cd reviews
'Risen' is het debuutalbum van een progressieve metalband uit Italië die Noveria als naam heeft gekozen. Verwar deze Noveria dus niet met het gelijknamige viertal rond vocaliste Victoria Bowman, want hier hoor je vocalist Frank Corigliano, gitarist Francesco Mattei (ex-Baton Rouge Morgue), drummer Omar Campitelli, bassist Andrea Arcangeli (DGM, Solisia) en toetsenvirtuoos Emanuele Casali (DGM, Astra). Negen nummers worden hier op je losgelaten. Openen doen ze instrumentaal met het korte 'The New Age' dat naadloos overgaat in het stevige en aan een hoog tempo afgehaspelde titelnummer waarin je voor het eerst kennis maakt met de krachtige vocalen van Frank, het sublieme gitaarspel – wat een knappe solo – van Fransesco, de uiterst stevige en solide basis van bass en drums en de mooie klanktapijten die uit de toetsen worden getoverd door Emanuele. 'Downfall' wordt als single naar voren geschoven. Van dit opnieuw uiterst vlot, maar wel stevig en krachtig gebrachte nummer wordt een videoclip verwacht. Opnieuw vallen de vooral de uitmuntende gitaarsolos op naast de toch krachtige en stevige vocalen die zelfs als ze vrij hoog worden gezongen nog steeds krachtig klinken. 'Paralysis' kreeg een intro mee waarin de keyboards het voor het zeggen hebben terwijl een duistere computer gestuurde stem je wat wegwijs maakt. Daarna barst het nummer in al zijn glorie open tot een opnieuw uiterst vlot gebrachte uptempo song met stevig klinkende vocalen en een vrij lang uitgesponnen melodieuze gitaarsolo. Ook voor 'Ashes' blijft het gaspedaal diep ingedrukt, al duiken er ditmaal wel korte fragmenten op waar het tempo een heel klein beetje wordt gedrukt, terwijl er ook wat koorzang opduikt in de achtergrond. Aan een hels tempo afgevuurde drumpatronen zorgen voor de intro van 'Fear', waarna het tempo wat wordt teruggeschroefd van zodra de vocalen hun intrede maken. Voor 'Fallen From Grace' werd extra beroep gedaan op producer Simone Mularoni (DGM, Empyrios) die hier instaat voor een inventieve gitaarsolo. Ook in 'Through The Abyss' is het vooral het vingervlugge gitaargeweld dat met de meeste aandacht gaat lopen. Terwijl 'Waste' nog wat aarzelend van start gaat, is ook dit laatste nummer op dit album duidelijk meer dan uptempo te noemen. Rauw klinkende grunts zorgen hiervoor voor afwisseling met de krachtige, soepele vocalen van Frank. Noveria heeft met 'Risen' meteen een heel knap debuut afgeleverd – krachtige vocalen, stevige gitaarriffs en meestal verbluffend knappe gitaarsolo's in vlot en snedig gebrachte uptempo songs – dat zeker in de smaak zal vallen bij vele liefhebbers van progressieve metal. Luc Ghyselen (4) Scarlet Records I SC 259-0 I Noveria
0 Opmerkingen
Mother Road is een project – of mag ik dit echt reeds een band noemen? – van de Amerikaanse vocalist Keith Slack (Steelhouse Lane, Michael Schenker Group, Mudpie) en de Duitse gitarist Chris Lyne (ex-Soul Doctor). De rest van dit gezelschap bestaat uit Zacky Tsoukas (drums), Frank Binke (bass) en Alessandro DelVecchio (hammond en piano). Het vijftal brengt op dit debuutalbum elf nummers bluesy hard rock die schatplichtig is aan o.a. Led Zeppelin en Bad Company. Geen wonder ook als Keith vocalisten als Paul Rodgers en Robert Plant als grote voorbeelden citeert en Chris namen als Paul Kossoff, Gary Moore en Jimmy Page laat vallen als zijn grootste voorbeelden. Het album opent meteen al heel knap met 'The Sun Will Shine Again' dat akoestisch opent en meer dan één knipoog verwerkt naar Led Zeppelin, zowel op muzikaal als op vocaal gebied. 'Feather In Your Hat' neigt dan eerder richting Bad Company, al hoor je hier ook duidelijk de stempel van Alessandro die met zijn knappe hammondsound alle eventuele gaatjes mooi opvult. 'Drive Me Crazy' en 'Out Of My Mind' zijn twee knap uitgevoerde typische slepende bluesy hard rock nummers waarin opnieuw de mooie hammond geluiden in duel gaan met dit knappe gitaarriffs en een mooie solo. 'These Shoes' heeft twee gezichten: de strofes worden gebracht als een rustige, kalme ballade terwijl het nummer telkens aan kracht en tempo wint voor het refrein. 'Dangerous Highway' opent met hammond geluiden die me vooral doen denken aan Deep Purple. In 'Poor Boy (Long Way Out)' wordt een knap gitaar/hammond duel gebracht in wat eigenlijk een stevige klassieke harde bluessong is geworden. 'Dirty Little Secret' laat ons opnieuw kennis maken met een stevig rockende bluesy ballade waarin de knappe lichtje rauwe vocalen van Keith uitstekend tot hun recht komen. 'Blue Eyes' is terug zo'n slepende bluesy hardrock track geworden waarin je een knappe gitaarsolo wordt voorgeschoteld. 'Still Raining' wordt op gang getrokken door mooi pianospel dat ook verder in het nummer in glansrol krijgt toebedeeld. Het laatste nummer van dit album, 'On My Way', opent en eindigt met rustige vocalen bovenop de akoestische gitaar begeleiding. Slechts in het midden van het nummer mogen andere instrumenten dit nummer kracht en tempo meegeven. Een knap album voor iedereen, en zeker liefhebbers van de aangehaalde bands, die houdt van klassieke hard rock met veel bluesinvloeden. Als de heren volgende keer nog wat meer uptempo nummers op een album brengen, zit er een nog hogere quotering aan te komen. Luc Ghyselen (4) Road Songs I AOR Heaven I AOR 00096 I Mother Road
Deze Italiaanse band werd in 1997 opgericht, maar door tal van wijzigingen in de line-up duurde het toch een tijdje vooraleer er een progressie werd gemaakt in het songschrijven. Een demo, 'The Oak Woods Bestowed' uit 2000 zorgde ervoor dat dit gezelschap onderdak vond bij het AFM-Records label en dat een jaartje later het debuutalbum verscheen. Ondertussen zijn we met 'The Pagan Manifesto' aanbeland bij het achtste album van het zestal. Ze brengen power metal met invloeden uit de folk. In het ene nummer komt dit laatste al meer tot uiting dan in een ander, net zoals ook hun albums erg variëren in kracht: 'Two Tragedy Poets (… And A Caravan Of Weird Figures)' uit 2008 was zelfs een semi-akoestisch album. Hier pakken de heren uit met twaalf nummers die aantonen dat de heren wel degelijk tot de top behoren in het folk/power metal genre. Het stevige instrumentale 'The Manifesto' laat je meteen kennis maken met zowel de stevige en knap uitgevoerde power metal, maar ook folkinvloeden die in elk nummer een rol opeisen. Toch proberen de heren steeds nieuwe elementen aan hun muziek toe te voegen. Zo krijg je hier met 'King Of The Elves' een epische track voorgeschoteld die maar liefst dertien minuten duurt en waarbij de band vocale “hulp” kreeg van Amanda Sommerville (Avantasia, Kiske/Sommerville, Trillium). Meteen een schitterende track waarin fragmenten die duidelijk verwijzen naar folkmuziek naadloos worden samengesmolten met krachtige power metal. Dit nummer alleen al is de aanschaf van dit album waard. Het vlotte en aanstekelijke 'Elvenlegions', dat als eerste single wordt uitgebracht, is opgedragen aan hun fans. Andere opvallende nummers zijn het folky semi akoestische 'Towards The Shore' (een eerder rustig en kalm voortkabbelend nummer dat het dichtst aanleunt bij wat je een ballade kan noemen), het uptempo gebrachte 'Pagan Revolution' (met zijn catchy refrein) en het afsluitende 'Witches Gather' met zijn dreigende liturgisch koorgezang waarmee de intro wordt opgefleurd. Liefhebbers van het genre weten wat hen te doen staat: als de gesmeerde bliksem richting platenboer om met deze 'The Pagan Manifesto' onder de arm terug te keren. Luc Ghyselen (4½) De Italiaanse death metal band Electrocution werd in 1990 opgericht door gitarist/vocalist Mick Montaguti. De meest beklijvende line-up werd gehaald met, naast Mick, verder nog gitarist Alex Guadagnoli, bassist Max Canali en drummer Luca Canali die in 1993 met hun debuutalbum 'Inside The Unreal' een fel gesmaakt en nog steeds fel gezocht album afleverden. Toch liep het spaak in 1997 en de band hield er gewoon mee op. Tot nu dus daar het goregorecords, het death metal sublabel van Auralmusic, iets wilde gaan doen rond de twintigste verjaardag van het debuutalbum van dit viertal. Dit resulteerde uiteindelijk in het feit dat de kwartet terug samen aan het werk ging en een nieuw album in elkaar bokste met een elf nummers death metal. Het viertal brengt hier vrij technische death metal die toch met een been is blijven steken in “old school death metal”. De nummers zijn allen goed opgebouwd en bevatten stuk voor stuk heerlijke momenten waarin uitstekende gitaarsolo's en knappe baspartijen de bovenhand halen. Spijtig genoeg ben ik niet zo gek op het vocale geluid van deze band. Die vocalen komen wel allemaal heel overtuigend en heel rauw en ruw uit de speakers geknald, maar na verloop van een paar nummers, vind ik toch dat er te weinig variatie, diepgang in het vocale steekt. Eenmaal gaan de heren een volslagen ander weg op, want 'Aliento Del Diablo' is een kort instrumentaal met akoestische gitaren gebracht stukje muziek. De overige tien tracks zijn stuk voor stuk beukende nummers met die rauwe en ruwe vocalen die met wat doen denken aan Monstrosity en Death. Dus fans van het genre doen er goed aan om ook dit album een kans te gaan geven. Luc Ghyselen (3½) Goregorecords I gore 004 I Electrocution
Het uit Gothenburg, Zweden afkomstig vijftal van Avatar is met deze 'Hail The Apocalypse' toe aan zijn vijfde full-album. De band werd in 2001 opgericht door drummer John Afredsson en vocalist Johannes Eckerström, kreeg na een woelige periode in 2003 met bassist Henrik Sandelin en de gitaristen Jonas Jarlsby en Simon Andersson zijn definitieve line-up. Al is er nu voor het eerst in tien jaar een wijziging waar te nemen: Simon Andersson verliet de band en werd vervangen door Tim Öhrström. Op gebied van populariteit vergaat het de band jaar na jaar beter en beter voor de wind, en vooral na het toeren als openingsact voor Avenged Sevenfold in 2013 zit de “swung” er duidelijk in. Ze brengen een heel aanstekelijke, maar toch eigenzinnige mix aan metal die me doet denken aan “System Of A Down meets Rammstein and meets Alice Cooper”. Vooral die laatste shockrocker lijkt me de meest voor de hand liggende invloed. Openen doen ze hier met het titelnummer dat stevige metalklanken mengt met een aanstekelijk charleston ritme en waarvoor een hilarische videoclip werd opgenomen. Polka klanken fleuren het voor het overige stevige 'What I Don't Know' op. 'Death Of Sound' vind ik maar gewoontjes naar Avatar-normen, al komen er wel plotseling wat Spaans aandoende gitaarlijntjes bij kijken. Voor 'Vultures Fly' hebben de heren inspiratie gezocht bij industrial en elektronische klanken. 'Bloody Angel' bevat zowel rustige en kalme fragmenten als stevige, naar death metal neigende stukjes. 'Murderer' is een verhalende song die steunt op een uiterst knappe baslijn, terwijl 'Tsar Bomba' weer uiterst aanstekelijk werkt en op gebied van ritme en tempo wat lijkt op het openingsnummer. Nog een stuk aanstekelijker is dan 'Puppet Show'. Het nummer gebruikt een vrolijke melodie die perfect bij een kinderliedje past die je uit een draaiorgel kan horen zoals die in vroegere tijden werden gebruikt op de al even legendarische carrousel (draaimolen). Samenzang duikt op in het al even aanstekelijke en catchy 'Get In Line'. Met 'Something In The way' brengen de heren een traag en eerder log te noemen nummer zodat je zeker niet vergeet dat nu-metal de echte basis vormt van hun muzikale brij. Heel eigenzinnig klinkt 'Tower', een meer dan zes minuten durend nummer dat maar halfweg echt op volle kracht komt. Wat een variatie in metal en waarschijnlijk is dit uiterst opzwepend en aanstekelijk tijdens een concert. Dus is mijn vraag: “Kunnen we dit vijftal binnenkort aan het werk zien in België ?” Indien wel, dan wil ik op de eerste rij gaan postvatten. Dit is aanstekelijk vermaak, en ik denk dat een headlinershow van deze heren me zal doen denken aan de shows van Alice Cooper. Luc Ghyselen (4½) |
|