CD REVIEW BLOG |
Er wordt vaak geklaagd over hoe mensen tegenwoordig zo snel verveeld zijn. Moeten we even ergens wachten, dan schuiven onze vingers al trillend van de afkickverschijnselen over onze blinkende smartphones. Laadt een webpagina niet meteen in, dan zijn onze zenuwen al vijftien keer refreshed. Alles moet hapklaar zijn, meteen verteerbaar, meteen aan te vinken met een duimke omhoog. Ga ik even de prekerige kant op? Misschien, maar met een goed doel: ‘Adrift’, van het Duitse post-rock-slash-elektronica-duo Tarwater, is een album dat je tijd moet geven. Daarom wordt deze recensie in twee gedeeld, met een volta ertussen. Te beginnen met de eerste impressies. Die waren niet onverdeeld positief. Duidelijk was dat de muziek zelf en de samples weloverwogen waren, en zeker aantrekkelijk. De songs zelf leken goed gestructureerd, zij het soms wat braafjes. De zangstem daarentegen kwam toch vaak te geforceerd over, te beperkt, te weinig strak. Daarnaast voelt het initieel erg jammer aan dat de nummers steevast in eenzelfde sfeer lijken te blijven hangen. Daardoor krijg je wel een homogeen album, maar dat werkt tegelijk ook nadelig, zeker omdat de verschillende klanken en de subtiele ruimtelijkheid van de nummers veel ruimte laten voor variatie en experiment. ‘Adrift’ komt in plaats van op drift of drijvend te zijn, over alsof het album voortdurend een beetje kopje onder wil dobberen, waardoor het bewust onder je radar lijkt te willen vliegen. En dan blijf je luisteren, al is het maar om er een recensie over te schrijven. Je beseft dat de samples en instrumenten toch écht wel goed ingezet worden, en mooi gebalanceerd zijn. Enerzijds zit je met een sfeertje dat soms naar de zwartheid van het diepste moment van de nacht neigt, anderzijds voelen de klanken en muzikale randen van dit album toch ook heel erg vers, alsof het net opgevist werd in fel maanlicht. De zangstem, het blijft een acquired taste. Zeker op ‘They Told Me in the Alley’ lijkt je geduld wat op de proef gesteld te worden vanwege het herhalende karakter van de tekst. Even verlang je naar de meer geaffecteerde stem van een John Maus, en wil je vooral uit dat steegje weg. En tegelijk, moet je toegeven, werkt de zang bezwerend, wat je wellicht pas beseft tijdens de korte muzikale stukjes, waarbij een trippelend piano-achtig deuntje voorbij pinkelt. Plots wil je geen voller timbre meer, of een technisch sterkere klank. Je wil enkel nog wat het is. En wanneer bij een latere luisterbeurt het titelnummer ‘Adrift’ weer passeert, hoor je plots hoezeer het zonder meer prachtig is. Een instrumentaal nummer van 1 minuut 40 waarbij in zo’n korte tijdsspanne zoveel sfeer en serene emotie opgeroepen kan worden verdient alle aandacht die het kan krijgen. Een nummer om op repeat te zetten, en jezelf mee in te graven. Misschien is het wel ideaal dat dit als tweede staat op het album, én het titelnummer is, want het is het beste bewijs om je te overtuigen dat de hele cd echt wel meer is dan een allereerste kennismaking je kan laten vermoeden. Het teerwater dat dit album aandikt werkt overigens het beste met de hoofdtelefoon, waardoor je de verschillende intricacies het beste kan opmerken. Je hoort plots de Steve Reich-achtige piano ondergedoken bij ‘Inreturn’, de zachte, hoge toontjes die in een instrumentaal stukje in ‘The Glove’ over de oppervlakte van het water schitteren, of de knisperende ritmes in ‘Log of the Sloop’. In ‘Homology Myself’, waarbij de geaccentueerde stem van dichteres Ann Cotten naar spoken word dobbert, voel je des te beter hoe fijn er gespeeld wordt met de stereomogelijkheden, met samples die links-rechts zwerven als vuurvliegjes. En dan begin je in te zien dat elk afzonderlijk nummer een schat aan muzikale niveau’s omvat waar je voldoening uit kan halen. Je moet alleen even door het troebele water heen kijken. Doe jezelf het grootste plezier, en geef ‘Adrift’, en Tarwater, een kans. Eens je het toestaat te groeien, wordt dit een heel erg kostbaar album, een reis naar het einde van de nacht, en in een nog later stadium, een reis naar het begin van de nacht. Muzikaal geduld, het is iedereen gegund — en al zeker bij ‘Adrift’. Peter De Voecht (4) Initially, ‘Adrift’ was not entirely my taste. Clearly the music and samples were balanced and meticulously created, but the general atmosphere seemed lacking: there was a homogeneity that contrasted with the different sounds and the subtle spaciality of the songs, and which called for more variation and experimentation. Instead of truly being adrift, at first the album comes across as if it wants to stay below the surface, and deliberately fly under your radar. Bureau B I Promo CD I Sonic Rendezvous I Tarwater
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
Archives
Mei 2022
|