CD & vinyl REVIEW BLOG |
0 Opmerkingen
Uit Duitsland komt de sound van Lambert Ringlage, geboren op 26/10/1966. Hij is sedert 1982 bezig met synthesizermuziek, en bracht zijn debuut ‘Magic Moments’ uit op tape in 1988. Oorspronkelijk speelde hij rock ’n roll op drums en elektrische gitaar, maar toen hij Tangerine Dream ontdekte, verschoof dat naar elektronische muziek. Zijn eerste cd ‘Inside Out’ verscheen in 1991, en daarna volgden er nog 4 andere albums. Samen met Wolfgang Barkowski (aka Alien Nature) bracht hij onder de naam Hypnosphere al drie cd’s uit. Maar nu wachten de fans al bijna 20 jaar op een nieuw album, dat er nu eindelijk gekomen is. Daarop start Lambert een avontuurlijke reis, een innerlijk gevecht tussen de buitenwereld en het innerlijke. Gevoel komt bij hem op de eerste plaats, en die sounds kan je best vergelijken met Tangerine Dream, zijn grote voorbeeld. Op de eerste track ‘Corona’ speelt de bekende artiest Gandalf elektrische gitaar. Lambert gebruikt uiteraard sequencers en nieuwe elektronische geluiden, maar ook stemeffecten, en dit alles op uiterst melodieuze tracks. Patrick Van de Wiele (4) This album is a must for fans of Tangerine Dream. Beautiful melodies with sequencers and new electronic sounds. Spheric Music I SMCD 1006 I CD Baby
Een liveconcert op DVD? Het is geen nieuwigheid, natuurlijk. Maar als je weet dat de meest recente concertfilm van stilaan oude rotten Depeche Mode verzorgd is door niemand minder dan de geweldige fotograaf en regisseur Anton Corbijn, heb je reden genoeg om toch aandachtig oren en ogen te spitsen (hoe je dat laatste doet, moet je zelf maar bepalen). De Deluxe versie van ‘Depeche Mode Live in Berlin – A Film by Anton Corbijn’ is net zoals de titel niet min: je krijgt de concert-DVD, de ‘Live in Berlin Soundtrack’ op twee CD’s, een tweede DVD (‘Alive in Berlin’) en het laatste studio-album van de groep, ‘Delta Machine’, op Blu-Ray in 5.1 audio. Van de soundtrack leest u hier de recensie. Je hoort trouwens al heel snel: dit live-dubbelalbum klinkt erg goed. Het is fijnzinnig en toch krachtig geproducet, en weet het publiek op de juiste manier te integreren om een maximum aan sfeer te bereiken. De versies van de gebrachte nummers zijn bovendien afwijkend genoeg om toch weer als nieuw aan te voelen, zelfs al heb je sommige nummers al (terecht) ettelijke malen beluisterd. Dat wordt meteen duidelijk bij de aanhef van CD1: ‘Welcome to My World’ strooit z’n bassy synthlijnen losjes over het publiek heen, om pas na een tweetal minuten echt op te starten. Hierdoor wordt meteen de toon gezet: deze ‘my world’ is er één van bijzondere uitvoeringen, en je bent er heel welkom. Een minpuntje is dat Dave Gahans zangstem het op enkele zeldzame momenten een beetje laat afweten. Vals wordt het niet, maar doet vooral hier en daar een beetje te geforceerd aan. Op A ‘Question of Time’ bijvoorbeeld kan Gahan onbedoeld een beetje storend werken, zeker in contrast met de toch heel krachtige instrumenten. Backing vocals worden dan al snel back-up-vocals, en het publiek je refrein laten zingen – toch een standaard crowdpleaser – kan door een al te humeurige criticus opgevat worden als een handige vermomming van je eigen zwaktes als zanger. Een al te humeurige criticus willen we echter niet zijn, en daarom veel lof voor de overheersende tendens van de plaat: de versies zoals je ze hier aantreft geven echt wel een meerwaarde tegenover de albumversies. Het publiek wil heel erg graag, de productie en mixage goed, en er is schwung met hopen. Minder zijn enkele eerder melige songs zoals ‘The Child Inside’ of ‘Shake the Disease’ – die doen wat passé of zelfs wat klagerig aan. En ‘But Not Tonight’ is een nummer om genadeloos te skippen (al zorgt het publiek op het einde toch wel voor een lichtpuntje). Jammer is ook dat ‘The Child Inside’, ‘But Not Tonight’, en ‘Heaven’ vlak na elkaar geprogrammeerd zijn, waardoor we te lang in de meligheid blijven zitten. Gelukkig zijn er genoeg uitschieters om deze mindere kantjes snel te laten vergeten. Enkele magistrale momenten beleef je tijdens het eerder vermelde ‘Welcome to My World’, het opzwepende ‘Soothe My Soul’, een heerlijke ‘Enjoy the Silence’ (al klinkt Gahan ook hier toch iets minder dan in de studio), een bijzonder dreigende ‘I Feel You’, en een versie van ‘Personal Jesus’ met trage, slepende intro die het nummer de nodige eer aandoet. Zelfs ‘I Just Can’t Get Enough’, het nummer waartoe de groep helaas soms nog steeds tot herleid wordt, is in een fijn nieuw jasje gestoken, en doet net iets minder kazig (‘cheesy’ voor de vrienden) aan. Het nieuwe middenstuk in ‘Never Let Me Down Again’ stelt absoluut niet teleur. Dit is een erg mooie uitgave – vooral de deluxe extreme ultra megawatt etc.-versie zal fans van Depeche Mode of Anton Corbijn kunnen bekoren. Hun klassiekers echter, hebben we al wel vaker live op drager mogen aanschouwen, en daardoor verliest het album een beetje noodzakelijkheid. Daarnaast hadden enkele flauwere nummers gerust thuis mogen blijven, maar wees gerust, die blijven niet hangen. Wat je wel bijblijft is een knaller van een concert. Don’t enjoy the silence, en draai die speakers open voor je eigen persoonlijke Berlijn. Peter De Voecht (4) The Deluxe version of ‘Depeche Mode Live in Berlin – A Film by Anton Corbijn’ is a very ‘lush’ release: there’s the concert-DVD, the ‘Live in Berlin Soundtrack’ on two CD’s, a second DVD (‘Alive in Berlin’) and the band’s latest studio release ‘Delta Machine’ on Blu-Ray in 5.1 audio. This is the review of the soundtrack. CBS I 888750 35572 I Sony Music I Depeche Mode I Anton Corbijn
Is Radio Universe van Asura Psybient, Ambient Goa, Ambient Psytrance, Psydub, of Tante Nonneke Dropt Haar Bass? Of is het een heel eigen soort ambient, Spacey Etherealbient? Wie geeft erom. Al wat je moet onthouden is dat het een bijzonder goede plaat is. Ultimae Records, gevestigd in Lyon, huisvest elektronica-artiesten als Sync24, Aes Dana, Cell, en nog vele anderen, onder het motto “panoramic music for panoramic people.” Het label staat garant voor messcherp geproducete, mooi vormgegeven ambientalbums, en is zeker de moeite waard om te ontdekken, én in het oog te houden, al is enig minpuntje dat sommige artiesten soms nogal in elkaars vaarwater zitten. Bij een eerste beluisterbeurt vrees je even dat dat ook voor dit album geldt, maar niets is minder waar. De grootste sterkte van ‘Radio Universe’ is dat het een verhaal vertelt. Melodielijnen leven op, gaan weer liggen, je waadt door dikke draden synthsmog, je oren worden belicht door neonkleuren geleend van ‘Tron: Legacy’, je kruipt langs Jean-Michel Jarre, Vangelis, en heel, heel eventjes ‘Blade Runner’, en bovenal maak je een efemere ruimtereis van aarde naar leegte en terug, die je op het einde meteen wil herbeleven. De interessantste intro is alvast die van ‘Farscape 7 (featuring Ayten)’, dat begint tussen regen en smeltende sneeuw waaruit al snel ritmes bloeien, gevolgd door schijnbaar achteruit gespeelde samples, om dan over te gaan naar de Lisa Gerrard-achtige zang van Ayten, die ons naar een vacuüm verpakt Midden-Oosten vervoert. Haar stem (overigens de enige op het album) neemt nooit helemaal het voortouw, maar gaat op in de elektronica, zit tegelijk op de achtergrond en is prominent aanwezig, waardoor ze des te ongrijpbaarder wordt, tot ze overgaat in een veelgelaagd flatgebouw van zichzelf versterkende naklanken, om uit te monden in de laatste minuut, die een langzaam verdwijnen behelst. Er staan ook best afwijkende songs op: ‘Back to Earth’ is een bundeling natuurgeluiden, oerwoud of bos in de regen, krekels, vogels, een trage donderslag. Eerst ben je verward, tot je beseft dat dit de overgang is die het album nodig heeft: het is allemaal deel van het verhaal. Misschien was het wel prettig geweest als Asura hier er iets meer mee had gedaan, een zachte sample als onderstroom gebruikt of hier en daar een statische distorsie maken, maar anderzijds: het werkt wel, al is het maar als een korte new age-, of new space age-excursie. Door het afzonderlijk leren kennen van de nummers, zie je hoe ze op microniveau het verhalende aspect van het macroniveau weerspiegelen. Een voorbeeld hiervan is ‘Lonely Star’, dat ergens in een kristallen leegte begint. Vervolgens komt een pianostuk opzetten, waardoor het heel even een net iets te melig broertje van Ludovico Einaudi wordt. Even maak je je zorgen, maar dan vervoegt een dikke laag baslijnen de melodie, en onvermijdelijk vraag je je meteen af of Asura je eerder bewust op het verkeerde beeld heeft willen zetten, zeker wanneer je de diepe, diepe reverb op sommige samples hoort. Halverwege het nummer, onder begeleiding van een tintelend neo-Enya-sampletje, word je weer helemaal aan de lege ruimte herinnerd waar dit album zo vaak in deint, en wanneer vervolgens zware, afgesneden en vooral heel smeuïge synths komen opzetten, versterkt door een bijna disharmonische melodielijn, weet je dat je helemaal bent waar je moet zijn. De terugkeer van het brave pianomelodietje ongeveer twee derde in het nummer slaat dan weer wat tegen, maar het samenspel van alle eerdere elementen dat erop volgt is de kleine ontzetting meer dan, méér dan waard. En zo is één van de nummers die me eerst het meest tegen de borst stootte, toch één van de interessantere gebleken. Wees gerust: dit is enkel een ambientplaat als je er oppervlakkig naar luistert. Dat laatste lukt je gelukkig maar met moeite: je zou erop wegdromen, maar het feit is dat ‘Radio Universe’ toch te veel je aandacht erbij houdt om echt helemaal in de kille kosmos van je kop verloren te gaan, voorbij een plek waar enkel wat verloren radiogolven je nog kunnen bereiken. Dit ‘Radio Universe’ is een plek om te blijven. Peter De Voecht (4½) ‘Radio Universe’s biggest strength is that it tells a story. Melodies swell and diminish, you wade through thick mangroves of synthsmog, your ears are lighted by neon colors borrowed from ‘Tron: Legacy’, you crawl past Jean-Michel Jarre, Vangelis, and, for a brief moment, ‘Blade Runner’, and above all you undertake an ephemeral space journey from earth to nothingness and back, which you want to go through again the moment it ends. Starman Records - het label dat zich stilaan heeft ontwikkeld tot de 'Criterion Collection' van de Vlaamse muziekerfenis - laat het televisiepubliek fijntjes weten dat frontman Marcel Vanthilt vooral ook volbloed muzikant is. Daarom verschijnt nu een EP met drie gloednieuwe solonummers. En die is geweldig! 'Twee Heren' zou u kunnen opvatten als het antwoord op Raymonds 'Twee Meisjes': de bevreemdende sfeer complementeert de speciale tekst. Het resultaat is bijzonder en mooi. Ook 'Stroman' baadt in diezelfde sfeer. De wilde TILT!-kant van Vanthilt komt dan weer perfect tot uiting tijdens 'Paracetamol', dat met zijn mantra 'Zuster! Zuster! Hoort u mij?' op een dreunende beat drijft. Schuimbekkend, enthousiast en geweldig aanstekelijk. Zeker niet voor iedereen, maar geheid dansvloergoed voor wie met open oren luistert. In de jaren '80 was dit een monsterhit, vandaag valt alles (helaas) veel minder op. Wij dragen alvast ons steentje bij en dwingen u beleefd tot kopen. Aanschafmanend, om het met een neologisme te zeggen. 'Marcel Vanthilt EP' is een zeer aangename verrassing, met mooi artwork van Bert Lezy. Julian De Backer (4) Marcel Vanthilt - Belgian television personality, erstwhile MTV host and new wave musician - returns with a three song EP. The perfect prelude for the ultimate Arbeid Adelt!-compilation, due later this year on Starman Records. 'Twee Heren' and 'Stroman' are two fragile, beautiful songs, but 'Paracetamol' is where the party is at. An infectious beat that stomps and kicks like a dog with rabies. This demands to be on your summer playlist, even if you don't understand any of the words. An unexpected surprise, with lovely Bert Lezy artwork |
Archives
Oktober 2024
|