cd reviews
Het Griekse Sunlight werd opgericht in 2009 en brengt een mix van melodieuze hard rock en power metal. In 2011 werd een ep op de markt gebracht, 'Rockin' All Around', die het vrij goed deed in het thuisland en in Japan. Ik hoorde die niet zodat dit eerste full-album, 'My Own Truth', meteen mijn kennismaking is geworden met dit gezelscahp dat reeds verschillende wisselingen in de line-up achter de rug heeft. De huidige line-up bestaat uit: Dimitris Giannakopoulos (lead vocals), Makis Kaponis (guitar, backing vocals), Panos Anastopoulos (keyboards, synthesizer), Dimitris Kapoukakis (drums) and Panos Mourtzinos (bass, backing vocals). Negen tracks krijg je aangeboden op dit debuutalbum waarvan drie ballades (het uiterst radiovriendelijke en vrij hitgevoelige 'My Own Truth', 'When I See You' waar het refrein iets van kracht uitstraalt en het afsluitende 'Lonely's Man Song' dat me toch wel echt te melig overkomt). Daarnaast zes rockende tracks die me iets te gelikt overkomen, iets te radiovriendelijk. Net alsof het vijftal hopeloos op zoek lijkt naar een groot hitsucces. Een uitzondering: 'Eastern Train' dat me spontaan doet denken aan het betere werk van Uriah Heep. Meteen een nummer dat met kop en schouders boven de andere uitsteekt. Maar dit is natuurlijk niet voldoende om dit album te gaan aanraden. Zeker liefhebbers van extreme metal zullen hier in een wijde boog omhoog trekken, maar ook tal van andere metalfanaten zullen dit veel te poppy, te melig vinden. Luc Ghyselen (3)
0 Opmerkingen
Nightrage werd in 2000 opgericht door de gitaristen Marios Iliopoulos en Gus G. Intussen zijn we vijftien jaar verder, werd de line-up al ontelbare keren gewijzigd – nu hoor je nog steeds Marios als gitarist, bassist Anders Hammer en vocalist Ronnie Nyman – en is 'The Puritan' het zesde studio-album van dit melodic death metal gezelschap. Op muzikaal gebied is er erg weinig veranderd sedert het in 2011 uitgebrachte 'Insidious' daar de band, zoals steeds eigenlijk, een mooie balans weet te vinden tussen melodie en agressie. Vocaal zorgt Ronnie voor misschien net wat meer dynamische, kracht en vooral agressie en dat is helemaal niet zo eigenaardig als je weet dat de man ook de microfoon in zijn handen hield bij het hardcore metal gezelschap van Always War. Elf tracks telt deze 'The Puritan' die meteen in vol ornaat aftrapt met het titelnummer dat je een agressieve en stevige track in de maag spiest met heerlijk melodieus en technisch verfijnd gitaarwerk. En dat houden de heren eigenlijk het volledige album lang, dus tot en met de laatste tonen van het uiterst gedreven brutaal en agressief klinkende 'Kiss Of A Sycophant', vol. Slechts een maal tijdens dit album kan je tot volledige rust komen: 'Lone lake' is immers een mooi en ingetogen sfeervol instrumentaal nummertje geworden (wat ontwaak je weer uiterst ruw als de eerste noten van het heftige 'Son Of Sorrow' weerklinken). Een album die eigenlijk nergens buiten de lijntjes van het genre kleurt, maar ook nergens ondermaats wordt. Fans van o.a. Arch Enemy, At The Gates of In Flames zullen hiermee hun gading vinden. Luc Ghyselen (4) Het Zweedse Master Massive ontstond reeds in1993 toen gitarist en oprichter Jan Strandh met zanger Erik Forsberg, bassist Johan Wijkmark en drummer Petter Karlsson een zes nummers tellende cassette uitbracht. Dan ontstond ook het idee om een heuse metalopera in elkaar te boksen met als de titel 'The Pendulum', iets waarin Jan in slaagde met de hulp van Ninitha Maivorsdotter. Die werd ooit opgenomen en zelfs verschillende keren uitgevoerd, maar door allerlei omstandigheden (zowat elke muzikant ging bij een andere band gaan spelen die groter werd dan Master Massive) nooit echt uitgebracht. Tot op heden dus. Jan (acoustic en lead guitars, vocals) vond volgende artiesten bereid om hem te helpen: de gitaristen Yngve Frank en Anders Ericson, bassist Max Warnby en drummer Fred Warnby. Verder komen een hele rij aan gasten aan bod: Peo Pettersson (Axia, Leviticus), Katarina Lilja (Therion), Erik Forsberg, Öivin Tronstad (Jupiter Society), Tony Yoansson (Masquerade), Tony Niva (Niva, Lion´s Share), Petter Karlsson (Therion) en Karl Nyhlin. Dit uitgebreide gezelschap zorgt hier voor de zeventien tracks die 'The Pendulum' rijk is. Een metalopera heeft ook een volledige verhaallijn en dat is hier niet anders. Een individueel persoon krijgt immers de opdracht om het noodlot van de aarde te veranderen, iets wat in het huidige leven natuurlijk onmogelijk is, maar perfect kan in het geraamte van een metalopera. Dit gebeurt dus in de zeventien tracks die 'The Pendulum' rijk is. Muzikaal loopt Master Massive erg breed: elementen uit o.a. hard rock, heavy metal, epic metal, progressive rock en zelfs folk-rock worden hier door elkaar heen gebruikt wanneer het nummer er maar om vraagt. Zelf noemen ze bands als Iron Maiden, Manowar, Candlemass en Cirith Ungol als invloeden maar dan vergeten ze er nog heel wat daar je hier nog niet de invloeden uit o.a. de folk-rock hoort (Fairport Convention is een van de bands die ik hier ook in hoor). Nu, in ieder geval zorgt dit voor een niet zo gemakkelijk verteerbare brok muziek die toch wel een aantal luisterbeurten nodig heeft vooraleer die al zijn geheimen en invloeden prijs geeft. Persoonlijk vindt ik zowel de muziek als de vocalen wat gedateerd. Niet dat er geen knallende passages in langs komen, maar ook net weer te weinig om me van begin tot einde te boeien. Ik zal dit geen gemiste kans noemen, maar misschien is er te veel tijd verstreken sinds het componeren en het werkelijk uitbrengen van dit album om me echt van de sokken te blazen. Luc Ghyselen (3½) Het Zweedse Hardcore Superstar werd in 1997 opgericht en speelt naar eigen zeggen “Street Metal”, wat voor hen staat voor een mix van thrash metal en sleaze rock of een mix van hard, agressief en lelijk met aanstekelijk, melodieus en decadent. Ik hou het eerder op sleaze metal of arena rock of hoe je het ook maar wil noemen. Ondertussen is deze 'HCSS' het tiende full-album van het viertal – zanger Joakim Berg, bassist Martin Sandvik, drummer Magnus Andreasson en gitarist Vic Zino – en vooral in Zweden en Japan haalde de band op tijd en stond de eerste plaats in de hitlijsten. Hier in de lage landen, en dan zeker in België, liep het niet zo'n vaart. Of dit met dit album veel zal veranderen denk ik ook niet. Niet dat de tien tracks op dit album slecht zijn hoor maar vooral al om het feit dat deze muziek geen enkele kans maakt op onze nationale radiostations en dat is eigenlijk wel jammer. OK, het is misschien best wat rauw, hard en stevig maar het is ook heel melodieus en aanstekelijk. Vooral de meer rockende tracks zijn zeer aanstekelijk te noemen en dan is er een vreemde eend in de bijt: de lang uitgesponnen en vrij krachtig klinkende ballade 'Fly' waar de heren wel wat spelen met tempo en ritme. Maar de rest zijn rechttoe rechtaan rockende tracks die misschien net iets te weinig “ballen aan hun lijf hebben” om echte die-hard metalfreaks te bekoren, maar die ik best te pruimen vind. Uitschieters zal ik niet vernoemen, maar ik garandeer je dat je wel een meer dan degelijk pot kan rocken. Dit is zeker niet een superalbum in het genre waar ook ander metalfans zwaar van achterover vallen, maar wel een dat liefhebbers van genre zullen koesteren. Luc Ghyselen (3½) Vorig jaar zag ik de oude knarren van FM aan het werk in het voorprogramma van Foreigner en dat was best een aangename eerste kennismaking. Foreigner kon geen betere groep gekozen hebben om hen op te warmen. FM werd vroeger niet voor niets de Britse tegenhanger van Foreigner genoemd, weliswaar minder beroemd en succesvol. FM brengt eerlijke, goeie no nonsense rock of melodieuze hardrock en doet dit zowel live als op cd op een kwaliteitsvolle manier. 'Heroes and Villains' klinkt iets harder dan de voorganger 'Futurama' en dit is best wel een positieve wending, maar echte metalfans zullen mogelijks FM wat te soft vinden. Het openingsnummer 'Digging In The Dirt' mag er best zijn. Verder zijn 'Life Is A Highway', 'Fire And Rain', 'Shape I Am In', 'Big Brother' en 'Somedays I Only Wanna Rock' leuke up tempo nummers die je al na enkele luisterbeurten spontaan begint mee te zingen. En de ballades mogen uiteraard niet ontbreken: 'Incredible' en 'Walking With Angels' worden met zeer veel gevoel gezongen en gebracht. FM is een band die me altijd vrolijk stemt: geen complexe of hardere muziek maar goeie, ouwe melodieuze rock, perfect gebracht en bovenal met een zeer goede zanger: Steve Overland. Wie van dit genre houdt mag dit album zonder aarzelen aanschaffen en mogelijks nog een pluspunt: de meeste vrouwen zullen dit ook smaken. Bart Verlinde (4) Deze Zwitserse band werd in 2007 opgericht onder de naam Trophallaxy en zorgde onder die naam voor twee full-albums en een demo. Twee jaar na hun laatste wapenfeit komt de band op de proppen met een nieuw album en dat onder een andere naam. Het huidige vijftal – Joëlle (cello, vocals), Jonathan (keyboards, vocals), Théo (drums), Darryl (gitaar) en Damien (bass) – brengt symfonische death metal. Het totaalgeluid wordt vooral gekleurd door de schitterende interventies op cello, de mooie cleane zang van Joëlle en de harde ruwe death vocalen van Jonathan. Voeg daar de soms venijnig, maar heel melodieus klinkende gitaarsolo's aan toe, een uiterst gedreven ritmesectie met pompende baslijnen en stevige drumpartijen en je verkrijgt een heel knap album in het genre met tien tracks. Openen doen ze met het instrumentale 'Emergency' waar je al meteen kennis maakt met de weemoedige klanken van de cello terwijl de andere instrumenten later invallen en de track meteen aan kracht en vaart wint. Dit gaat zo goed als naadloos over in 'Against Your Hold', een vrij aanstekelijke track die opent met een echte stevige death metal schreeuw, waarna de cleane vrouwelijke zang en de death metal vocals voor een mooi contrast zorgen. Ook de melodieuze gitaarsolo staat in schril contrast met de cello klanken. Het geheel wordt verder voorzien van knappe keyboardpartijen die nergens storend werken. Op dit mooie elan gaat de band verder met het titelnummer dat over een uiterst catchy refrein beschikt en aan een rotvaart uit de speakers knalt. Heel mooi zijn ook de tegengestelde vocalen die hier soms in samenzang worden gebruikt terwijl de break bestaat uit een mooi duel tussen keyboard en gitaar. Heel prachtig is het bijna acht minuten durende 'Time Of Decay' waar alle puzzelstukjes die de sound van Dysrider uitmaken zowat perfect op hun plaats vallen dankzij o.a. de vele wijzigingen in tempo en ritme. Nog even meegeven dat het gitaarwerk (dat op dit album samen met de basspartijen werden verzorgd door Vladimir Cochet) hier echt majestueus te noemen is. 'Witness Our Fall', 'The Reckoning' blijven op dit zelfde hoge niveau verder gaan – hoe komt het het toch dat ik nog niets eerder hoorde van deze band? – met sublieme zanglijnen, verbluffende gitaarsolo's, knap uitgewerkte symfonische arrangementen en de weemoedige klanken van de cello. In 'Story Of Power' zijn het de rauwe mannelijke vocalen die met de meeste aandacht gaan lopen, naast opnieuw het schitterend gitaarwerk (mijn superlatieven zijn opgebruikt) en de prachtige melancholieke interventie op cello. Het gevoelige openende 'Blind Avengers' kan je misschien als ballade gaan bestempelen, al gaat het er naar het einde toe toch vrij krachtig en zwaar aan toe, en steunt op de mooie vrouwelijke vocalen van Joëlle. Het instrumentale 'Bliss In Darkness' is misschien de minste track op dit album (zonder die zwak te noemen) en zet de cello echt in de spotlight. Eindigen doet Dysrider op hoog niveau met het lichtjes epische 'Embers Reflections' dat opnieuw alle ingrediënten uit de sound van Dysrider samenvat. Dysrider was een mij onbekende band en solliciteert hier ten huize uw dienaar met deze 'Bury The Omen' voor de titel van beste nieuwkomer in 2015! Dit is symfonische death metal van een erg hoog niveau die in elke kast van een zichzelf respecterende metalfan hoort te staan! Een pareltje in het genre! Luc Ghyselen (4½) Black Tartan Clan is een Belgische zestal dat sinds 2008 actief is. Ze mengen punk rock en metal met invloeden uit de Keltische, Schotse en zelfs Bretoense folkmuziek. Als invloeden noemen ze bands als o.a. Dropkick Murphys en The Real Mckenzies maar ook meer folk gerelateerde acts als Dan Ar Braz, Alan Stivel, Tri Yan en Armen om maar die te noemen. Op deze verzamelaar, samengesteld uit de vijf album en de twee ep's die de band reeds op hun actief hebben staan, prijken twaalf aanstekelijke nummers die je meteen een beeld geven van wat je van dit zestal live kan verwachten: opzwepende punk rock met vooral de doedelzak en ook wel een banjo als voornaamste centrale instrumenten. Wie stil blijft zitten op deze muziek is ofwel totaal verlamd ofwel dood. Wie op zoek is naar uitstekende aanstekelijke en ietwat stevige party-muziek, kan zijn of haar zoektocht meteen staken: ga naar je platenboer en schaf onverwijld deze 2008-2014 van Black Tartan Clan aan en geniet, al dan niet bij liters bier, van stevige dansbare folky punkrock. Luc Ghyselen (4) Dit is het tweede album van dit Deense trio: tot voor kort een voor mij onbekende groep. Na het beluisteren van deze band was ik enigszins verward: “Welk genre is dit nu?” Een band die zo’n mengelmoes van diverse stijlen tot een best luisterbaar geheel smeedt, had ik van zijn leven nog niet ontdekt of gehoord. Mijn eerste reactie was dan ook: “Hoe moet ik hier in godsnaam een review over schrijven?” Enige oplossing was het herhaaldelijk opnieuw beluisteren van 'Entering Another Measure' en toegegeven: hoe meer ik deze schijf draaide, hoe beter ik die vond en is dit niet de grootste eigenschap van een goede cd? Kennismaken met Black Book Lodge is een ervaring: niet van de simpelste en eenvoudigste, maar wel een unieke. Je maakt een reis door een muzieklandschap waar je telkenmale verrast wordt door invloeden van weeral eens een ander genre: dit soms frappant, andere keren slechts een vleugje. Wat is er allemaal te horen op deze wonderbaarlijke trip? Een vleugje doom metal – waarbij ik onmiddellijk New Keepers of The Watertowers hoor –, de slepende melancholische grunge van Alice in Chains , de complexe prog van Haken maar dan zonder keyboards, en zelfs hier en daar een zweem space rock waar Big Elf in gedachten schiet . Black Book Lodge zal met dit album niet het grote publiek bekoren wegens de complexiteit van hun muziek maar zal bij gelouterde en ervaren muziekliefhebbers die zich graag in muziek inwerken en steeds weer nieuwe dingen ontdekken, toch een ere plaats in hun verzameling krijgen. Ik ben alvast overtuigd. Bart Verlinde (4½) Ghold is een Brits sludge duo die in Brixton, London werd opgericht in 2012 door Alex Wilson en Paul Anthony. Zes tracks telt deze 'Of Ruin' en die zorgen stuk voor stuk voor een naargeestig gevoel. Net zoals vele bands in het genre voegen ze wel hel wat elementen doom en zelfs wat psychedelica toe aan hun muzikale brij. Muzikale brij noem ik dit omdat, net als zoveel bands in het genre, ook nu weer de riffs repetitief klinken wat ervoor zorgt dat mijn aandcaht na een aantal tracks duidelijk verslapt en ik al eens op de hoes moet kijken naar welk nummer ik nu precies aan het luisteren ben. Heel zeker niet “my cup of tea”, maar ik vermoed dat fans van het genre hier wél raad mee weten. Luc Ghyselen (3) 'Stealing Fire From Heaven' is reeds het tweede full-album van het Britse trio 11 Paranoias dat je een mix brengt van doom en vooral sludge. De band werd in 2011 gevormd en debuteerde in 2013 met de ep 'Superunnatural. Vorig jaar verscheen dan 'Spectralbeastiaries' en nu dus deze zeven tracks tellende 'Stealing Fire From Heaven'. En als je dan nog weet dat gitarist Mike Vest ook nog bij Bong aan de zes snaren plukt en bassist/vocalist Adam Richardson ook nog actief is bij Ramesses, dan mag je gerust stellen dat dit twee uiterst bezige bijen zijn. Openingstrack 'The Great Somnambulist' trekt het album langzaam en eigenlijk vrij rustig op gang. Pas vanaf de tweede track, 'Paranoiditude (Beyond The Grave)', wint het album aan kracht, maar dan wel meteen een verpletterende kracht. 'Surrealise' komt heel langzaam tot volle bloei en dat vooral door de heel psychedelische inslag die het nummer kenmerkt. 'At The Cursus' is met zijn bijna twaalf minuten de langste rit op dit album. Invloeden uit de doom, maar zeker opnieuw overgoten met een heel grote scheut psychedelica, zorgen hier voor een beklijvende ervaring. 'By The Light Of A Dying Star (Neutron Start)' is een nog zo'n track terwijl 'Lost To Smoke' een versnelling of twee vlugger wordt gebracht en voor mij meteen de beste track op dit album is geworden. Eindigen doen de heren met de kortste track op dit album, 'Retribution Of Dreams', dat opnieuw een uiterst langzaam gebrachte track is geworden. Fans van het genre zullen met deze 'Stealing Fire From Heaven' in de wolken zijn, zelf ben ik net iets minder overtuigd door de vele erg trage tempo's en het feit dat het geheel me nogal repetitief overkomt. Luc Ghyselen (3½) |
|