallen' doet door gewoonweg nog een schep bovenop: wat een agressie stroomt uit deze track. Misschien net nog iets agressiever klinkt 'Resistance Is Victory' dat aan een wervelend tempo wordt afgewerkt. Ook het vlotte '12th Prophecy' valt in die categorie. Heel anders klinkt dan het op snoeiharde riffs gebaseerde en eerder logge (in ieder geval voor Malevolent Creation normen) en zwaar beukende 'Extinction Personified'. Het tempo gaat weer de hoogte in met het agressieve 'Fragmental Sanity', terwijl het dreigende 'face Your Fear' dit album agressief en brutaal afsluit. Ik zou zeggen: “welcome back, Malevolent Creation, en hopelijk krijgen jullie nu wel de massale erkenning die jullie verdienen!” Luc Ghyselen (4½) Het Franse gezelschap Kerion, een symfonische metal band rond vocaliste Flora Spinelli, is er terug met de opvolger van hun 'CloudRiders Part 1, Road To Skycity'. Het is een concept over een gevecht tussen “de oude wereld” en de troepen van “Skycity”. Muzikaal klinkt dit heel knap maar in zowat elke track wordt op het einde het verhaaltje wat uitgediept en dat kan ik best wel missen. Maar voor de rest klinkt de symfonische power metal van de band – naast Flora (vocals) bestaat de band verder uit Remi Carrayrou (lead & rhythm guitars), Anthony Schutz (bass), Sylvain Cohen (rhythm guitars) en Jean-Baptiste Pol (drums) – best wel knap. Alhoewel ik daar ook een kanttekening bij wil plaatsen: soms is het symfonische gedeelte (wie zorgt daar ten andere voor) me iets te organisch, precies of dat dit allemaal gebeurde met hulp van eenvoudige synthesizers en computers. En als je je dan een beetje wil gaan spiegelen aan Rhapsody Of Fire (volgens de promo info dan toch), dan moet je toch nog wat extra's kunnen brengen. Dit neemt helemaal niet weg dat het album wel degelijk zijn uitstekende momenten kent, als is dit soms wel te denken aan de extra steun van o.a. Elisa C. Martin (DarkMoor), Rachel Aspe 'Eths) en Phil Giordana (Fairyland). Dit neemt niet weg dat ook vocaliste Flora en zeker gitarist Remi duidelijk hun mannetje weten te staan. Maar om dit nu een echt meesterwerk in het genre (symphonic power and cinematic metal) te gaan noemen is toch wel een paar bruggen te ver. “Goed zonder meer” wil ik dit wel noemen (of komt dit omdat ik het “Part 1” van dit verhaal niet heb gehoord?). Luc Ghyselen (3½) Het mij onbekende Deense viertal van Essence brengt thrash metal die me wat doet denken aan de beginperiode van Metallica en Slayer. 'Prime' is het derde album, na 'Lost In Violence' (2011) en 'Last Night Of Solace' (2013), reeds van dit kwartet – Lasse Skov (lead vocals, rhythm guitar), Mark Drastrup (lead guitar), Rasmus Kalke (bass) en Nikolaj Kjaergaard (drums) – dat er op de promo foto toch nog heel jong uitziet. En alhoewel de invloeden van deze eerder genoemde bands er meer dan vingerdik op liggen, zijn de tien tracks op dit album toch lichtjes “anders” te noemen. Hier zit net dat ietsje meer melodie, of noem het radiovriendelijkheid, in geboetseerd, zodat dit misschien de net iets meer modale muziekliefhebber over de streep zal trekken. Let wel dat dit viertal nog een heel lange weg af te liggen heeft als ze op het niveau van Slayer of Metallica willen raken, maar, indien je deze twee bands (zeker in hun beginperiode) kanp en sterk vond, dan maag je dit viertal beslist een kans gunnen daar deze tracks toch wel stevig, krachtig en vet klinken zonder dat je ervan achterover slaat. Luc Ghyselen (3½) Soms doe je zelfs als reviewer nog eens leuke ontdekkingen en dit tweede album van het Italiaanse zestal Ephyra is er zo één voor mij. De band werd in 2005 opgericht door twee gitaristen als pure death metal band en ze brachten in hun beginperiode zo goed als uitsluitend covers. Maar na tal van wijzigingen in de line-up besloten ze eigen werk te gaan maken. Ook op gebied van muziekstijl kwam er al een lichte aanpassing: melodic death metal met kleine accentjes middeleeuwse folk en fantasy-teksten. Na opnieuw een aantal wijzigingen in de line-up verscheen in 2013 hun debuutalbum en nu is er dus opvolger 'Along The Path', waar melodic death metal het uitgangspunt blijft, maar waar invloeden uit epic heavy metal en vooral folk in overvloed aanwezig zijn. Eluveitie is de naam die meteen in me opkomt bij het beluisteren van dit album. Het huidige zestal – Nadia Casali (vocals), Francesco Braga (vocals), Matteo Santoro (guitars & choir), Paolo Diliberto (guitars & choirs), Alessandra Biundo (bass) en John Tagliabue (drums) – kregen hier extra steun van percussionist Mattia Stancioiu), Davide Cicalese (Furor Gallico (nog een band waarmee je deze Ephyra wat kan gaan vergelijken) extra zang in 'All At Once), Silvia Bonino (Folkstone, harp) en List Stefanoni (Evenoire, fluit). Dat die laatste twee extra elementen uit de folkmuziek toevoegen hoef ik je niet uit te leggen, maar Ephyra heeft meer troeven. Luister maar eens naar de prachtige cleane vrouwelijke vocalen van Nadia die in zowat elk nummer stevig weerwerk krijgen van de rauwe “growls & screams” van Fransesco, de solide en uitmuntende basis van bass en drums, de knappe gitaarriffs die nog steeds stevig in de death metal vertoeven én de mooie melodieuze gitaarsolo's. Kortom dit is een album van een band die in heel wat metal collecties thuis hoort. Elf nummers telt het schijfje en er wordt melancholisch geopend met 'Melancholy Rise' dat iets over halfweg toch in een brute kracht ontaard. Het uptempo en stevige 'Human Chaos' zet dan de definitieve toon met alle reeds eerder genoemde ingrediënten. Het tempo wordt nog opgedreven voor het waanzinnige 'All At Once' dat live waarschijnlijk voor ongeziene taferelen zal zorgen. 'Cruel Day' laat prachtige contrasten horen tussen vrouwelijke cleane zang, koorzang en mannelijke rauwe vocalen. Het aanstekelijke en uiterst vlot gebrachte 'Flaming Tears' is de volgende track op je menu. Met 'Hope' krijg je een perfect rustpunt en kunnen de invloeden uit de folk zich in volle glorie vertonen. Kracht keert terug met 'Last Night' waarin rustige en sfeervolle fragmenten worden afgewisseld met steviger klinkende stukken. Het tempo wordt met een stevige ruk weer de hoogte ingejaagd voor het opzwepende en aanstekelijke 'Riding With The Sun'. Iets waar het stevige, krachtige en episch aanvoelende 'Land's Calling' een mooi vervolg aan breit. In het stevige 'No Dream' mag Fransesco bijna al het vocale voor zijn rekening nemen. Opvallend is hier de mooie break waar de folkelementen met de aandacht gaat lopen en die zo voor een mooi contrast zorgt met de rest van het nummer. Het uiterst vlotte 'Alive', waar alle ingrediënten van de sound van Ephyra nog eens tot uiting komen, mag dit sterke album in stijl afsluiten. Fans van o.a. Furror Gallico en Eluveitie kunnen hier niet omheen, maar ook vele andere liefhebbers van melodic death metal (met folk invloeden) zullen dit waarderen. Meteen opnieuw een band om echt in de gaten te houden en die kan uitgroeien tot een topspeler in het (sub-)genre. Luc Ghyselen (4½) Het Finse Entwine werd in 1995 opgericht door gitarist Tom Mikkola en drummer Aksu Hanttu. Eerst nog als death metal band, maar lang duurde dit niet en werd de koers gewijzigd naar een mix van hard rock, gothic rock en dark rock. Nu is het vijftal er met zijn nieuwste creatie – 'Chaotis Nation' is het achtste full-album van de heren – en telt tien tracks die het midden houden tussen mainstream rock en dark gothic rock. Dat de songs allemaal ook melodieus ingekleurd zijn, zorgt ervoor dat vele tracks het goed zouden kunnen doen op een aantal radiostations als de nummers in de playlisten komen (iets wat in België hoogst waarschijnlijk niet zal gebeuren). En eindelijk is dit wel een beetje spijtig, want hoewel ik absoluut niet achterover val van wat ik hier te horen krijg,vind ik dit best aangename muziek om naar te luisteren zodat ik dit stukken liever hoor dan alles wat ik op de radio hoor tijdens mijn werkuren. Let wel, fans van het echt zware werk of van bijvoorbeeld extreme metal zullen hier niets aan vinden. Dit is muziek dat eerder weggelegd is voor de liefhebbers van melodieuze gothic rock waar ook een flink stuk elektronica in te horen is. Ben je fan van het genre, dan mag je dit absoluut een kans geven, persoonlijk hou ik toch meer van het steviger werk. Luc Ghyselen (3) Caligula’s Horse: wat een naam voor een band, nog nooit van gehoord. Maar onbekend is onbemind en toen ik hoorde dat het een progressieve, alternatieve band uit Australië was begon mijn interesse te kietelen. Immers, Karnivool en The Butterfly Effect zijn ook bands van Down Under, in dit genre, en scoren hoog op mijn lijstje van favoriete bands. En zoals al meermaals dit jaar, is opnieuw een voor mij totaal onbekende band een zeer aangename verrassing gebleken. Caligula’s Horse heeft alles wat een goeie band bezit: zeer goeie zang, het betere gitaarwerk, een drummer om U tegen te zeggen maar bovenal schitterende muziek en een perfecte sound. Caligula’s Horse werd opgericht in 2011 en brengt met Bloom zijn derde album uit en ik kan alleen maar hopen dat de vorige cd’s even goed zijn als hun nieuwste schijf. Blijkbaar heeft de band ook al een stevige live reputatie: ze toerden immers al met Opeth en Mastodon, toch geen kleine groepjes te noemen. Terug naar 'Bloom' nu: de openers 'Bloom' en 'Marigold' etaleren al onmiddellijk de klasse en sound van de groep, die trouwens op de ganse cd te horen is. Er zijn zeker invloeden te horen van illustere bands als Karnivool, Opeth, Porcupine Three en Pain Of Salvation maar toch heeft Caligula’s Horse zijn eigen, uitstekende sound gecreëerd. 'Rust' en 'Turntail' zijn absolute topnummers in het genre waar vooral het betere drumwerk en zanglijnen van hoog niveau te horen vallen. Verder valt 'Daughter Of The Mountain' best te pruimen. Enkel het laatste, rustige nummer 'Undergrowth' kan mij echt niet bekoren. Caligula’s Horse is geen spek voor de bek van metalheads of fans van het ruigere werk maar liefhebbers van stevige prog, liefhebbers van goede, gevarieerde muziek met een stevig kantje mogen niet twijfelen: haal 'Bloom' in huis en je hebt gegarandeerd uren luisterplezier. Bart Verlinde (4½) |
|