cd reviews
Deze band mogen thrash liefhebbers zeker niet missen. Het zijn vier Engelse mannen met een passie voor luide en harde muziek. De band is oorspronkelijk opgericht in 1994 en in 2009 hervormt. De band vormde zich eerst met Keith Letourneau en Tim Smith op gitaar, Greg Letourneau aan de bas, Gary Torvinen aan de drums en Gary Robinsin als vocalist. In 2009 zijn er veranderingen gekomen in de band Greg Letourneau, Gary Torvinen, Gary Robinsin hebben de band verlaten. Deze plaatsen werden ingenomen door Kurt Ragis aan de drums, Nick Persico als bassist en gitarist Keith neemt de vocalen over. Met het gebruik van dubbele bass en de krachtige gitaar solo’s maakt dit album voor mij het luisteren echt waardig. De band is even oorverdovend zoals Exodus en de vroegere Slayer. Met deze fantastische riffs kan je een volgende dag met pijn in de nek beleven. Zoals in vele thrash bands en deze band wordt er opgebouwd in nummers, begint men iets trager en dan heb je de plotse oorverdovende drum en razendsnelle gitaar die er bij hoppen. Het jaar 2014 was een top jaar voor de band. Ze delen grote podium met nationale acts zoals Tesseract, Warbringer, Unearth, Blackquard, Diecast en nog meerdere bands. Van deze mannen wil ik ook wel eens genieten in België. Voor mij mag de nieuwe album 'Embrace The Fury' een stap zijn naar succes. Emile Lowagie (4)
0 Opmerkingen
Saligia komt uit Noorwegen en meer bepaald uit Trondheim. Dit black metal gezelschap bestaat eigenlijk maar uit twee personen: bezieler, vocalist, gitarist, bassist Ahzari en ene V. als drummer. Vooral het stoeltje als slagwerker kreeg al menig ander persoon te verwerken en dat in de nochtans korte periode van bestaan daar de band pas in 2006 het levenslicht zag. Met deze 'Fonix' is Ahzari al aan zijn tweede full-album toe, na ook reeds eerder drie demo's en een ep te hebben vol gespeeld en vooral vol geschreeuwd. Want als ik heel eerlijk moet gaan zijn, is dit toch echt iets als “dertien in een dozijn”. Vijf tracks die lang uitgesponnen worden, waarin riffs over en weer ketsen, waar de drums gewoon als ondersteuning dienen (word er wel op drums gespeeld of zijn het toch echt ketels die hier worden gebruikt?), en waar de vocalen na een paar minuten al tenen krullend overkomen. Ik kan niet gaan vergelijken met vorig werk, maar als dit het beste is wat Saligia weet te brengen, dan is dit zeker geen spek voor mijn bek, zal ik zeker niet op zoek gaan naar vroeger werk en hoop ik uit de grond van mijn hart dat er – als er ooit een volgend album aankomt – er wat beter gemusiceerd en gezongen wordt. Enkel aanschaffen indien je euros te veel hebt of als je echt alles wil wat black metal te bieden heeft. Luc Ghyselen (2) Het Duitse thrash metal viertal Necronomicon heeft er al een lange rit opzitten. Hun verhaal begon immers in 1984 en na een tienjarige break tussen 1994 en 2004 is de band dus werkelijk “alive & kickin'”. Dit bewijst het kwartet – zanger/gitarist Freddy, gitarist Mike, bassist Marco en drummer Chris Mosh – hier met hun achtste studio-album. Het is een soort van conceptalbum geworden rond een “Pathfinder” die zijn weg zoekt en vind tussen goed en kwaad aan de hand van tien tracks waarin je op de eerste plaats pure thrash hoort, maar waar ook heel wat invloeden uit de traditionele heavy metal de kop op steken. Deze combinatie zorgt hier voor tien knappe nummers die, voor mij althans, allen net iets te lang uitgesponnen zijn. Vandaar dat ik twee van de kortste tracks op dit album, het gedreven en uiterst vlotte 'Inside The Fire' en het krachtige 'We Are The Gun', als de betere beschouw. Maar dan doe ik misschien wel het afsluitende 'Out Of Hell' oneer aan, daar dit met zijn bijna negen minuten het langste nummer is en me ook wel bekoort dankzij de mooie opbouw en de wisselingen in tempo. Misschien nog steeds niet het topalbum dat de heren wellicht in de vingers hebben, maar wel een mooie aanvulling in hun discografie waarmee fans van de band, en ook wel van het genre, weer een tijdje zoet mee zullen zijn. Luc Ghyselen (3½) 'Tears Of Silence' is het vierde album van Imperia, de band rond zangeres Helena Michaelsen. Deze dame zong ooit nog bij Sahara Dust, wat later omgedoopt werd tot Epica. Imperia is Female Fronted Metal van de bovenste plank, met zoals vaak gebruikelijk in dit genre, doorspekt met symfonische, bombastische invloeden en gebruik van klassieke instrumenten zoals fluit, piano en koorzang. Helena is duidelijk het uithangbord van de band en dit is zeker te horen in de songs waar haar krachtige stem tot haar recht komt. Laat ze dan nog een flink pak emotie en passie in haar zang verwerken en je hebt een dijk van een zangeres. Maar de front dame op een voetstuk plaatsen doet de rest van de band oneer aan: gitarist Jan Yrlund mag er zeker wezen, het drumwerk van Steve Wolz is van uitstekende makelij en op de Belgische bassist Gerry Verstreken mogen we in onze contreien best fier zijn. 'Tears Of Silence' is bovendien een mengelmoes van stijlen: van metal naar gothic, folk, doom of gewone rock en de zangeres past zich moeiteloos aan elke genre aan. Met dit album plaats Imperia zich in het lijstje van bands als Nightwish, Epica en Within Temptation. Helaas blijkt dit album het laatste werk te zijn van Imperia, vermits Helena zich zal storten op haar ander project Angel, genaamd naar haar dochter. Een album dat zichzelf uitnodigt tot meerdere draaibeurten tot groot jolijt van de luisteraar. Bart Verlinde (4) Massacre Records I MASCD 0913 I Imperia
Het Zweedse (kan het anders als je de naam van dit vijftal bekijkt?) kwintet – Christer Gärds (vocals), Björn Andersson (gitaar), Pelle Hindén (drums), Pontus Lekaregård (keyboards) en Anders Sandström (bass) – is met deze 'Heaven's Gate' toe aan zijn tweede album na het goed ontvangen 'Chapter I' (2012). Je kan deze band onderbrengen onder het subgenre “melodieuze power metal” en aan de hand van de tien tracks die ze hier brengen is dit echt wel een blijvertje in het genre. Ok, je moet niet gaan verwachten dat de heren met iets wereldschokkends nieuw aankomen, nee helemaal niet. Ze blijven immers lekker tussen de lijntjes van het genre kleuren, maar doen dit wel heel goed! Uitstekende en krachtige gitaarriffs worden ondersteund door een uiterst strakke en solide basis van bass en drums, keyboards geven net genoeg tegengas zonder echt volledig nadrukkelijk op de voorgrond te komen, de melodieuze gitaarsolo's getuigen van klasse, kortom alle gegevens die power metal zo aanstekelijk en krachtig maken zijn hier aanwezig. En dan is er nog de mooi, uiterst krachtige stem van Christer die werkelijk de kers op de taart vormt. Als ik een paar namen moet gaan noemen van metal-vocalisten waar ik naar op kijk dan komen de namen Jorn Lande en Russel Allen het eerst boven drijven. Wel, vanaf nu mag deze van Christer er eigenlijk best wel tussen staan hoor. Openen doen het vijftal al meteen met een schitterende track: het vlotte en aanstekelijke 'Ruins' legt de lat meteen zeer hoog. Titeltrack 'Heaven's Gate' volgt al op even indrukwekkende manier en laat zelfs flarden van progressieve metal doorklinken. Het tempo wordt nog wat de hoogte ingejaagd voor het krachtige 'Surrounded By Shadows', terwijl het emotioneel geladen 'Angel' een schitterend duet is geworden. Spijtig genoeg kan ik nog niet achterhalen wie voor de vrouwelijke vocalen zorgt. Kracht, souplesse en aanstekelijkheid blijven hier de code-woorden want dit is precies wat je verkrijgt in het vlotte 'The Purity Inside'. 'Praying For A New Tomorrow' blijft op datzelfde elan verder gaan, terwijl het tempo voor 'Freedom Now' iets wordt teruggeschroefd zonder dat het nummer aan kracht of souplesse verliest. Ook 'Eternal Fire' wordt aan een ietsje lager tempo afgewerkt, om dan op volle kracht door te stomen met het opzwepende en uiterst vlotte 'Evil Dance' dat elke stijve hark hoe dan ook aan het dansen krijgt. 'Burning With Pride' mag dit album in stijl en met even grote klasse, als waarmee 'Ruins' dit album begon, afsluiten. Dit is voor mij een uiterst geslaagde kennismaking met dit vijftal geworden en dan vooral met de krachtige en soepele vocalen van Christer Gärds. Luc Ghyselen (4½) Dit is het tweede album van dit Finse zestal – Vesa Salovaara (vocals), Arttu Järvisalo (guitars), Henri Lammintausta (Guitars), Niilo Könönen (bass), Saku Myyryläinen (keyboards) en Mikael Vanninen (drums) – met zeven tracks epische pagan metal die volledig in de Finse taal worden gebracht. Niet dat dit er veel toe doet, want het is vooral de dreigende en donkere muziek die hier boekdelen spreekt. Dat het donkere muziek is geworden zou je kunnen afleiden uit de titel als die tenminste in de Engelse taal werd vermeld: “No Light Follows Me”. Naast het donkere en dreigende die vooral in de rauwe en ruwe vocalen tot uiting komen, mag je je ook aan heel atmosferische en zelfs melancholieke fragmenten verwachten zoals in 'Yksin', een track waarin tal van ritme– en tempowisselingen in langs komen. Ook opvallend is het feit dat ik tal van pagan metal bands ken die bijna uitsluitend opzwepende en aanstekelijke uptempo nummers brengen en dat ontbreekt hier zo goed als volkomen. Het was dus eerst wat wennen, maar na een eerste luisterbeurt was ik toch al goed gevangen door dit soort van zware, soms zelfs logge en naar doom neigende pagan metal. Het zestal zorgt ervoor dat je steeds op het puntje van je stoel gekluisterd blijft bij het beluisteren van zoveel schoonheid. En wat me ook is opgevallen: bij iedere nieuwe luisterbeurt ontdekte ik nieuwe elementen. En wordt dit dan niet beschouwd als een “groeiplaat”? En worden die dan niet beschouwd als “topalbums in het genre”? Wel deze 'Ei Valo Minua Seuraa” komt voor mij toch aardig in de buurt! Luc Ghyselen (4½) 'The Eart Is The Sky' is het tweede album van een Zweeds trio – Victor Wegeborn (gitaar/vocals/programming), Alex Stjernfeldt (bass, vocals) en Svante Karlsson (drums) – dat je meeneemt op een uiterst inventieve reis in een mix van doom en atmosferische stukken waarin ook erupties black metal de revue passeren. Een aantal gasten daagden ook op om dit zes nummers tellend album tot een goed einde te brengen: o.a. David Johansson (Kongh), Wacian (Code), The Cuckoo (Terra Tenebrosa) en Thomas Jäger (Monolord). Openen doen de heren hier met 'Pale Explosions', een bijna negen minuten durende track die er meteen voor zorgt dat je bij de les bent die de heren je te spellen hebben: een wisselwerking tussen trage, heavy stukken en atmosferische fragmenten. Het geheel wordt afgewerkt met mooie cleane samenzang en zware, bulderende en rauwe vocalen. Meteen een binnenkomer van formaat. Met 'Attacus Atlas' gaan ze op de ingeslagen weg verder, al lijken de invloeden uit doom metal hier de bovenhand te gaan halen. Met 'Probing The Descent Of Man' krijg je duidelijk een ander aspect van The Moth Gaterer te horen. Dit is een uiterst sfeervolle, atmosferische, melancholische en rustige instrumentale track geworden. Als het een track is die bedoeld werd om tot rust te komen en even na te denken over alle problemen rondom ons heen, dan is dit een wonderwel geslaagde missie (voor mij althans). Ook het daarop volgende 'Dyatlov Pass' is zo'n instrumentale uiterst beklijvende, rustige en wat mysterieus aanvoelende instrumentale track geworden waarin keyboards en elektronica de bovenhand halen. Twee derde van album zijn zodoende gepasseerd en het laatste derde laat ons opnieuw een ander aspect van het drietal horen want zowel 'The Black Antlers' als het afsluitende 'In Awe Before The Rapture' zijn tracks die bestaan uit de wisselwerking tussen sfeervolle rustige stukjes en dreigende zwartgeblakerde erupties. Vooral de vocalen klinken alsof ze uit de diepste grotten van de hel zijn gekomen. Soms klinkt het geheel hypnotiserend, dan weer heel naargeestig en soms ook wel beklijvend en mysterieus. Meteen een album dat zich niet laat vangen aan een welbepaalde stijl en ook wel een paar draaibeurten nodig heeft om zich volledig te openen. Luc Ghyselen (4) Het Finse gothic metal gezelschap Dark the Suns viert hun tienjarig bestaan met deze 'Life Eternal', een verzamelalbum met tien tracks. Het gezelschap mag je vrij productief gaan noemen daar ze tussen 2005 en 2011 maar liefst twee demo's, vier singles, een ep en drie full-albums op de markt brachten. Hun laatste wapenfeit was de single 'Evensong' uit 2011 dus. Ik weet niet precies wat de reden is van die vier jaar stilte, maar naar het schijnt zou de band nu opnieuw aan nieuw materiaal werken, nadat ze eigenlijk hun einde hadden aangekondigd in 2013. Maar goed, de tien tracks die je hier krijgt zijn een staalkaart van wat je van dit gezelschap kan en mag verwachten: een mix van dark en gothic metal waar de keyboards een prominente rol opeisen, uiterst rustige en atmosferische passages worden afgewisseld met fragmenten die je aan een death metal act doet denken, rauwe en ruwe mannelijke vocalen, feeërieke vrouwelijke zang (op een paar tracks althans) en eigenlijk best wel aanstekelijke en dansbare (denk in de richting van new wave) muziek. Maar het blijft allemaal heel mooi binnen de lijntjes van het genre zodat ik zo goed als nergens het gevoel heb dat ik naar een meesterwerk aan het luisteren ben. Toch heb ik van een paar tracks wel genoten. 'Don't Fear The Sleep' is er eentje van waar vooral het vocale een gedaanteverwisseling lijkt te hebben ondergaan want naast die rauwe mannelijke zang, komt er ook bijna cleane mannelijk zang aan te pas terwijl vrouwelijke vocalen net dat tikje meer lijken te geven. Ook het dreigende en afsluitende 'Rimed With Frost' met zijn naar doom metal neigend karakter kan op mijn volle goedkeuring rekenen. Maar toch blijft dit net onvoldoende om deze 'Life Eternal' ten volle aan te bevelen, al zullen liefhebbers van het genre het wel niet met me eens zijn. Voorlopig (?) enkel verkrijgbaar als digitale download. Luc Ghyselen (3½) De mannen van Cold Night For Alligators laten je met hun album 'Course Of Events' niet met een teleurgesteld gevoel achter. Met tien loeiharde nummers die elk op hun manier prachtig zijn, komen ze steeds opnieuw verrassend uit de hoek. Alle nummers bevatten bepaalde elementen die steeds terugkomen. Bijvoorbeeld de ruwe en pure screams die vol van emotie klinken en de cleane vocals die de emoties versterken omdat ze zo fragiel klinken. Aan energie is er in de nummers zeker geen tekort. De combinatie van de drums en de gitaren zorgen voor een zeer hoog adrenalinegehalte. De breakdowns werken dit effect dan ook in de hand. Ze bouwen op naar een climax waar alle energie dan losbarst. Dit album heeft ook een aantal nummers die relatief rustig zijn of beginnen. Dit breekt wat met de extreem harde nummers. Die variatie zorgt er op zijn beurt voor dat het album blijft boeien en de volgende nummers zeer interessant klinken. Er zit één instrumentale track tussen halverwege het album. Een eerder kort nummer, maar het is een zeer aangenaam element. Dit nummer vloeit dan naadloos door in het volgende nummer. In dit nummer wordt de vorige, rustige track, als opbouwend element gebruikt. De vocals beginnen clean, gevolgde door een sterke gitaarsolo. Na de solo wordt het nummer een heel stuk harder, de gitaren gaan weer over naar de typische djent-sound en de vocalen schakelen over naar screams. Wanneer je dit album beluisterd hoor je zeer veel typische elementen van een aantal genres. Namelijk de geluiden die kenmerkend zijn voor djent, maar ook heel wat progressieve elementen zoals zeer veel verschillende tempo's en technisch verbluffende drumpatronen. Daarnaast heb je ook de elementen uit de elektronische muziekwereld. Al deze elementen worden op een zeer aangename manier gecombineerd. Alle verschillende sounds klinken als een geheel waarin elk onderdeel essentieel is. Robin Vandenbulcke (3) Het Franse vijftal – Jean-Gabriel Bocciarelli (bass), Jérémie Heyms (gitaar), Géraldine Gadaut (zang), Flavien Morel (keyboards) en Guillaume Bergiron (drums) – brengt symfonische metal en is met deze 'Kenotic' aan hun tweede full-album toe. Het album werd eigenlijk reeds vorig jaar uitgebracht en telt twaalf nummers, maar wat nu op mijn deurmat is gevallen is een hernieuwde versie van het album met twee extra tracks. En om heel eerlijk te zijn is dit wel muziek die me bevalt: symfonische metal met wat toetsen van progressieve metal in gemengd, een krachtige cleane vrouwelijke stem die af en toe wat ondersteuning of tegenkanting krijgt vanwege mannelijke grunts (bassist Jean-Gabriel is hiervoor verantwoordelijk), heel soms wat koorzang om het vocale wat te versterken, solide bass en drums als basis waar gitaar en toetsen hun ding op kwijt kunnen. Helemaal niets nieuws onder de zon in dit genre, maar wel goed gebracht. Helaas, voor Benighted Soul, zijn er wel meer bands die in deze vijver rondtrekken en om er echt bovenuit te gaan steken, moet je al van heel goede huize zijn en heb je ofwel een of meerder tracks nodig die er écht bovenuit steken, ofwel heb je gewoonweg een subliem album nodig dat van begin tot einde boeit. En die twee ingrediënten zijn hier niet aanwezig: alle tracks zijn knap en worden erg mooi gebracht – daarover bestaat geen twijfel –, maar die ene track waarnaar je telkens opnieuw en opnieuw wil luisteren, steekt hier niet tussen. Terwijl de interesse in het album ook gaandeweg weg taant, zodat je niet kan spreken van een album die van begin tot einde écht boeit en je van de sokken blaast. Dit neemt helemaal niet weg dat dit album een plaatsje verdient in de collectie van de vele liefhebbers van (“female fronted”) symfonische metal. Luc Ghyselen (3½) Savage Productions I BS 05 I Benighted Soul
|
|